Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeland. pe Vrijzinnigen en de Godsdienst. Jtaagsche BtUVen No, 2861 Zaterdag 16 Maart 1918. 29e Jaargang. BINNENLAND. ABONNEMENTSPRIJS; Per 3 maanden 75 cent, voor het buitenland met verhooging der bijkomende porto's. Advertentien worden aangenomen bij alle Boekhandelaren, Brievengaarders en den Uitgever. Telef'. latera. No. 15. ADVERTENTIEPRIJS: Van 1 tot en met 5 regel» 50 cent; elke regel meer 10 cent. Bij abonnement aanmerkelijk ver minderd tarief'. Grootere letter naar plaatsruimte Redactie-adres: Noordstraat 10, Ter Neuzen. Deze Courant verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond bij den Uitgever M. DE JONGE, te Ter Neuzen. EERSTE BLAD. Zijn de vrijzinnigen werkelijk tegenstanders van den godsdienst Moet de eenvoudige-van-hart, die thans zijn stem uitbrengt op een candidaat van de Li berale Uuit, inderdaad vreezen dat hy daar mee verraad pleegt jegens zyn geloof V Immers neen. De rechterzijde zegt dat alleen maar, om dat zy daarmede succes wil behalen by de stembus. Zjj speculeerteenerzjjds op de onwetendheid en anderzyds op de vree» van 't volk. Zy matigt zich het monopolie van godsdienst en geloof aan, maar dikwijls treedt zy by de stembus op een manier op, die niet minder is dan profanatie. Onze groote voor man Thorbecke, de grondlegger van onzen parlementair-democratischen staat, was een op recht christen en hjj heeft dat meermalen uitgesproken. Men kan uit ome geheele par- lementaire geschiedenis geen enkel bewijs bijbren gen, waaruit blijken soit dat wij, vrijzinnigen den godsdienst bestrijden of hem vijandig zyn. Integendeel. Altyd en overal is door een liberale Regee ring in ons laad de vrye ontwikkeling van den godsdienst en het recht van elk kerkge nootschap geëerbiedigd. En zelfs méér dan dat. Hebt gjj er wel gens van gehoord, waarde lezer, dat de liberale staatsman Thorbecke vroeger in de Tweede Kamer zitting heeft ge had voor het katholieke district Maastricht lloe was dat gekomen Was Maastricht plotseling liberaal geworden O neen. Maar de katholieken waren zoo verheugd over de vryheid, welke Thorbecke aan hun kerk liet, dat ze hem uit dankbaarheid naar de Kamer zonden. Moét ge uit den mond van een ka tholiek zelf hooren hoe zjj over Thorbecke dachten? De priester P. Albers schreef in zyn boek „Geschiedenis van het Herstel der Hiërarchie in de Nederlanden" op bl. 138 en 171 het volgende: „Aldus hebben de Katholieken de af schaffing van het jecht van placet, en daarmee een zeer groot gedeelte hunner emancipatie (vrijmaking) aan Thorbecke en Willem II te danken De voor- uitstrevenden en niet het minst de Ka tholieken, die zich aan de oude dwing- landü en achterstelling poogden te ontworstelen, begroetten in hem de aan voerder naar het land van vrjjheid, recht en billijkheid". Zie hier dus een waardevolle erkenning- Thorbecke, de leider der Liberalen, die de Katholieken bracht nanr het land van vryheid en recht En nu nog een woord van niemand anders dan dr. Schaepman, de groote aanvoerder der Katholieken, die in 1894 op het 41e congres der Duitsche Katholieken te Keulen uitriep: „Wjj hebben in ons land de meest onbeperkte vrjjheid voor geestelijke orders. Wjj zyn onderworpen aan de wetten van het algemeen geldende recht, aan die der ieder toekomende vryheid. Hebben wjj niet het recht, trotsch op onze vryheid te zyn?" Die vryheid kregen de katholieken met de liberalen. Wat dunkt u, wjjst dit er op dat wy, als wjj aan het bewind komen, een ge vaar voor den godsdienst zyn. Maar zegt ge misschien dit hebben katholieken gezegd hoe staat het nu echter met de Protestanten Ook daarover kunnen wjj iets laten hooren uit den mond van