VLISS1NGSCSIE COUR A N T. No. H8. Maandag mi. 9 December. De uitgave deter Courani getchiedl geregeld driemaal fier weet. De prijs van bet abonnement worden geplaatst a ao Cl. de regel, uitgeronderd Huwelijks-, («eboorle- en Doudliekendmakingen, na. ao Cl.behalve 35 Ct. zegelregl voor iedere plaatsing. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaren e van de prijs van Postdirecteuren in [kijk. brieven franco. pnsi I 3.80 Ad trilenden n voor eiken regel daai-botea Mr. C. J. van Assen. De taal der grondwet. 11. regt.stheruksr.nn verkiezingen een itomogeen MINISTERIE ONTBIND BAARHEID DER VERTEGEN WOORDI- ciNo ziedaar niet slechts wat de oppositie voor zoo ver zij vaste beginselen heeft ten onzent verlangtmaar wat de grondslag zijn moet van elke konstilutic die een' vcrlevcn- digender» in stede van een' belemmerenden in vloed op {Jen gang der staatszaken wil oefenen. Die instellingen verzekeren van de ecne zijde de eindclijkc oppermagt aan het volk en waar men die elders verlangt is iedere haar- breede afwijking van onbeperkte alleenhecrsching csrie inconsecjuenlie zij laten aan den an deren kant den Koning alle magt die met dat grondbeginsel is overeen te brengen oneindig meer dan bij de tegenwoordige grondwet zij geven aan het hoofd des staats gelegenheid cene uiterste poging aan te wenden den geest des volks te leeren kennen en tot liet gevoelen der regering over te brcugen eer door eene ver andering van ministerie aan den wil der meer derheid wordt gehoor gegeven. Tegen die instellingen staat het stelsel van onze grondwet over die aan volk en Koning 'beiden eert deel van hunne onveranderlijke reg- ten ontneemt om er eene pseudo-vertegenwoor- diging mede le bekleeden tl ie zonder regten in zich zelve zonder wortel in het volk zich tussclicn Koning en volk plaatst en bij inaglc is den spaak in het wiel der regering te ste ken bij elke maatregel die tegen hare belangen indruisclit schoon voldoende aan die van kroon en natie heiden. Eene volstrekte alleenlieer- seheres zonder conigen aanspraak buiten dien welken dö grondwet haar geeft op de magt the ze cefeut /onder eenigo verantwoordelijkheid voor het gebruik dat ze er van maakt. w anneer Prof. van Assen zijn gevoelen over grondwetsherziening den volke mededeelt dan vragen wij met ccnig regt dat waar hij voor het behoud onzer grondwet pleit eene poging door hem zal worden aangewend om haar stel sel le verdedigen of wel dat hij daarvan de onmogelijkheid inziende genoeg wetenschappe lijk zal zijn om praktijk eri theorie te scheiden cn voor een oogenblik de vrage dor uitvoerbaar heid daarlatende, de onhoudbaarheid van dat stel sel en de noodzakelijkheid deo herziening op den Voorgrond te stellen. Ilooren wij den Hooggeleerden Heer op de drie punten In ons verlangen tiaar ontbindbaarheid der Kamer ziet hij ecne prijzenswaardige poging om het koninklijk gezag uit te breiden maar hij meent dat de zedelijke kracht der Kamer cr door verzwakt zou worden het democra tisch beginsel er aanstoot door lijden zou. Is het mogelijk meer inconstitutioneel meer verward te denken De zedelijke kracht der Ka mer als staitelijchaam zou er door verzwakt worden. Als of het niet juist de groote grieve tegen onzen regeringsvorm was dat de Tweede Kamer in plaats van vertegenwoordigingeen kollegie van regering is geworden dat eens bijéénvergaderdeven onafhankelijk is van de regering als van de natie. Die kracht die zonder controle of rekenschap legen kroon en volk beiden gekeerd zou worden is het immers juist in beider belang der Kamer te ontnemen. Het democratisch bejinsel zou er by lijden en wat is dan eene ontbinding der Kamer Hooggeleerde lieer Immers juist eert beroep op het volk iu ons kiesstelsel een beroep dp de provin ciale staten ligchamen altijd nader aan het volk verwant en meer onmiddelijk althans dan de Tweede Kamer met het mandaat der natie be kleed. En hoe zou dan hel dcmocralisch be ginsel kunnen gekrenkt worden wanneer hij geschil tusschcn den vorst en de vertegenwoor diging de beslissing juist aan het volk gela len wordt. Neen waarlijk zelfs in den tegen woordige» toestand maar vooral hij wezenlijk heid van vertegenwoordiging zal niet het de mocratisch maar het aristocratisch beginsel bij ontbindbaarheid der Kamer aanstoot gewel digen aanstoot lijden. Eu nu de homoyeniteit van het ministerie. Kc Hoogleeraar wijst ons waar we van grondwet tige instellingen spreken, naar een koninklijk be sluit van 31. Maart 1842. Even als of de on vruchtbaarheid van dat besluit niet reeds door de aanbieding der leeningswet was bewezen ever» als of een besluit dat lieden genomen en mor gen herroepen kan worden eenigen waarborg kan opleveren waar van fundamentele en blij vende beginselen waar van grondwet en grond wet*-herziening sprake is. Het tierde punt betrof ons kiesstelsel de groo te de alles afdoende grieven tegen onze tegen woordige instellingen de kunstmatige filtreer- machine waardoor vertegenwoordiging