Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeland.
Pt wfggtvlogtn papegaai
Landarbeiderswet.
No. 2962
Saterdag 24 Mei 1919
80e jaargang
Buitenland.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 90 cent, voor het buitenland met verhooging
der bijkomende porto's.
Advertentien worden aangenomen by de Redactie, den boekhandelaar
M. De Jonge te Ter Neuzen en den drukker A. P. Huubeegsen te Goes,
A D V E R T E N TI E P R IJ[S:
Van 1 tot en met 5 regels 60 cent; elke regel meer
12 cent. By abonnement aanmerkelijk ver
minderd tarief. Grootere letter naar plaatsruimte
Redactie-AdresGoes.
Doze Courant verschijnt eiken Vrijdagavond en wordt uitgegeven door de N. V. Zeeuwsch Nieuwsblad, gevestigd te Ter Neuzen.
Het volgende is bedoeld als antwoord op
enkele vragen door een belangstellende tot
schrgver dezes gericht.
De Landarbeiderswet is in werking getreden
op 15 Nov. 1918.
Bjj de beoordeeling van haar doel dient
onderscheid gemaakt te worden lusschen een
plaatsje en los land.
Een »plaatsje«, dat is een huis met bjj-
behoorende getimmerten en aangelegen grond,
kan in eigendom verkregen worden. »Los.land«
wordt alleen in pacht gegeven, zij het dan ook
met de bedoeling die pacht zoo constant rnoge-
ljjk te houden. Wie belang stelt in de reden
waarom, kan die vinden in de Inleidende Be-
palingen tot de Wet.
Uit dit verschil in behandeling volgt, dat de
voorwaardede arbeider moet voldoende ge
goed zjjn om ten minste één tiende van de
kosten te kunnen betalen alleen op een
plaatsje betrekking heelt. Wie reeds een woning
bezit, kan, als regel, alleen pachter van los
land worden, maar is ook niet aan een eisch
van gegoedheid gebonden.
Tot wien ot tot welk college moeten ge
gadigden zich wenden Art. 6 noemt in tie
eerste plaatsrechtspersoonlijkheid hebbende
vereenigingen en stichtingenuitsluitend voor bet
doel werkzaam. In de tweede plaats komt de
gemeente. De wetgever heelt dus de meeste ver
wachting gehad vau het particulier initiatief.
Deze verwachting zal wel haar grond vinden
in de omstandigheid, dat van nu aan dat ini
tiatief de Wet achter zich heelt, waut zonder
den steun der W et, zooals tot heden, heeft het
nog veel te weinig uitgewerkt.
De eerste stap moet dus zjjn een Vereeniging
ad hoc in het leven te roepen. Die vereeniging
koopt plaatsjes en los land ter uitgilte aan
Waar zjj zeil de geschikte gelegenheden niet
ontdekt, kan de gegadigde haar een handje
helpen door die aan te wijzen. Art. 13 neemt
zells aan, dat de arbeider aan het college het
plaatsje opgeeft, dat hjj in eigendom ver
krijgen kan.
Het Rjjk verstrekt daartoe renteloozc- voor
schotten aan de Gemeente en deze stelt dan
de Vereeniging tot den aankoop in staar.
Het uit te geven »los land* kan de Ver
eeniging koopen ot pachten, mtt rechl van
onderhuur.
Waren alle menschen wjjs 1 De wet
gever wist dit beter. Daarom is in de Wet de
mogelijkheid geopend, geschikte gronden, die
niet langs den gewonen contractueelen weg
door de Vereeniging te koopen zjjn, te ont
eigenen.
Bjj het pachten van »los land* ter uitgifte
dient de Vereeniging er voor te waken, dat zij
FEUILLETON.
3. Door FRANK HO WEL EVANS.
«,Ty blijft hier en als Barter soms mocht
komen en de kooi ziet, zeg hem dan, dat de
papegaai boven slaapt en gjj hem niet mag
storen.»
Joe beloofde het en keek treurig naar het
armzalige overschotje van den shilling van den
vorigen avond.
Dicht by den waterput zag juffrouw Jennings,
toen ze er langs liep, een veer van den papegaai,
en vreezend, dat het dier misschien verdronken
was, keek ze over den rand, zonder echter een
papegaaienljjk te zien.
«Wel, juffrouw Jennings,» zei een stem ach
ter haar.
Verschrikt keek zij om. «O, goeden morgen,
mjjnheer Barter, ik keek even ot het water
ook drinkbaar was.»
