Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeland. jhr. H. E. L. de Muralt. Zeeland. JUajsche BrieVen Woensdag 15 Mei 1918. 29e Jaargang. LIBERALE UNIE. Officieele Berichten. BINNENLAND. So. 9877 ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 75 cent, voor het buitenland met verhooging der bijkomende porto's. Advertentien worden aangenomen bij alle Boekhandelaren, Brievengaarders en den Uitgever. Telef. Intorc. No. 37. ADVERTENTIEPRIJS: Van 1 tot en met 5 regels 50 cent; elke regel meer 10 cent. Bij abonnement aanmerkelijk ver minderd tarief. Grootere letter naar plaatsruimte Redactie-adres: Westkolkstraat 10, Ter Neuzen. Deze Courant verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond bij den Uitgever M. DE JONGE, te Ter Neuzen. CANDIDATENLIJST tier Liberale Unie voor tie gecombineer de kieskringen Middelburg, Tilburg, *s llertogenboscli en Utrecht (de provincies Zeeland, Brabant en Utrecht.-) vermeldt 1. jhr. R. R. L de Muralt te 's Hage. 2. mr. E. E. van Raalte te 's Hage. 3. G. L. Breedvelt te Halsteren. 4. rnr. dr. A. F. baron van Lijnden te Baarn. 5. ds. T. H. Siemelink te Vlissingen. 6. Ph. van Dixhoorn te Axel. 7. ds. T. Kielstra te Zeist. 8. M. 1. W. J. Bjjleveld té 's Hage. 0. mevr. F. S. van Balen- Klaar te 's Hage. 10. J. B. Ament te 's Hage. In de j 1. ulgemeene vergadering van de Liberale Unie, gehouden te Amsterdam werd met algemeene stemmen de navolgende motie aangenomen „De Algemeene Vergadering acht het wen- schelök, dat door de officieele organen der Libe rale Unie do propaganda gevoerd worde voor de lijsten in haar geheel, in dier voege, dat als den kiezers wordt geadviseerd, den eersten naam der lijst te stemmen, uitdrukkelijk worde ver meld, dat het den kiezers vrjj staat van hunne voorkeur voor een anderen candidaat der lijst te doen blijken." In verband met bovenstaande motie verzoe ken wjj de kiezers dringend, bp de verkiezing voor de Tweede Kamer, op 3 Juli aanstaande, hun stem uit te brengen op ingenieur jhr. ft. R. L. de MuffJt. Dcor aldus te stemmen, kan worden bereikt, dat de twee bekwame aftredende kamerleden jhr. K. H. I.. «Ie Muralt en mr. E. E. van Kaalte in de nieuwe Tweede Kamer wederom zitting zullen krjjgen. De kiezers behoorende bij de Liberule Unie zjjn geheel vrp om ook in plaats van den candidaat .jhr. K. H. E. «Ie Muralt, een van de andere candiduten der L U. ljjst te stemmen. Toch waarschuwen wij ten sterkste tegen een versnippering van stemmen, die inderdaad tot verwar ring aanleiding kan geven. Stemt daarom als één man op Elke kiezer mag maar één can didaat stemmen. Maakt bij meer dan één witte stip zwart dan is het stembillet ongeldig. IV (Slot). Wjj hebben in ons vorig artikel de lijst van de Liberale Unie in den kieskring Zeeland onder de aandacht der lezers gebracht. Hoe staan de kansen Laat ons maar direct op den voo-groud stellen, dat wij in Zeeland ze'ir vermoedelijk niet zullen houden wat tvij thans hebben. Zeeland brengt thans 5 afgevaardigden naar de Tweede Kamer. Drie linksche en twee rechtsche. De drie linksche zijn allen Unie- liberaal, nameljjk de beeren de Muralt, Patjjn en van Raalte. Het bedanken van den heer Patjjn dit tusschen haakjes doet ons oprecht leed. Hjj behoorde ongetwijfeld tot onze meest bekwame Kamerleden, en tevens was hij één der beste sprekers in bet parle ment. Het is zeer jammer, dat hjj er verder geen lust meer in heeft. Hoe het zij wjj voor onB gelooven niet, dat Zeeland drie Unie- liberale zetels zal houden. In de eerste plaats al niet, omdat het zeer de vraag is, of Zeeland ook onder het nieuwe kiesstelsel 5 leden in de Tweede Kamer zal bezitten. We kunnen probeeren, om dat uit te rekenen. Maar precies uitrekenen kunnen we het natuurljjk niet. We kunnen alleen de werkelijkheid benaderen, en aangezien we nog niet de beschikking hebben over de totale cjjiers van het aantal kiezers, moeten wjj wel on» genoegen nemen met de bevolkings-cjjfers. Welnu, volgens de laatst gepubliceerde of ficieele-opgaven telde Zeeland ongeveer 244.000 inwoners. Ons heel» land had er ongeveer 6 600 000. Zeeland telde dus ook iJi„ van de totale bevolking Volgens dezen maatstaf zou Zeeland dan ook van de 100 Kamer zetels ontvangen. 