coi rant.
Vervoer. iS7&-
15.
Donderdag 19 Februari.
12de Jaargang.
-
GEMEENTE-BESTUUR.
B1HAME TIJDINGEN.
el 1874.
schen Middelburg en
liggende plaatsen
van botterdam:
I Maandag 16 'smorg. 8,15 f
I Woensdag 18
gen dien sten van en naar Mid. I
dijkGoes, Zijpe—Zierikzee. I
TE ROTTERDAM.
,40, 8.55, 9.55.
25, 3.35, 6.10, 7.30, 8.25, 10.35 I
15, 9.50, 1
3.10, 3.25, 6.10, 8.10.
iddelburg en Zierikzee.
den Staatsspoorweg.
wordt aangelegd
a aangezet.
I VAN ZIERIKZEE.
Maandag 16 's midd. 1,301
Dinsdag 17 tot Corlgene f
's midd. 1,30 terug 3,-
Woensdag 18 's morg. 7'-,
Donderdag 19 6,301
op en van het spoorwegstatioa fl
voorde reizen van Middelburg fl
de reizen van Zierikzee. 1
de Wester-Schelde.
iijks. u. k. u. ar.
voorm. 6.30 nam. 3.-—
7.— 3.30
U. M.
Borsselen voorm. 7.45
8.15
Hoedekenskerke 10.15
iHansweert 10.45
iWalzoorden 11.15
11,45
tam. 12 15
Neuzen u 12.45
Borsselen 1.45
Vlissingen 2.15
stoomboot te Neuzen I
verzonden worden, moet op btll
oud, het gewicht en de waarde;!
daarenboven moeten gt* 1
loopen zij gevaar door I
e worden geweigerd.
Neuzen en Vlissingen. 1
;s niet varen.
VAN VLISSINGEN
Maandag 16 's morg. 9,—I
Dinsdag 17 9,30
Woensdag 18 10,—Ij
Donderdag 19 H>~1
en Rotterdam.
4 dagen 's Maandags ?ul
omgekeerd.
Vlissingen.
9.20 12.
9.30 12.13
9.43 12.35
9.52 12.45
2.25 4.30 8^50 10,451
-Roosendaal.
9.25
'8.50
12.20 3.10
5.15
,9.—
12.31 8.20
5.24
9.35
9.21
12.41
5.27
9.28
12.54
5.34
9.43
1.19
5.49
9 52
1.40
5.58
1.56
6.13
0 15
2.5
6.21
2.14
6.27
2.30
6.37
.0.38
2.37
6.43
2.59
6.59
.1.6
3.31
7.12
1.17
3.48
7.22
1.26
4.—
7.33
;n gestopt, wanneer
daar reiziger
Gent,
van Gent: 8.17 12.1'
5 7.25
MecRelen.
:helen
6.30, 10.20, 6.—
Nieuwendijk, wijk H no. 101,
VLISSINGEN.
Advertentiën gelieve men aan den Uitgever in te zenden uiterlijk
Woensdag- en Zaterdag voormiddag 10 ure;
de prijs van 1—1 regels is 40 Cents, voor eiken regel meer 10 Cents.
BUREAU:
F. H. SCHIFFER.
Dit Blad wordt tweemaal per week, Donderdags en Zondags uitgegeven.
Abonnementsprijs per drie maanden 1.franco per post f 1.15.
Afzonderlijke nummers 5 Cents.
Men Abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Post-Directeuren.
De BURGEMEESTER en WETHOU
DERS van "Vlissingen:
Geven kennis dat vacant zijn twee be
trekkingen van Hulponderwijzers
der 3de klasse, aan de school voor on-
en minvermogenden C in deze Gemeente,
op eene jaarwedde van vierhonderd
vijftig Gulden.
Sollicitanten worden verzocht zich zoo
spoedig mogelijk aan te melden met franco
brieven bij den Burgemeester.
Vlissingen, 14 Februari 1S74.
JHIFFER, TE VLISS1NGEH
PUBLICATIE N.
No, 13. Illcdischc Politie.
Maatregelen tegen liet in gebruik nemen van
schadelijk vleesch.
De Burgemeester en Wethouders van Vlissingen
brengen ter kennis van de ingezetenen, de bij cirku-
laire van den Commissaris des Ivonings van den 31
Januari 1874, A. uo. 454, 3e afdeeling, (Provinciaal
blad no. 19, medegedeelde resolutie van Zijno Excel
lentie den Minister van Finantiën van den lOen dier
maand, no. 76 van den navolgenden inhoud:
Volgens de resolutie van den 12 Februari] 1861, no.
63, zijn de ambtenaren van de aktieve dienst gehou
den, om bij bevinding van ziek vee, waarvan aangifte
tot slagten is gedaan, daarvan onmiddelijk kennis te
geven aan den Burgemeester, met opgaaf van den
naam des aangevers en van den stal of de plaats waar
bet vee zich bevindt.
