I
I
VLISSIVGSCHE COURANT
M. Kosnaart,
le Dienstbode
Meisj
ter-Sclielde.
Q
No. 91.
Zondag 13 November 1887.
25ste Jaargang.
Mïs-ïïf BOOM'.
INDARTS
den 10 Nov. te Mid*
I toe ren zijn vau 9 lot 4
Ie Nieuwe Doelen,'1 Markt.
Mondwater en Tand-
jaar bij JOH AN GEULEN,
|o.Adres bureau dezer
morgens. Adres bu
lt A IM DRENST
*ec en Middelburg v Vfi\
r Middelburg vm. 5 (Remise
t?, 0 30, 11, um. 12 30. 2. 3 30
Sr Vlissingen (Zeilmarkt) vt
IB. II 45. nm 1 15, 2 45, 4 15.
van "VlissingcJJ en B,3C
its op werkdi'geu
RtGEDRENST
ourg ea Vliasingen v v
6, S0f, 8.—, 9,15t 10-
51.40t, 2,30,3,301,5,-, 6,301
8,f, 9,—, 10,—t, 11,—,
2,30f, 3,30, 4,30f, 6 7,80f
■i aan de Keersluis aan
i de vorlrekureu m
de Abeel r en Soubnrg
NUIEVST
gea ea de Buiteusluis
i 6-, 6 20 (viaKeersluis), 6 40,
g 40 99 20 (Daar keersluis)
11—, 11 20, 1140 Namiddag
Keersluis), 2 2 20, 2 40,
t 2ti, 5 5 20, 5 40, 6 6J20
luis) 8—, 8 20, 8 40. 9
i 0 10, 6 30. 650, 710, 7,30,
9 30 (via Keersluis)9,50, JU,10
30. 11,50, Namiddag 12,10, 1,30
3,10, 3,30, 3.50, 4,KJ, 4.30, 5,10,
6,50, 7,10, 7,30,8.10,8,30,8,50
BOOT DRENST
«tusschen
ielburg en Botterdam
nliggcnde plaatsen
'ebteek. in November.
Middelburg
vm. 8.15
n 8.46
8.15
8.15
8.15
i Rotterdam
vm. 8
BOOTD1ENST
>urg en Zierikzee v. v
VAN ZIERIKZEE
1 Donderd. 10 ns». 1.30
Vrijdag
Zaterdag 12
Maandag 14
,30 I Dinsdag 15
Woensdag 16
Douderd. 17
1.80
12,—
7.30
6.30
'EMBER 1887.
10,nam 12,30 en 3,45
l(i,30 i I,— 4,16
Woensdag
en Zaterdag.
6
*12 40
5 25
6 20
1 4
5 45
6 40
1 25
68
7 80
2 16
655
*8 34
I2H
*8 24
*915
1 15
9 15
ut
*9 25
1 26
9 22
en
10-
2
10
teelten
beteclcent dat op hej
BUREAU:
Kleine Markt I N°. 187.
Prijs per drie maanden 1,Franco per post ƒ1,15. Afzon
derlijke nummers 10 cent. Men abonneert zich bij alle Boekhande
laren en Postdirecteuren.
UITGEVER
F. VAN DE VELDE Jr. te Vlissingen.
PRIJS DER ADVERTENTIËNVan 1 tot 4 regels ƒ0.40.
Elke regel meer 10 cent. Clichés en groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Eenig agent voor Frankrijk, de firma G. L. DAUBE
Sc Co., te Parijs.
Verschijnt WOENSDAG- eu ZATERDAG-AVOND.
Abonnementen voor België, Duitscbland, Engeland
Frankrijk 1,65 per drie maanden.
vm 7,30 nm 2,45
8,— 3,15
10 30
II,—
6,— ,12,30
6,30 1,—
velhe ook geldig zljn
Lgeduidc gedeelte van het tra-
rijtuigett )ste eü 2de klasst
Even aangenaam, even verrukkelijk
als 't gezicht is van de eerste bladeren,
van dat frissche groen, zoo rein, zoo
smetteloos, evenzoo kan hun heengaan
ons met droeve gedachten vervullen.