100:27 "=3 7. Zeeland zou dan, op z'n best, 4 leden naar de Tweede Kamer afvaardigen, dat is 1 minder dan tegenwoordig. Natuurljjk, deze berekening is eenigzins primitief, maar we weten op 't oogenblik geen betere. Daarbjj ^0DQt n°t? >e'8- Wanneer wjj, Unie-liberalen, tot dusver 3 zetels in Zeeland hadden, dan hebben wjj die veroverd met behulp van vrijzinnig-democraten en vrjj-liberalen. Immers, wjj waren nog in 1918 met de overige vrijzinnige partijen geconcentreerd, Zij stemden dus op onze candi- didaten, geljjk wjj elders in bet land stemden op de hunne. Sterker nog: in 1913 hebben we Middelburg alleen kunnen veroveren, door dat ook de socialisten ons bij de herstem ming steun verleenden. Nu ee.hter bestaat de concentratie niet meer, en de herstemming bestaat ook niet meer. De, partijendie vroeger onze candiduten in Zeeland steunden, zijn nu ome coneurenten po- worden. Zóó staat de zaak. De vrjjzinnig-democraten en de Vrjj-libera- len komen in Zeeland met eigen candidaten, dus met eigen lijsten uit. Waar het eenerzijds dus zeer de vraag is, of Zeeland 5 afgevaardigden zal houden, én wjj anderzijds zullen moeten vechten tegen de partijen, die vroeger gezamenlijk met en vóór ons optrokken, kan hieruit al de conclusie worden getrokken, dat wij op 3 Unie-liberale zetels voor Zeeland niet moeten rekenen. Na tuurlijk, de mogelijkheid blijft, dat we ze bouden. Maar er op rekenen mogen wjj niet. Waarom zeggen wij dit alles nu Om onze paitijgenooten, onze geestverwanten, onze kie zers te ontmoedigen 'i Integendeel. Niets is beter in staat onze kracht en geest drift te geven, dan de eenige waarheid. Niets is beter propaganda dan de wetenschap dat de kans op verlies bestaat. Die wetenschap prikkelt tot strijd. Alleen met inspanning van alle krachten kunnen we in Zeeland eenige zetels behouden, en waar dit zoo is, is het aller plicht om daarvoor te arbeiden Wjj Unie-liberalen, moeten het vaaudel der zuivere democratie opheffen in den k'omenden verkiezingsstrijd. Wjj willen niet de de een- zjjdige, slechts op het belang van één klasse gerichte politiële der sociaal-democraten. Wjj willen evenmin de politiek der vrjjzinnig-de mocraten, die zooals minister Treub het nog dezer dagen zeide zich vasthaken aan de socialisten, om met hun macht en in hun zielzorg de regeeringshaven binnen te varen. En van bet conservalisme der vrjje liberalen moeten we heelemaal niets hebben. En de rechterzjjde 'i Zjj zal ons, mocht zjj in de meerderheid komen, wel weer gelukkig trach ten te maken meteen Tariefwet. Prettig vooruitzicht. Daar vaart in den laatsteu tjjd door de Liberale Unie een frissche geest. Zooals in iedere partjj, was er ook in de onze wel iets, dat niet heelemaal door den beugel kon. Maar de Unie is gereorganiseerd en met frissche kracht en nieuwen moed gaan wjj de verkiezingen tegemoet. Zeeland heeft in Juli een groote taak te vervullen. Tot dusver stuurdeD de Zeeuwen 3 Unie liberalen naar de Tweede Kamer. Het is plicht, om althans te trachten, het zoo te houden. In ieder geval moeten wjj op den Zeeuwschen uitslag bovenaan staan. Hóóg de vlag van de Liberale Uniel XXXIV. Verschenen is het rapport van de Staats commissie tot regeling van de arbeidsvoor waarden van de ambtenaren in 's Rjjks dienst en verschenen zjjn mede de daarop betrekking hebbende wetsontwerpen van de Regeering. De instelling Jvan deze Staatscommissie, meer algemeen bekend als de Staatscommissie Stork, is