V LIS SI (1 S II E COUBANT. :ening JJ 1873. N° 6. Zondag 31 Januari. Jaargang. El\ DEN BOUW VAN ;dam. en BORSTAANDOF IISCHER bij Frankfort J bosjes van 30 en 40 et. I 1AS1LLE te Zierikzee j RA ARS mijne inrichting genezen, ethode). Een Prospectus et 612 genezenen gratis. Hei betaald. 10 ,de Nieuwendijk, wijk H no. 101. VLISSINGEN. Advertentiëa gelieve men aan den Uitgever in te zenden uiterlijk Woensdag- en Zaterdag voormiddag 10 ure; de prijs van 14 regels is 40 Cents, voor eiken regel meer 10 Cents. BUREAU: F. H. SCHIFFER. Dit Blad wordt tweemaal per week, Donderdags en Zondags uitgegeve i Abonnementsprijs per drie maanden 1.franco per post ƒ1.15. Afzonderlijke nummers 5 Cents. Men Abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Post-Directeuren. A 577.) IJ I>T. •00.000 geven in Aandeelen vt DEN. HE «BESTEDING. i. N°. 64. s: VIJFTIG HOOGE PRIJZEN. poogei* bedrag dan jpVDE, cn eins B g T i W. nel BURGEE- k ter waarde van YIJÏ rip van geond en erf. 25 Prijzen a 5.000. ïoo 2.000. - 200 - 1.000.- 18.650 ï.ior' tusschenkomst van HH. fecten en Boekhandelaren en in deze Premie-leeningJ els verkrijgbaar zijn. betredende, kunnen voor- et adres van deü Heer loveniersburgwal bij de Oester-Schelde, voorin. 6.30 u nam. 3.u. 7.— 3.30 vrijdag en zaterdag. voorin. 7.45 u. 8.15 uskerke, 10. u 10.30 's midd. 12. 's nam. 12 30 zondag. maandag, voorm. 7.45 u. voorm. 7.45 t 8.15 8.15 10.— 10.30 10.30 11.— 11.— 11.30 11.30 'smidd. 32. 'smid. 12.nam. 12 30 nam. 12.30 1. Onderhoud van Gemeente-eigen dommen, gedurende liet. jaai* 187)3. De Burgemeester en Wethouders van Vlissingen, maken beltend dat zij voornemens zijn op Zaterdag 27 Januari 1872, des namiddags ten 2 ureop het raadhuis aldaar bij enkele inschrijving in het openbaar te HERBESTEDEN: Het uitbaggeren van GOOO UI3 slijk. Het oimlerhiiud der pompen, urinoirs, enz. He levering van 40.000 machinale Waalstraat klinkers. 4. Het verleggen van 6000 UI2 kei- cn klinker- straat. 5. Het schilderwerk. Zijnde de 2% 4% 7», 9B en 12» perceelen van bet bestek der onderhoudswerken over 1872. De aannemers worden vooral indachtig gemaakt op art. 62 van bet bestek, waarin het onderteekenen der inschrijvingsbiljetten door de borgen verpligtend is gesteld, zullende geene inschrijvingen zonder die onderteekening worden aangenomen. Vlissingen, den 16 Januari 1S72. De Burgemeester en Wethouders voornoemd, WINKELMAN. De Secretaris, P. FORBES WELS. 2.— 2.30 en en Vlissingen. varen. VAN VLISSINGEN: ijdag 19 's namidd. 2 aterdag 20 3. gen en Rotterdam. in Ylissiugeu naar Rotterdam cn Het rapport over de üaih. Wcczeuvcrpleging van de becren Kleijnhcns, Callenl'cls cn Ockers. VIII. De staats-armenwet geeft in art. 20 liet groote beginsel der geheele wet aan dat de armenverzorging (onder arm wordt ver staan, die niet uit eigen middelen kan voorzien in zijn noodzakelijk levensonderhoud, zie mem. v. toel.) wordt overgelaten aan de kerk en aan de bijzondere instellingen van weldadigheid, en dat het de roeping van ,den staat of van burgerlijke besturen niet is, zich met armenverzorging te belasten en op de eerste plaats als armenverzorgers op te treden, maar alleen bij onvermijdelijke noodzakelijkheid. Dit beginsel werd met de meest duidelijke woorden uiteengezet in 't antwoord van de regeeriug op het voor- loopig verslag der Tweede Kamer, waarin als strekking der wet wordt aangewezen, dat de burgerlijke armenverzorging zich vol strekt moet beperken tot het geval dat die der kerkelijke en bij zondere instellingen blijkt te ontbreken, en dan nog slechts bij onvermijdelijkheid kan optreden. Dat dit beginsel ook omvat de weezenverzorging, als de ver zorging van de grootste en eerste armen, blijkt zoowel uit den aard der wet als nit de toelichting der regeering op artt. 1, 20 en 73. Dat blijkt bovendien aan wie er nog aan twijfelen mocht uit eene missive van den minister van binnenlandscbe zaken (9 Aug. 1868, n°. 