mien.
IJ T,
VllSSINfiSCIlE COURANT.
ZIEKTE.
angstelling, bij ge-
p 31 Januari onder-
ten dank.
P. BOUMAN.
PIETBBSE zal op
na 11 ure, op de
IRKOOPEN eene
6U,
CODA'S <»'-
ÜC1PERS,
;es 1® cts.; per
SS cts.
UNDIGE,
singen, Dokzigt;
r minvermogenden,
t
51E.)
ezing, gesteand op ontel*
1872. N° 12. Zondag II Februari. I0'e Jaargang.
Nieuwendijk, wijk H no. 101.
VLISSINGEN.
Advertentien gelieve men aan den Uitgever in te zenden uiterlijk
Woensdag- ea Zaterdag voormiddag 10 ure;
de pry's van 14 regels is 40 Cents, voor eiken regel meer 10 Cents.
BÜBEAU;
F. H. S 0 H I F F E R.
Dit Blad wordt tweemaal per week, Donderdags en Zondags uitgegeven.
Abonnementsprijs per drie maanden 1.franco per post ƒ1.15.
Afzouderlijkc nummers 5 Cents.
Men Abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Post-Directeuren.
'erking, tegen de zending
W i T T.
itr. IS, Berlin (Pruisen.)
Vester-Schelde.
voorm. 6.— u. nam. 4.— u.
6.30 v 4-30
vrijdag en zaterdag,
voorm. 7.30 u.
iiskerke,
10.—
10.30
i 's midd. 12.
a, 's nam. 12.30
zondag. maandag,
roorm. 7.30 u. voorm. 7.30
i i!:=i!s
10.30 ,,'smidd. 12.—
11.a nam. 12.30
11.30 v 1-30
'smid. 12.i) 2.
nam. 12.30 2.30
1.30 2.30
2.— I, ii 4--
ien en Vlissingen.
t varen.
van vlissingen
'rijdag 9 's morgens
iaterdag 10
10.-
fcrneming
ddelburg v. v.
gedurende den winterdienst het
Goes, rijdende alsdan een wagH
Mechelen.
Mecheleu: 6.50. 10.40. 5.50.
NATIONALE MILITIE.
Tweede kennisgeving van de loting voor de nationale militie
De burgemeester en Wethouders vau Vlissingen
Gelet op art. 28 en volgende der wet van den 19 Augustus
1861 (Staatsblad no. 72)
Brengen ter kennis van belanghebbenden;
dat de loting der in het vorige jaar voor de militie ingeschre
venen, in deze gemeente zal plaats hebben ten raadkuize, op
Zaterdag den 10en Februari 1872 des voormiddags ten 9lk ure;
dat gedurende vijf dagen, te rekenen van den dag waarop de
loting heeft plaats gehad, tegen de wijze waarop zij is geschied,
bij Gedeputeerde Staten bezwaren kunnen worden ingebracht
door belanghebbende lotelingen, of door hun vader of voogd;
dat de bezwaren moeten worden ingediend, door middel van
een door de noodige bewijsstukken gestaafd verzoekschrift op
ongezegeld papier, onderteekend door hem, die ze inbrengt, welk
verzoekschrift bij den Burgemeester moet worden overgebracht,
tegen bewijs van ontvang
dat op Maandag den 12eQ Februari 1872 des vóórmiddags van
10 tot 12 uur, ten raadkuize zitting zal worden gehouden tot het
opmaken van de getuigschriften ter bekoming van vrijstelling
wegens broederdienst of op grond van te zijn eenige wettige zoonbe
doeld in de 2de en 3de zinsnede van art. 58 der bovenbedoelde wet;
dat zij die op zoodanige vrijstelling aanspraak maken, op ge-
melden tijd ten raadkuize zullen moeten verschijnen, vergezeld
van twee bij den Burgemeester bekende meerderjarige ingezete
nen; terwijl op broederdienst reclamerende, zij zullen moeten
medebrengen de bewijzen van geboorte van kenzelve en van de
nog in leven zijnde broeders.
Bovendien zijn de ingeschrevenen verpligt vóór den 4 Maart
bij den Burgemeester in te leveren het paspoort of ander bewijs
van ontslag, of een uittreksel uit het stamboek, of een bewijs van
werkelijke dienst van den broeder of de broeders op wiens of
wier dienst zij hunne reclame gronden.
En is hiervan voor de tweede maal afkondiging geschied, waar
het behoort, den 5 Februari 1872.
De Burgemeester en Wethouders voornoemd,
WINKELMAN.
De Secretaris,
P. FORBES WELS.
GEMEENTEBLAD,
Wijziging in de regeling van de afkondiging der plaatselijke ver-
De Burgemeester en Wethouders van Ylissingen, doen te
weten
dat door den Raad dier Gemeente in zijne vergadering van den
10 Januari 1872, is vastgesteld de navolgende wijziging in de
VERORDENING regelende de wijze van afkon
diging der Plaatselijke verordeningen in de
Ocsneente Vlissingen.
De Gemeenteraad van Ylissingen;
herzien zijne Verordening regelende de wijze van afkondiging
der Plaatselijke verordeningen" van den 25 Mei 1867, (Gemeen
teblad no. 48)
Besluit:
vast te stellen de navolgende wijziging in »de verordening rege
lende de wijze van afkondiging van Plaatselijke verordeningen."