in breede kringen met voldoening gezien. Daardoor toch werd erkend dat de ambtenaarssalarissen in bet algemeen als on voldoende moeten worden beschouwd, ook af- gezitn van de abnormale duurte van thans. De samenstelling der Commissie gaf intusschen minder bevrediging, daar toch uit de rjjen der middelbare en lagere ambtenaren en met name uit de kringen der georganiseerden geen enkele vertegenwoordiger daarin werd benoemd. Erkend worde dat deze Staatscommissie vlug gewerkt heeft.) Zjj werd ingesteld bjj Kotiinklj'k Besluit van 27 Maart 1917 no. 6 en haar rapport, althans het eerste en tevens belangrjjkste gedeelte daarvan, draagt de dag- teekening van 18 April 19L8. Men boude hierbij in het oog, dat de Commissie haar arbeid had uit te strekken over 1600 groepen van ambtenaren en beambten. Haar werden toegezonden 294 verzoekschrifen, terwjjl aau de vertegenwoordigers van 109 groepen van ambtenaren gelegenheid werd gegeven hun standpunt mondeling toe te lichten. Met ge noegen constateeren wjj, dat de Staatscom missie in haar rapport verklaart groote waarle te hechten aan de inlichtingen van de amb tenaren zelf. Werd in vioeger jaren weieens getwjjfeld aan de wenscbeljjkheid, ja zelfs aan de mogeljjkheid van ambtenaars-vakvereeni- gingen, thans wordt bun bestaansrecht alge meen erkend. Ook in het rapport der Staats commissie, daar toch zonder hunne organisa ties, de ambtenaren niet de gelegenheid zouden hebben gevonden zich omtrent hun wenscben te uiten. De algemeene indruk van het rapport is bevredigend. Natuurlijk blijft nog veel te wenschen over, zelfs ten aanzien van belang rijke punten, maar de algemeene ljjn is toch die der vooruitgang. Uitzondering moeten wjj maken nopens de intrekking van de dunrte- toeslageu. Zulks valt te meer op, waar het rapport zelf verschillende argumenten bevat, welke voor het behoud van een duurtetoeslag pleiten. Wjj voor ons hebben dit dan ook meer beschouwd als een stille uitnoodiging tot de Regeering om aan dit punt bare bjj- zondere aandacht te wijden. De wetsontwerpen van de Regeering zjjn thans ingediend. Wjj kunnen niet anders zeg gen, dan dat deze voor de overgroote meerder heid der ambtenaren een telenrstelltng vormen geen duurtetoeslag en siechts der verhoo gingen. Het getuigt o. i. vau weinig defe rentie tegenover de Staatscommissie dat niet hare voorstellen in het geheel, maar wel de afwjjkende nota van een kleine minderheid gevolgd wordt. Die afwijkende nota, van de heeren Stork en De Jonge, wjj behoeven er maar weinig van te zeggen. Wanneer men komt tot een salarisregeling, welke men ver klaart bljjkU te achten, hoe ter wereld kan men dan en nog wel in deze tjjden zeggen, dat men de daaruit voortvloeiende verhoogin gen maar voor een gedeelte wil toekennen Dat is ons een ruadset ,eu de overneming van dat raadselachtige denkbeeld door Minister Treub wordt een puzzle, zjj het dan ook een economische. Intusschen, de Kamer kun dit niet aanvaarden. Ook de intrekking van de duurtetoeslagen lijkt ons onlogisch. De voorstellen van de Staatscommissie moesten niet berusten in haar opdracht is dit uitdrukkelijk gezegd op den toestand van het oogenblik, doch dien den gebaseerd te zijn op de tjjden na den vrede, wanneer de prjjsstijging ongeveer 30°/o zou zjjn boven den norin van vóór den oorlog. En hom eel is de verhooging thans? Wij wil len geen bepaald percentage noemen, maar meenen met het getal 100 dichter bjj de waarheid te zjjn dan met 50. In elk geval is het veel meer dan 30#/o. Welnu, dan is een salarisregeling op den grondslag van 30°/o voor bet oogenblik als onvoldoende te beschou wen en dient deze door een duurtetoeslag te worden aangevuld. Van tweeën een. Of de regeling is goed voor komende tijden, waarin de verhooging „slechts" 30°/o zal zjjn en dan is zjj voor de tjjden van thans te laag. Of