VLISSINGSCHE COURANT H E E 3NEL, je_ Aiiisteitii, No. 42. Zoudag 23 Mei 1886, 24ate Jaargang. 0 E M E E N T K B li S1' L' 1? li. It-SCIIliLDË, ust us 1886 van te Vlissingen, bij J. c, iketbnkker eu bij CHARLES verkstraat, P. de Souchon Thee 25 per 1/g kilo. NATTE WASS CHEN dres bureau dezer Courant, T 11 A »1 1» 1 E N S T 3sing3D. en Middelburg v y |p W orkdageil [voorin 5'— 6,- (remise) 7,5 (Zeil. II,—, nam 12,20, 1,40, 3, ,20. 9,40 voorm 5,30 (Groote Markt) fi, II 40, nnm I.—, 9,20, 3,40, 5,-' ,0,20 Fe a t.la loorm 6,(remise) 7,5 (Zeiiinark uum 12,20 I,—, 1,40, 2,i0 (Hal. eilmarkt) 4,20 (Hadliuis) 5,— (Zeil. 7,-, 7.40, 8,20. 9.40 voorm 6,30 (Groote Markt) 7,() 0 nam 1,-. I,40f, 2,20 3,J 5,40, 6.20, 7 7.40, 8,20, 9,- waarvan de vertrek l door aoar liet Badhuis met m,lRGE»lESSl ddelburg en Vlissingen oorm 6,30f 8,—, 9,lUf iddag l,30,f 2,30, 8,30,f .5,10, 6,1 voorm, 8, 10.—II 2,80,f 3,30,4,3016,- viaarvan de vertrekuren raelw rordt anu do tusschenstationa Abet stilgehouden BUREAU; Kleine Markt I N°. 187. Prijs per drie maanden 1,Franco per post f 1,15, Afzon derlijke nummers 10 cent. Men abonneert zich bij alle Boekhande laren en Postdirecteuren. UITGEVER F. VAN DE VELDE Jr. te Vlissingen. PRIJS DER ADVERTENTIENVan 1 tot 4 regels f 0.40. Elke regel meer 10 cent. Clichés en groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Eenig agent voor Frankrijk, de firma G. L. DAUBE Co., te Parijs. Verschijnt WOENSDAG- en ZATERDAG-AVOND. Abonnementen voor België, Duitschland, Engeland en Frankrijk f 1,65 per drie maanden. ?OOMBOOTDIENST tusscken Middelburg en Rotterdam isclienliggende plaatsen vau vertrek in Mei 5.30 vun MiJdelburg: vin 9,45 van Rotterdu vm 9 45 <8,30 9,45 u 9,45 5,30 9,45 9,45 5,30 9,45 ii 9,45 8 30 9,45 ii 9.45 c8,30 9,45 ii 9 45 5,30 9.45 9,15 ^OORBOOTDIENST Ldelburg en Zierikzee v.v, 4,— nil,— 4,— VAN SIBUÏKZBB! Donderd 20 voorin 6, Vrijdag 21 6, Zaterdag 22 7, Zondag 23 7 Maaudag 24 7, Dinsdag 25 7. Dinsdag 25 Woensdag 26 Donderd 27 nam 3,3! i. Mt DE MAANDEN In worden ■g, lag. Woensdag en Zaterdag. voom. 7,30 nam, - 10,30 11. 12,30 I 6,-1*12,401 5,30 6,20|* 1,4 5,50 6,401* 1,251 6,8 7,25 2,15 6,56 elzaeto v Gent Neuzen PERSONEELE BELASTING. Afkondiging van liet kohier der personeele belasting no. 7, dienst 1885/sö' Do burgemoestur vau Vlissingon maakt bekend dat op heden bij hem ontvangen en aan den |ks-ontvanger is gezondeu het executoir ver- narde kohier wegens de personeele belasting 7, dienstjaar 1885/a6. dut de daarop voor rende belustingschuldigen wordeu uitge nodigd, om hunne uanslugen op den bepuiil- tijd aan te zuiveren, ook ter voorkoming no vervolgingen; en herinnert dat de bezwaarschriften binuen drie maan- •n na heden bohooren te worden ingediend, •rutijl de aangiften ter bekoming van out* ingeval van verhuizingop grond vun rt. 27 2, der puraoneele wet, moeten worden jedaan bij den rijks-ontvaoger, binnen èéne volgende op die, waarin het perceel is lütruimd. En "ib hiervan afkondiging geschied waar het behoort, den 21 Mei 1886. De burgemeester voornoemd, A. SMIT. Qp nieuw vaststelling van eenige strafverordeningen. Verordening op liet brandwezen in de gemeente Vlissingen. HOOFDSTUK I. Bepalingen ter voorkoming van brand. Art. 19. Wanneer bij onderzoek, door of wege burgemeester eu wethouders gedaan, avonden wordt, dat het hooi in stapels of schuren begint te broeien, zal het op aartoe te geven last terstond moeten worden itgobaald en gespreid: betzelfde is van toe- assing op steenkolen. Art. 20. Het is verboden brandbare stoffen leggen binnen zeven decimeters van eenige itookplants, of binnen drie decimeters van rookleidingen. Aan bakkers en koks is het geoorloofd paanders of