VLISSINGSCHE COraiNT.
No. 42
Zondag 24 Mei 1885
23ste Jaargang
KERMIS.
riissingen.
^=ss
I.
n.
X.
0
9.00
9.40
10.2(1
8
9.8
9.48
10.28
5
9.15
9.55
10.35
0
9.20
10.00
10.40
0
9.30
10.10
10.50
I.
II.
I.
0
9.40
10.20
11.00
0
9.50
10.30
11.10
5
9.55
10.35
11.15
2
10.2
10.42
11.22
0
10.10
10.50
11.30
MER.
OF:
met Kast. Adres:
tt ZOON, te Vlis-
■OIBNST
en Vlissingen vv
.30f. 8.—, 9.1 Of 10.-
3.30,f 5.6.30,
-,t 9,—, 10.—f ir,—
3,30,4,3(116,—, 7,3«,t
de vcïU'ckuïea piet eet
I tusschcnstations Abeelt I
!nst'
de Buitensluis
6.10, 6.35 (nnnr kctU'-
45. 9.15 (via keersluis, I
IS. Namiddags 1.30 1.52
.30, 3.05.4.20,4,55 (vis
'a keersluis), 7 45 8. 5
6.20, 7.20, 7.45, 9.05
130. K «middag 12.0"
4.05, 4.,36 b.lli, 6.45 I
J1ENST
in Zierikzee v.v,
van zierikzee:
j-jndcTil.ïl voorin. 6,—
rijdag 22 6,80
itcrdog23 10.—
uudag 24 6.—
•aaudng25 6.—
insdag 2G 7.30
ocnsd.27 6,-
'oeiisd. 28 num. 8.30
(•uderJ.28 3.30
LD E,
Vrijdag.
Zaterd.
Tm. MI.
Tm.
7 30
7.30
10.30 -
- L
11.—
6.- 13.30
10.30
6,30 1,—
11.-
BUEBAU:
Kleine Markt I N#. 187.
Prijs per drie maanden 1,Franco per post f 1,15. Afzon
derlijke nummers 10 cent. Men abonneert zich bij alle Boekhande
laren en Postdirecteuren.
UITGETER
F. VAN DE VELDE Jr. te Vlissingen.
PRIJS DER ADYBRTENTIENVan 1 tot 4 regels f 0.40.
Elke regel meer 10 cent. Clichés en groote lettere worden be
rekend naar de plaatsruimte, die zij beslaan.
Eenig agent voor Frankrijk, de firma G. L. DAUBE
Co., te Parijs.
Verschijnt WOENSDAG- en ZATERDAG-AVOND.
Abonnementen voor België, Duitschland, Engeland en
Frankrijk f 1,65 per drie maanden.
6EMEKNTIBK8TD0R.
De burgemeester en wethoudeis
van Vlissingen,
maken beltend
dat de KERMIS of JAARMARKT
dit jaar zal aanvangen op Maandag
den 20 Juli a. s. en eindigen op
Zaterdag den 25 d. a. v., dat
aanvragen om standplaatsen kun
nen worden gericht tot den markt-
3iensx
"g en Botterdam
3e plaatsen
rek in m
i.
van Middelburg.
nderd. 21 voorin. 9.4Ö
ij dag 22
P -945
le, ilag 23
9.45
ndng 21
7.-
listing 26
p 9.45
oeiistl. 27
9.45
mderd. 28
ii 9.45
RDAM.
aar Vlissingen.
nderd. 2i
oorm. 9.45
ijdag 23
M 9.45
teldag 23
v 9,45
udag 24
9.4a
usdag 26
9.45
oeusd. 27
9.45
ndtrrd. 28
9.45
afvaart va
Vlissingen
burg vertrekken.
Vlissingen, 21 Mei 1885.
De burgemeester en wethouders
voornoemd,
Th. VAN TJIJE PIETERSE L. B.
De secretaris,
P. EORBES WELS.
NATIONALE MILITIE.
