Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeland. Geestdrift. No. 2903 Zaterdag 17 Augustus 1918 29e jaargang Binnenland, ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 75 cent, voor het buitenland met verhooging der bijkomende porto's, vdvertentien worden aangenomen bjj den boekhandelaar M. De Jonge te Ter Neuzen en den drukker A. P. Huijbregsen te Goes. ADVERTENTIEPRIJS: Van 1 tot en met 5 regels 50 cent; elke regel meer 10 cent. Bij abonnement aanmerkelijk ver minderd tarief. Grootere letter naar plaatsruimte Redactie-Adres Groote Kade 27, Goes. Telef. No. 74. Deze Courant verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond en wordt uitgegeven door de N. V. Zeeuwsch Nieuwsblad, gevestigd te Ter Neuzen. Geestdrift is slechts zelden bij onze geest verwant» waar te nemen. Nu- moeten wjj onmiddellijk, ten einde niet misverstaan te worden, er op wijzen, dat geestdrift ook aan wezig kan zjjn zonder dat zulks uiterljjk waar te nemen is en dat de luidruchtigste geest drift nog niet altjjd de ware is. Men kan een zaak warm zjjn toegedaan, voor een beginsel alles gevoelen zonder dat zulks zich naar buiten behoeft te manifestèeren. Wjj zouden dan ook niet gaarne zeggen, dat er onder onze geestverwanten geen geestdritt bestaat. Het werk bjj de verkiezingen, ook bet stille en het eenvoudige werk dat weinig opgemerkt en nog minder gewaardeerd worït, .waarvan andere dan van liefde voor het beginsel is het de uiting? Wij kennen ze, in verschil lende plaatsen des lands mannen en vrouwen, die het beste wat zjj te missen hebben, hun werkkracht en hun tjjd, in het belang van onze beginselen geven. Wanneer wjj vaak zagen ouderen, die zich met ongewonen ar beid inspannend bezighielden en jongeren, die voor de propaganda eigen genoegens lieten staan, dan mogen we zeker van geestdrift spreken, misschien zelfs we! van hooger ge halte dan die, welke zich in gemakkeljjke luidruchtigheid uit. Bij onze tegenstanders valt veel uiterljjke geestdrift waar te nemen. Natuurljjk beoor- deelen wjj niet of en in hoeverre daarbjj in- nerlijken grond aanwezig is, dat is niet onze taak. Wij zijn intusschen gaarne bereid aan te nemen, dat zulks bij velen het geval zab zjjn. Dat is zeker niet te verwonderen, bjj die partgen is veel wat geestdritt kan ver wekken. Een oproep om zich te scharen onder den Banier des Kruises, om te strjjden den strjjd voor den Christus en tegen de Uevolutie deze en dergeljjke opwekkingen vinden weer klank in de harten. Wanneer men het wer- keljjk meent met zjjn godsdienst en het le ven hier op aarde vóór alles beschouwt als een voorbereiding tot het leven h'er namaals en wanneer men daarbjj voor zichzelf* van oordeel is die overtuiging ook op het gebied der staal kunde in woorden naar voren te moeten brengen, dan kan men met geestdrift den strjjd voeren voor de anti-rèvolutionaire of de christeljjk-historische beginselen. Zelfs, geljjk inzonderheid bjj deze verkiezingen ge bleken is, ook over en weer tegen die par tgen. Zjj, onder de vrjjzinnigen, die zich be- ljjdeDd Christen weten, zjj begrjjpen iets van dien geestdiift, maar hunne beginselen ver zetten zich tegen het naar-voren schuiven van den godsdienst op ander terrein, al moge dit dan ook zoo goede winste met zich brengen. Toch is hef vaak met een zekere jaloersch- beid, wanneer men daar de politieke Chris tenen ziet optrekken met een vaandel, waar achter men zichzelf mede zou willen scharen, ware het niet dat juist de hoogheid van dat vaandel het openljjk opheffen daarvan te dier plaatse moest verbieden, gezwegen nog van wat daar in naam van heilige