recht- •che staatslieden zelf. Op 4 December 1900, toen het liberale kabinet Pierson-Borgesius bjjna vier jaar aan het bewind was geweest, hield dr, Kujjper een redevoering in de Tweede Kamer. Hjj prees het kabinet om z'n »werk- kracht, zaakkennis en degeljjkheid* en sprak >En ik voeg daaraan toe een woord van dank voor de hoffeljjkheid waarmede van de Regeeringstafel één incident uitgezonderd ook de oppositie beje gend is geworden, en niet minder was den eerbied, dien dit kabinet getoond heeft te koesteren voor de overtuiging van de minderheden*. Zie hier dus het kabinet-Pierson door een staatsman van rechts geprezen om hetzelfde, waarvoor Thorbecke door menschen van rechts geprezen werden: verdraagzaamheid, eerbie diging van de overtuiging van andersdenkenden. En wilt ge nu nog een bewijs Wjj lieten u iets hooren uit de Katholieke en uit de Anti-ltevolutionaire party. Welnu, in 1908, nadat het vrjjzinnig kabinet-de Meester was afgetreden, erkende de leider der Cbristelyk- Historischen, de heer De Savornin Lobman, dat het kabinet geenszins in stryd met de christelijke beginselen was gekomen en zei hjj „dat het kabinet zeer veel zaken ge daan had, die tamelijk wel overeen komen met de politiek, welke aan onze zyde beleden wordt" en dat „Minister De Meester en vroeger ook Minister Borgesius op principieele punten met onze inzichten, met onze beginselen hebben gerekend". Ziedaar. Van alle kanten wordt hier door de rech terzijde erkend, dat de vrijzinnige Regeerin- gen niets tegen den godsdienst doen, en toch hoort men bij de stembus, hoe de kiezers van rechts worden opgeroepen en opgemaakt, óm dat wjj tegen het geloof zouden te velde trekken. Dit is de misleiding. En daarom moet het ook dezen zomer uitdrukkelijk gezegd wor den wy, vrijzinnigen, hebben volkomen eer bied voor ieders geloot. Ook onder ons wor den er zeer velen gevonden, die hun knie buigen voor den Schepper der dingen. Maar wy galmen dat niet luide uit, wjj gaan niet op de hoeken der straten staan om onze ge- loofs-voortreffelijkheid te verkondigen. „Het Christendom" zoo heeft Thorbecke eenmaal uitgeroepen „is niet gebleven bin nen de Kerk het is een burgerljjke kracht geworden; de ziel onzer beschaving; een stroom dis zich door alle anderen der maat schappij heeft uitgestort." Zoo is het. Den invloed van dat Christen dom ondergaan wjj allen. Met z'n hoogste wetten, met z'n mooiste en meest nobele be ginselen moeten wij in ons particuliere en publieke leven, moet ook de Overheid, reke ning houden. Het is daarom zoo dwaas te beweren, dat wij tegenover het christendom zouden staan. En het aardigste is dan nog wel, dat de partjjen van rechts op geloofs gebied elkander zoo fel bestrjjden dat de stukken er af vliegen. Van elkanders gods dienst weten zjj bjjna geen goed woord te zeggen het geloof van den één is voor den ander „bjjgeloof" en „ongeloof" en „afgoden dienst" en „ketterjj." Zóó is de toestand. Daarom wenden wy ons tot de kiezers en zeggen: uw Bybel is by ons nie in gevaar Uw geloof is veilig. Wie op de ljjst van de Liberale Unie stemt, behoeft Diet te vreezen, dat zyn overtuiging, leed zal geschieden. XXVI Maart heeft ook ditmaal niet met de tradi tie gebroken en onB weer eenige of het er zeven zullen zyn moeten we nog afwachten zomersche dagen gebracht. Zoodoende krygen we een distributie, waartegen wel niemand bezwaar zal hebben, nml. van zonneschijn, wat ▼ooral in dezen tjjd aangenaam aandoet. Straks, in de zomermaanden, wordt de zon velen al» wat al te warm, maar nu is daarvan nog geen sprake. IIet Iloliandsche klimaat wat is daar niet al kwaads van gezegd Laten wy het daarover eens opnemen tegen die over het algemeen onverdiende aantijgingen