bprfgnie Da>r Wri,
Korporaal, gecs|
i«jg«raad cl0CD
Z«tung ffitJ
dig Ancona zul|et,
Jvan cencn aD<
erajitie-contracle/i
Ancona, worden
irvan waarheid is,
igendhetlcn erusijó
niks bij Oosienritlt
'r hetwelk verle-
van oorlog stond,
bezettingen var
voel van oorlog
welke vesfuj.
idci't worden, i)K
alve lol dus verre
Ie heen heeft gc.
rij ren aan beken.
whet obserre-
mag echte»; thans
iche vrede met er
>ri en do orn^rc-
taanstaande jaar
lendat de Mili-
van niets weel.
artikulieren brief
gcvolmagligd Jii-
plomaul Mortier,
j met deze zijne
lan ook over het
te 's Gravenliage
krengen te \ve-
'»rg hel huwelijk
Donna Maria,
c een jaar tracht
egligheid hij pro-
at de te \Veoncu
naar Portugal,
Generaals, had-
nemen onder de
weigerd, uit lioof-
emement, waarop
ach de ander zijn
cgcr der Carlislen
7 onlangs uil-
opgehaald en
odsiiieiisl en goe-
beeft moeien ver
lek was uitgegc-
ling wekt groote
geen schrijver om
f is geroepen.
i ons ontvangen.)
der de belasting.
beden zijn »Hticr ter
Siviffe, met wolj
Ihipulc P. iVeforj,
D. Ditzel vart Ri
jen met slolcviscb;
to Heme, J. It. Jan—
'pten, van Marien-
l'arncr inel tarwe
la Brvxetlaise 11.
J. Crow, van, Lon-
<le naar zee gezeild:
co GebroedersJ. J.
naar EielcrLei-
ivGeorge II. G.
naar Londenmet
vlas.
ï>f örljeUrr,
naand Dec. 1835.
ireskens
nmur.
10
10^
riattttr,
maand Dec. 1835.
erdam
argens 8 uren.
t
C
6J
Donderdagiv December 1835
VLISSINGSCHE
DezcCOURANTwordlgereyeld driemaal inde Week
uitgegeven te weten op Dingsdag Donderdag qn
Zaturdag. De prijs derzetve in driemaanden \sfi,i5,
en franco per post f 3,75 de abonnementen worden
aor niet minder dan driemaanden aangenomende
betaling geschiedt comptanlof bij bel einde van
ieder trimester.
COÜEANT.
De adverlchlicn worden berekend'«Va5 Cs. per re,<;et
met uiizondering der Huwelijks-Geboorte- en Dood-
bekendmakingen waarvan de prijsvan één (otzesregels
is f i,5o en voor iederen regel, daarboven a5 Cs: dezelve
bchooren des morgeDS vóór tien uren bij den Uitgever
dezer te worden ingezonden, wil men die in bel eerst
uit ie geven Nummer, geplaatst hebben.
llisuttisxtjdinjjrH.
NEDERLANDEN.
VL1SSINGEN den 16 DecemberGit het 5C District dezer
Provincie is eergisteren alhier aangeliragt een Belgisch Overlooper,
laatst gediend hebbende bij het 5C Regcment Infanterieuit Ant
werpen gedeserteerd.
lieden is alhier uit Delft aangekomen een detachement van
het 3° Bataillon Artillerie Nationale Militie na alhier nachtverblijf
te hebben gehouden, vertrekt hetzelve niorgeu naar hel 4° District
de/er Provincie.
Tot Kommar.dant van Zr Majest. brik de Echo liggende in
de West-Indien is, in plaats van wijlen den Kapitein-Luitenant ter
Zee H. IV. van Voss benoemd de Luitenant ter Zee van de ecr-
sle klasse F. D. Bourieius.
Tot Chirurgijns van de tweede klasse bij hel vaste corps Of
ficieren van Gezondheid der Neiicilandsche Marine zijn bevorderd de
Chirurgijns der derde klasse C. C. Treuzel en J. P. Terbeek.
