VLISSINGSCHE COURANT.
1875. N°. 29.
Zondag
13 April.
13
Jaargang.
ER1NGSZ0UT.
IV WIJZliVG.
GEMEENTERAAD VAN VLISSINGEN.
O
de
een aftreksel van mout,
middelen, die tegen borst-
werkt genezend en
Jlesch met gebruiksaan- I
en smaak en v eenigt i
dt vooral aanbevolen aa
congestie en i
?b met gebruiksaanwijzing I
r te zeggen over de alge-
ertraan bij borstkwalen,
aan een meer algemeen I
andel te brengendie een
at sluiten. In elk maga-
en maanden lang,
bestanddeel van ons
is, zijn kwaadsappigheid,
eze oplossing van ijzer i-
flacon kost 50 cents.
ibij de GEZUSTERS
B. Faberij de Jong,
C. de Munclc, te I
Bres, te lliolen en
pische Praeparafen.
urg—Vlissingen
plaatsen.
ure; nam. 1 3.30,
1.10 nam. in plaats vau
rm. 8.40.
ore; nam. 2.4.44
m. 9.20.
en Rotterdam,
's Maandags van
keerd.
Vlissingen.
12.—
5.—
8,50
12.13
5.16
8,59
12.35
5.50
9,8
12.45
6.4
9,16
1.—
6.22
9,29
3 1.6
6,32
9,35
3 1.16
6 49
9,44
8 1.21
6.56
9:49
9 1.33
7.11
10,-
1.42
7.28
10,8
7 1.30
7.41
10,16
2 2.5
8.3
10,29
8 2.11
8.10 10,35
ïl 2.15 4.20 8.18 10,36
2.25 4.
30 8.80
10'45
sendaal.
2.20 3.10
5.40
9.25
2.31 3.20
5.49
9.35
'2.41
5.52
k.54
5.59
1.19
6.13
1.40
6.22
1.55
6.36
6.44
2.13
6.50
2.29
7.—
2.36
7.6
2.57
7.21
3 24
7.34
3.39
7.45
3.50
7.55
dat: naar
Middelburg een
des Donderdags, alsdan
opt, wanneer daar reizigers
-Mechelen.
10.20, 1,45 6.—
10.40, C.15
Nieuwendijk, wijk H n°. 101.
VLISSINGEN.
Advertentiën gelieve men aan den Uitgever in te zenden uiterlijk
Woensdag- en Zaterdag voormiddag 10 ure;
De prijs van 1—4 regels is 40 Cents, voor eiken regel meer 10 Cents.
BUREAU:
F. H. SCHIFFER.
Dit Blad wordt tweemaal per week, Donderdags en Zondagsuitgegeven.
Abonnementsprijs per drie maanden 1.franco per post ƒ1,15.
Afzonderlijke nummers 5 Cents.
Men Abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Post-Directeuren.
Abonnementen voor België 1,55; Frankrijk 2,10; Duitschland 2,30 per 3 maanden.
Bij deze Courant behoort een Bijvoegsel.
Aan het bureau van politie is als gevon
den gedeponeerd: een koralen Betirsje
met koperen knipinhoudende vijf oenten.
Gent.
an Ganf. 8.17 12.15 7.75
ER, TE VLISSINGEN'
ZITTING van Woensdag 7 April 1875.
Voorzitter do heer J. G. Hector, Wethouder,
wegens ongesteldheid van den Burgemeester.
Secretaris de heer P. Forbes Wels.
Afwezig de heer J. B. de Groof, wegens ziekte.
De notulen der zitting van 3 Februari, alsmede die
der buitengewone zittingen van 23 Februari en 17
Maart worden gelezen en goedgekeurd.
Alvorens tot de behandeling der op de agenda voor
komende punten over te gaan, doet de Voorzitter de
openbare zitting overgaan in eene zitting met geslo
ten deuren.
Na heropening der zitting, stelt de Voorzitter
aan de orde, het adres van den heer C. Cr. J. Pieter-
sen, ingenieur te 's Gravenhage, betrekkelijk het reeds
vroeger ingediend en in behandeling genomen zijnde
verzoek, om toestemming te verkrijgen van het ge
meentebestuur, tot daarstelling der Tramwayvan
welke wij reeds in een vorig verslag melding maakten,
en voor welke door adressant concessie is aangevraagd.