Ten vervolge op genoemde resolutie is bij die van
den 29 Junij 1867, no. 61, bepaald, dat de ontvangers
bij bet aannemen van aangiften wegens slagting van
ziek vee, daarvan ook ten spoedigste zullen kennis
geven aan den Burgemeester, op gelijken voet als bij
deresolutie van 1861 is voorgeschreven.
Deze voorschriften worden zooveel noodig in her
innering gebracht, terwijl wijdei s wordt bepaald, dat
wanneer de ontvanger uit het bewijs van veraccijnsing
ot door andere omstandigheden weet of vermoedt dat
vleesch, waarvoor een geleibiljet wordt geligt, afkom
stig is van ziek vee, hij ook daarvan onverwijld op
gelijke wijs moet kenuis geven aan den Burgemeester
van de plaats waar het te verzenden vleesch zich be
vindt. Is het twijfelachtig of deze laatste kennisge-
ving bij dien Burgemeester vroeg genoeg zal worden
ontvangen om het vleesch vóór den in het geleibiljet
vermelden tijd van verzending te kunnen doen onder
zoeken, dan zendt de ontvanger bovendien eene ken
nisgeving aan den Burgemeester der gemeente waar-
I teen het vleesch bestemd is, met opgaaf der wijze van
vervoer en van den persoon die in bet dokument als
ontbieder is genoemd. Behoort de gemeente van be
stemming niet onder het kantoor van denzelfden ont-
ontvauger, dan wordt voor deze laatste kennisgeving
alleen dan vrijdom van briefport verleend, wanneer,
behalve de nakoming der gewone voorwaarden van
kruisband en contraseign op het adres vermeld is
Wzending van vleesch.
In spoed vereischendc gevallen kan de kennisgeving
aau den Burgemeester ter bestemmingsplaats per
telegraaf geschieden. De kosten hiervan worden, na
afloop van elk jaar door den ontvanger bij eene gewone
Verschot-declaratie in duplo, regtstreeks in rekening
gebragt aan het Ministerie van Binneniandsche
Zaken.
Met uitnoodiging om, tot het daarbij beoogde doei,
wering, namelijk van het gebruik van vleesch van
a(Jk vee, zooveel mogelijk mede te werken.
Eu is hiervan afkondiging geschied, waar het be
kort, den 12 Februarij 1874.
Be Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. G. HECTOR, L. B.
J)e Secretaris,
P. FORBES WELS.
Vlissingen, 14 Februari.
OORLOG MET A TC IIIIV.
Omtrent het laatst ontvangen Reutersteiegram
zegt de Staats-courant het volgende
//Zoo dit bericht eenigen grond heeft, kan het
slechts zijn eene verkeerde voorstelling (misschien
over land naar een der Atchineesche havens en van
daar naar Penang overgebracht) van het gevecht,
dat plaats vond bij de verkenning op den 29n Janu
ari, waarbij onze troepen ernstig beschoten werden
uit eene versterking in de X3£II Moekim en een
drietal dooden en 18 gewonden verloren.
z/Het bericht kan niet doeken op eeiiig nieuw
wapenfeit, waarvan de regeering nog geen kennis
had gekregen, want het laatste telegram van den
luitenant-generaal van Swieten werd van Atchin
verzonden op denzelfden dag als het Renters-tele»
gram van Penang.
Thans bericht Reuters Office uit Singapore van 14
dezer, dat de Nederlandsche konsul daar ter plaatse
bekend heeft gemaakt, dat de kleinzoon van den
overleden sultan tot opvolger is verkozen. De
negenjarige knaap staat onder het regentschap van
vier zijner familieleden. Reeds door de regeering
medegedeeld
Uit een brief geschreven aan boord van Zr. Ms.
fregat Zeeland, onlleenen wij het navolgende:
Reede Atchin, 12 Januari 1874.
U kunt niet begrijpen hoezeeer ik het apprecieer
mijne brieven over Penang te ontvangen vooreerst is
het eene pleister voor het ellendige verblijf hier op
de kast, dat ons allen vreeselijk begint te vervelen;
het loopt zoo wat naar een halfjaar dat ik het laatst
de zalige aarde onder de voeten heb gevoeld, en ten
tweede heeft men meestal de laatste tijdingen. Mijn
laatste brief schrijf ik den 30en van de vorige maand
van Pedirde uitslag der gedane landing weet gij
dus nog niet. Den 31en 's morgens om 5 uur debar-
keerden de mariniers die te zamen met de beman
ning der gewapende sloepen 200 man sterk waren;
de overste van Oordt was kommandant der landing,
terwijl onze kapitein de landings-divisie komman
deerde. De landing had plaats aan de kali; de mari
niers werden onmiddelijk aan wal gezet, terwijl de
sloepen de rivier oproeiden, waarbij zij ieder oogen-
bli-k aan den grond raakten, wegens het weinige
Water dat er stond. Een eind voortgerukt zijnde,
stuitte men op eene beuting, waaruit de onzen zoo.
hevig beschoten werden, dat er aan geen voorttrek
ken meer te denken viel; bovendien begon het water
weder te vallen en kon men den nacht natuurlijk
niet aan den wal doorbrengen. De terugtocht werd
dus aangenomen, die prachtig gelukte, en 's avonds
om half zes waren de sloepen weder aan boord terug.