Volgens berigl van den Helder dd. 12 dezer, is dien dag
nabij het dorp Huisduinen gestrand het schip Neerlands lndie
Kapitein J. G. Veening.
Volgens een brief van het Nieuwe Diep, van den 9 dezer, is
het schip Scandinavien Kapilei.il P. N. Zernicliow van Amster
dam naar Chrisliaansaud en Drammen bij het uitzeilen van het Nieu
we Diep, met harde noordelijke windbuijen onder zwaar stoolen
legen den Ilehlcrschen zeedijk geraakt en den volgenden dag, door
den harden windzoodanig lek geworden dat men met moeite de la
ding welke reeds beschadigd was, heeft kunnen redden. Het schip
zal waarschijnlijk weg zijn.
De Belgische Oorlogs-jKinisfor heelt a an de Representanten
eene conccptwet voorgedragen, waarbij voor 1830 het contingent
der armee op den voet van oorlog op 110,000 man, en dc ligting
van dat jaar op 12,000 man bepaald wordt.
UTRECHT, dm 13 December. Op den 9 dezer beeft alhier
verpacht een delncbemcnt, ruim 7() man sterk, van de 8° Afdee-
ling Infanterie, komende van Breda, gaande naar Groningen; als
ook een detachement van 2.s0 inan van de 2° Afdeeling Infanterie
komende van Nijmegen, gaande naar Alkmaar; cn den volgenden
dag zijn alhier aangekomen en overnacht 230 man yan de 2C Af
deeling, komende insgelijks van Nijmegen en zich naar Alkmaar
begevende.
's GRAVENIIAGE den 12 December. In de zitting van de
Tweede Kamer der Slalep-Gcneraal van hedenwaarin kennis
gegeven werd dat Z. Exc de Minister van Binnenlandscbc Za
ken wegens ongesteldheid dc zitting niet kon bijwonen zijn de
beraadslagingen voortgezet geworden over de begroolingswclten
voor 1836. Nog negen redenaars hebben daarover het woord
gevoerd, namelijk de Ilceren Hooft, Luzac van Reenen van
Sglzuma FretsTromp de Jonge van Nes en Donker Cur—
tius. Het voornaamste verschil der leden liep over de vraagof
de bcgrooling al dan niet met de grondwet in strijd was. Vol
gens sommigen, was zij dit, omdat, eerstelijk, naar art. 121,
de inwilliging der Stalen-Generaal vercischt wordt op de begrootiog
van de uitgaven van het Rijk en het intusschen gebleken was
ja door de Regering erltend dat er uilgaven voor oorlog plaats
vonden buiten inwilliging der Staten-Generaalteu andere meen
de men dat de bcgrooling eenc afwijking der grondwet behels
devermits wel bij art. 6t) daarvan bepaald wordtdat de Ko
ning bij uitsluiting het opperbestuur beeft over de bezittingen
cn volksplantingen, van liet Rijk in andere werelddcclen maar
ook daaruit was af Ie leiden, dat evenzeer als het Rijk zijne
volksplantingen loen zij in den nood waren, heeft bijgestaan ook
al de voQidcelen welke die bezittingen mogten pplevcren al
leen ten behoeve van het Rijk behoorden te strekken. Dit ge
voelen werd met nadruk voorgestaan door dc Ileeren Luzac van
Sjtzama en van Nes benevens voor dc tweede maal door den
Heer van Dam van Isscll. Zij beschouwden de mededeeling,
welke omtrent den slaat der Ooslindische geldmiddelen gedaan
wasvoor onvoldoende omdat daaruit geenszins bleek uit wel
ke der' daaruit voorvloeijentle middelen de Regering in slaat was
om in gemelde builcngevvone behoeften van oorlog (op omstreeks
zes millioen geschal) Ie voorzien. Zij meenden dat wanneer
de Regering eenc supplctoire bcgrooling of eenc credicl-wet aan
de Kamer zou vragen zij indien zij haar wezenlijk noodzake-
