VIJSSINGSCHE COURANT
No. 35,
Zondag 30 April 1883,
20 Jaargang.
GEMEEKTRBESTCUlt.
IILLITO
BINNENLAND.
BUREAU:
Hoek Korte Walstraat-Groenewoud, I KT0. 1.
Adverteutiën gelieve men aan den Uitgever in te zenden
uiterlijk Woensdag en Zaterdag voormiddag 12 uren.
De prijs vau 1—4 regels 40 Cents.
Voor eiken regel meer 10 Cents
UITGEVER:
F. VAN DE VELDE Jr., te Vlissingen.
Dit blad versebijnt.2 maal per week, Donderdags en Zondags.
Abonnementsprijs per B maanden 1,franco per
post 1,15. Afzonderlijke nummers 10 Cents. Men
abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Postdirecteuren.
EENIG AGENT VOOR ER AN KRUKDIB FIRMA G L. DAUBE C0., TB PARIJS.
Abonnementen voor België, D uits c hl and, Engeland en Frankrijk 1,65 per drie maanden.
No. 36. PERSONELE BELASTING EN PATENTEN.
Beschrijving der personele belasting en het
De burgemeester en wethouders van Vlissiugeu,
gezieu de circulaire van den commissaris des konings
iu de provincie Zeelaud van den 29 Maart 1882, A.
no. 1332, le afdeeling, (Provinciaal blad no. 36;)
maken bekend
lo dat met primitief beschrijvingswerk voor de belas
ting op liet personeel cn voor het patentrecht, dienstjaar
18a2/S3 zal worden aangevangen op Maandag den 8 Mei
1 SS 2
dat de beschrijvings-biljetten voor de personele belas
ting op den acMsten dag na de uitgitte zullen worden op
gehaald, doeb ingeeu geval vóór den laen Mei;
dat door het gemeente-bestuur, om, iu geval eencr her-
ziouiug vau bet aangegeven bedrag der huurwaarde, of van
bet aantal deuren, vensters en haardsteden, als tegenschat-
ters van de zijde der belastingschuldigen te dienen, zijn
aangesteld de hecren A. Loois, P. Laernoes, A M.Luit-
wioler efi L. T. Muller; dat voorts vooral de [aandacht
wordt gevestigd op dc wijziging die een der vrijstellingen
van vrouwelijke bedienden bij artikel 5 der wet van 9
April 1SC9, (Staatsblad 110. 59) heelt ondergaan; enten
findere op artikel 9 derzelfde wet. waarbij vooral is be
paald dat tot verkrijging van oatheffing van personele be
lasting wegens verhuizing, binnen den tijd van eeno maand
schrif tclijke aangifte inoet worden gedaan ten kantore van
den rijks-ontvanger opeen aldaar kosteloos verkrijgbaar
biljet
2o. dat de aangifte of verklaringen ter verkrijging van
patent zullen wordeu uitgegeven van den Sen tot en met
den 15en Mei en iugezamold moeten zijn opden31cn
dier maand, terwijl de registers van patentplicbtigen,
wat deze gemeento betreft, op den lGen Juni a. s zullen
worden gesloten.
Tevens worden de ingezetenen indachtig gemaakt op de
verplichting om bij hunne bezwaarschriften, ingevolge
art. 1 der wet van 4 April 1879 (Staatsblad no. 60,) over
te leggen een duplicaat vau hun aanslagbiljet, tegen beta
ling van 5 cent bij den rijks-ontvanger verkrijgbaar ge
steld.
En is biervan afkondiging gesellied waar het behoort,
den 28 April 1882.
De Burgemeester cn Wethouders voornoemd,
Th. VAN UI JE PIETERSE (L.B
Dc Secretaris,
P. EORBES WELS.
DOORNEN EN ROZEN.
2.)
Novelle uit het Eransch,
Houd uw geld; mijne bloemen zijn niet
te koop, zoide Emilie. wier wangen bij die
woorden met eeu purperen gloed overtogen
werden. Ik zal bet genoegen hebben om ze te
geven of de moeite om zo terug te nemen.
Do andere keek op, alsof zij er niets van
begreep.
Welnu, ga dan mede. Ik zal u laten
zien welk gebruik ik maak van uwe rozen.
Ik ben zeker dat het u bevallen zal.
Zij nam baar bij de band en wilde baar
dwingen medo te gaan.
Wacht, zeide Emilie, ik kom niet gaarne
Vlissingen, 29 April.