takkenbossen oader de ovens te eggen, mits die plaats met ijzeren deuren ;eslot»D wordt. Art. 21. Het is Verboden vaatwerk op itraat te heeloii vóór zona op- en na zons mdorgang zoomede by sterken wind en au- lers dan op plaatseu door burgemeester en fethonders toegestaan. In elk geval zullen da kuipers, wanueer zij »oor hun beroep van vuur gebruik maken en ton met wnter eu een dweil in gereed- d hebben. Zij mogen geen duigen of ander vaatwerk n hunne schoorsteenen leggen of plaatseu Art. 22. De loodgieters zullen buuue werk- aambodon, voor zoover bet gebruik van vuur laarbij te pas komt, in de open luebt niet oogen verrichten bij bardon wind en iu allen cu geldig; vour dicoi «la juvulle niet na vier uren in de maanden i.'pteraber tot en met April en iu de overige Daanden na zeven aren des namiddags. Zij, zoowel als de gasfitters, zullen by hunne vorkzaambedon de noodige voorzichtigheid nachtnemon zich altijd van een vuurwagen aoeten bedienen en hunne beete bouten Inarop nederleggen en in bet algemeen alles ianwenden wat mogelijk is om brandgevaar 'B voorkomen. Art. 28. Het smolten van pek en het bee- n van teer mag bij kleine hoeveelheden mitensbuis niet anders geschieden dan tus- hen zons op- en ondergang. Daarenboven zullen de werklieden altjjd Het tccken beteelcent dat op t noeten gereed hebben een ton met aarde of uede aangeduide gedeelte vau liet® vater en een zeil of dekkleed tot blusscbiog alleen rijtuigen lste en 2de W^an m0geUjken brand. Art. 24 Zender voorafgaande toestemming burgemeester eu wethouders, mug nie mand in hetzelfde gebouw of op hetzelfde erf een grootere boeveelheid dan van 20 liter petroleum voorhanden hebben, welke in elk geval in goed fustwerk of in gesloten bussen, flesschen of kruiken moet geborgen zijn. Burgomoester en wethouders zijn bevoegd ten aanzien van de bewaring van petroleum, zoodanige voorschriften te geven als zij in het belang der openbare veiligheid zullen noodig oordeelen. Art. 25. Het is verboden bij bet losser», ladeD, bewerken of Vervoeren van hooi en andere licht brandbare goederen, tubak te rooken. Art. 26. Het is verboden vuur te stoken aan boord van schepen, die met hooi of stroo of licht ontvlambare stuffen geladen zijn. Art. 27. lil do winkels mag geen giootore voorraad van buskruit of vuui werken voor handen zijn dan van drie kilogram te samen. Hut buskruit mag niet anders bewaard wor den dan in metalen bussen of doozen. Art. 28. Het is vurbodeu vóór zoo9 op gang en na zons ondergang buskruid of vuur werken te verkoopcr). Art- 29. Iu de lokalen ter bewaring van buskruit en vuurwerken mag geen vuur voorhanden zijn, tabak worden gerookt noch licht worden gebrand, anders dan in een gesloten lantareD. In de wiukels, waar vuurwerk of buskruit verkocht wordt, mag geen tabak gerookt worden. Art. 30. Het is verboden vóór zons opgaDg en na zons ondergang varkens te branden. Het zal bij dag alleen mogen plaats hebben op de plaatsen door burgemees ter en wetbouderB aangewezen. Buiten de bebouwde kom der gemeente zal zulks op eigen grond niet mogen gescbiedeu binuen 25 meter ufstand van de gebouwen. Nadat de varkens gebraud zijn, moet het vuur onmiddellijk worden gebluscht. Art. 31. Omtrent de voorzorgen tegen brandgevaar aan boord van schepen en vaar tuigen, is voorzien bij de artikelen 10, 16, 17, 18 en 19 van bet Reglement van Politie op de havens en kadoD, vastgesteld don 18 Juui 1856, en de artikelen 9, 10 eu 11 van de verordening op bet gebruik vau de Zee honden werf, vastgesteld den 28 Jauuai i 1863. Art. 32. Do commissaris van politie ia ge machtigd eu verplicht, met door burgem<<esi i en wethouders aan te wyzeu ambtenaren, de kombuizen en stookplaatsen iu de