Onderzoek der verlofgangers van de militie
te land.
De burgemeester en wethouders van Vlis
singen;
Gelet op art. 1 ran het besluit van den
commissaris des konings in deze provincie,
van den 11 Mei 1885, (Provinciaalblad no.
61;)
Verwittigen bij deze de verlofgangers van
de militie te land, voor zoo ver zij vóér den 1
April 11. in het genot van onbepaald verlof zijn
gesteld onverschillig tot welke lichting zij
behooren en zich in deze gemeente bevinden,
flat zij zich op Woensdag den 3 Juni 1885 (les
1 voormiddags te 10 uren véér liet raadhuis
dezer gemeente zullen moeten vervoegen,
voorzien van de kleeding- en uitrustingstuk
ken, vanilmn zakboekje en van hun verlofpas,
om aldaar door den militie-commissaris te
worden onderzocht.
Wordende een ieder wien zulks aangaat,
ernstig aangemaand, om zich ten voorschreven
dage, uur en plaats te doen vinden, ten einde
zich niet bloot te stellen aan de straffen bij de
wet bedreigd.
En is hiervan afkondigiug geschied waar
het behoort den 20 Mei 1885.
De burgemeester en wethouders
voornoemd,
Th. VAN TJIJE PIETERSE L. B.
De secretaris,
P. FORBES WELS.
FlULilTOl
IK HET BIVAK.
Uit hot Duit sc h.
La Fleüu.
»Maar hoe krijgen wij het stuk boven op
zijn kamer?* vroeg een van ons*
»Dab is heol eenvoudig. Morgen vroeg om
vier uren, als alles nog donker is, trommelen
wij al ouze oppassers bij elkander, nemen den
zespouder onder in den gang stil en zacbtkens
uit elkander en zetten hem op zijne kamer weder
in elkander. De oppasser van La Fleur »Herr
Vogt* doet voor ons open en legt wat dekens
op den grond. La Fleur slaapt als een os
en vermoedt niets van de verrassing, welke
bom wacht.
IV.
't Is een prachtige dag". De hemel is
onbewolkt en de zon bestraalt in rijken
glans een landschap zóó schoon, zóó in
drukwekkend tevens, dat het verrukte
oog nauwelijks weet, naar welken kant
zich te wenden, om toch niets te missen.
Aan den rechterkant, van den weg is
een steil rotsgevaarte, gedurig afwisse
lend in tinten, hier en daar met de vuur-
roode bella donna, daar met andere plan
ten hekleed en versierd. Aan den linker
kant is een liefelijk landschap, dooi' 't
welk meer dan een beekje zich eenen
weg baant, nu eens rustig kabbelend
zijne golfjes voortstuwt, dan weder door
steenen en neergestorte rotsblokken in
den loop gestuit, alle krachten inspant,
tot dat het witte schuim toont, welke
krachtsinspanning wordt vereischt en
meer dan een bekoorlijke waterval den
blik als betoovert. Het groen in 't
dal is rijk aan schakeeringen. Door de
menigvuldige kronkelingen verandert net
tooneel gedurig. De mensch heeft zich
niet gestoord aan den tegenstand der
natuur. Hij ontwierp eenen weg eD waar
bergen 'hem in den weg staan en hem
den doorgang versperren, daar gebruikt
hij alle middelen, die verstand en kunst
hem kunnen verschaffen. Hij boort tun
nels, en de weg komt tot stand, maar
juist daardoor wordt deze des te schil
derachtiger en des te verrassender, want
telkens na 't doorgaan van den tunnel
vertoont zich het riviertje, door al de
genoemde beekjes gevormd, nu eens aan
de rechter- en dan aan de linkerzijde.
In één woord, dat alles is zoo rijk aan
afwisseling, dat vroolijke verbazing en
diepe bewondering voor zooveel natuur
schoon mijn gemoed vervulden.
In stilte genieten kan dikwijls een
groot genot opleveren en er zijn men-
schen, die hieraan steeds de voorkeur
geven, maar als ik iets moois vind of
zie, mag ik er toch ook wel eens met
anderen over praten en mijn hart lucht
geven.