345), luidende, voor zooveel de hoofdzaak betreft: >Het gesticht voor weezen, vondelingen en verlaten kinderen te Veenhuizen beeft door gedurige afneming van zijne bevolking veel »van zijn belangrijkheid verloren Bovendien is bet doel dier inrichting de opvoeding van zulke kinderen ook naar de beginselen der armenwet, geen onderwerp van directe staatszorg. Om al die redenen heb ik mij voorgenomen bet noodige te doen verrichten om tot de opheffing van dat gesticht te kunnen overgaan." Wie deze beginselen kent, ziet niet zonder groote bevreemding, dat eene commissie uit onzen gemeenteraad bet burgerlijk bestuur er toe brengen wil tom zelf in de eerste plaats als armenverzorger op te treden en tegenover de armenwet een standpunt in te nemen wat, naar we met bet oog op de armenwet meenen, niet bet stand punt van een burgerlijk bestuur behoort te zijn, tenzjj bij onver mijdelijkheid. Twee bevoegde kerkelijke besturen, bewust dat zij krachtens de armenwet voor bet vervullen hunner roeping zich slechts hebben te regelen naar de voorschriften der bevoegde kerk. overheden, (zie mem. v. toel. art. 20) treden op voor den gemeenteraad en ver klaren zich bereid, in overeenstemming met de beginselen der armenwet de stad van de voornaamste zorg voor de weezen te ontheffen en mede te werken om langzamerhand die armenzorg geheel op zich te nemen. Dat optreden is eene gelegenheid voor den gemeenteraad om bare roeping alleen op te treden als verzorging van wege de kerk blijkt te ontbreken. meer nabij te komen en binnen kox- teren of langeren tijd te bereiken. Enkel uit dat oogpunt reeds moest bet voorstel als zeer aan- neemlijk voor den gemeenteraad geacht worden. Neen, zegt intusscben de commissie, zoo iets nimmerwij willen niet dat bet stedelijk bestuur die streving ondersteuuewij willen niet dat aan een kerkel. bestuur de weezenverpleging (de voor naamste armverzorging) wordt opgedragende stad trede zelve als eerste weezenverpleegster optegenover de kerkel. armbesturen, (de wettige kerkel. wieesbesturen), benocme zij een burgerlijk wees- bestuur, van baar afhankelijk, aan baar geheel onderworpen. Dat wekt inderdaad bevreemding. Terwijl toch de geest der armenwet meebrengt dat de stad slechts als armenverzorgster zal optreden, waar blijkt dat de kerkelijke of bijzondere instellingen van weldadigheid dit niet doen, zou men bier de stad doen optre den als armverzorgster waar blijkt dat de kerkelijke besturen bereid zijn het te doen. Die bevreemding klimt bijua tot verbazing zoo men nagaat boe de commissie de rechtskwestie in dezen behandelt. Zij zegt: De bepaalde verzekering bij besluit van den gemeenteraad in dato 1 December 1856 afgelegd en nader uitgebreid bij besluit van den raad van 14 Januari 1860, geven aan onze R. K. mede- burgers het recht op eene afzonderlijke verpleging hunner wezen, «zoolang althans de eigene inkomsten dier weezen geen belang rijke vermindering ondergaan." Is de bedoeling dezer woorden eenvoudig dezekrachtens ge noemde raadsbesluiten hebben de katholieken recht op eene afzon derlijke weezenverpleging van wege de staddan zal niemand er iets tegen inbrengen. De bedoeling kan echter verder strekken en te verstaan willen geven, dat bet reciit der katholieken om hunne weezen afzonder lijk te verzorgen, des noods op eigen kosten, zijn oorsprong zou kunnen nemen in een besluit van den gemeenteraad, maar zich niet verder zou uitstrekken dan tot de afzonderlijke verpleging, geenszins tot een eigen zelfstandig beheer. Ligt ook deze zin in de woorden, bet tegendeel is niet uit de woorden te bewijzen en wij vreezen van ja, wijl bet eerste voor stel, aan den raad de bevoegdheid toekent om op een te bepalen datum de verpleging der R. K. weezen bij bet R. K. armbestuur te doen ophoudendan tast die beweering bestaande, erkende en onafhankelijke rechten rechtstreeks aan. De kerk. armbesturen hebben krachtens bun kerk. instelling een onvervreemdbaar recht om hunne eigen weezen zelfstandig te verplegen; - een recht dat zij kunnen uitoefenen zoodra bun middelen ben in staatstelleneen recht dat niet ontleend wordt aan de staatswetten, maar door deze als bestaande is erkend een recht dat door een gemeenteraadsbesluit noch gegeven noch ontnomen noch in zij no werking belemmerd kan worden. Niet anders lezen wij in de memorie van beantwoording der regeering op art. 20 der armenwet: De uitdrukking dat de ondersteuning der armen (men weet dat de wet ook weezenverpleging daaronder begrijpt. Red.aan de kerkelijke en bijzondere instellingen van weldadigheid wordt overgelaten, is geene ongepaste opdracht van iets waartoe deze een eigen recht hebben. (Wij cursiveeren.) dat recht bestaat dit is den wetgever bewust en bij neemt de erkenning van dat recht en zijne werking onder zijne voor schriften op, niet omdat die instellingen dit behoeven, maar om

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1872 | | pagina 1