schepen eu vaartuigen te onderzoeken, met muebt om, zoo noodig te bevelen dat daaraan binnen 24 uren worde gemaakt of veranderd, wat voor brand gevaarlijk wordt geacht, en onmiddellijk bet gebruik daarvan te veibiedeo. Art. 38. Burgemeester eu wethouders, bet bestuur over de brandweer en de commis saris van politie, hebben ieder voor zooveel bun aangaat, de bevoegdheid om ter uitvoe ring van de verschillende voorschriften dezer verordeuiug, alle huizen, erven ol vaartuigen iu deze gemeente biDnen te treden, bij dag waar bet geldt de artikelen 1 tot eu met 13, 21 3e alinea, 26, 27, 31 en 36, ten allen tyde waar bet de toepassing betreft der ar tikelen 15, 16. 17, IS, 20, 28, 32, 33 en 72 (2e en 3e alinea.) Zij zullen vau deze bevoegdheid gebruik makende, zich moeten gedragen nuar de be palingen van de le alinea van art. 3 der wet van 31 Augustus 1853 {Stbl. no. 83.) Hoofdstuk If. Brandbluschmiddelen. Art. 34. De aan de gemeente behoorende brandspuiten met toebehooren, zullen op verschillende, door burgemeester eu wethou ders aan te wjjzen plaatsen in de gemeente geborgen worden. Voor het oogenblik zijn de plaatsen daar voor aangewezen als volgt spuit A op de Botermarkt. B achter de Groote kerk. C in de Prinsenstraat, D iu do Wdgenaarstraat. Daarenboven is een extincteur aan do stads werkplaats en een handbrandspuit op don zolder van bet raadhuis. Art. 35. Van do brandbluschmiddelen zal door de zorg van bet bestuur over de brand weer eune lijst opgemaakt en aan deze ver ordening toegevoegd worden. Een exemplaar van deze verordening en van den inventaris zal aau iederen brand meester, brandspuitmeester en onder-brand spuitmeester worden verstrekt. Art. 36. Op de deuren van de huisje3, waar de spuiten geborgen zijo, zal de letter van de biandspruit geplaatst zijn. Tevens zal in die buisjes de gelegeobeid bestaan, om by hot binnenkomen daarvan, dadelijk licht te kunnen ontsteken. Art. 37. Do brandspuitbuisjes zullen alleD behoorlijk worden gesloten. Iedere brand meester, brandspuitmeester en onder-brand spuitmeester, zoomede de aannemer van bet onderhoud der brandspuiten zal daarvan een sleutel hebben. Daarenboven zal iu eene der woningen na bij de brandspuitbnisjes een verzegelde sleutel gedeponeerd worden. Die woningen zullen aangewezen worden door een aan den gevel aangehecht bordje met bet opschriftBewaarplaats van den sleutel der spuit.« >Dezo sleutel zal aan niemand anders mo gen worden afgegeven dan aan het bestuur v«n de brandweer, de brand- eu onder-brand spuitmeesters on aan do politie. Art. 38. De bewaarplaats van den extinc teur en de woning van den persoon die voor de bediening daarvan aaogewezeu is, worden insgelijks door een bordje aunguduid. Art. 39. De bewaarplaats der brandladders en brandbaken wordt door burgemeester on wethouders bepaald. Op dit oogeublik worden zjj bewaard in de "'ijgnngi terwijl de verzegelde sleutel bewaard wordt in een daarbij gelegen huis, kennelijk aan een bordje. {Wordt vervolgd.) vi imujjqzig^ in. Ongelukkig evenwel zij, die moeten verhuizen en geen uitzicht hebben, om gevoeglijk onder dak te komen. Daar zijn, helaas! verhuurders van woningen die, evenals alle menschen, wel een hart hebben, maar een hart van steen, dat doof en ongevoelig is voor smeekingen van ongelukkige huurders, die wel loillen maar toch inderdaad niet kunnen betalen. Zoo menigeen klaagt en is ontevreden over de woning, die hij heeft betrokken, maar hoe moeielijk zal men zich den toestand kunnen voorstellen van hen, die letterlijk, in den vollen zin des woords, op straat gezet worden. Men moet zoo iets gezien hebben, om het te kunnen begrijpen. De huisheer laat dit werk gemeenlijk aan anderen, aan