We zaten met ons zessen. Tegenover
mij zat een vrij corpulent heer, die nog
al last scheen te hebben van de warmte,
en zooveel mogelijk door 't dichtschui
ven van 't gordijntje de zonnestralen af-
Wy kondeu ons van overmoed byoa niet
meer inhouden.
Voor kransen en een opdracht zal gezorgd
Worden dat is per man vyf groschen.4
Heerlijk 1*
»Hy zal eon paar groote oogen opzetten,
als by in zyn kamer komt en dat alles ziet**
Dat zal hjj hot is maar jammer dat wy
zijn gezicht niet zien kunnen.*
Ook daarvoor is gezorgd. Ik heb een kloin
kijkgaatje gemaakt naast den kachel in myn
kamer.*
Prachtig 1 Ju bent een juweel vaneen
kerel, Herman
Nu, dit is dus afgesproken I Stipt om 4
uren morgen en tot niemand een woord gekikt!
Afgesproken 1*
De saamverbondonen namen van elkander
afscheid.
Den volgeuden tuorgen werd, nog vóór de
weerde, maar daardoor ook letterlijk niets
zag.
Ik waagde het evenwel, om hem deel
genoot te maken van mijne opgetogen
heid, maar ging niet verder dan uit te
roepen wat is Jt hier heerlijk schoon
De heer keek mij zeer bedaard aan
en zei, terwijl hij zijn voorhoofd met zijn
zakdoek afwischte
- ^t-Mag zoo mooi zijn als 't wil, maar ik
wou, dat we er maar waren I 't Is van
daag zoo beroerd warm I En dan zeggen
ze nog, dat het zoo prettig is om te
reizen 1
Wel wat teleurgesteld maar niet be
koeld, sloeg ik onwillekeurig eenen blik
op de vier overige reizigerseene
dame van middelbaren leeftijd met twee
jonge dames en een jong beer. 't Waren
Engelscben, 't welk ik opmaakte niet
alleen uit hun voorkomen, maar dat mij
duidelijk werd door den reisgids, die
juist van den schoot der dame was af
gegleden, en dien ik voorzichtig op
raapte, om de bezitster niet te storen in
baren slaap. De goede dame sliep
gerust, even als twee anderen, terwijl
eene der jonge dames, die vlak naast
mij-stat, de oogen half gesloten bad. Aan
•haar wilde ik den opgeraapten reisgids
ter band stellen en tevens een gesprek
met haar aanknoopen.
Ik bracht in zooverre mijn voornemen
ten uitvoer, dat ik haar 't boek over
handigde en vroeg, of ze reeds meer hier
geweest was.
Zij beantwoordde mijne vraag ontken
nend, vertelde mij verder, dat zij nog
dezen avond te A. moesten komen, altijd
volgens den reisgids, en dat ze dan mor
gen weer verder zouden gaan.
Toen ik haar vervolgens op den ver-
rukkelijken omtrek opmerkzaam maakte,
zag ze mij aan met een blik, waarin
duidelijk te lezen was, dat dit nu juist
voor haar zooveel nieuws en bizonders
meer was, brak bet gesprek daarbij af
en* verzonk weder in hare droomerijen,
die zeker niet zouden eindigen, voor zij
A. had bereikt.
Hoewel ik volop genoot, was 't mij
toch aangenamer geweest, wanneer ook
anderen daarin hadden gedeeld en kon
ik mij hunne onverschilligheid alleen
daardoor verklaren, dat ze reeds zooveel
moois hadden gezien en oververzadigd
waren, al ben ik de meening toege
daan, dat natuurschoon altijd nieuw blijft
en frisch I
Vervolgens wendde ik mij andermaal
tot den beer en vroeg hem, of hij op
zijne'reis ook den beroemden en wer
kelijk interessanten waterval had bezich
tigd. Hij trok een vreemd gezicht en
antwoordde, dat bij bet niet veel anders
vond dan eene grootere editie van de
watervalletjes op Sonsbeek en aan den
Oorsprong.