De redactie der A7. R. Ct. acht hel iu haar
nummer van Donderdag, den 27 dezer, der
moeite waard, den volke eens te verkondigen,
wat zij, aangaande de exploitatie der Vlissing-
sclie havens, met den aankleve van dien, ver
nomen heeft.
In hare schijnbare ounoozelheid schrijft zij,
als volgt
,/Naar wij vernemen zijn onderhandelingen
gaande tusschen de regeering en de maat
schappij de Schelde, te Vlissingen, waarbij van
niets meer of ruiuder sproke is dan van eene
overdracht van alle gronden en wateren, die
de staat te Vlissingen bezit, voor den lijd van
een halve eeuw. Zijn wij goed ingelicht, dan
zouden namelijk de beide binnenha vens, met
en benevens al wat er iu en aan de buitenha
ven nog buiten de aanlegplaals van deZeeland
beschikbaar is, met al de aan- en omliggende
kaden en verdere terreinen geheel in bezit en
beheer aan genoemde maatschappij worden
overgegeven en haar de uitsluitende exploita
tie worden overgedragen, met vrijheid, om met
de middelen, die haar mogen goeddunken,
ook door reductie of desverkiezeude door al-
gcheele ontheffing van havengelden, de vaart
en de handelsbeweging tot zich te lokken.
//Naar men ons zegt, zou de staat voor dit
afslaau der kostbare werkeu, zonder nogtans
van liuu onderhoud ontslagen te worden,
slechts eene zeer onbeduidende uitkeering ge
nieten, en zou bovendien aan de maatschap
pij de bevoegdheid worden toegekend, om, bij
aldien de zaak mocht tegenloopeu, ten allen
tijde de overeenkomst te doen eindigen.'
Of de N. R. Ct. nog te elfder uur door het
steken van een spaak in het wiel er in slagen
zal, de reeds geslotene overeenkomst tusschen
den staat en de maatschappij de Schelde op
aldus, zonder geldige reden, in een vreemd buis.
Wel, zie eens, hoe kieschl Luister,
mejuffrouw, er is op het oogenblik niemand
te buis en ik zal u eene menigte dingen laten
zien, die u een buitengemeen vermaak zullen
verschaffen.
Hoofdstuk II.
Bij jonge meisjes is do nieuwsgierigheid eeno
welsprekende pleitster. Emilie zette haar hoed
op, sloot de nauwe deur, volgde de kameuier
eu wachtte tot er geantwoord werd op hot
gelui vau eene scbel, waarvan bet helder ge
luid in den langen gang langzaam wegstierf.
Eeu bediende in liveroi deed open en zij
stonden nu in een ruim voorbuis, met eene
vloer van veelkleurig marmer, en versierd met
schilderijen, die eenigo van de bovalligste, aan
de fabelleer ontleende onderwerpen voorstelden.
Een porceleinen bol, tot verlichting dienende^
schommelde zachlkeus onder een driehoek van
vergulde kettinkjes. Een allerliefst hazewind
niet te doen uitloopen, zal de naaste toe
komst leeren.
Hoe het echter zij, van het gezond versland
onzer vertegenwoordiging, verwachten wij,
dat zij zich uitsluitend zal laten leiden door
wat bet algemeen belaug van den staat eischt
en niet door wat de ijverzuchtige lieeren Rot
terdammers gaarne zouden willen.
En worden wij in die verwachting niet te
leurgesteld, dan zul het spoedig blijken, dat
de regeering, trots alle tegenwerking en mis
kenning van niet te weerspreken feiten, een
hoogst belangrijk staatsbelaug heeft voorge
staan en behartigd, waarvan de baten nood-
wendigten vuordeele van land en volk moeten
komen.
Tot sluiting der reeks van openbare uit
voeringen, op welke Vlissing's Mannenkoor
gel n ren de den afgeloopeu wintertijd zijne
leden, donateurs en zoovele anderen ver
gastte, trad genoemd koor Donderdagavond
iu de zaal van den heer Kuijpers voor eene
flink bezette zaal hoorders op.
riet programma uit slechts vier nummers be
staande, was evenwel meer dan groot genoeg,
om allen, wien het niet geheel en al aan ge
voel voor het schoone en verhevene, wat
de menschelijke stem vermag voort te bren
gen, ontbreekt, een waar kunstgenot te ver
schaffen.
Met Leideids ontzet van Richard Hol,
dal reeds vroeger eens door het Mannen-
koor werd uitgevoerd, ving de uitvoering van
het programma aan, die uitnemend slaagde.