Zeker, daar hoeft u niet aan te twijfelen.
De papegaai in orde
«Zeker mijnheer. Ik heb hem thuisgebracht.»
«Goed zoo. Past u vooral op, dat u het dier
niet op den tocht zetpapegaaien zjjn daar
zeer gevoelig voor.»
als pachtster niet afhankelijk wordt van een
wispelturigen pachtheer. Want het is er om !e
doen den arbeider zoo lai.g mogelyk in t
ongestoord gebruik van zijn perceel te hand
haven. Mocht het aan een Vereeniging dus
gelukken, los land te pachten van Staat, Ge
meente, Kerkvoogdij e. d., dan is er alle kans,
dat de huurder, die zyn verplichtingen naxomt,
op een langen termjjn kan rekenen. Zulk een
pacht is uit een oogpunt der praktijk ongeveer
met aankoop geijjk te stellen en administratie!
zelfs daarboven te verkiezen.
Is de landarbeider eenmaal aan een plaatsje
geholpen, dau is het zijn taak, zich tot onb^-
lasten eigenaar op te werken. Dit zal d n
jongeren werkman gemakkelijker vallen d;.n
den ouderen. Hierom bepaalt de Wet, dit
personen boven de 50 jaar niet voor eon
plaatsje in aanmerking komen, zeer byzondere
gevallen uitgezoudeid.
De fiuancieele verplichtingen, die op dén
verkrijger van een plaatsje rusten, komen -u
hoofdzaak hierop neer tot het derde kalt ndt r-
jaar, dus gedurende de eerste twee jaar onge
veer, betaalt hjj 4 pet. van de verstrekte von -
schotten. Daarna betaalt hjj voor rente en -
lossing 30 annuïteiten, leder groot 54/e pet.
van het voorschot. Na 32 jaar kan hy dus
vrjje eigenaar zyn van een plaatsje, dat hy .1
tot een kostelyke bezitting gemaakt heett, e a
rustig eigen tehuis op zyn ouden dag.
Wie kan als gegadigde in aaiimerki. g kum&r
Art. 3 geett dit antwoord: hjj moet zyn
a. ingezetene des Rjjka, die niet de beschik
king ot het beheer over zjjue goedereD by
rechterlyk vonnis verloren heelt
b. inwoner binnen den kring der Vereeniging;
c. bekwaam voor zijn werk
d. van goed zedelyk gedrag;
e. 25 jaar oud en, als aanvrager van een
plaatsje, niet ouder dan 50
f. voldoende gegoed, als hierboven om
schreven.
Een paar opmerkingen mogen hier wellicht
aan toegevoegd worden.
In Zeeland, waar het leeuwendeel van den
grond in handen is van het grootoedryt, is de
kans op het uitgeven van plaatsjes niet bjjster
groot. Daar ligt het dus vooral op den weg
Vereenigingen, het uitgeven van los land te
bevorderen.
In vele gemeenten kan daartoe een krachtige
stoot gegeven worden door publiekrechtelijke
lichamen, die grondeigenaar zyn Ryk, Kroon
domein, gemeente, burgerlijke en k rktlyke
armbesturen e. z. m. Die alten hebben er belang
bjj, dat er zich een vaste kern van welvarende
werkkrachten vormt. Onjuist inzicht in eigen
roeping en vooroordeel hebben de grondryke
«Ik dacht vanmorgen, dat-ie een beetje hui
verde en daarom heb ik hem bjj de kacnel
gezet en hem een beetje port gegeven, loen
knapte hy weer heeiemaal op.»
«Dan zal ik de volgende week eens komen
kjjken.»
«Neen, mynheer, die moei.e mag ik niet van
u vergen. Joe en ik zullen hem wel by u op
uw kantoor brengen.»
«Zooals u wilt, laten we dus zeggen aan
staanden Din-dag,» zei de heer Barter, voort
gaande met het catalogiseeren der meubelen.
Woedend op den verdwenen papegaai, dacht
juffrouw Jennings dat ze nog maar zes dagen
had, om den papegaai terug te krjjgen, daar
ze anders het jaargeld verloor.
Toen ze tegen twee uur haar woning weer
naderde, zag ze een klein groepje menschen
voor het venster staan. Denkend dat door een
ot ander wonder Joe den papegaai in handen
h^d gekrt,eU) drong ze door de menschen heen
en zag toen voor het raam een vuil stuk papier
hangen, waarop stond
Verloren: EEN PAPEGAAI,
antwoordend op den naam «George»,
tien shilling belooning voor den vinder.
