VLISSINGSCHE COURANT
N°. 74.
Zoodag 12 September 1880.
IS',e Jaargang.
DIENST
en ROTTERDAM
ende plaatsen,
AN ROTTERDAM:
;erdag 4 'i morg, 1],J0
iand. 0 U.jO
aadag 7 11.30
benid. 8 11.30
|jdag 10 v ll.lQ
f dienst
en VLISSINGEH
■ende plaatun.
IJ K S:
morg. 6.15, 9.15
.30, 7.-.
morg. 8.—, 11.--
8.—.
Middelburg 1.10
ESTDAEN.
9.15,11.30; midd, 9
7, 8.30.
midd. 1,30. 2.30 4.
30,
dienst
i Breskensoho en
iohe Boot,
CENT per persoon.
„HOTEL GOES"
en namiddag» 4 uur.
30t naar het spoor
,16 per persoon.
'dienst
A.LZOORDEN. r. T
den Staat»-Spoorw»g
EN ROOSENDAAL
ut vau en naar Huilt
i. 7.—, 12.nam 5 nur,
9.30, nam. 2,15, 6.45 un
IIENST
5,10,en nm. I oor
aankomst der Boot.
:dienst
en Zierikzee v. r.
VAN ZIERIKZEE
Zaterd. 4 morg. 6.10
Zondag 6 midd. 12.—
Maand. 6 morg. 6.30
Dinsdag 7 6.10
Woentd 8 6.10
Woensd. 8 midd. 8.45
Dond 9 8.45
Vrijdag 10 S.4J
SCHELM»
1.15 »n 1.48.
I.4S 4.15.
ANDAG, WOENSDAG
en ZATERDAG.
n. 7.80 nam. 4.—
8- 4.80
10.30
11.—
fl,midd. 12.—
6.30 nam. 12.10
ijk 2 uren
en.
y voor dien dag.
3,35
3.-
2,45
4.45
5,56
0,40
6.50
8.5
5.1
6,22
7,4»
6,23
7,57
8.*l
8,55
9,19
9,21
9,35
9,41
9,51
9,51
10,7
10,18
10,26
10,41
9,6
10,25
10,50
10,35
11.—
9.15
12,25
1,25
5,20
1,42
6,— a.
2.5
BUREAU
Nlonwcndljk wijk a No. 101.
Advertentie» gelieve men aan den Uitgever in te zenden uiterlijk
Woensdag en Zaterdag voormiddag 12 uren.
De prijs van 1—4 regels is 40 Cents.
Voor eiken regel meer 10 Cents.
UITGEVER;
F. II SCOIFFEll, te VlissingcD.
Dit Blad verschijnt tweemaal per week, Donderdags en Zondag*.
Abonnementsprijs per 3 maanden ƒ1,franco per post 1,13.
Afzonderlijke Nummers 10 Cents.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Postdirecteuren.
EENIG AGENT VOOR FRANKRIJK:
li Pi oh ik c in c ii t c ii voor Itelgic, llnltsclil.iiid
DE FIRMA G. L. DAUBE Co., TE PARIJS.
Engeland en Frankrijk f 1.65 per 3 maanden.
Binnenland.
Vlissmgen, 11 September.
Heden middag werd op eene eenvoudige
wijze ter aarde besteld, de in deze week zoo
onverwachts overledene heer J. G. Hector,
oud 86 jaren, in leven oud-ambtenaar van de
marine, lid van den gemeenteraad en andere
Bij de geopende groeve op de begraafplaats
hadden zich de leden van den gemeenteraad
met de leden der verschillende colleges, waar
in de overledene zitting had, benevens eenige
andere belangstellenden vereenigd, ora eene
laatste hulde te brengen aan den man, van
wien men zeggen kan, dat hij aller achting
volkomen waard was.
Toen het lijk aldaar was aangekomen en
in de groeve was nedergelaten, sprak de
oudste wethouder, de heer Kleijnhens de vol
gende woorden uit
Zeer zeker is het niet enkel voor den vorm
maar veeleer uit gevoel van ware achting voor
het oudste lid van ons college, die ons ontviel,
dat de leden van den gemeenteraad op dit uur
en op deze plaats bijéén zijn gekomen.
Die achting verdiende de overledene ten
volle, want gedurende eene lange reeks van
jaren deed hij zich ;kennen als een bij uitne
mendheid ijverig en trouw dienaar van den
itaat. Werkzaam bij de vroeger alhier ge
vestigde directie der marine,was hij steeds een
toonbeeld van nauwgezette en gemoedelijke
plichtsbetrachting. Een vraagbaak voor allen
Werd hg genoemd en zoo ooit dan was het rid
derkruis, dat zijne borst sierde, daarvoor eene
welverdiende belooning.