Wij zijn dus bij Pedir niet geslaagd, daar het doel,
het vernielen en verbranden van den kampong, niet
werd bereikt. Wij verloren daarbij 2 dooden en
hadden 8 gekwetsten.
Den len vertrokken wij weder naar Atchin,
waarin dien tijd geen bijzonders voorgevallen was.
Den 6en had de bestorming en inneming van de
versterkte missigit plaats met een verlies aan onze
zijde van 240 dooden en gekwetsten; men was
toen 200 meter van den kraton verwijderd. Heden
is men die omgetrokken en zijn de twee bentings
van steen die de kraton geheel beheerschen; het
verlies is nog niet bekend, morgen of overmorgen
valt dus de kraton cu ik hoop maar dat dan de
expeditie spoedig afgeloopen zal zijn en wij naar
Batavia vertrekken. Tot overmaat van ramp is
ons slooravermogen nu ook op de flesch; een dag
of wat geleden is onze schroefas gebroken, het
schip is namelijk enorm doorgezakt, zoodat dit ge
brek ook niet gemakkelijk zal zijn te herstellen;
wij zullen de reis dus wel zeilende of gesleept
moeten afleggen. Een onzer afgezanten, die een
brief aan den Sultan moest overhandigen, is op eene
gruwelijke wijze vermoord, men heeft namelijk een
bamboe op zijn mond gezet en daardoor kokend
water naar binuen gegoten, zijne bedienden zijn
gistereD nacht gevlucht eu behouden in het kampe
ment teruggekeerd. De oudejaars-avond hebben
wij even als alle avonden doorgebracht; de meeste
lui waren vermoeid en gingen vroeg naar kooi, zoo
dat wij slechts met ons drieën op de kampanje zaten
te peinzen; het was magnifiek doodstil weder en
heerlijke maneschijn.
Een der eersten onder onze soldalen in Atchin,
die de Nederlandsche vlag op den kraton plantte, is
C. de Rooy, uit Wijk bij Duurstede afkomstig en
vroeger zouaaf bij het Pauselijk leger. De Rooy
heeft zijn moed met het verlies van een zijner
armen moeten bekoopen.
Door den heer C. J. M. Swaan, te Wormerveer,
wordt ons omtrent het lot van Z. M. stoomschip
Beli, komm. luit. ter zee le kl. P. Swaan, medege
deeld, dat in een door hem ontvangen schrijven van
den kommandaot. zijn broeder, uit Djeddah van
15 December de volgende mededeeling voorkomt:
z/Ik moet in de N. O. mousson op naar Atchin,
waartoe ik een doorsteek om de Zuid moet maken
en dan denkelijk nog beneden Atchin land zal moe
ten halen. Voegt men hierbij de vele stilten in de
Indische Zee, dan wordt de vertraging in de aan
komst, alleen door eene lange reis veroorzaakt, meer
dan waarschijnlijk." [N. v. d. B.)
De Staats-courant van Zondag en Maandag 15
16 en dezer bevat een staat van nalatenschappen, die
inden loop van het jaar 1872, tengevolge vau het
overlijden van manschappen, behoord hebbende tot
de koninklijke Nederlandsche marine, zijn openge
vallen, en, als niet opgeëischt door de erfgenamen,
in bewariug van het departement van marine en bij
het korps mariniers zijn gebleven. Onder anderen
komt daarop voor Theodorus Franciscus Donck, ge
boren te Aardenburg, den 4en Januari 1872 in het
hospitaal te Soerabaija overleden, nalatende een
geldelijk bedrag van 167,U4.
Door het Zeeuwsch genootschap der wetenschap
pen te Middelburg is eene kommissie benoemd tot
het opsporen, bewaren en behoud van merkwaardige
oudheden in Zeeland. Deze kommissie bestaat uit de
heeren dr. A. A. Fokker, voorzitter, mr. A. J. van
Eckelen, C. D. Tilenius Kruytholf, jhr. mr. A. van
Reigersberg Versluis, en Nagtglas, secretaris.
Niettegenstaande de meeste corporatiën hebben
besloten om zich bij het nationaal geschenk aan
Z. M. deo Koning aan te sluiten, heeft het bestuur
van de vereeniging van officieren der schutterij in
Nederland besloten, gevolg te geven aan het voor»-
nemen van een zelfstandig huldeblijk aau Z. M. den
Koning aan te bieden.
Wij vernemen echter, dat er schutterij-officieren
zijn, die besloten hebben daaraan geen deel te nemen,
omdat zij zich bij het nationaal geschenk hebben
aangesloten. UP.)