en ook eens op de goede zjjden wijzen. Misschien niet over bodig, maar wel ongewoon, want vreemd ge- Doeg hoort men de menschen vaak over het onaangename weer spreken, maar veel minder in tegenovergestelden zin. En daarvoor is ge lukkig ook nogal eens reden, al was het al leen maar op een der zomersche dagen van Maart. Een der verdiensten van ons klimaat is zeker wel, dat sterke uitersten weinig of niet voor komen. De verzengende hitte van de tragische landen is ons onbekend en evenmin weten wy van de koude der poolstreken. Komt het een enkele maal eens voor dat het ongewoon koud of warm is, dan heeft men toch niet met het alleruiterste te makeD en bovendien zyn wij dan al heel spoedig in de gelegenheid het Iloliandsche spreekwoord »strenge heeren regeeren niet lang* toepasselijk te maken, Stel daar tegenover nu eens de Oostelyke streken van Amerika waaromtrent wy geregeld, zoowel in winter als in zomer, berichten om trent buitensporige temperaturen kunnen lezen, 's Winteis vriezen er menschen dood en 's zomers is de hitte vaak zóó, dat ook dien tengevolge slachtoffers vallen. In de tweede plaats hebben wjj hier de Ir.nde de indeeling in vier jaargetijden. Zeker, we geven toe, dat zulks verschillen met zich brengt, die niet altjjd even aange naam zjjn, maar gelooven toch dat niemand daarom die afwisseling zou willen missen. Elk jaargetijde heeft zjjn afzonderlijk schoon, tenminste wanneer men het maar wil opmerken. Voor hen die buiten wonen is zulks uiteraaad dan voor de stedelingen, maar ook zjj kunnen, indien zy het tenminste willen, de verande ringen, die de Natuur ondergaat, in bijzonder heden volgen. Ook in het maatschappelijk en in het per soonlijk leven ondervindt men de wisseling der jaargetijden. Thans kondigt zich het voorjaar aan, misschien komt er nog sneeuw ot hagel of ys, maar in elk geval, we gaan vóóruit, de lente komt. De komst van de lente is voor een Hol- landscbe huisvrouw synoniem met het begin van den schoonmaak. Welnu, hoeveel bezwaren men ook tegen deze razzia kan aanvoeren zoolang zy duurt, wanneer de ellende eenmaal achter den rug is en alles »schoon* is, dan zjjn er maar weinig pruttelaars, die ook dan nog hun verzet blijven volhouden. Voorjaarshoeden en voorjaarscostumes sluiten in waardige rjj bij de huiseljjke verschooning Het zal ditmaal, om geldige redenen, aan. el wat kalmpjes aan jmoeten gaan, gezien den beschikbaren voorraad var. stoffen en het ontbrekeD van vele «nouveautés*, maar wat nood, de vindingrijkheid van onze Hollandsche joffers zal zich dan dei te beter kunnen doen kennen, er kan dan van oud nieuw gemaakt worden mede in het belang van de beurs van den respectieveljjken echtgenoot of vader. Want de voorjaarshoed een nieuwe of een vernieuwde zal er komen ouverture de la saison Zoo gaat men dan in het algemeen met opgewektheid het nieuwe jaargetyde tegemoet. Natuurlyk ditmaal in veel mindere mate dan in ctormale tjjden en zelfs zijn er velen, by de opgewektheid in het geheel niet te be speuren valt, doch schuil moet gaan onder moeiten, en zorgen. Maar zelfs voor hen is het gelukkigste te achten, dat wy den winter welhaast achter den rug hebben en dienten gevolge het grootste gedeelte van ons brand stoffen-budget. Jammer bljjft, dat alles, ook de eerste le vensbehoeften, steeds meer in prjjs ryzen, zelfs voor een deel geheel ontbreken. Dit geeft tot menige rechtvaardige klacht aanlei ding, maar vergeten wjj ook hierbij niet het groote voorrecht, dat ons volk tot dusver is ten deel gevallenhet behoud van den vrede. Wy toch bleven voor de grootste rampen van den oorlogstijd, n.l. den oorlog en zyne verschrikkingen gespaard. Een nieuwe lente, een nieuw geluid. Wel