VLISSINGSCBE COURANT.
No. 2.
Zondag 3 Januari 1886.
fiSMIIHTRBRSTDOI.
W I Hf T E tt.
FIUULLIT®
lp dsn Rümmingsburg.
BINNENLAND.
BUREAU:
Kleine Markt I N®. 187.
Prijs per drie maanden f 1,Franco per post f 1,15. Afzon
derlijke nummers 10 cent. Men abonneert zich bij alle Boekbande
laren en Postdirecteuren.
UITGEVER
F. VAN DE VELDE Jr. te Vlissingen.
PRIJS DER AÜVERTENTIEN Van 1 tot 4 regels 0.40.
Elke regel meer 10 cent. Clichés en groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Eenig agent voor Frankrijk, de firma G. L. DAUBE
Co., te Parijs. i
Verschijnt WOENSDAG- e"i ZATERDAG-AVOND.
VERKIEZINGEN.
Oproeping van elders in de directe belas
ting aangeslagenen tot het doen van
aangifte, om op de kiezerslijsten
te worden gebracht.
De burgemeester van Vlissingen
gezien art. 7, 2e alinea der wet van den 4
Juli 1S50 Staatsblad no. 37,) regelende het
kiesrecht en de benoeming van afgevaardigden
ter eerste en tweede kamer derstaten-geueraal;
uoodigt de inwoners der gemeente uit, om
zoo zij elders in de directe belastingen zijn
aangeslagen, daarvan vóór den 15 Februari
eerstkomende te doen blijkbn.
En is Uiervan afkondiging geschied,waar
bet behoort, den 2 Januari 1886.
De burgemeester voornoemd,
A. SMIT.
n.
Dat alles is de schoons zijde, maar
ook de sneeuw heeft, even als al 't on-
dermaansche, eene schaduwzijde. In ons
vaderland worden al spoedig- klachten
aangeheven, wanneer de sneeuw een paar
voet hoog' ligt, of wanneer zij door fei
len wind. en sneeuwstorm hier en daar
in een. hoek wordt opgejaagd en daar
door den geregelden gang der treinen
wordt belemmerd en eenigermate ver
traagd; maar wat zouden we zeggen,
wanneer we plotseling werden overge
bracht in streken, waar de sneeuw zóó
hoog ligt, dat men als 't ware bij 't
maken van. een pad aan zijne heide kan
ten een sneeuwmuur heeft; wat zou men
zeggen van woningen, die letterlijk in
gesneeuwd zijn, zoo liggen ze als onder
de sneeuw bedolven; wat van treinen,
die met geen mogelijkheid verder kun
nen komen, wanneer de wintervorst zelfs
lacht om de kracht van den stoom.
Het stoompaard wordt aangezet en ge
spoord en gezweept; nog meer kolen
nog- al meermaar te vergeefs, men hoort
het zuchten en steunen van krachtsin
spanning, nog eene laatste poging, 't is
of alles moet harsten en kraken, maai
de winterkoning kent zijne dienaren en
spot met al die vertooning van 't men-
schenkind en 't voortbrengsel van zijn
18.
Uit het Duitsch.
Aldus stelt gij in deu «raensch* Rüm-
ming vertrouwen, Amata?* Kurt wist zicb
niet verklaren waarom hij do blinde niet met
hot genadige freule* aansprak. Misschien
was zij iu zijn oog eene heilige, bij wie alle
tjtels in bet niet wegzinken. »En daar
voor dank ik u van ganscher harte,* gÏDg bij
voort: «Gelooft gij echter ook dat mijn hand
teker genoeg is om den nacht weg te nemen,
WqMcc op nwo nrra" oogon ligt?*
vernuft. Hij zal, hij moet den strijd win
nen en hij wint dien ook zoolang hij al
leen door kracht en geweld bestreden
wordt. De locomotief blijft onbewegelijk
staan en de poging wordt opgeheven.
Verlaat uwe wagens, gij reizigers, on
derwerpt u aan den ijzeren wilDaar
staan ze klappertandend, dieper en die
per zinken hunne voeten in de sneeuw
en ik geloof dat menige uitroep uw oor
zal bereiken, die heel wat anders klinkt
dan de juichtoon der kinderen bij 't zien
van de eerste sneeuwvlokken.