beginselen voor onheiligs vaak te aanschouwen werd gegeven. Maar nogmaals, het vertoonan van dien ba nier moet geestdrift wekken, vooral onder de eenvoudigen, die niet weten te onderscheiden tnsschen het onzelfzuchtige, dat den gods dienst eigen is en het brute egoïsme, dat Bomtjjds in de politiek gevonden wordt. In tusschen bleken de resultaten van het samen gaan van godsdienst en politiek zeer verkoe lend op den aanvankeljjken geestdrift te wer ken en keerden zich velen at van een staat kundige richting, waarbjj godsdienst veelal niet meer dan een uiterljjke, op geestdrift ge richte schijn vermocht te wezen. Bij de sociaal-democraten vaak niet minder enthousiasme. Hier evenwel niet altjjd het geesteljjke, /jj het dan ook slechts in naam, voorop. Het materialisme spreekt hier een duchtig woord mee. En alweer, wij kunnen het ons zoo volkomen begrijpen. Wanneer men het beroerd en ellendig heeft, wanneer men behoort tot de allerlaagste klassen der samenleving, en wanneer men dan rondom zich ziet niet alleen welvarendheid, maar ook overvloed en weelde, dan is men toegankeljjk voor hen, die verbetering, afdoende verbete ring beloven, die spreken van vrijheid en ge- ljjkheid, van het wegvallen van de ellende en de weelde, welke beide voor zoovelen een bron van steeds voortdurende ergernis zjjn. Wij kunnen het ons voorstellen, dat men de woorden niet aanstonds gaat toetsen aan de daden, de voorspiegeling aan de werkeljjkheid, maar dat men zich aansluit, zich voegt bjj die anderen, om deel te nemen aan den strjjd voor een beter, een menschwaardig bestaan. En dat men dit doet met geestdrift. Ook in de kringen van beter gesitueerden zal dit kunnen. Zjj, die wel-iswaar voor zich zelf een redelijk nest aan hebban, zullen altjjd open oor hebben voor den wensch en den eisch naar beter, en wellicht was de eisch van loonsverhooging van meei propagandis tische kracht voor de sociaal-democratie dan welk program van beginselen ook. Voegt men daarbjj het op zichzelf prjjzenswaardig pogen om anderen op te beuren en tot een betere levenstaak te brengen, dan ligt de gevolg trekking voor de hand, dat een partjj, welke deze en dergeljjke onderwerpen met steeds grootere activiteit naar voren wist te brengen, zich nietalleen van een grojten aanhang verzekerd kon achten, maar van geestdrift tevens. Het «proletariërs van alle landen vereenigt u» is een leuze van welke, afgescheiden van de practische uitvoerbaarheid, groote sugges tieve kracht uitgaat en daardoor kon gebeu ren, dat zelfs in deze tijden, een socialis tische vergadering vaak met de «Internatio nale» geopend of gesloten werd. Geestdritt vraagt niet altjjd naar het hoe en waarom. Ook bjj de sociaal-democratie niet steeds een geestdrift, welke op den duur weet te binden. Hetgeen niet behoeft te verwonderen. Zeker, men kan veel gevoelen voor zekere beginselen, maar wil de sympathie bljjvend zjjn, dan moeten die beginselen ook tot re sultaten in hunnen geest* leiden. Waar dit geschiedt, hetzjj door onmacht als bjj de rechterzjjde, hetzjj door onwil als bjj de so ciaal-democratie, daar is ontmoediging en ont stemming het gevolg «n geen geestdrift is daartegen ten slotte bestand. Of zou men niet meenen, dat de weigering om in 1913 de portefeuilles te aanvaarden, de S. D. A. P. een bljjvende «deuk major» gegeven heeft? De nieuwe aanwinst van 1918 is nog geen bewjjs, dat wie in 1913 heenging, thans we der teruggekomen is. De moeiljjkheid voor die partjj wordt nog te grooter, waar bleek dat het wel aanvaarden van de overheidstaak, zjj het dan ook de gemeenteljjke, evenmin tot bepaalde bevrediging