De heer i^Ieijuiicus vraagt den Voorzitter, of
hij niet eerst den Raad in kennis zou stellen, van het
ontvangene bericht, ten opzichte van de bouwgron
den waarop de Voorzitter mededeelt, dat een schrij
ven van Z. E. den minister van financiën is ontvangen,
dat de gegronde hoop geeft, dat spoedig tot den publie-
ken verkoop van bouwgronden zal worden overge
gaan en dienaangaande dus eene beslissing kan
tegemoet gezien worden; op eene vraag van don
heer Scbraver, zegt de Voorzitter, dat bedoeld worden,
de gronden ten westen van het verbreed kanaal, ter
zijde van het huis van de firma Blijenberg.
Alsnu wordt de behandeling van voornoemd adres
voortgezet. De commissie van fabricage adviseert tot-
het toestaan van het verzoek van den adressant, onder
voorwaarde, dat het opbreken der straat, het leggen
der rails, en het weder bijstraten, zoomede het onder-
boud der straat tusschen do rails geschiede op zijne
kosten en ter plaatse door- of van wege B. en W. aan
te wijzen; dat dit werk plaats hebbe onder toezicht
van den gemeente-bouwmeester, naar wiens aan wijzi
gingen hij zich zal te gedragen hebben
dat deze vergunning geschiede tijdelijk en tot weder-
opzeggens toe;
dat, wanneer de publieke veiligheid, of het publiek
verkeer, of andere oorzaken, ter beoordeeling van B.
en W. eene opruiming der gemaakte werken mocht
vereischen, alles op de eerste aanzegging van Jl.en W.
zal moeten opgeruimd, en de straat in haren vroege-
ren toestand zal moeten gebracht worden, ten genoe
gen van B. en W., en ten koste van don adressant.
Onder deze en andere door B. en W. gestelde voor
waarden, wordt met algemeene simmen het verzoek
van den adressant toegestaan, om van af de Tonnen-
brug, langs do voormalige marine-haven en vervol
gens over den straatweg tot aan de brug over het
kanaal, een tramway aan te leggen, en die te exploi-
teeren.
Het voorstel tot het verleeuen van gratis onderwijs
aan de orde gesteld zijnde, deelt de heer vau Uije
Pictersc namens B. en W. mede, dat het dagelij ksch
bestuur overneemt bet voorstel van den heer Callen-
j fels, aldus luidende»dat de leerlingen op de scholen
voor m. u. 1. onderwijs, die, tijdens hun verblijf aan
de scholen, door het verlies van ouders of betrekkin
gen buiten de mogelijkheid gesteld worden de gevor
derde bijdrage te voldoen, en dientengevolge verplicht
zouden ziju de school te verlaten, voor eene geheele
of gedeeltelijke vrijstelling der bijdrage in aanmer-
bmg komen, ter beoordeeling van B. en W., die zoo
danige vrijstelling verleenen."
De beer Verkuyl Quakkelaar begrijpt niet,
boe B. en W. er toe gekomen zijn, hun primitief
voorstel in te trekken en het geamendeerde voorstel
van den heer Callenfels over tc nemen, daar de zaak
nu een geheel andor aanzien krijgt, en hij toch een
ondersteund amendement op het voorstel van B.
en W. heeft geleverd, dat men nu zoo maar ter zijde
zal leggen, alsof er niets gebeurd ware; hiertegen
komt hij op.
De heer van Uije Pietcrsc zegt, dat het voor-
stel-Quakkelaar, als van een geheel anderen aard
zijnde, volstrekt als geen amendement kan aange
merkt worden.