Deden de lieeren B. J. de Goey, uit Leiden,
als tenorzanger in het algemeen en inzonder
heid iu de vertolking van gMijn kind, mijn
eenigkindenz. eu de heer W. C. Deckers,
'uit 's Hertogenbosch, als baiitonzanger iu bet
Vader in den hemelenz. zich keuuen als
voor de door heu opgenomene taak ten volle
berekend te zijn, het Mannenkoor leverde in
hondje schoot toe om de nieuwe gasten op
te nemen eu d8ed zijn belletjes klinken, ter
wijl het met zijne teedere pootjes angstig
langs de koude vloersteen en trippelde.
Danaezeide de kamenier, terwijl zij
haar band op deu fijnen kop van het dier
legde.
Danae, Olympie 1 zeide Emilie glimla
chende; het schijnt dat men bier bijzonder
gesteld is op namen uit de mythologie. Heet
gij misschien Olympie, omdat gij op den berg
Olympia geboren zijt
Op den berg Olympia? waar is die
borg? zeide de kamenier, terwijl zij hare schou
ders ophaalde.
Is dat hier dicht bij
Dat geloof ik niet, zeide Emilie, luid
lachende. Maar wat geeft dat, daar gij toch
Griekenland bij u hebt? Apollo en de Muzen
zullen u wel niet ontbreken.
Wat ziju dat voor menscben vraagde
de uitvoering zoowel van de bas-solo's als iu
die der koren bij vernieuwing het bewijs, dat
bet zich steeds meer en meer op den weg vau
vooruitgang beweegt.
Geen wonder dan ook, dat zoowel bet eeu
als het ander den uitbundigste!) bijval mocht
verwerven, die eene herhaling vuu een paar
solo's tot genoegen van alle aanwezigen ten
gevolge bad.
Evenzoo daarna Sehnsucht (tenorsolo) vanA.
Romberg, uitgevoerd door den heer de Goey,
en aria uit de Vondelscantate (baritonsolo) van
Richard Hol door den heer Deckers.
Last not least, kwam ,/Eine Nacht auf dem
Meere' van Wilhelm Tschirch op het lapijt,
waarbij de solozangers nieuwe lauweren moch
ten iuoogslen, dat het publiek met de herha
ling van een paar solo's ten goede kwam, cn
het Mannenkoor zich mede niet onbetuigd liet
zijn goeden naam te handhaven.
Algemeen werden dan ook de verdiensteu
van het Mannenkoor, dat ouder de alleszins
te wnardeeren leiding van den heer van Ka
mer in degelijkheid toeneemt, op waardige
wijze erkend en toegejuicht.
Voegen wij hierbij, dat het uitstekend bege
leidend pianospel van mej. Weijens, bet zijne
grootendeels toebracht, tot liet welslagen der
uitvoering, waarmede wij den heer van Ka
mer en al de leden, die daartoe medewerk-
teu, gelukwenschen, dan meenen wij tevens
de tolk te zijn van allen, die het concert
bijwoonden, als wij, bij de erkenning der
vele verdieusten van bet Mannenkoor den
wensch uitendat het steeds op den ingesla
gen weg moge voortgaau en door zijn optreden
in lalereu tijd liet zijne nog meuigmaal zal
kunnen en mogen bijdragen tot degelijk geuot
van Vlissing's ingezetenen.
Overwegende, dat de getalsterkte der on
derofficieren en korporaals, thans behoorende
Olympie met een ontevreden gelaat. Dumas
heeft toch, evenmin als Sue, hnnne geschie
denis beschreven, niet waar?
Emilie schudde met het hoofd zij vreesde
dat de kameuier weder zou gaan uitwijden in
don lof van hare vergode schrijvers. Zij klom
men nu schielijk een trap op, die breed ge
noeg was voor een rijtuig met twee paarden
en traden langs een voorkamer de kleedka
mer binnen van de jeugdige meesteres van
Olympie. In deze kamer waren alle meubelen
mot blauwe zijde overtrokken.
Op eene sofa lagen witte stoffen uitgespreid.
Door eene deur, waarvoor een prachtig hemels
blauw gordijn hing, kwam men iu de slaap
kamer, waar Emilie een bed zag, dat zij voor
een troon en eeu negligé, dat zij voor een
baljapon aanzag,
Olympie glimlachte uit de hoogte van hare
ervaring over deze verbazing van het oner
varen meisje en bracht Emilie door eene andero