leidde. Denkt aan Amsterdam. Veel beloven kan geestdrift ver wekken voor een oogenblik, voor bljjvende sympathie is meer noodig. Bjj onze geestverwanten, zoo zeiden we, is de geestdrift zelden duideljjk waarneembaar. Wanneer bjjv. onze grondbeginselen worden aangetast, wanneer voor datgene wat wjj nut tig en noodig achten, niet in de eerste plaats voor ons zeiven maar vooral voor het geheele volk, gevaar dreigt, dan loopen wjj te wapen en we doen dat ook met gepstdrift. Maar meer dan in geestdriitig afwenden wat ons bedreigt, berust onze kracht in het voortwer- ken aan de taak, door hen die ons hierin vóórgingen, begonnen. Kunnen idealen voor de toekomst geestdritt verwekken, het tot stand-brengen van verbeteiingen in het he den geeft op den duur een meer bljjvende bevrediging. Wjj blijven in de Liberale Unie voorstan der van scheiding tusschen godsdienst en po litiek, op zichzelf misschien een negatief be grip. maar welks positieve waarde vooral bjj het gaan in andere richting scherp naar vo ren treedtwjj houden vast, ons ten deze het woord conservatief niet schamende, aan den Vrijhandel en de Openbare School, overtuigd van de groote diensten, welke daardoor aan den vooruitgang bewezen wordenwjj gaan voort met te werken aan de sociale wetge ving, omdat bewezen is dat noch rechts, noch rood hier een scheppende taak kunnen ver vullen als door Goeman Borgesins en de zjj- pen op zoo krachtige wjjze is geschiedwij vraagstukken van den dag, welke vooral in dezen tjjd in zoo talrijke mate naar voren treden en toonen ons volgaarne bereid de idealen, welke wij onderschrjjven, in practi- schen vorm in toepassing te brengen het woord dat on& verkiezingsprogram b.v. ten aanzien van de buitenlandsche verbindingen spreekt, is zeker onverdacht. Kortom, wjj gaan voqrt met onzen opbouwenden arbeid. Men moge dan smalen op het-betrekl.elijk weinige en het zeker onvolmaakte wat wjj deden en ook n<-g willen doen, men moge zeggen minachtend neer te zien op de resul taten van de liberale gedachte en van der liberalen politiek, maar wanneer wjj aan die critiek vragen «wat deed gjjzelf» en vooral „wat deed gjj overeenkomstig uwe beginse len," dan is het ant voord even kort als veel zeggend. Noch de politiek- christelijke begin selen, noch die der sociaal-democratie zjjn in onze sociale wetgeving te herkennenwaar men.van die zjjden nog medewerkte, was het veelal in onzen geest. In liberalen geest het is een eerenaam geworden, waar wij trotsch op mogen zjjn. Hierop mag onze geestdritt zich grondvesten. Maar dan aanvaarden wj) tegelijkertijd de plicht voort te werken. De wetenschap, dat de beginselen van vrijheid en vooruitgang nooit zullen hebben afgedaan, maar steeds het moeizame werk van het opbouwen zullen hebben te verrichten, de overtuiging, dat onze staatkunde vruchten voor heel het volk weet af te werpen, de bemoediging, welke er in gelegen is, dat ons werken nooit tevergeefs zal zjjn, die zullen ons den waren geestdrift brengen. J. B. AMENT. Uitwisseling van krjjgs- gevangeneq. Naar de »Ned.« verneemt, hebben de hospi taalschepen Sindoro en Zeeland de benoodigde geleidebrieven ontvangen en kunnen deze dus weer gaan varen voor h<t vervoer van de krijgsgevangenen naar en van Engeland. Het »Alg. Handelsblad* schrijft Waarom gebruiken de oorlogvoerenden hunne eigen schepen niet voor den uitwisselingsdienst? Waarom doet Engeland het niet? Om geen andere reden immers dan om geen schepen voor zjjne eigen aanvoeren te missen. En waarom stelt Duitschland zijne schepen niet ter beschikking voor de repatrieering van zijne ge-ingen genomen