Er staat eene statige boom voor mijne
woning en van uit mijn raam heb ik
er 't volle gezicht op. Wat was 't niet
een heerlijk vooruitzicht, toen de knop
pen begonnen te zwellen en langzamer
hand die eerste fijne, teère blaadjes
voor den dag kwamen. Maar daar
kwamen gure dagen en de voorzichtige
bladeren bleven nog wat in hunne
warme woning en vreesden voor dien
noordenwind, die hen onbarmhartig te
gen woei, zoodra ze 't waagden, buiten
te komen. De vriendelijke zonnestralen,
die al warmer en warmer doordrongen,
wisten hen eindelijk te bewegen, om
meer moed te betoonen en voor den dag
te komen, en toen er nn eenmaal een
zachter wind over 't aardrijk streek,
toen scheen 't een wedstrijd te worden,
wie zich 't eerst zou vertoonen in 't
nieuwe^ prachtige lentegewaad.
Mijn boom kon ze bij honderd, neen
bij duizendtallen aanwijzen en zoo me-
nigmalen heb ik er met genoegen naar
gezien, wanneer zij met het schoone
ook het nuttige vereenigden en mij
beschermden voor de al te felle zonne
stralen, die ze niet doorlieten, maar met
de meeste zorg afweerden gelijk een
reusachtige waaier, en frischheid en
koelte in mijn studeerkamer brachten
zelfs bij brandende hitte. Datzelfde had
den. hun ouders ea grootouders vóór
hen gedaan. Alleen was de familie
steeds talrijker geworden en hoe grooter
hun aantal, des te grooter hunne dien
sten.
Hoe menigeen bewonderde mijn boom
om zijn bladeren! Wat was 't een
trotsch' gezicht, die bladerenkroonWat
een statige bewegingen maakte de kruin,
wanneer een sterke luchtstroom haar
scheen te willen vernielen en verbrij
zelen. Wel deed de kracht van den
wind haar huigen, maar veerkrachtig
rees zij weer omhoog en verhief zich
weer zoo fier en wanneer zware regen
buien een gedeelte van hun kostbare
vracht over mijn boom ontlastten, hoe
frisch en gedrenkt zagen dan zijn kin
deren er uit, en hoe schitterden zij,
wanneer de zon de regenwolken uit
elkander dreef en hare stralen ook op
hen liet vallen
Op zekeren dag toevallig mijne oogen
op een der takken richtende, komt het
mij voor, dat ik een paar bladers be
merk, die geel beginnen te worden.
Dwaas! niet waar? Dat scheen mij
bijna onmogelijk I Zoo'n ferme, krach
tige boom en dan reeds geel wordende
bladerenIk bekeek ze nauwkeuriger
en helaas't was waarEn ziet, o
t duurde maar heel kort, of ik zag er
al meer en meer. 't Was of ze hij den
toenamen. Inmiddels veranderde
°ok de weersgesteldheid. Een paar nach
ten was 't buitengewoon koud. voor den
tijd van 't jaar en de kinderen van mijn
boom krompen bij die vreemde aandoe-
^ng ineen. Ze hadden geleden, veel
?eleden, en 't was duidelijk, dat ze
hunne eerste kracht niet meer bezaten.
Vroeger zouden ze er om gelachen
hebben
Daarop volgde eene geheel omge
keerde temperatuur. De uitersten raak
ten ook hier elkander, 't Werd onna
tuurlijk zacht. Er viel eene fijne regen
en in den dampkring lag iets drukkends,
dat door menigen weerkenner werd
gehouden voor de bode van een nade
renden storm.
De voorspelling werd bewaarheid. Te
midden van de nachtelijke stilte werd
de komst van den geweldenaar aange
kondigd en weldra verscheen hij zelf,
door zijn gevolg omstuwd. In woeste
vaart komt hij daar aanrennen't is
of kanongebulder hem vergezelt; loeiend
en gierend klinkt zijn stemmet on
bedwingbare kracht dringt hij voor
waarts wat hem in den weg treedt,
verplettert hij, alleen sparende, wat hem
vreest en ontwijkt. Mijn arme boom I
Een zijner makkers, die aan 't einde
der groote Jaau-ürstond, moest de volle
gramschap van den dwingeland alleen
weerstand bieden, maar verloor den
strijd. Andermaal doet de vijand eenen
kevigen aanval, een kort gekraak dat
klinkt als een doodskreet, en, midden
doorgebroken, ligt daar de hooge maar
minder krachtige populier. Mijn arme
boomIk zie, hoe zijn kruin buigt
voor den storm, rechts en links worden
zijn takken gezweept en gezwaaid, maar
telkens even als 't schip te midden der
golven, richt hij 't hoofd weer omhoog
en voor een korte poos hernemen zijn
takken hunne plaats.