«it zou achten geene builcngevvone hulpmiddelen aan het Gou
vernement zou weigeren doch dal zij eenc afwijking van de
grondwet niet konden inwilligenomdat daardoor het vertrou
wen der Natie op hare Vertegenwoordiging zou verloren gaan
cn de eene afwijking eene andere veroorloofde de burgerlijke
wijheid en de veiligheid van bezillingen zoude alsdan mede op
Het spel worden gezet. Geen drang van omstandigheden geene
noodzakelijkheid kon hen overhalen om die afwijking der grond
wet toe te slaan. Op donzelfdcn grond zou men kunnen bewe-
Ten dat de gehcele grondwet niet meer nageleefd behoefde te
worden. Zij drongen er dus op aan dal het Gouvernement van
dezen gevaarlijken weg zou terug komen dib huns inziens ten
zerderve van Vorst èn Volk leidde, en elke beraadslaging over
ile begroolings-weltcn nulleloos maakte.- De bewering dat de
uitgavenwelke aan de bcslissiog der Staten-Generaal waren ont
trokken aan de wctlelijkc controle der Rekenkamer waren on
derworpen was hen onvoldoende, daar eene controle over uit
gaven, welke niet waren toegestaan, niets beleekende. Volgens
eed en pligi zagou zi, zich derhalve geuoodzaakt legen de bc-
grootings-vvettcn te stemmen.De Heer van Sytzama vroeg, o£
deze handelwijze aan het vertrouwen beantwoorddedoor de Sta
ten-Generaal zoo ruimschoots aan de Regering verleend. Ook be
weerde hij en andere leden dat bet nun len vorigen jarc niet
gebleken was, dat er zoodanige niet ingewilligde uitgaven be
stonden. daar het hun dcslijtG bad toegeschenen, dat deze uit
gaven uit de nog overige buitengewone middelen zouden wor
den gedekt. Do Heer van Nes meende, dat door de aanneming
der bcgrooting de Vertegenwoordiging de kosten voor oorlog als
met eene sluijer zou bedekken.De lieer Tromp deelde vol
komen in deze meeniiigen doch zou voor dc bcgrooting stem
men indien hij de zekerheid ontving dat men zich deze af
wijking van de grondwet slechts over 1836 veroorloofde. Dc
Heer van Reenen begreep eindelijk dat het in den geest der
grondwet lag, dat verschillende uitgaven zoo als die van den
waterstaat, niet voor hel geheel bedrag op de Rijkshegrooling
voorkwamen.
Aan den anderen kant werd door de Hei ren HooftFrets,
dc Jonge en Donker Curtius betoogd, dat de afwijking van dc
stipte letter der grondwet hel gevolg der builcngevvone omstan
digheden was waarin ons Land steeds verkeerde dat ten vori
gen jare dezelfde handelwijze door de Kamer met eenparigheid
van stemmen was bekrachtigd dal zij toen reeds kennis had
gedragendat er uitgaven geschieden buiten toestemming der
Staten-Generaaldal de drang der omstandigheden cn de nood
zakelijkheid daartoe hadden geleid; dat het onstaatkundig zijn zou
om steeds voor bet oog der buitenlanders onze hulpmiddelen en
onze behoeften bloot te leggen dal deze handelwijze der Rege
ring slechts tijdelijk was; dat zij gewettigd zou worden door dc
voordragt cencr credielwelwelke later zou worden aangeboden
en dat men het wezen niet aau den vorm moest opofferen.
De Heer Hooft vroegof de openhartigheid door de Regering
betoondnu met eene verwerping der begroolings-weltcn moest
worden beantwoord. De lieer Frets meendedal daar de Ko
ning de grondwet had bezworen men niet moest veronderstellen
dat de Vorst dien heiligen eed niet steeds indachtig zou zijn.