Ook na uit deze betrekking op de meest
eervolle wijze te zijn ontslagen, bleef hij de
zelfde ijverige man. In tal van gemeente-
betrekkingen werd bij geroepen en wijdde hg
daaraan met denzelfden lust tot den einde
al zijne krachten. Rust kende hij niet.
Arbeiden was hem eene tweede natuur ge
worden.
Zoo hebben wg hem gekend en kunnen
naar waarheid dit van hem getuigen, dat hoe
hoog bejaard en hoe in den laatsten tijd
krachten verminderden, hij nimmer
terugweek waar hem eenige werkzaamheid
werd opgedragen.
Tn dit opzicht mag hij ons ter leering strek-
hen, om even moedig en even opgeruimd als
hij, het verdere van onzen levensweg te bewan
delen, tot dat ook voor ons het einde zal zijn
gekomen; jen om de krachten, waarover wij
hebben te beschikken, steeds aan te wenden in
den dienst en tot nut der maatschappij, waarin
wij leven.
Zoo nemen wij dan met dit korte woord af
scheid van dezen doode, die ons weder is voor
gegaan, in de verwachting dat hij bij de zijnen
en bij zijne vrienden nog langen tijd iu geze
gende berinnering zal big ven voortleven.
Hierna gevoelde de lieer Pot uit per
soonlijke hoogachting nog behoefte een
woord te wijden aan de nagedachtenis van
den overledene, en sprak ongeveer het
volgende
Ofschoon hij een ouderdom bereikt had,
waarop men zoo iemand een man van den
dag noemt,welke woorden hij in den laatsten
tijd dikwijls zelf bezigde, deed het velen
met mij toch zeer pijnlijk aan, toen wij
moesten vernemen, dat hg ons voor altijd
ontnomen wai, want hij was een der voor
naamste stutten van het gemeentebestuur.
Wat hij geweest is als ambtenaar bij de
marine, getuigde het ordeteeken van buiten
gewone verdiensten, dat zijne borst ver
sierde. En wat hij voor de gemeente was,
hiervan kunnen wij zjjne medeleden, die
langer of korter tijd met hem gediend
hebben, getuigen, dat zijn leven werken
en zijn werken voor hem leven was.
En wat en hoo hij werkte, alles droeg
den stempel van strikte eerlijkheid en recht
vaardigheid, maar ook van de uitstekend-
sto accuratesse.
Zijn stalen geheugen, gepaard aan veel
zijdige en gegronde kennis, vooral in zake
van wetten en verordeningen, gaven hem
eene meesttijds gezonde opvatting en zoo
danige betoogkracht, dat hij, bij, gedachten-
wisselingen,ofschoon in de minderheid zijnde,
toch soms die meerderheid voor hem de
vlag mocht strijken.
En onder en bij dit alles was en bleef
hij altijd de eenvoudige nederige man, die,
vrij vau eerzucht, er altijd genoeg aan had
do overtuiging te bezitten, getrouw aan
eer en plicht in bet belang zijner mede
burgers te hebben gehandeld.
Zoo was hij ook altijd bereid om ande
ren inlichtingen te verschaffen, teraden, te
helpen.
En dat hij dat heldere hoofd, en dat warm
hart tot den einde toe heeft behouden, hebben
de laatste twee maanden geleerd, daar hij, bij
afwezigheid van onzeu burgemeester ook ge
deeltelijk van die onzer beide wethouders, niet
geaarzeld heeft dio taak op zich te nemen
en die hij zoo eervol heeft afgewerkt, dat
onze geachte burgemeester bij deszelfs te
rugkomst hem een stoffelijk blijk vau hulde
en waardeering zijner bewezen diensten van
zijnentwege had toegedacht, dat ZEd. hem
persoonlijk in een daarloe belegde verga
dering van burgom. cn vveth. was overhandigd
indien niet zijn levensdraad op den daartoejbe-
stemden dag afgesneden ware geweest. Maar
zijn taak was hier afgedaan, hij moest deze
eervolle onderscheiding niet meer beleven en
hij stierf even kalm als zjjn leven was geweest.
Hij is heengegaan, maar niet zonder zeer be
geerd te zijn geweest. En lnvd hij zwakheden
en gebreken, hij was raensch, zooals wij.