Zijn takken, jamaar ach, zijne bla
deren? Er wordt geen onderscheid ge
maakt tusschen die, welke reeds geel
geworden waren en aan den eindpaal
huns levens stonden en die, welke er
nog zoo groen en zoo frisch uitzagen,
en naar onze menschelijke berekening
nog zoo lang konden blijven. Misschien
hadden ze nog" wel met trots neergezien
op die afgeleefde en ziekelijke en zich
voorgesteld, dat hun tijd van heengaan
nog volstrekt niet gekomen was, en nu
Er wordt geen onderscheid gemaakt
de storm vraagt niet naar ouderdom
noch kracht. Onmeedoogend treft hij
zijn slachtoffers I 't Baat hun niet, of
ze zich krampachtig vasthouden aan de
takken, die zoo lang hunne woonplaats
zijn geweest. Met geweld afgerukt en
afgescheurd, vallen ze neer, somtijds
zelfs ver van de voormalige woning
verwijderd, want de storm drijft ze voort
door de lucht; als angstige vogels ziet
men hen als rondfladderen. Sommigen
komen tegen mijn raam, en klemmen
zich aan de ruiten, als wilden ze daar
nog een schuilplaats zoeken.
De grond ligt met lijken als bezaaid en
vormt een groot kerkhof, waar de doo-
den op elkander liggen gestapeld, on
bekend, ongeteld, ongekist. Daar liggen
ze bij honderden en duizenden, die
nog maar weinige nren te voren geen
't minste voorg'evoel hadden van hunne
op handen zijnde vernietiging I
Hij is voorbijgegaan, de geweldenaar I
De regen viel bij stroomen en daar,
waar gister nog zoovele bladeren hin
gen, ziet men nu druppels, als waren
het tranen, geweend om hen, die ge
vallen zijn. 't Wordt bedaarderde
takken komen in rust, maar oze heb
ben zooveel minder te dragenze zien
Binnenland.
Vlissingen, 12 November.
Gisterenavond is bet stoomschip Stad Nieu-
port uit het droogdok gegaan en onmiddellijk
naar Nieuwport vertrokken. Uit de plaats ge
had hebbende experten is gebleken, dat de
schade die aan de kiel en onderhoud werd ver
ondersteld, van nagenoeg geene bete6kenis kon
genoemd worden, wel een bewijs voor den soli-
den bouw van dit schip, daar het zwaar geladen
aan den grond had gezeten en een gunstige tij
moest afgewacht worden, eer het weder van
zijne plaats kon komen.
Onze stadgeuooten zullen het zich wel her
inneren, dat dit schip in 1884 op „de Schelde"
werd gebouwd.
ér zoo kaal, zoo kinderloos uit en 't is,
alsof de vogels, die er nu op gaan
zitten, verbaasd rondzien naar zoo me
nige ledige plek
't Wordt levendiger huiten. De me'n-
schen komen weer te voorschijn en
werpen een blik op de sporen, die de
storm heeft achtergelaten. Ze letten
niet op mijn boom, die zoo groote ver
hezen leed, en met de meeste onver
schilligheid zetten ze hunne voeten op
die massa g'evallenen. Wat gaan hun
die aan? Maar ik mis hen des te meer,
en weemoedig* zie ik naar de kale tak
ken, en geef ik mij onwillekeurig aan
mijne overpeinzing over
Wat ik alzoo dacht? casacara.
Slot volgt
Bij bet ingetreden winterseisoen staat ons in
deze maand op 'fc gebied der lezingen, veel be
langrijks te wachten.
In de eerste plaats zal op Vrijdag 18 Nov,
eene lezing plaats hebben van den beer W.
Otto, van Amsterdam, van wege de „Vereeni-
ging vaD volksvoordrachten eu volksverma
ken", in cle zaal van den heer Kuijpers.
Vervolgeus zal in de tweede plaats op Dins
dag 22 November eene lezing worden gehou
den van wege den Nederlandschen Protestan
tenbonden de kerk der Doopsgezinde gemeente
alhier, door den heer Beijerman van Leiden.
Eindelijk zal eene derde lezing plaats vinden
van wege het departement van 't Nut tot Alge
meen, door den heer Keller van Hoorn, van
Dordrecht, in de zaal der Loge in de Noordstr.
De laatste der geuoemde heeren is de meesten
onzer reeds bekend, terwijl de heeren Otto en
Beijerman hier voor de eerste maal zullen
optreden.
