VLISSINGSCQG COURANT. LIEFDE EN BEREKENING. No. 41. Zondag 3 April 1892. 303te Jaargang. FSUILLETON. Gemengd Nieuws. Binnenland. Vlissingen, 2 April. Van 26 Maart tot 1 April zijn alhier nit Queenboro met de mailbooten der Stoom vaartmaatschappij //Zeeland" aangekomeu niet de dagbooten 84 en met de nachtbooten 426 daarheen vertrokken met de dagbooten 146 en met de nachtbooten 428, alzoo samen aangekomen 510, en vertrokken 574 pass. Bij Kon. besl. van 31 Maart zijn o.m. benoemdM. Dieleman Wz., tot dijkgraaf van den polder Nieuw-OtheneP. F. de Vleescbauwer, tot plaatsverv. dijkgraaf van den polder Vergaert;' J. de Looff Lzn., tot dijkgT&af van den polder Noord-Baveland. H. H. M. M. de Koninginnen zullen ver moedelijk einde Juni of aanvang Juli een bezoek brengen aan de provinciën Friesland en Groningen. In verband met andore plan nen is nog niets kunnen worden vastgesteld. Voorloopig bestaat evenwel het voornemen, dat Hare Majesteiten iu de hoofdsteden dezer beide provinciën vier dagen zolleD verblijven. Van de regeling der reis zal het afhangen, welke provincie hot eerst zal wor den bezocht. De Eersto Kamer heeft gisteren aange nomen de overeenkomst tot goedkeuring van het slotprotocol der antislavernijakte, het Borneo-tractaat en de overeenkomst met België over betonning van de Westerschelde; voort», met 35 tegen 16 stemmen, de nieuwe ridderorde, nadat de heer Rengers zijne stem daartegen had gemotiveerd de militie noodwet, nadat de Minister van Oorlog ver klaard bad, dat aan de definitieve legerwet wordt gearbeid, en de onteigeningswet voor een nieuw post- en telegraafkantoor te Am sterdam, nadat minister Tak had verklaard, dat de indiening van een nieuwe onteigenings wet wordt voorbereid. Heden 11 uur Suikerontwerp. (Zie laatile berichten,) Naar men verneemt, is de heer Carnot, president der Fransche republiek, door H. M. do Koningin-regentes beDoemd tot groot- krnis der orde van den Nederlandschen Leenw. Bij het onderzoek der militie-noodwet in de afdeelingen der Tweede Kamer verklaarden eenige leden dat hun vertrouwen in dezen Minister van Oorlog niet versterkt was door diens houding, inzake de quaestie van 10, 8 of 7 lichtingen in dit ontwerp. Anderen vonden het uitstekend, dat de minister op die wijze aamenwerking had mogelijk ge maakt. Met het oog op de landbouwbelangen vooral in het Noorden, werd door sommigen de vervroegde oproeping afgekeurd. Naar het Rott. Nbl. met zekerheid ver neemt is mevrouw Staten thans door het Provinciaal Hof van Noord Holland als her steld verklaard, hetgeen haar, zooals men weet, geweigerd werd door de rechtbank te 's Gravenhage, kort voor de verschijning der brochure, nu ongeveer 3 maanden go- Uit het Engelsch. ii.) >Qg zoudt er in niet gegrepen had« zej ge werkelijk iemand Muriel »Muriel herhaalt die ik keu. Gij zült m maar het is waar dat het water opzag.* >En zal zjj nu nw Mijnevrouw Ik leden, en sedert reeds 14 personeD, waar onder 8 doctoren en een gepensioneerd ko lonel bij den geneeskundigen dienst der landmacht, haddeu verklaard, dat ze haar geheel normaal hadden bevonden. Kapitein C. Roelants, die te Arnhem in garnizoen lag, is uit den dienst ontslagen, omdat hij deelnam aan de Middernachts- zending, met het doel, de soldaten te waar schuwen tegen het bezoeken van slechte huizen. De Standaard wijdt aaö dit feit een artikel. Uit het daarin meegedeelde blijkt, dat de kapitein eerst in uniform als middernachts- zendeliug fungeerde, docb, toen hem dit door