soldaten, terwijl het toch schepen genoeg ongebruikt in zjjn havens heeft liggen Om geen andere reden immers dan om na den oorlog al deze schepen weder voor zjjn handel beschikbaar te hébben. Wanneer dit de redenen zjjn, waarom de belanghebben den hunne schepen liever niet voor het mensch- lievende werk van het vervoer der gevangenen in gebruik nemen, is er dan eigenljjk wel reden voor ons om onze schepen daarvoor aan te bieden en aan alle risico's bloot te stellen, welke daaraan verbonden zjjn, waaronder wjj thans zelfs ook dat van torpedeering hebben te rekenen Moeten wjj dan voor de Duitsche en de Engelsche krijgsgevangenen meer over hebben dan hunne eigen regeeringen Hout uit Zweden. Men meldt aan de »N. R. Ct.«, dat de Duit sche regeeriDg verlof heeft gegeven, dat eenige stoomschepen, geladen met hout in Zweden, naar Delfzjjl vertrekken. De geldigheid der boterbons. De minister van Landbouw maakt bekend, dat de bon 10de week van de botermelange A en B en margarinekaarteh voor het eerste tjjdvak geldig is van 1.4 Augustus tot en met 23 Augustus 1918. Lading uit gerequireerde schenen. Het stoomschip Maasstroom van de Holland- sche Stoombootmaatschappij is hier te lande aangekomen met een lading afkomstig uit de door Engeland gerequireerde schepen. Het schip heeft <le volgende lading aan boord kurkhout en wijn van de Daude, wjjri, amandelen en koffie van de Thalia, koffie, kurk en textielgoederen van de Rhea en kurk van de Agamemnin. Bevordering der smokkelarij. In de „Nieuwe Ct.» leest men Aan een op ieder gebied konsekwent door gevoerde smokkelarij-bestrjjding ontbreekt nog beel wat. Op de terechtzittingen van sommige rech terlijke kolleges ontvangen de talrjjke smok kelaars, die er met hun aanhang trouwe be zoekers zjjn, gratis les hoe zij ongestraft kun nen smokkelen. Er zjjn zelfs zoo schrijft ons een mede werker rechterljji e ambtenaren, die daar geregeld systematisch, ten aanhoore van een groot aantal smokkelaars, het gezag der dou ane-beambten ondermjjnen. Zeker zullen er fouten gemaakt worden, maar zou het niet van meer takt getuigen, lie fouten binnen kamers aan de betrokken beambten onder het oog te brengen Niet zij maken gewoonljjk fiie fouten, maar hun chefs, die hun onjuiste opdrachten geven en zij moeten op straffe van ontslag de orders van hun inspekteur opvolgen. Ongetwjjfeld zullen die wel eens met de wet strjjdende orders geven, maar dan moet men henzelf daarvoor ter verantwoor ding roepen en geen ondergeschikten, die hun plicht doen, daarover hard vallen. Aan den eenen kant omkooperjj, aan den anderen kant levensgevaar en op den koop toe een onheusche bejegening en als resultaat vaak vrjjspraak op grond van juridische on derscheidingen, die de eenvoudige douanebe ambten niet begrjjpen. Zjj snappen het niet, dat de man, die met ongeveer 700 gouden tientjes onder zjjn kleeren en in zjjn schoenen verborgen nabjj het station Kerkrade vlak aan de grens werd aangehouden, wordt vrijge sproken en het geld terugkrjjgt om het met zjjn verdediger te verdeelen. Het aöntal teruggaven van inbeslag geno men goed is legio. Dan weer krjjgt o.a. de handlanger van smokkelaars een boerenkar met dubbelen bo dem, waarop zjj dagen lang loerden voor hjj werd in béslag genomen, op rechterlijk bevel terug. Geen wonder dat zoodoende de jjver der ambtenaren verslapt en zjj met of zonder douceurtje wel eens een oogje toedoen Voor al in deze voor onze voeding enz. benarde tjjden is dat doodjammer. tf birjvcm ii ct ovg g- viok4

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensch Volksblad / Zeeuwsch Nieuwsblad | 1918 | | pagina 1