Dit zij u troost geachte betrekkingen
van wijion den overledene. Zeker is het
dat zoo als altijd, ook bij den hoogsten
leeftijd het scheiden smart baart, want de
banden desjbloeds laten zich door niets ver
breken, maar afgescheiden daarvan moogt
gij trotsch zijn op de nagedachtenis van
hem, die steeds bij "Vlissingscb burgerij en
speciaal bij het gemeentebestuur in zege
nend aandenken zal blijven. Vrede zij zijne
assche. Ik heb gezegd.
Ten slotte werd door den heer J. Hec
tor dank betuigd voor de eer zijn overle
dene vader aangedaan.
Van 4 September tot 11 September zijn
alhier uit Queenborough aangekomen 843,
en daarheen vertrokken 1019 reizigers.
Men schrijft uit Graauw, dd. 7 September
Heden nacht, omstreeks half één ure, is de
bliksem ingeslagen in de schuur van den
landbouwer Franciscus van de Voorde, wo
nende binnen deze gemeente nabij Schelf houts-
hoekde schuur met den zich daarin bevin
denden oogst, benevens een stuk rundvee en
eenige materialen werden een prooi der vlam
men.
Alles was hij de Antwerpsche maatschappij
tegen brandschade verzekerd.
Naar men ook uit goede bron verneemt, zou
door Z. D. II. den bisschop van Breda tot pas
toor dezer gemeente ziju benoemd de Wel
Eerw, heer Jongeneele,totdusverre kapelaan
te Bazel.
Midden in het drukke kermisgewoel te
Goes, kregen twee echtelieden oneenigheid
ze hadden elkaar in een afgelegen kroeg zoo
druk pleizierige kermis" gewenscht en zoo
dikwijls met de glazen aangestooten, dat de
vrouw het raadzaam oordeelde het was
reeds half tieu geworden haar dierbaren
echtvriend huiswaarts te geleiden. De man
had echter van kermisvreugde een ander idéé:
niet thuis maar in de kroeg wildehij genieten.
Alras was voor beidende //pleizierige kermis"
uit, van woorden kwam het tot handtastelijk
heden zoodat beiden iu het water, terocht
kwamen. Do thermometer had dien dag juist
86° geteekend, en zoo was het voor onze ech
telingen, die elkander zelfs in het water volg
den, eene uitmuntende gelegenheid om wat
van de hitte des daags en van de beneveling
door den spiritus te bekomen.
In het pikdonker en iu eene nfgelegen buurt
zou het onverwachte bad allicht voor de ge
trouwe echtevrienden noodlottige gevolgen
hebben gehad. Door eenige toegeschoten per
sonen werd de vrouw uit hare minnangename
positie verlost, terwijl het den man, zooals
later bleek, gelukte zich zolven weder op het
droge te krabbelen. Of de onverwachte afkoe
ling den huiselgken vrede heeft hersteld, is
alleen bekend bij de met elkander zoo blijk
baar sympathiseerende echtgenooten.
Ook de gansche kermis is afgekoeld. Maan
dag nacht ontlastte zich boven de stad zulk
een ontzettend onweder met hevige plasregen,
dat de kramers elke opening in hunne linnen
daken en planken wanden moesten dichtstop
pen om niet hunne waren door hun magazijn
te zien ronddrijven. Of hun dit volkomen ge
lukt is, en of we den laatsten dag geen goe
deren te koop zullen zien gesteld met het
opschrift: //door water bedorven" is nog niet
te zeggen, maar niet gewaagd is de onderstel
ling, dat de kramers in hunne verwachting
z/lest best" teleurgesteld zullen worden. Een
groot gedeelte van de geachte buitenlui zal
zijn voorgenomen kermisbezoek maar tot het
volgende jaar uitstellen; in den strijd togen
een plasregen zouden de mooie toiletten wel
eens het onderspit kunnen delven.
Evenals ieder jaar hoort men do kramers
klagen en van de burgers de stereotype uit
drukking: //men weet niet waar de kramers
van leven;" toch is het ontwijfelbaar dat de
kramers ten minste ergens van leven, en dat
dit voldoende is om te blijven leven, blijkt wel
uit de omstandigheid dat zij ieder jaar terug-
keerenj; misschien zou de oplossing van het
geheim waarvan die kramers dan toch wel
leven" menig arm ingezetenen welkom zijn.
(Z. M.)
Een wagen, gemend door den landbouwer
H. G., van 's Heerenhoek, raakte Woensdag
te 's Heer Arendslcerke op hol door dat het