minister Bergansios verboden werd, zich in civiele kleeding stak. Alsdan werd hem den 25n Dec. gelast een nota van den Generaal majoor bij zijn beoordeelingslijst voor gezien te teekennn, waarin zijn optreden, hoewel in burgerkleeding, zoodanig yeroor- deeld wordt, dat het dien hoofdofficier btlet hein voor een hoogeren rang aan te bevelen de bekende formule, waarmede een officier zijn moreel doodvonnis wordt beteekend. De kapitein wendde zich daarop met een verzoekschrift tot H. M. de Konïnging-Re- gentes. Eerst na twee maanden ontviDg hij oen antwoord, in afwijzenden geest. Dienovereenkomstig restte kapitein Roe- lands nog slechts zijn ontslag te nemen en dit werd hem gegeven. Het Haagsche krankzinnigen gesticht. Mevrouw Scuten—Te Gempt heeft thans weer eene brochure in het licht gegeven over het krankzinnigen-gesticht te 's Graven hage, waarin een aantal brieven en verkla ringen zijn opgenomen van oud-patienten, familieleden van oud-paliëuten, oud-geëm ployeerden en anderen, welke hare vroegere mededeelingeu in verschillende opzichten volkomen bevestigen. In de voorrede deelt de schrijfster mede voornamelijk tot deze openbaarmaking te zijn overgegaan, omdat men haar hetzij van overdrijving beschuldigde of uitstrooide dat zij niet geheel normaal' was. Zoo verklaart o. a. Maria Schaap, oud 49 jaar, dat zij, schoon lijdende aan een lichte zenuwziekte, door dr. Beeling Broower krank zinnig verklaard en 10 jaren in het gesticht gevangen gehouden is, terwijl de brieven die zij aan haar eenig kind schreef, nimmer aan hun adres zijn gekomen, doch eenvoudig door het bestuur zijn verscheurd j wat her haaldelijk plaats heeft, als patiënten zich aan familieleden per brief beklagen. De onder vonden en waargenomen wreedheden on gru welen zijn ontelbaar. Mede verklaart Maria Schaap, dat als aan de patiënten van de 3e klasse door hunne familiebetrekkingen geld werd gestuurd, dit door de directrice verwisseld werd voor niets waardige zaken. Dat het cvenzoo ging met de 25 ets., die in den regel elke pal ient van de 3e kl. per week voor versnaperingen ont ving en dat uit de provisiekamer van de directrice hun daarvoor eenige stokjes ge droogde appeltjes of slechte prnimen en vij gen werden verstrekt, of een ons suiker met een ons komijnekaas mot een klein sinaas gevallen zijn als ik u ;t Violet vroolijk. >Hebt gezien En wie is die hij. »Murielis iemand, össchien om mij lachen, haar gelaat tot mij uit vrouw worden iea haar nauweljjks ik heb haar maar eenmaal ontmoet. Neen, ik geloof niet dat dit waarschijnlijk is.« »Weet gij zeker dat het niet de schadnw van Violet was, die gij gezien hebt zegt Maud Zij boog zich, juistjtoeirde maan van achter een wolk kwam, over het water. »Ik geloof van neen* was het antwoord, »zij geleek op Müriel.* HOOFDSTUK VI. Vele dagen verloopen vóór Frank en Mu riel elkander weder ontmoeten. Hij wandelt dikwijls in het park met de hoop haar te zien, maar zij komt niet. Hg begrijpt niet hoe een meisje niets van bem weten wil. Hij vindt de dagen lang en wenscht bijna dat Ralph terugkeert. Hij had er stellig op ge rekend Muriel te ontmoeten en zich met het i nu is hg erg appeltje en dit alles van znlk een slechte hoedanigheid, dat veju patiënten weigerden het aan te nemen. De heer W., verpleegde van 1889 tot 1890, verklaart dat hij talboze malen in de naakte cel werd geworpen met de handen op den rug gebonden en dan gestompt, met den sleutelbos geslagen en tegen de beenen ge schopt. Eenmaal werd