de regeling is voor het oogenblik voldoende te achten, maar dan moet zjj voor later, dus voor den tjjd waarvoor zjj feiteljjk gemaakt is, als te roy aal, als te veel worden beschouwd. Daar wij de laatste veronderstelling tegen over een Minister van Financiën niet mogen aannemen, blijft niet)ander.9 over dan de eerste. Onze conclusies zjjn derhalve toekenning van de volle verhooging als door de Commissie voorgesteld en behoud van een duurtetoeslag regeling. Geljjk gezegd blij ven hiernaast nog ver schillende andere wenschen over. In dit korte overzicht meenden wjj ons echter tot de beide belangrjjkste te moeten bepalen. Maar deze mogen de ambtenaren dan ook met kracht propageeren Over ambtenaarssalarissen in het algemeen bestaan bjj velen overigens zonderlinge denk beelden. Men denkt, dat de ambtenaren met weinig doen veel verdienen. Dat sprookje van de niets-doende ambtenaren is nu toch wer- keljjk te oud om nog eens te worden tegen gesproken )en) wat (hun salarissen betreft zouden we willen zeggen oordeelt zelf, sla het rapport op De klacht, in het rapport gemoreerd, dat het in veie dienstvakken zoo moeiijjk is tegen de bestaande voorwaarden geschikte werk krachten te krjjgen, spreekt ten deze boekdoelen. J. B. AMENT. Invaliditeitspensioenen. Bjj Kon. besluit van 7 dezer is lo. ingetrokken de aanwjjzing van de na volgende geneeskundigen voor het onderzoe ken van wegens invaliditeit op pensioen aan spraak makende gemeente-ambtenaren en oud- gemeente-ambtennren, burgerlijke ambtenaren en oud-burgerljjke ambtenaren, onderwijzers en oud-onderwjjzera bjj het openbaar en bjj- zonder lager onderwjjs en leeraren en oud- leeraren aan bijzondere gymnasia en bjjzon- dere hoogere burgerscholen in de provincie ZeelandW. H. Ittmann, arts, te Brou wershaven J. A. Spruyt, te Zierikzee2o. aangewezen voor het verrichten van boven bedoeld geneeskundig onderzoek de hierna vermelde geneeskundigen in de provincie ZeelandTh. Langearts, te Haamstede Th. J. D. Lütge, arts, to Zierikzee. Ncderluutl en Duitschland. Het lid der Tweede Kamer, de heer Dres- selhuys heeft den 7n dozer de volgende vragen gericht tot den minister van buitenlandsche zaken v j 1. Is de minister bereid mede te deelen, welke redenen de regeering had om ter zake van de moeiljjkheden met Daitschland gerezen, de verhouding tusschen de beide landen als gespannen te beschouwen, terwjjl do schrifte- ljjke mededeeling van 4 Mei jl. aan de Kamer den indruk wekt, dat daartoe niet voldoende aanleiding heeft bestaan 2. Heeft de minister er zich voldoende van overtuigd, dat de thaus met Duitschland getroffen regelingen inzake den doorvoer van goederen, in het bijzonder van zand en grind, over Nederlandsch grondgebied, er niet toe zullen kunnen leiden, dat van de zijde der geassocieerde regeeringen nieuwe moeiljjk heden ons in den weg worden gelegd De minister van buitenlandsche zaken heeft hierop het volgende geantwoord Ad. 1. De redenen, welke de regeeriug ertoe gebracht hebben de met Duitschland ontstane verhouding als gespannen te beschou wen, lagen in den nadruk, waarmede de Uuit- sche regeering ueeft kenbaar gemaakt, wat zjj van de Nedei landsche verlangde en dat al aanstonds voor eon deel onaanneembaar bleek. Bjj monde van haren gezant alhier gaf zjj zoowel aan don tjjdeljjken voorzitter van den ministerraad als ondergeteekende te verstaan, dat het gold eeu na grondig overleg vastgesteld complex, dat in zjjn geheel moest worden aanvaard, als een minimum, waarop niet viel af te dingen. Dat de niet-inwilli- giug hoogst ernstige gevolgen voor ons land z'ou hebben, werd in het bjjzonder aan den Nederlandschen gezant omonwonden te kenueu gegeven. De kwestie vau den doorvoer van zand en

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensch Volksblad / Zeeuwsch Nieuwsblad | 1918 | | pagina 1