nu, moge ons dat straks gebracht worden: de nieuwe lente met haar oule bekoringen, van vorige jaren bekend, en het nieuwe ge luid ook in den vorm van een oude bekoring ons aan vroeger herinnerend, maar tevens nieuw al geen ander in deze tjjden. Moge het ontwaken van de Natuur uit haar doodsslaap gepaard gaan met het ontwaken van de Wereld uit haar verddgingsroes. J. B. AMENT. TWEEDE KAMER. Het levensmiddelenbedat werd voortgezet in de vergadering van Donderdag. Minister Posthuma zet zjjn rede voort. De.bewerin- gen van den heer van Beresteyu omtrent het graan, dat terecht zou zjjn gekomea in de magen van het vee en van meergegoeden zyn onjuist. De rogge is wel in 1916 voor vee voer beschikbaar gesteld, doch toen kon het. Later is niets meer beschikbaar gesteld. De organisatie van en de eontróle op de leve ranties van den oogst zyn voldoende er doen zich evenwel groote moeilijkheden voor. Niet temin is van den oogst 1917 reeds meer in geleverd, dan in 1916 geschiedde. In de me morie van toelichting werd verkorting van de geldigheidsduur van broodkaarten in uitzicht gesteld met het oog op de onderhandelingen met het buitenland. Het was noodig de be hoefte niet te laten afmeten naar het te kleine rantsoenverlenging van de geldigheid is meermalen overwogeD, doch niet aanvaard uit vrees voor ondervoeding. Van het gebruik van poeder van «gedroog de 'aardappelen by de broodbereiding moest tot dusverre worden afgezien met het oog op de bereidingsmoeljjkheden en de hooge eischen der drogerijen. Voor de alcoholindustrie wordt niet meer graan beschikbaar gesteld dan noo dig is voor de gistprodud^^en brood bakken met hoppreparaat alleen is onmogelijk. De beperking van het rantsoen koek, banket, bis cuits e. d, zou bet stopzetten van het bedrjjf ten gevolge hebben. Te groote hoeveelheden tapioca en maizena zjjn in bezit genomen. De prys van ongebuild meel voor bakkers is vastgesteld op advies van de subcommissie uit het Centraal Broodkantoor, bestaande uit werkgevers en werknemers in het bakkersbe drijf. Intusschen wordt de quaestie opnieuw onder de oogen gezien. De Minister is be reid zuiver tarwemeel en havervlokken te doen verstrekken voor zieken, voor speciale geval len vanuit Den Haag. De nalevering van voe dingsmiddelen voor uitgewisselde krijgsgevan genen door de betrokken landen heeft nog niet plaats gehad. De boekhouding van het Rjjksgraanbureau is gereorganiseerd, naar aanleiding van het rapport van de Commissie van Onderzoek. De regeling ten aanzien van de liggelden van de in Amerika vastgehouden schepen is vervangen door een nieuwe. Met het oog op de distributie van een meng sel van boter en margarine, is de wjjziging der Boterwet ontworpen en zal verkrjjgbaar worden gesteld margarine 50 ets. per pond, margarine-mélange met 25 pCt. boter voor 85 ets. Boter-mélange met 50 pCt. boter voor fl.25 en boter voor f 1.75. Het rantsoen zal 35 gram per dag bedragen. „De Vaderlander". De heer Roodhuyzen zal met 1 April a.s. de redactie van bet Liberale-Unieorgaan »Ds Vaderlander* neerleggen*. De kamerverkiezingen. Het lid van de Tweede Kamer voor Lochem, mr. G. Jannink (U.-Ldie reeds voorkwam op de kieslyst voor Arnhem rn Nymegen heeft wegens gezondheidsredenen voor de can- didatuur bedankt. Kamerontbinding in 'tzirhi? Uit parlementairen kring verneemt de N. Ct., dat minister Cort van der Linden zich zeer stellig heeft uitgelaten in dezen zin, dat by, indien de Tweede Kamer by het levens middelendebat aan een voor tel of motie haar goedkeuring mocht schenken, welke den Mi nister van landbouw tot aftreden sou nopen,

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensch Volksblad / Zeeuwsch Nieuwsblad | 1918 | | pagina 1