hij door den opzichter Kruiswijk tegen den mnur geworpen en in persoon geslagen, Dat de jenever met bierglazen werd gedronken, en als de patiën ten besucht werdeu eu sigaren ontvingen, d.sze door de oppassers werdeu afgenomen dat de voeding zeer slecht was en als er somwijlen eens iets bijzonder* werd opge- discht, hiervan alleen de gunstelingen hun deel kregen. Dat het wemelde van ougedierte vooral van wandgedierte. - Dikwijls ont ving hij in geen veertien dagen verachoo- oiug. - Eenmaal werd hij bont en blauw geslagen en in het gezicht gekrabbeld de dokter ontkende dat dit plaats kon hebben. De taartjes die hij ontving, werden opge- braikt, de oppassers stoeiden steeds met de oppasseressen en als hij de een of andere aanmerking maakte, heette het „houd je smen werd eenmaal door oppissor, De Man, onder de gemeenste uitdrukkingen, dermate in den mg geschopt, dat die Dog steeds gevoelig blijft en bij klachten aan de bem bezoekende familieleden werd steeds ge antwoord „Kom, kom, je hebt het hier zoo erg Diet.* B. verklaart o. a. 16 April 18S6, na een bijna 2 jarig verblijf uit het geslicht te zijn ontslagen „Een gouden ring eu ruim 9 galden aan geld is in het gesticht achterge bleven. Ik heb dat niet kunnen terogkrijgen, hoeveel moeite ik mij ook heb gegeven. Twee maal heb ik den directeur geschreven, zouder eenig aDtwoord te ontvangen.* Een inwoner van Leiden, die op den 24ste Februari 1892 zijn zuster in het gesticht ging bezoeken, verklaart, dat bem door den portier, die den directeur van zijne komst ging verwittigen, namens deze werd aan gezegd dat zijne zusters reeds in het begin van November 1891 was overleden. Siorn van verbazing vroeg hij den directeur te mogen spreken, doch deze weigerde hem te woord tó staan. De ond-patient van D. tijdelijk ver pleegd geworden in het krankzinnigengesticht te 's Gravenhage, daarna te Vnght (Noord Brabant,) verklaart, dat hij met kapotte beeoen en geheel blauw geslagen te Vnght i9 aangekomen en men aldaar wraak beeft geroepen zooals hij er uitzag. Van een der oppasseressen ontviog me vrouw Staten de verklaring dat zij haar altijd had opgepast en „op hoogeD dwaDg van den directeur" haid had moeten omgaan met mevrouw. Behalve de in dit boekje verzamelde be scheiden, ontving de schrijfster er nog een aantal, waarbij de namen moesten worden verewegen of waarin de feiten werden ver meld „van zoo afschuwelijken aard," dat zij niet in druk konden worden gebracht. Vele dezer stukken liggen echter voor belangstel lenden in originali bij mevrouw Stuten ter inzage. Kerk- en Schoolnieuws. Ned. Herv. Kerk. Beroepen te Yeraeke ds. Draaisma, te Klundert. RECHTSZAKEN. Thans verneemt men, dat kapitein Bakker appèl heeft aaDgeteekeod tegen het vonnis der rechtbank te Rotterdam waarbij hij tot een jaar gevangenisstraf is veroordeeld. In het Delftsche krankzinnigengesticht had de ziekenvader een krankzinnigen inan boos gemaaktzoodat deze met zijn pan toffel naar hem gooide de ziekenvader liep daarop met dat schoeisel op den krankzinnige toe en bracht hem daarmee een paar slagen in het aangezicht toe, waardoor een paar bloedende wondjes ontstonden. Daarop volgde een kleine worsteling waarbij de ziokenvader werd ontzet. Toen de krankzinnige daarop begon te zingen, vloog de ziekenvader weder op den krankzinnige V. aan en greep hem zoodanig in de keel, dat hij volgens verkla ring van een der opzichters blauw werd. De ziekenvader word onmiddelijk ontslagen. Gisteren werd deze zaak voor