Wanneer gij, die 's zomers opgetogen
zijt over de schoonheid van Ilarz of
Sachsische Schweiz of Salzburger Alpen,'
nu eens voor eenige dag-en daar een kijkje
gingt nemen, waarlijk, gij zoudt, naar
ik hoop, getroffen zijn door de majesteit
en indrukwekkende, eerhiedafdwingende
schoonheid van 't geen ge nu ziet, maar
toch zoudt ge nu niet verlangen, om
daar te wonen. Toen ge in de heerlijke
zomerdagen in de stille eenzaamheid van
't woudgebergte voor eenige minuten
uwen intrek naamt in die kolenbvan-
dershut, toen het nieuwe van dien toe
stand u aantrok, u betooverde, roman
tisch stemde, u misschien den dwazen
wensch op de lippen bracht, om daar
eenigen tijd door te brengen, toen hebt
ge u met geene mogelijkheid kunnen
voorstellen, hoe alles er uitziet in den
wintertijd. Van zoo'n sneeuwmassa, van
zoo'n totaal onzichtbaar worden van
wegen en paden in dat woud, van zoo'n
geheel bedolven raken onder dat witte,
oogverblindende tapijt, hebt ge u geene
voorstelling kunnen maken. Och! wat
zoudt gij spoedig naar uw landje terug-
wenschen, waar gij 't in den zomer zoo
veel minder schoon vond. Maar wat
zoudt gij ook tevens daar eene hoogst
weldadige les van tevredenheid met uw
lot kunnen krijgen! Wanneer die massa
van ontevredenen en morrenden wegens
geringe verdiensten daar eenige dagen
werden overgebracht en met eigen oogen
zagen, hoeveel ellende en ontbering daar
geleden wordt, met hoeveel koude en
gevaren daar te worstelen is, ik ben er
zeker van, dat vele zouden genezen wor
den en 't een practisch middel zou we
zen om hen. tot plichtbesef en dankbaar
heid terug te brengen.
Zoo vertoont zich de sneeuw onder
Abonnementen voor België, Duitschland, Engeland e
Frankrijk f 1,65 per drie maanden.
Hij zag ia spaaning op haar neder, terwijl
bij mot zijn rechterhand onwillekeurig naar
het lanset greep, dat hem onder al de werk
tuigen zijner heilige kunst het dierbaarst
was. Het onbeschrijflijk zoete lachje, waar
mede het arme kiod ieder betooverde, spoelde
weder om Amata's mond en weder verhief
zij hare hand om de zijne te zoeken. Wat
vertoonde zy zich klein tegenover den met
een Herkulesgestalte begaafden dokter RUrn-
ming 1 Dat is een vaste, gespierde arrnl*
zeide zij, hem bij den arm grijpend, »eu wat
zekere band. Ik geloof onbepaald in uwe
macht,* giüg zij voort met eene beslistheid,
die haar anders volstrekt uiet eigen was.
«Eu nu, iu Gods uaatü, draal niet langer en
begin met uw onderzoek.*
Een kwartieruurs later verhief zich het
jonge meisje vau de plaats, waarop zij door
Klimming gezot was. Het onderzoek door do
verschillende vormen. Hare schoonheid
bestaat vooral in hare reinheid. Welk een
heerlijk tooneel wanneer op den Kerst
morgen alles met sneeuw is bedekt
Hoe menigmaal hebt gij u verlustigd in
de beschouwing van afbeeldingen van
kersttooneelen, vooral in 't hoogland.
Wanneer de dikke sneeuw alles bedekt
en de vroege kerkg-angers zich met de
grootste moeite eenen weg naar 't kerkje
banen, dat, in de dalbocht gelegen, zijn
met sneeuw beleg'd dak vertoont en de
spits zich ten hemel verheften alles
eene plechtige stilte ademt, zoo geheel
iu overeenstemming met de stemming
der kerkgaanden, dan bevangt n een
heimwee, om u onder die menschen te
mengen en 't sneeuwtooneel daar te ge
nieten, dubbel, zoowel in den tempel der
natuur als in dien door de hand des
menschen gebouwd!
Winterheerlijke tijd voor de jeugd
niet alleen, maar voor allen, van welken
leeftijd ook, die hunkeren naar 't ijs
vermaak! Vreemde toestand, vreemde
uitspanning, wanneer men er zonder
geestdrift", zoo dood nuchter over na
denkt. Water, zoo hard en zoo sterk ge
worden, dat het eene korst, eenen vloer
vormt, die in staat is, om duizende en
duizende kilo's te dragen, terwijl onder
dien vloer het nog overige vloeibare
element zicb voortbeweegt. En de mensch
heeft dien toestand niet alleen dienst
baar gemaakt aan zijn gemak en voor
deel, wendt hem niet alleen aan, om
langs dezen weg zijne koopwaren te
vervoeren, wanneer schepen hem geenen
dienst meer kunnen bewijzen, maar ver
bindt er vermaak aan en wel in zulk
eene mate, dat het een hartstocht wordt,
die duizende menschen en kinderen be-'
zielt; een vermaak, dat reeds weken te
voren met sehnsucht wordt verbeidt en
een der grootste aantrekkelijkheden van
den winter uitmaakt.