Juffrouw Jennings ging naar binnen en zag
daar een grooten man die van Joe tien shilling
trachtte los te krjjgen, omdat hy, naar hy zei,
armbesturen nog maar al te veel weerhouden
in den geest der Landarbeiderswet werkzaam
te zjjiDat kan anders worden, ten baat en
voordeel ook van die besturen zelt.
De hooge land en pachtprijzen der laatste
jaren zjjn gewis geen gunstige omstandigheid
voor een vlotte werking der Vereenigingen.
Daar staat echter naast, dat de werkloonen en
de prjjzen der producten ook gestegen zjjn,
zoodat het bezwaar niet onover comeljjk is en
niet van flink aanpakked weerhouden mag.
S.
Van de vredesconferentie.
De terinjjn die aan de Duitschers was toe
gestaan voor het indienen van nota's is tot
29 Mei verlengd.
Lit inlichtingen, direct stammende uit de
kringen der Duitsche delegatie te Versailles,
blijkt, dat men het erover eens is geworden,
het verdrag niet te teekenen zonder wjjzigin-
gen en een politiek van protest toe te passen,
indien de Geallieerden op hun stuk blyven
staan. De Duitschers maken niet den indruk,
dat zy bluffen met hun verklaring, maar dat
men 't er algemeen over eens is, dat 't vre
desverdrag in zjjn tegenwoordigen vorm niet
kan worden onderteekend.
Wel maken zy den indruk, dat zy zullen
teekenen, zoo de Geallieerden eenige conces
sies doei. met name in het vraagstuk van
het Saavbekken en van Oost-Pruisen. De
Geallieerden slaan den toestand in Duitsch-
land nauwlettend gade in afwachting van de
volledige Duitsche tegenvoorstellen, die op
de conlerentie te Spa zjjn besproken. Het
is nog te vroeg om te voorspellen, dat de
Geallieerden alle daarin voorgestelde wijzi
gingen zullen verwerpen. Het is na de con
ferentie te Spa duidelijk, dat Rantzau het
volkomen eens is met de regeering van Ebert
en Scheidemann, welke het verdrag als on-
aaunemelyk beschouwt. Ook is duideljjk,
dat er geen verandering in de delegatie zal
worden gebracht, om anderen in staat te
stellen het verdrag te teekenen, zoo de Geal
lieerden hardnekkig blyven en zoo kan wor
den aangenomen, dat het plan om het vre
desverdrag aan de Duitsche nationale verga
dering voor te leggen, niet ten uitvoer zal
worden gebracht, daar de vredescommissie
dezer vergadering de tegenvoorstellen, die aan
Rantzau te Spa zjjn ter hand gesteld, reeds
heeft bestudeerd en goedgekeurd.
De behandeling der overige vraagstukken
schiet slechts langzaam op. De pogingen
van House om de Italianen en Zuid-Slaven
te verzoenen, zjjn volkomen mislukt. Het
Tsjechische vraagstuk is evenmin geregeld.
den vorigen avond een papegam had gevon
den, die, dat wist hjj zeker, George heette,
«'t Is hier vlak om den hoek,» zei hjj, «geet
me maar vast twee shillings en dan haal ik
het beest.»
«Daar is de juffrouw vraag het h -.ar liever.»
«Juffrouw Jennings rukLe het papier van het
raam. «Ach kom, er is niets van waar, we heb
ben geen papegaai verloren. M'n man is niet
heeiemaal goed in z'n hootd, ziet u.»
«Dat is wat moois,» was het antwoord.
«Heb ik daarvoor nou m'n hal ven dag ver
knoeid. Geel me dan maar een potje hier voor
de moeite.»
Njjdig om de volksmenigte voor de deur,
gaf juffrouw Jennings hem twee pence en de
man ging heen.
«Het was het beste wat ik doen kon,» zei
Joe verlegen. «Geel me nog een shilling en
ik zal hem vinden, al moest ik aan allo huizen
in Brixton naar hem gaan vragen.»
«Geen penny kryg je meer, voor de papegaai
terecht is en voor Dinsdag moet hjj terecht
komen, want dan wil Barter hem zien.
«Zeg, misschien heett de vogelhandelaar
Crump wel net zoo'n papegaai. Laten we eens
gaan kjjken.»