Art. 1.
De laatste zinsnede van art. 4 wordt gelezen in plaats van en
in de Middelburgsche courant," en in de Vlissingsche courant
Aldus vastgesteld door den Gemeenteraad van Vlissingen, in
zijne vergadering van den 10 Januari 1872.
De Secretaris, De Voorzitter,
P. FORBES WELS. WINKELMAN.
En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort, den 1
Februari 1872.
De Burgemeester en Wethouders voornoemd,
WINKELMAN.
De Secretaris,
P. FORBES WELS.
GEMEENTE-BESTUUR.
Benoeming vaste Commission uit den raad.
De Burgemeester en Wethouders van Vlissingen;
maken
dat in de Raads-Vergadering van den 10 Januari 1872, zijn be
noemd de Leden der onderscheidene vaste Commission nit den
Gemeenteraad, over het jaar 1872;
en dat die Commission zijn zamengesteld als volgt:
a. de Commissie voor de verordeningen tegen wier overtreding
straf is bedreigd. De Burgemeester Voorzitter en de Heeren
M. Pot, Mr. P. J. Callenfels, J. G. Hector en W. van der
Os, Leden.
b. de Commissie voor de belastingen, de Heer Th. van Uije
Pieterse Voorzitter, en de Heeren W. de Kruijff, J. C.
Ockers, C. J. van der Hijden en H. E. Kleijnhens, Leden.
c. de Commissie voor de financiën, de Heer Tsi. van Uije Pie
terse Voorzitter, en de Heeren A. Sciiraver, M. Pot, J. C.
Ocicers en W. de Kruiff, Leden.
d. de Commissie voor de fabricage, de Burgemeester Voorzit
ter, en de Heeren W. de Kruiff, W. van der Os, C. J. van
der Hijden en J. P. Laernoes, Leden.
e. de Commissie voor de gasfabriek, de Burgemeester Voorzit-
ter, en de Heeren J. C. Ockers, W. de Kruijff, W. van der
Os en J. P. Laernoes, Leden.
de Commissie bedoeld in de laatste zinsnede van art. 4 der
verordening op de invordering van den Hoofdelijken Omslag,
de Heeren J. C. Ockeks, W. de Kruijff en Mr. P. J. Cal
lenfels.
En is biervan afkondiging geschied, waar het behoort, den 1
Februari 1872.
De Burgemeester en Wethouders voornoemd,
WINKELMAN.
De Secretaris,
P. FORBES WELS.
DE WËEZENSUBSIDIE.
Waarschijnlijk zal eerstdaags in den gemeenteraad eene beslis
sing worden genomen over het al of niet ondersteunen van stads
wege van de weezen, tot welke godsdienstige gezindte deze ook
belmoren. Welk bestuur zich met de verzorging der weezen ook
belaste, doet ter zake niets. De staats-armenwet laat hierin de
kerkel. reglementen onbelemmerd werken. De kwestie is daarom
nietzal de stad aan kerkel. besturen subsidie geven, maar déze
hoe zal de stad het zekerste en het billijkste zich ontlasten van een
armenverzorging, die de hare niet behoort te zijn, maar die niet
temin de hare zal blijven, zoo zij niet in overleg treedt met de be
trokken besturen. Men vergete niet, dat de kerkel. besturen wel
het recht hebben weezen te verplegen maar dat de staatswet hen
niet kan dwingen van dat recht gebruik te maken. Zoo morgen de
kerkel. besturen de weezen loslaten, zou de stad door de omstandig
heden gedrongen worden de verpleging geheel op zich te nemen.
Hoe het onderzoek in den raad aangaande de pretentiën der
hervormden ook afloope, zeker is het dat de stacl voor de her
vormde en lutherseke weezen geld zal moeten uitkeeren, 't zij ter
gekeele verpleging, 't zij bij wijze van subsidie, 't zij bij wijze van
restitutie. Moeielijk zou het nu van onrechtvaardigheid zijn vrij
te pleiten zoo alleen werden uitgesloten dokath. weezen, die toch
gelijke aanspraken hebben. Gelijk recht voor allen, dat meenen
we is de leus van al de leden van onzen gemeenteraad, niemand
uitgezonderd.
De katholieken in Vlissingen kunnen dus verwachten te ver
krijgen wat men niet weigert aan anderen.
En de aanspraken der katholieken op subsidie voor hunne wee-"
zen worden zeer versterkt door de omstandigheid, dat zij 60 jaren
lang zich hebben vergenoegd met slecbts een geldelijke tegemoet-
koming van stadswege, terwijl de weezen der andere gezindten
geheel door de stad werden onderhonden. Zij hebben daarmee ook
een dienst aan de stad bewezen en getoond hoe zij bereidvaardig en
offervaardig het doel der staatsarmenwet willen helpen bereiken.
Ondoenlijk is het voorshands nog voor hen al de kosten alleen te
dragen. Dat zullen zij na eonige jaren kunnen, zoo zij medewer
king van de stad ondervinden. Maar zou het nu niet eene dubbele