Naar wij vernemen zal de onderofficiers-ver-
eeniging van het éde bat. 3de reg. inf. en het
algemeen depot van discipline bij genoegzame
deelneming op 22 November a, eene tooneel-
voorstelling geven ten voordeele der algemeene
armen alhier.
Van 5 tot 11 November zijn alhier uit
Queenboro met de mail booten aangekomen
459 en daarheen vertrokken 569 passagiers.
Dat de eerlijkheid de wereld nog niet uit is,
ofschoon sommigen er al een zeer zonderling
begrip van hebben, bleek dezer dagen op eene
zeer prijzenswaardige wijze.
Het éjarig dochtertje van den werkman A.
Blom, in hel Kalkhok straatje, alhier, Woens
dagavond van 't spelen te huis komende, bracht
met zich mede „drie mooie papiertjes," welke
het op straat gevonden had.
Nadat het kiud zich hiermede eenigen tijd
had vermaakt, bemerkte de vader bij zijne
thuiskomst, dat het drie bankbiljetten waren,
één van ƒ100, één van ƒ60 en één van ƒ40.
Zonder zich lang te bedenken, begeeft de
eerlijke Blom met den gevorden schat van zijn
kind zich naar het politiebureau,alwaar hij ver
neemt., wie de verliezer ervan was, wien hij
spoedig dnarop met blijkbaar welgevallen het
verlorene kon teruggeven. Behalve het be
wustzijn eene nobele daad te hebben verricht,
viel dun eerlijkeu vinder nog eeue goede be
looning te beurt.
Onder het garnizoen alhier heersebte heden
ochtend eene ongewone bedrijvigheid, tenge
volge van het onverwacht mobiel verklaren der
hier gelegerde troepen.
De aan die mobilisatie verbonden werkzaam
heden werden in de meest mogelijke orde en in
zeer korten tijd verricht, zoodat de troep reeds
Ie 12 uren geheel op voet van oorlog was uit
gerust en, na eene inspectie van den majoor-
commandant Hackstroli, gepakt en gezakt,kon
optnarcheereu.
Het bataillon marcheerde door de stad, langs
den Koningsweg naar buiten en keerde na
korten tijd terug iu de kazerne, waarna alles
weder op voet van vrede werd teruggebracht.
Gisteren morgen te negen uren kreeg een
alhier woouachtig kaasventer, déP. genaamd,
een toeval, eu wel tijdens hij zich in de St.
Jacobstraat bevond. Na ajs een tol in de rondte
te hebben gedraaid, viel de ongelukkige en be
kwam vrij ernstige kwetsuren aan het hoofd,
waarna hij door eenigen der omstanders naar
zijne woning werd geleid.
De alhier gestationeerdeBelgisobe sleepboot
John Buil zal voortaan worden gebezigd tot
het vervoer van schapen tusschen Breskeus en
Duinkerken. Met dit vervoer is gisteren een
aanvang gemaakt en voortaan zullen iedere
week tusschen 200 h 300 schapen worden ge
transporteerd.
Wederom hebben eenige zeelieden vau het
Britsche koninklijke jacht Victoria and Albert
gebruik gemaakt van de gelegenheid, die de
reis van Vlissingen (tot het overbrengen der
hertogin van Albany) aanbood, om sigaren te
smokkelen. 4 zeeliedeu zijn deswege zwaar be
boet en zulleu verder door den gezagvoerder
van het jacht gestraft worden. (Ar. v. d. D.)
Woensdag jl. moet weder een der manschap
pen van het algemeen depot van discipline
alhier zijn gedeserteerd, maar den volgenden
dag reeds weder bij het depot zijn terugge
bracht door de rijkspolitie, die hem te Hans-
weert had gevat.
Naast den heer A. C. Wertheim als vooï-
zitter, zijn de heeren mr. J. E. Velt man en J.
Bruinwold Riedel opgetreden als onder-voor
zitter en secretaris van het hoofdbestuur van
,,'tNut."
Z. M. de koning heeft, volgens ketHaagsche
Dbld., op het verzoek van dr. J. M. Smit, om
het bekende besluit van den gemeenteraad van
Apeldoorn nietig te verklaren, afwijzend be
schikt.
Keizerin Eugéuie, reizende onder den naam
van gravin De Pierrefonds, is met baar gewone
gevolg Dinsdagavond aangekomen in het
„Amstel-hotel" te Amsterdam.
Uit Yeeuhuizen wordt gemeld Er waren
in den laatsten tijd weder zooveel transpoiten,
meest veroordeelden voor 1 tot 3 jaar, dat alle
bescinkbare ruimte ingenomen werd en men