Do heer Pot stemtgeheel in met het voorstel-Quak-
kelaar. De Voorzitter moge, zonder officiëelo mededeo-
ling te doen, dat B. en W. hun voorstel intrekken,
zich zonder voorbehoud nederleggen bij het voorstel
Callenfels en daardoor meenen, dat de Raad zich er
nu en dan alleen bij te bepalen heeft, met verwerping
van alle afwijkende voorstellen; hij meent, dat het
voorstel Quakkelaar wel degelijk in eene vroegere
vergadering als amendement is aangenomen, en nu
vooral, minder nog dan vroeger, kan worden ter zijde
geschoven en zelfs, als het meest afwijkende van het
primitieve voorstel, volgens onze verordening, het
eerst in stemming moet worden gebracht.
De heer Scliraver, vroeger gestemd voor het
verleenen van gratis onderwijs, zal er nu tegen stem
men, vooral met het oog op het gedane voorstel tot
verhooging van schoolgeld.
De hoer Kicijuhciis vindt het voorstel te onbe
paald. Hij ziet geen kans te gemoet te komen aan de
bezwaren van hen, wier lot bij wel zou willen verzach
ten, maar niet kan, omdat de fiuaneiën der gemeente
zulks niet gedoogen. Hij zal dus tegen het voorstel
stemmen.
De heer Pot zegt; dat hij tegen het voorstel zal
stemmen, omdat de aanneming daarvan nadoelig
werken en de uitvoering op vele moeielijkheden stui
ten zal. Wie zal ons waarborgen, zoo vraagt hij, voor
kunstgrepen, zooals die zoo te recht door den heer
Kleijnhens in eene vorige vergadering zijn genoemd
en waarvau zeker door lijdonde of achteruitgaande
ouders in sommige gevallen zou worden gebruik
gomaakt? Immers heeft het voorstel-Quakkelaar, om
doel te treffen, een getal van 10 bepaald, waarvan
toch ook door B. en W. in een geval, als het onderha
vige, zou kunnen worden gebruik gemaakt; en als
het nu te doen is, om het m. u. 1. onderwijs ook voor de
voor ontwikkeling vatbare on- en minvermogenden,
in een beperkten zin tot een prikkel voor anderen
toegankelijk te maken, dan verdient dit voorstel de
voorkeur boven dat van den heer Callenfels.
Het voorstel daarna in omvraag gebracht zijnde,
wordt verworpen met 8 tegen 4 stemmen.
Tegen stemden do heeren Pot, Scbraver, Kleijn
hens, de Kruijff, Ockers, Laernoes, J. J. P. Hector
en Verkuyl Quakkelaar.
Voor de heeren Callenfels, van Uije Pietcrse, van
der Hijden en de Voorzitter.
Wordt overgegaan tot de behandeling van het
voorstel van den heer Quakkelaar, aldus luidende:
»Op de scholen van m. u. 1. onderwijs zal de gele
genheid bestaan tot het verkrijgen van gratis onder
wijs met genot van leermiddelen voor een tiental on- of
minvermogende leerlingen en zulks op vertoon van eeu
bewijs, tot dat einde door B. en W. af te geven, na de
plaatselijke schoolcommissie over de geschiktheid van
hen voor dat onderwijs te hebben gehoord."
De heer cl© Kruijff wenscht het getal leerlingen
bepaald te zien tot een maximum van 10.
De heer van Hij© Pietcrse zal tegen het voor
stel stemmen, en zegt, dat het verleenen van gratis
onderwijs niet tot grondslag heeft gelegen bij het doeu
van een voorstel dienaangaande, vanwego B. en W.,
die het voorstel Callenfels hebben overgenomen, omdat
ook zij, in ieder opzicht, de financiën der gemeente op
het oog hebben, en daarom het getal leerlingen, die
gratis onderwijs zouden moeten erlangen, zoo gering
mogelijk wenschen te doen ziju. Hij althans zou niet
gaarne medewerken, om zulk een ingrijpend voorstel
te doen, de financiën der gemeente in aanmerking
genomen.
Do heer Verkuyl Quakkelaar zegt, dat bet
vreemd klinkt uit den mond van een lid van het dago-
lijksch bestuur tehooren, dat een getal van 10 te groot
zou ziju, daar het primitieve voorstel van B. en W.
geheel ongelimitoord was, hetgeen bij lecture daarvan,
blijkt.