De Heer dc Jonge beschouwde hel onraadzaam dat alle de hulp
middelen der overzeesche bezittingen voor hel oog van geheel
Europa zouden worden blootgelegd daar wij toch zoo vele be-
nijders daarvan kennen cn deze ons gaarne van de goedgunstige
beschikkingen van het Opperwezen zouden willen beroovcnwaar
toe wij door eigen onvoorzigligheid de hand niet moeten leenen.
Verder werd door den lieer Luzac verlangd dat de bcgrooling
almede volgens de grondwet in eene gewone en biiiiengcwo-
ne zou worden gesplist; dat zij hoofd: luksgeuijze i.. in.'.a~d$laging
zou worden gebragt dat de geldmiddelen beter verantwoord zou
den worden dat cr afdoende bezuit.i 'gen mogten worden inge
voerd, dat dc reglementen omtrent bet hooger onderwijs zouden
worden herzien dat de herziening der grondwet zou plaats heb
ben cn dat cr tot ccne aflossing der 5 per cents schuldbrieven
zou worden overgegaan; ook verklaarde hij verder, dat hij de voor
gedragen graanwet niet zou kunnen goedkeuren.De Heer van
Nes sprak in het belang der nijverheid welke als een stiefkind
werd behandeld; verlangde dat dc wetten op de registratie eene
noodzakelijke herziening zouden ondergaan en geloofde, dat de
ontvangsten geenszins dc uitgaven zouden ontdekken. Daartegen
werd door de voorstanders der bcgrooling aangemerkt, dat voor
3836 de uitgaven' geene vermindering gedoogden zonder den ge-
regelden gang der dienst te stremmen dat de begrooting merk
bare verbeteringen in vergelijking van die van het loopende jaar
behelsde, en dat, in plaats eencr verhooging van lasten, daarop
eene vermindering er van voorkwam.
Zijne Exc. de Minister van Financiën verdedigde de ontwer
pen en verklaarde, in den loop zijner rede, dat het, te midden
der rampen welke het Vaderland beeft moeten doorstaante
midden der buitengewone omstandigheden waarin het zich ge
wikkeld zagals een balsem in bet leed strektedat zich het
buitengewoon verschijnsel opdeed der stijving van 's Lands kas
door de Oost-Indische geldmiddelen een verschijnsel, tc meer
buitengewoon omdat scdcit anderhalve eeuw deze Koloniën nooit
iels van zich hadden afgeworpendat men de gehcele begrooting
moest beschouwen als exceptioneelopgemaakt in cn daargcstcld
voor buitengewone omstandighedendat haar bedrag aanzienlijk was
vermindert, niettegenstaande van de grondlasten vier tonnen gouds
waren afgeworpen de renten der staatsschuld waren veihoogd en er
ccne vermindering van 10 opcenten op het personeel werd voor
gesteld dat het er ver van af was, dal de slaat van 's Lands kas bene
den peil was gezonken dal het crcdiet van het Land op zulk eene
hoogte staal, dat Zijne Exc. liet niet gaarne met dat van an lere
volken wenschtc te verruilen dat dit crediet zal gevestigd blij
ven indien geene buitengewone omstandigheden daarop inbreuk
maken dat er alzoo geene overdrevene vrees behoorde tc bestaan
dat dc Staat een bankroet tc gemoct snelde; dat, integendeel, do
ramingen der ontvangsten volkomen aan de verwachting beantwoor
den dat de ontvangsLen over 1835 de uitgavcp dekten, en dat
diezelfde hoop voor 1836 bestond; dat de vermindering [der op-
centen op het persoueel op grond der regtvaardigbeid cn der billijke zoa
zeer wcnschelijke evenredigheid van belastingen, alleen op die be
lasting als de meest algemeen werkende, moest komen en de ver-
deeling per 10 opcenten over de andere belastingen de gehecle ont
lasting onbeteekenend zou doen worden, ——dat het onmogelijk was
ten aanzien van den staat der Oost-Indische geldmiddelen t immers