in Ne derland eene onhoudbare fiktie stnutsburger- re-gt een ijdelc naam wordt waardoor liet volk van zijn regten beroofd wordt niet in het belang der kroon wij kunnen ons voorstellen dat men eene nileenheersching verdedige maar ten voordeele van de hommes en pouvoir tori voor- deele van burgemeesters- en wethouders-families in groote en kleine steden tf,n voordeele van Amste«.i,.n fche patriciërs en provincialen adel. «In de wijze van het kiezen der led,m voor «de Tweede kamer" zegt de üoogleeraar «is «misschien veel verkeerds; en toch zijn (ie «Staten Provinciaal bij magie voortreffelijke keuzen te doen. De stad onzer inwoning ik «zeg het zonder vleijerij kan er van getuigen." Er is hier geen sprake van de voortreffelijk heid eener enkele keuze, Hooggeleerde Heer! het geldt hier de regten des volks; er ligt wei nig bewijs in eene schitterende uitzondering, waar deze juist de flaauwhartigheid der meer derheid doet uitkomen. Maar bovenal wanneer een man der wetenschap zich uitlaat over de hei ligste belangen der natieover haar aandeel in de Regering dan heeft men het regt een afdoend antwoord, ecne gemotiveerde oplossing in welken zin dan ook te verwachten dan vergeet hij wat hij aan zijnen naam aan zijne betrekking verschuldigd is, wanneer hij zich uit het netelige vraagstuk, redt door een linksch komplimentdat slechts een' medelijdenden glim lach zal gewekt hebben np de lippen die zich zoo vaak openden voor de verdediging van be ginselen cn rogten wier aanwezen de beleefde Hooglceraar niet eens schijnt te bevroeden. Wij kunnen, dunkt ons, na deze driedubbele proeve van constitutionele denkwijze afscheid nemen van tien staatkundige, die de regten des volks aangetast acht wanneer men het lot scheids man roept tusschen Koning en vertegenwoordi ging, die, bij verlangen naar eene grondwettige instelling, verwijst naar een koninklijk besluit die zijn onvermogen toont om personen en be ginselen te scheidenwanneer hij tot verdedi ging van een onhoudbaar stelsel, zich op een* schitterende persoonlijLheid beroept. Wij zullen dan ook niet gewagen van de hit tere grieven des Hoogleeraars over de naar zijnen zin te liberale uitlegging, bij liet stemregt der gouverneurs in de Staten Provinciaalbij hét regt van petilioneering aan de Tweede Kamer der grondwet gegeven wij zullen niet stilstaan bij de bewijsvoering dat de grondwet zelve hare herziening zou verbiedennoch bij het spooksel van den meineed door den Iloogleeraar bezwo ren om de ontzinden die grondwets-herziening blijven vorderen, eens vooral terug te schrikken. Wederlegging van argumenten die er onzes inziens geene behoeven was het doel dezer ar tikelen niet; we wenschten slechts eene bedroe vende proeve te geven hoe weinig de lessen der laatste jaren nog aan velen cn aan de bc- schaafdsten uit den lande gebaat hebben welke nog het standpunt van de constitutionele ontwikkeling van velen, anders veelzijdig gevorm- den en ontwikkelden is. Wij hebben altijd geweigerd geloof te slaan aan de verzekeringen van enkelen van 's Hoog leeraars discipelen die wel eens in hem de aan genaamheid der vormen boven de degelijkheid van het gehalte den man der wereld ten koste van den man der wetenschap prezen. Toch zoude ons do lezing der brochure tot een cenigzins ge lijksoortig oor.iuel verleiden. Zoo sterk wij ons als publicisten verheffen tegen tie beginselen of liever de beginselloosheid die er in door stralen zoo gaarne doert wij hulde aati den be- valligen vorm waarin ze gekleed zijn den zui veren stijl waarin ze zijn voorgedragen. Wc vergeven het zelfs ter gunste tier smaakvolle wending waaimcè de Uoratiuaiische regels aan he,i einde van den brief zijn aangebragt den Hoogleeraar bijna dat hij na eene ontw ikke ling van beginselen eri gevoelens als die brief bevat de verhouding tusschen hem en den manop wien geheel Nederland hoogt eene verbroedering van zielen noemt als bij twee lingen plaats grijpt. We nemen de plaats gaarne aan zoover zij op de onderlinge genegenheid doelt maar zoo ze gelijk hel schijnt gelijk heid moet doen vermoeden zal niet ligt ge- looven wij iemand de keurige citatie naar deu letter opvallen. NIEUWSTIJDINGEN. OUITSCHLAND. To Dresden in Saksen is onlangs eeno bende vsl- sche munters opgeligt m«*n heeft zulk» verkregen <ioor alle huurkoetsiers niet de kenmerken der valsrhe Stukken bekend te maken en te gelasten degenen die hen zoo danige in betaling geven moglen aan le geven. Een koet sier wien zulks gebeurde, reed zijnen passagier regél- regi naar de poücie toen deze bemerkte «nar hij heen ging, sprong l.ij ml het rijtnigms?r do koetsier w«s even snel van den bok, achu 1 haaide Iv ai eo bibgl heui I ENGELAND. LONDEN den 30, November, (den leest in den Mon mouthshire-McrHn van den 29. November; Onder de talrijke ongi vallen waai aan ue mijnwerker» in dit land /ijn blootgesteld, motten «ij «e<ier eeoe ramp

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1844 | | pagina 1