de recht- b=iuk behandeld en tegen den ziekenvader 45 dagen gevangenisstraf gfëischt. Heden middag is een te Soaburg woDend wisselwachter, genaamd P. V., bij bot aan koppelen van gerangeerd wordende spoor- wegwaggons, op het spoorwegterrein alhier, tusschen twee buffers beklemd geraakt, waardoor hij aan borst en arm kwetsuren bekwam. Hij is per brancard naar bet gast huis alhier overgebracht. G. A. Lmwerse, de moordenaar van P. de Kraker, te Zaamslag, door de recht bank te Middelburg veroordeeld tot 20 jaren gevangenisstraf, is jl. Donderdag door de bri gadier-veldwachters J. Doon en J. Becker geboeid overgebracht naar de strafgevangenis te Groningen. Gisteren vertrokken nit Goe9 en Wjl- helminadorp weer een vijf en twintigtal per sonen om hun geluk in Noord-Amerika te gaan beproeven. Een paar gezinnen ver trokken reeds vroeger van hier, terwijl nog eenige zich daarvoor reisvaardig maken. Uit Goes is de emigratie niet groot, doch daar entegen op de dorpen zooveel te meer. O. a. nit Nieuwdorp, Schore, Biezelinge, Rilland- Bath en Wemeldinge. Men berekeut, dat alleen uit Z.-Beveland dit voorjaar zes a zeven honderd personen derwaarts gaaD. Do aanvrage om reisbiljetten is van alle kan ten zoo groot, dat de stoomvaartmaatschap pijen menigmaal de reizigers een of twee weken moeten uitstellen. G. Ct. Er doen zich raadselachtige verschijn selen voor bij den moord der dienstbode vau de familie Yiotta te Amsterdam. Aan het geldzakje in het schrijfbureau v&n mejuffrouw V., waaruit de f 160 zijn gestolen en dat de moordenaar dus aangeraakt moet hebben, is niet het minste spoor van bloed en evenmin aan bet bureau van den heer V., waaraan ook pogingen tot break werden beproefd. Nergens in het geheele huis, dan juist op de plek waar de misdaad werd gepleegd, boos bij de gedachte dat zg hem uit den weg blijft. »Ik moet eens gaan zien, waar zij uithangt* zegt hij eens tot zichzelven bij het einde van een laat ontbijt. Zij moet hier ergens dicht bij wonen; als ik haar niet vinden kan, moet ik wel erg dom zijn geworden.* Hij verlaat het huis en gaat door de grootó ijzeren poort langs den breeden rijweg naar buiten. »Het baat mij niet of ik al een kijkje in het bosch neem* denkt hij weder bij zich zeiven; »zeker heb ik haar daar van daan ge jaagd. "Wat was ik toch een idioot, toch kon ik niet weten dat ik haar verschrikt had; do meeste meisjes zouden er anders over gedacht hebben ik geloof nu ook dat eene kleine landleeu werik beschroomder is dan een Lon- densche musch.* D e weg, langs welken hjj loopt, is omzoomd door steile, groene kanten, die steeds booger worden tot zioh bijna een berg aan weerskanten verheft. Nu en dan vliegt een konijn over het witte voetpad, klontert den kant op en verdwijnt ip oen oogenblik in de struiken. De zon strahlt aan een volkomen blauwen hemel en maakt, terwjjl zij met hare heöte stralen den witten weg in gloed zet, het wandelen daarlangs bijna onuitstaan baar. Dit vindt Frank ook, hij kijkt voor zich uit op den gloeiend heeten weg, daarna naar de groene bos8chen aan de kanten en denkt dat het wel de moeite waard is zich wat in het klimmen te oefenen om onder de scha duw dier boomen te komen. Een konijn rent snel voor hem weg, alsof het hem toonen wilde hoever de mensch beneden het dier staat, als het op klimmen aankomt eeue kleine bruine veldmuis kijkt Uit haar gat en lucht bijna op het gezicht van Frank, die telkens

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1892 | | pagina 3