ENING EN DEN BOUW NAN WOONHUIZEN IT 1 Ei 1873. N° 0. Donderdag I Februari. 10 Jaargang. VLISSIiYGSClIË COURANT. te nemen neemt de in hare stadgenooten melden dat zij den en Steenkolen naam en voor eigen in de gunst harer FRANTZEN, Wed: A. Ruijsoh. 00.000 geven in Aandeelen vaa )AM. teriëele Resolutie, N°. 64. IJFTIG HOOGS PRIJZEN, oajci' bedrag dan VDE, en dus nti BURGER- ter waarde van "VIJl? ip van grond en erf. 25 Prijzen a ƒ5.000.— 100 2.000. - 200 - 1.000.- 5.650 1.10 tusschenkomst van HH. ecten en Boekhandelaren n in deze Premie-leening els verkrijgbaar zijn. betreffende, kunnen voor- t adres van den Heer loveniersburgwal bij de terwijl de gelden aan de tn of bij hare Agenten de verkrijgbaar bij A. J. idijk, Vbssingen. W ester-Schelde, voorm. 6.30 u. nam. 3.n. 7.— 3.30 vrijdag en zaterdag. voorm. 7.45 u. 8.15 nskerke, 10. 10.30 's midd. 12. 's nam. 12 30 zondag. maandag, voorm. 7 45 u. voorm. 7.45 v 8.15 10.— 10.30 11.— n t> 1130 'smidd. 'smid. 12.nam. nam. 12.30 1.30 2. ,de Nieuwendijk, wijk H no. 101. VLISSINGEN. Advertentiën gelieve men aan den Uitgever in te zenden uiterlijk Woensdag- en Zaterdag voormiddag 10 ure; lo prijs van 14 regels is 40 Cents, voor eiken regel meer 10 Cents. BUREAU: F. H. SCHIFFER. Dit Blad wordt tweemaal per week, Donderdags en Zondags uitgegevei, Abonnementsprijs per drie maanden ƒ1.franco per post ƒ1.15. Afzonderlijke nummers 5 Cents. Men Abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Post-Directeuren. Rij deze Courant behoort een Bijvoegsel. GRONDBELASTING. Afkondiging van het kohier der grondbelasting, dienst 1872. De Burgemeester van "VTissingen, maakt bekend dat het op heden bij hem ontvangen kohier der grondbelasting, dienst 1872, ter invordering aan den Rijks-Ontvanger is verzonden en noodigt mitsdien de daarop voorkomende belastingschuldigen uit, om hunne aanslagen op de daartoe bepaalde termijnen aan te zuiveren. En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort, den 28 Januari 1872. De Burgemeester voornoemd, WINKELMAN. NATIONALE MILITIE. Ter lezing liggen van het inschrijvings-register, voor de nationale militie met de alphabetische naamlijst. De Burgemeester en Wethouders van Ylissingen; Gelet op art. 26 der wet van den 19 Augustus 1861 (Staatsblad no. 72); Brengen bij deze ter kennis van belanghebbenden dat het register van de in het vorige jaar voor de nationale mili tie ingeschrevenen, benevens de daaruit opgemaakte alphabetische Ijjst, voor elk op de Secretarie ter lezing zullen neder liggen van den 25 Januari tot en met den 3 Februari 1872 dat tegen register en lijst, binnen den tijd der nederligging,_ be zwaren kunnen worden ingebracht bij den Commissaris des Konings in de provincie, door middel van een door de noodige bewijsstuk ken gestaafd verzoekschrift op ongezegeld papier, onderteekend door hem, die ze inbrengt, welk verzoekschrift zal moeten worden overgebracht hij den Burgemeester tegen bewijs van ontvang. En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort, den 23 Januari 1872. De Secretaris, De Burgem. en Weth. voornoemd, P. FORBES WELS. WINKELMAN. VERKIEZINGEN. Oproeping van elders in de directe belastingen aangeslagenen tot het doen van aangifte, om op de kiezerslijsten te worden gebracht. De Burgemeester van Vlissingen; Gezien art. 7, 2e alinea der wet van den 4 Juli 1850 (Staatsblad no. 37), regelende het kiesrecht en de benoeming van de afgevaar digden ter Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal; noodigt de inwoners der gemeente nit, om zoo zij elders in de direkte belastingen zijn aangeslagen, daarvan vóór den 15 Februari eerstkomende, te doen blijken. En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort, den 23 Januari 1872. De Burgemeester voornoemd, WINKELMAN 8.1 10.30 11.— 11 32. 12.30 1.— 2.— 2.30 .30 j i lsd m en en Vlissingen. varen. van" vlissingen: Iaandag 29 voormidd. 11. linsdag 30 11.30 Woensdag 31 12. rneming idelbnrg v. v. edurende den winterdienst heeft Goes, rijdende alsdan een wogen ONTEIGENING STAATSSPOORWEGEN. De Burgemeester van Vlissingen, maakt hekend dat door Zijne Majesteit den Koning is genomen het navolgende besluit van den 9 Jannari 1872, no. 14. Wij WILLEM III, bij de gratie gods, koning der Neder landen, prins van oranje-nassau, groothertog van luxemburg, enz., enz., enz. Gezien ons besluit van 29 Juni 1866, n°. 