Ik wierp nu een ander balletje op en
vroeg of hij misschien den Rammelsberg
bij Goslar had bezocht en in de mijnen
was neergedaald.
Ik dank je hartelijkwas 't antwoord.
Ze trekken je daar een vuil pakje aan
en dan ga je met die mijnlampen in
de aarde, 't Is om te griezelen en als
je dan vuil en zwart zonder ongeluk
ken weer boven den grond komt, dan
mag je voor die aardigheid nog boven
dien aardig wat betalen
Ook die vlieger ging niet op. Ik wilde
liet nu eenmaal niet opgeven en 't be
gon mjj belang in te boezemen, om toch
eindelijk te vernemen, waarom hij dan
toch wel reisde.
Hij scheen eindelijk mijne bedoeling
te raden en zeide waarlijk zeer oprecht
u zult misschien bij uzelven wel vragen
waarom ik zooveel geld wegsmijt? Ik
woon op een dorp, waar volop te wan
delen valt en wil ik rijden, dan laat ik
mijn koetsier inspannen, want ik ben
xijk en behoef het voor 't geld niet te
laten. Nu hebben we een paar malen
in de week een club, weet u, en daar
plagen ze me altijd, dat ik nog zoo wei
nig van de wereld heb gezien. Dat be
gon ine te vervelen. En nu ben ik op
reis en ik ben al hier en daar geweest,
maar om je de waarheid te zeggen, zit
ik liever op mijn dorp. Boomen zijn hoo
rnen en de bergen zijn hier hooger dan de
duinen bij ons, maar ik zeg maarwat
heb je nu aan die steenklompen te zien
De man was me de moeite niet waard
om er veel op te antwoorden,maar in
mijn schatting stond bij gelijk met de
klipgeit, die ik daar juist op de hoogte
zag grazen en die niet eens zijn kop om
draaide, toen onze trein voor bijsnorden.
dag aanbrak, zacbtkens een zesponder uit zijn
bergplaats in een der gangen gekaald, daar
voorzichtig uit elkander genomen, op onze
kousen de trappen opgedragen en in do kamer
van La Fleur weder in elkander gezet. Een
groote guirlande werd om het kanon geslingerd,
en een tafeltje vol peperkoeken by het stuk
geplaatst, waarboven met groote letters de
woorden te lezen stoudeu ♦Weinig, maar
uit eon goed hart. Wij wenscben u, geluk l«
Wy legden ons toen weder rustig te bed,
want wy wisten dat La Fleur geen dienst
bad, dat by gisteren avond op eene soiree
dansante was geweest en daarom zeker tot tien
uren zou slapen.
Wy zaten later allen iu Werners kamer in
de verwachting der dingen, die komen zouden.
Nu en dan ging een van ons naar het kykgat
naast den kachel en ondertussobeu vermaakten
wij o»9 OVrt' baast en de verlegenheid,
Casacara.
waarmede benedon ons reeds naar den vermisten
zesponder gezocht word!
Op de binnenplaats der kazerne was Polen
reeds erg iD den noodde capitains darmes
vloekten en speelden op, de officieren sloegen
door als blinde vinken en spraken van grovo
oplichterij en meer onzin.
Een zespoader kan toch niet in du lucht
verdwynen of van zulf op den loop gaan 1" riep
kapitein Wallback, glooiend van woede, uit,
terwijl hij mot zÜn &rmen een gat in de lucht
sloeg.
Wy merkten een groote opschudding daar
beneden ons op en voornamelyk by de tweede
battery van zesponders, tot welke bet stuk
behoorde, dat diebt by ons, schoon bekranst,
in rozengeuren in plaats van kruitdamp go-
huld, in de kamer van La Fleur stond.
Eiudolyk werd er naast ons gescheld, het
teckQU (Ut do jarigo man opstond' D.it schel hu