Ze gingen naar den winkel en met de noo-
dige voorzorg vertelde juffroaw Jennings den
winkelier, dat ze een gryzen papegaai noodig
De Turksche aangelegenheid baart steeds nieuwe
moeilijkheden.
Vandaar wordt de voorspelling gehoord dat
de vredesconferentie misschien den geheelen
zomer zal duren. Parjjs zal dan het midden
punt worden van de regeling der schadever
goeding en voor alle vraagstukken, die de
aanwezigheid van een groot aantal Amerika
nen noodig maken. Lansing en House zullen
dan vermoedelijk te Parjjs blyven.
Er is reden om aan te nemen, dat de Geal
lieerden een week zullen gebruiken om de
Duitsche tegenvoorstellen te onderzoeken. In
dien zy den Duitschers dan 3 of 4 dagen tjjd
laten om den definitieven tekst van het verdrag
te bestudeeren, dan zou de vrede den lOen
Juni geteekend kunnen worden.
De Duitsche kroonprins en de
kampcommandanten.
In antwoord op een vraag, ot de geallieer
den zich voorstelden een strafactie te onder
nemen tegen den Duitschen kroonprins en de
kampcommandanten, die zich schuldig hebben
gemaakt aan onmenscheljjke behandeling van
gevangenen, verklaarde Bonar Law in het En-
gelsche Lagerhuis, dat de kroonprins en de
anderen, die genoemd waren, volgens de bepa
lingen van het vredesverdrag op dezelfde wjjze
ter verantwoording zouden worden geroepen
als de andere personen van vyandelyke zjjde,
die in betrekking hebben gestaan tot den oorlog.
De Amerikaansche journalist Cyriel Brown
neeft aun zyn blad geseind, dat waar het op
het oogenbiik op aankomt is, de stemming
tegen te gaan die de Duitsche bevolking in
de oosteljjke provincies bezielt. Uit de berichten
bljjkt, dat Duitschland toebereidselen maakt om
zich met wapengeweld te verzetten tegen een
Poolsche bezetting. Alle omstandigheden ont
wikkelen zich in de richting van een opgewek-
ten burgeroorlog, die een guerilla zal zyn.
In West-Pruisen heeft de tewapenroeping reeds
plaats gehad, en zy zal ongetwjjteld overal in
de oostelyke provincies van Pruisen weerklank
vinden. In Silezië zullen de Duitschers zich
zelt helpen indien de regeering hen in den
steeE laat. Reeds zyn Duitsche troepen voor
den stormaanval naar tSilezië gezonden. Duitsch
land zoo zegt hy speelt een rol, die er
op bedoeld is, de sympathie te winnen van de
Ver. Staten. Naar men beweert zou Duitsch
land bereid zyn om alle andere vredesvoor
waarden hoe bitter die ook mochten zyn
te slikken, indien maar de oostelyke pro
vincies gered werden.
In Denemarken is nu de acht-uur-werk-
dag ingevoerd. Donderdag hebben afgevaardig
den van de verbonden vakvereenigingen de
overeenkomst aangenomen; de vereenigde werk
gevers daags te voren. Op zyn laatst van l
hadden, die «George» kon zeggen.
De heer Crump keek bedenkelijk. «Een
beetje moeilyk,» zei hjj. «Vertelt u me nu
eens precies wat u wilt hebben.»
Onder oplegging van de striktste geheim
houding antwoordde juffrouw Jennings hem
haar plan om den heer Barter om den tuin
te leiden.
«Het moet een grjjze papegaai zyn met een
zwarte vlek op den rug en het beest moet
«George» kunnen zeggen,» mompelde de heer
Crump. «Nu, ik geloot wel, dat ik u daaraan
kan helpen. Maar het zal n drie pond kosten.»
«Drie pond gilde jutlronw Jennings, «zoo
veel heett mjjn beele familie niet.»
Ze praatten nog wat heen en weer, tot ten
slotte juffrouw Jennings zei: «Laten we dat
nu voorloopig maar laten rusten laat ons eerst
den papegaai maar eens zien.»
De heer Crump haaide een papegaai van
achter «Hier hebt u precies wat u noodig hebt,»
«Maar die heett geen zwarte vlek op den rug 1»
«Dat is met een beetje verf te verheipen.»
«Zou u denken, dat hy «George» kan leeren
zeggen
«Luistert u maar even.» De heer Crump
sprak het beest toe en met groote welspre
kendheid richtte het dier toen het woord tot
Joe en zyn vrouw.
(Slot volgt.)