Waar zou ik eindigen, wanneer ik 't
ijsvermaak in zijn volle kracht wilde
schilderen? Eenige jaren lang, toen de
zoogenoemde ouderwetsche winters uit
de mode waren, sluimerde het tot groot
verdriet van de echte liefhebbers, maar
nauwelijks is de winter hun meer gun
stig, of de oude begeerte keert met ver
dubbelde kracht terug en wel met eene
buide beuren dokter Kurt geholpon door
Ericb was geüiudigd; zjj waren daarbij
zeer stipt te werk gegaan. Wat zij onder-
tusschen met elkander gesproken badden,
was voor de patiënte onverstaanbaar, omdat
zij geen Latijn kende. Eindelijk bracht zij,
bijua ademloos, de woordun uit: «Dokter, ik
bid u, ik bezweer u, zeg ronduit uw gevoe-
lon, ik kan de onzekerheid niet langor uit
staan.*
Kurt liet bet bevende meisje wuder plaats
nemen. »Zug gjj haar het gelukkige woord,*
fluisterde bij zijn vriend toe, en Erich von
Wildeu boog zich vol liefde tot zijne zuster
en nadat bij een oogenblik met zijne lippen
de hare had aangeraakt, zeide hij op innigen
toon: «Aaiatal reeds binnen drie dagen zal
dokter Klimming in mijne tegenwoordigheid
de operatie kunnen doen. Gij zult ziende
worden, wij kunnen n dat bijna met zeker-
kracht, die door de onthouding des te
grooter is geworden.
We hebben 't immers gezien, hoe on
ze landgenooten en vooral de Friezen,
het schaatsenrijden en het uitmunten
daarin tot een punt van eer hebben ge
maakt. Wat al wedstrijden, niet alleen
nationaal, maar zelfs internationaal, zoo
danig zelfs, dat de strijd nog niet ge
heel is beslist, dat de Noorman het nog
niet opgeeft en het nog hij lange na
niet is uitgemaakt, wie de snelste rijder
in Europa is.
Nogmaals, vreemde toestandOp een
paar dunne ijzers voort te glijden, te
vliegen met de snelheid des winds, ter
wijl hij-, die de kunst niet verstaat, ver
baasd staat èn over 't feit zelf, èn over
de ambitie, die daarbij ontwikkeld wordt.
Maar niet minder een levensbeeld.
Broos is die vloer en bedriegelijk. Hoe
uitlokkend ligt die spiegelgladde baan
daar voor ons. Sterke en zwakke plaat
sen dragen 't zelfde schitterende voor
komen en toch, hoe menig slachtoffer
eischt diezelfde schoone baan, hoe menig
een verdween daaronder, om levenloos
te voorschijn gebracht te wordenToch
blijft de onvoorzichtigheid, de roeke
loosheid dezelfde en al de offers schrik
ken niet af. Zou, uit dit oogpunt be
schouwd, het ijs geen zeer duidelijk le
vensbeeld zijn CA SA CARA.
Vlissingen, 2 Januari.
Yan 26 Dec. tot 1 Jan. zijn alhier uit
Queenboro met de mailbooten aangekomen
341 en daarheen vertrokken 367 passagiers.
Ter gelegenheid van het met 1 dezer over
dragen van den geneeskundigen dienst bij de
kon. Ned. marine, aan zijn opvolger, den
heer 11. vau Rijn, werd gisteren den heer
P. K. J. Pabst, officier van gezondheid le
klasse, van wege de bemanningen van 's rijks
lichtschepen Noord Hinder en Schouwenbank
en den transportschooner de Coertzen voor de
door hem bewezen geueeskundige diensten ten
geschenke aangeboden, een prachtige Cuivre
jardinieremet twee daarbij behoorende kan
nen en een sierlijk album van fijn rood leder,
met cuivre hoeken, bevattende de namen der
gevers in keurig calligraphisch schrift.
Het album bevat behalve de opdracht, de
beid beloven.*
Een onbeschrijfelijk geluid, een luide ju
belkreet ontwrong zich aan hare lippen, toon
zij lachend en weennnd haar broeder omhels
de. «Ea wat zulleu zij nu te huis zoggen
voegde zij er in de handen klappende bij.
«Ach Ericb,* liet zij or direct op volgen,»zal
mijnheer Wilms Braldrup, als ik weder zien
kan, niet des to meer bij mi] aandringoo om
met hem to trouwen?*
Het gelaat van haar broeder verduister
de. «Denk maal' niet om hem, lieve, iu
ieder geval hangt de beslissing van u af. fa
onze dagen kunnen de ouders hunne kinde
ren niet meer naar het huwelijksaltaar slepea
en vrij willig gaat gij toch niet met hom
mede, niet waar?*
Hu kwam ook mevrouw Ilse hare gaBteu
uitnoodigen de thee bij haar te gebruikeu,
en det«n durfden die uifnood'ging Vief U