55 Overwegende dat, voor eene verbinding tusschen het verbreed kanaal met het vroegere marinedok te Vlissingen, de verlegging aan den Middelburg—Vlissingschen straatweg, een weg ter ver binding van Vlissingen met het locaal station aldaar en de ver legging van den afgesneden singelweg te Vlissingen, eene grootere oppervlakte noodig is dan bij ons aangehaald besluit werd aange wezen Op de voordracht van onzen Minister van Staat en van Binnen- landsche Zaken van 4 Januari 1872, n°. 267,11* afdeeling; Gezien de wet van 31 December 1865 (Staatsblad n°. 196) Gelet op art. 16 en op de artt. 10 tot en met 15 der wet van 28 Augustus 1851 (Staatsblad n°. 125) Gezien het proces-verbaal der zitting van de commissie uit de Gedeputeerde Staten van Zeeland, welke ingevolge art. 10 dei- wet van 28 Augustus 1851 (Staatsblad n°. 125) in de gemeente Vlissingen zitting heeft gehouden, teneinde de bezwaren der be langhebbenden aan te hooren, nadat aan de bepalingen van artt. 11 en 12 dier wet was voldaan; Hebben besloten en besluiten Ten behoeve van den aanleg van den staatsspoorweg van Goes naar Vlissingen en van het kanaal van Vlissingen naar Middel burg, met daarbij behoorende werken, zullen ten algemeene nutte in het publiek belang en ten name van den Staat, ter uitvoering van de wetten van 18 Augustus 1860 (Staatsblad n°. 45) en van 31 December 1865 (Staatsblad n°. 196), boven en behalve hetgeen bij ons besluit van 29 Juni 1866, n°. 55, werd aangewezen, in de gemeente Vlissingen worden onteigend, de eigendommen nader aangeduid in het plan en de kaarten, welke ter inzage van een ieder hebben gelegen, en vermeld op den staat bij dit besluit ge voegd. Onze Minister van Binnen! andsche Zaken is belast met de uit voering van dit besluit, hetwelk in de Staats-conrant en in de Middelburgsche courant zal worden geplaatst. 's Gravenhage, 9 Januari 1872. WILLEM. De Minister van Staat en van Binnenlandsche Zaken, Thorbecke. en dat de bij opgenoemd besluit vermelden staat, aanduidende de perceelen die onteigend zullen worden, ter Gemeente-Secretarie voor de belanghebbenden ter inzage ligt. Vlissingen, den 26 Januari 1872. De Burgemeester voornoemd, WINKELMAN. Zooals wij reeds in korte woorden hebben meögedeeld, heeft het K. armbestuur eene kennisgeving aan den gemeenteraad inge zonden dat het krachtens de kerkel. reglementen in verband met de staatsarmenwet de verpleging der katk. weezen zelfstandig op zich neemt en zich daarbij afscheidt van het stads- arm-, gast- en weeshuis. Daarineê is de kwestie der weezenverpleging tot eene gewenschte oplossing gebracht. Terwijl het armbestuur slechts gebruik maakt van een recht, 't welk het ontegensprekelijk heeft, een recht, door de staats-armenwet erkend, heeft het door dezen stap vele moeie- lijkheden afgesneden die in de toekomst te voorzien waren. Ge steld toch dat de raad een der voorstellen vau de kommissie had aangenomen, dan was eene zeer ongewenschte botsing onvermijde lijk tusschen het dagelijksch bestuur der stad, 't welk een geno men besluit moet uitvoeren en het armbestuur 't welk zijne rech ten zon hebben vastgehouden. Een beroep op de Hooge Regeering ware noodig geworden en de oplossing der kwestie zou niet ver kregen zijn dan na veel moeielijke verwikkelingen en verstoring van goede verhoudingen. Aan het einde der kennisgeving drukt het armbestuur het ge gronde vertrouwen uit, dat het de subsidie voor de weezen, tot nog toe door middel van het stads- arm-, gast- en weeshuis geno ten, voortaan onmiddellijk van de stad zal ontvangen. Wij gelooven niet, dat er tegen deze subsidie, te geven niet aan het Armbestuur als zoodanig, maar aan de katb. weezen, door een der raadslieden bezwaren zullen geopperd worden. Vooreerst, dit punt van subsidie is een zeer ondergeschikt punt ook voor de kommissie zelve. De kommissie is niet tegen de sub sidieintegendeel zij erkent er de billijkheid van en stelde zelfs voor die met 5.per jaar voor ieder wees te verhoogen. Vervolgens, de weezen hebben aanspraak op ondersteuning van stadswege. Ten jare 1813 reeds en later nog herbaalde malen zooals in 1856 en in 1860 heeft de stad zich verhonden tegenover de katholieken tot eene subsidie aan de weezen ook bij eene afzon derlijke verpleging. Wel werd als voorwaarde gesteld dat de wee zen onder het oppertoezicht van regenten van arm-, gast- en weeshuis zonden staan, maar ook dit kan geen moeielijkheid barende kommissie immers bad zelve deze op den duur onhoud bare voorwaarde reeds losgelaten door eene volledige afscheiding tusschen weesbestuur en regenten van arm-, gast- en weeshuis voor te stellen. De hoofdkwestie de benoeming van bet weesbestuur is opgelost op de weg door de staatswetten aangewezen, iu overeen-

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1872 | | pagina 1