Do heer Kleijnhens zal, alhoewel dit voorstel
het meest rationeele is, ook zijne stem, om dezelfde
reden, als bij het vorige voorstel, daartegen verheffen.
Eveneens de heer Scliraver, dio, of geheele toe
lating of algeheele weigering verlangt.
De heer «M. «H. I". ËSccior is voor het voorstel
gestemd. Het verleonen van gratis ondorwijs zal zoo
veel kosten niet opleveren; en daarenboven gelooft bij
alle vrijheid to hebben, niet terug te deinzen voor eeno
kleine opofferiug voor het beoogde doel, omdat bij hot
tot welzijn van de gemeente acht.
De heer Kleijnhens zegt, dat de gemeonto reeds
veel aan het onderwijs teu koste legt. Waren de finan
ciën in een gunstigen toestand, hij zou niet aarzelen
zyne stem aan het voorstel te geven. Nu echter kan
hij niet, temeer, daar er nog zoo vele andere zaken ten
laste der gemeente zullen komen.
Het voorstel daarna in omvraag gebracht zijnde,
wordt verworpen met 7 tegen 5 stemmen.
Tegen de heeren Scbraver, Callenfels, Kleijnhens,
van Uije Pieterso, Ockers, van der Hijden en Laernous.
Voor de heeren do Kruijff, J. J. P. Hector, Verkuyl
Quakkelaar, Pot en de Voorzitter.
Alsnu wordt aan de orde gesteld, hot voorstel vau
den heer Callenfels, strekkende, om do schoolgelden op
de scholen van m. u. 1. onderwijs te wijzigen, en die to
bepalen,
op de school voor jongeus:
a. voor het gewoon lager ouderwijs en het onder
wijs in de Frauscli9 taal ƒ30;
b. voor het onderwijs in do Engelsche en Hoog-
duitsche talen 15;
c. voor het ouderwijs in de wiskunde f 15.
Op de school voor meisies:
a. voor het gewoon lager onderwijs in de Frauscho
taal en het onderwijs in de handwerken 30;
b. voor het onderwijs in de Engelsche en lloog-
duitsche talen 15.
De schoolgelden, sub letter a telkens te vermin
dereu met 5, voor ieder kind van hetzelfde gezin, als
meer dan een uit dat gezin, aan boido of aan een der
inrichtingen voormeld, van het sub letter a omschre
ven onderwijs gebruik maken.
De heer vau Uije Pietcrse brengt, namens B.
en W. geen gustig advies uit op dit voorstel. In 1866
toch is de Gemeenteraad genoodzaakt geweest het
schoolgeld te wijzigen. Oorspronkelijk werd toen het
zelfde schoolgeld geheven als in het voorstel staat
uitgedrukt.
Zij adviseereu dus, het to laten, zooals het nu is.
De heer Callcufcls had gedacht, dat hij, alvorens
B. en W. met hun advies voor den dag kwamen, in de
gelegenheid zou gesteld worden ziju voorstel too to
lichteu. Hiertoe nu overgaande zegt hij
dat hij, vooral in den tegenwoordigen min gunsti
gen toestand der gemeente, eiken maatregel en elk
voorstel prijst, dat strekt tot bezuiuigiug, of tot ver
meerdering van inkomsten. Echter moet men zich
wachten te schroomvallig te ziju, om wijzigingen in
bestaande zaken daar te stellen, uit vrees voor
mogelijke vermindering van opbrengsten, zoo men
die wijzigingen wettig en billijk acht.
Of zijn voorstel voor- of nadeel aan de gemeento
zal berokkenen, moet hij van zijn standpunt geheel
in het midden latenen begaf hij zich in becijferingen
of beschouwingen, zou hij daarover eeu onzijdig oor
deel uitspreken. Voorop stellende, dat schoolgelden
niet als eene belasting zijn aan te merken, kunnen en
mogen zy niet strekken tot goedmaking der kosten
aan de zaak te besteden, veel minder tot dekking der
uitgaven eener gemeente in het algemeen. In zako
van onderwijs mag daarom geene rokening gehouden
worden met de uitgaven, welke het onderwijs vordert,