de mannen van de wet, over, maar beter deed hij, om daarvan getuige te zijn. Wanneer hij dan zag, hoe elk stukje huisraad daar op de straat wordt neergezet en het schamele en armoedige daarvan zoo ge heel voor ieders oogen wordt tentoonge steld en in zijne volle naaktheid zoo akelig en droevig uitkomt; wanneer ein delijk de laatste stoel er is uitgedragen en de weenende huismoeder, misschien met een paar kleine kindren, daar bui ten neerzit, aangegaapt door enkele me delijdende en zeer, zeer vele nieuwsgie rige toeschouwers; wanneer, om het leed te vergrooten, een koude wind onbarm hartig door de straat giert, of een re genwolk haar inhoud over alles uitstort; wanneer dat alles plaats heeft, en men dat ziet en men dan nog geen medelij den gevoelt en men dan nog meent, dat men een mensch is, dan vergist men zich deerlijk. Denkt niet, dat zoo iets tot de onmo gelijkheden behoortWie dagbladen leest zal zich herinneren, hoe nog dezen win ter, en onderschrap met dikken streep het woord WINTER, zoo iets in Am sterdam is gebeurd en er nog wel meer dan twee kinderen uit hunne bedjes ge haald en op straat gebracht werden I Ong-elukkig zij, die door tijdsomstan digheden, door zware verliezen, genood zaakt zijn, om eene ruime, aangename woning te verlaten en zich te schikken naar kleinere vertrekken. Niet omdat men in eene meer bekrompene omge ving* niet gelukkig zou kunnen zijn, maar het gevoel heeft ook een stem en ieder, die zich aan weelde heeft gewend en niets gaat gemakkelijker zal het vreeselijk vinden, om zich zoo te moeten verminderen, zich zooveel te moe ten ontzeggen Wanneer men dit alles overdenkt, zal men tot de overtuiging komen, dat er in 't verhuizen meer ligt opgesloten, dan eene oppervlakkige beschouwing wel zóu doen vermoeden.Ik wil mijne beschouwing met eene zeer alledaagsche schets ein digen. Niet verre van de groote brug in de plaats mijner inwoning staat een groep huisjes, allen onder één dak. De helft daarvan behoort aan een ex-kruidenier, die, zoo als men dat gewoonlijk noemt, zijn schaapjes op 't droge heeft, en met de wekelijksche huur van die geringe woningen zijn inkomen op eene, waar lijk niet onbelangrijke wijze weet te vermeerderen. In 't derde huisje van den hoek af woont een bejaarde weduwe. De oude Geerte-Mie, zoo noemen haar de buren, heeft reeds jaren geleden ha ren man, een ijverigen timmermansknecht, verloren. Op sobere, maar voor hare ge ringe behoeften voldoende wijze ver diende zij haar brood met ,/uit schoon maken" te gaan. Sedert drie jaar woont zij in hare tegenwoordige woning en heeft nog altijd stipt haar huur betaald. In den afgeloopen winter komt ze 's avonds uit een harer werkhuizen, valt door de gladheid en breekt haar been. Weken lang is zij aan hare legerstede gekluisterd geweest. Meer behoef ik niet te zeggen om te doen hegrijpen, hoe het met hare geldelijke omstandigheden ge steld is. Dit was dan ook de zeer na tuurlijke reden, waarom ze reeds gedu rende eenige weken de huur niet had kunnen betalen. Ze had om uitstel ge vraagd, hetwelk haar dan ook door de buitengewone welwillendheid en over- groote barmhartigheid van den buisheer was verleend, hoewel onder de bepaalde toezegging van haren kant en ze meende het dat ze het achterstallige zou inhalen. Het is de eerste April. Geerte-Mie zit in haar eenvoudig vertrekje, 't Zijn witte muren, maar ze heeten dan ook terecht wit. De steenen vloer is met zand be strooid. Eene tafel, die ze bij haar trou wen van hare mevrouw had gekregen, staat voor het raam met kleine ruitjes. Op de tafel staat een potje met een ro- zeboompje, dat gelukkig den winter ig

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1886 | | pagina 1