Van het Westelijk ooriogstooneel.
Yan het Oostelijk oorlogstooneel.
Gemeenteraad van Ter Neuzen.
duitschera moeten inzien, dat in Europa geen
vrede kan ontstaan, voordat hun kracht is ge
broken en het van den volkerenbond, waarin
de volken niet als autagonisten naast elkaar
wonen, maar vertrouwen stellen in eikaars be
doelingen, algemeen is aanvaard. Wanneer de
linkerpartijan in Duitschland toonen, dat het
hun ernst is, om mede te werken aan de tot
standkoming van dien toestand, dan is het mo
gelijk, zeide Camilla Huysmans, om de be
sprekingen met vrucht te doen plaats hebben,
en te komen tot een spoedigen en duurzamen
vrede.
LONDEN, 2 Aug. (Reuter.) Generaal Haig
meldtGedurende den geheelen dag bleef het
gisteren regenen. Dank zij een met goed succes
uitgevoerde plaatselijke operaties op ons nieuw
slagfront kwam onze linie in de buurt van
den weg ZillebekeZandvoorde een eindje
vooruit.
Op den linker aanvalsvleugel wonnen onze
bondgenooten terrein laDgs den oostelijken oever
van het Yser-kanaal.
Gedurende den nacht hadden onze nieuwe
stellingen ten o. en n. o. van Ypereu tusschen
Westhoek St. Julien zware tegenaanvallen van
sterke vijandelijke troepen te verduren. Onze
troepen boden met goed succes weerstand aan
de herhaalde pogingen van den vijand om ons
uit Jde belangrijke stellingen die wjj te voren
in deze streek verraeesterd hadden, te verdrijven,
maar onder den druk van zijn aanvallen waren
wij na hardnekkige gevechten verplicht onze
vooruitgeschoven troepen uit het dorp St. Julien
terug te trekken.
Er wordt buitgewoon zwaar gevochten om
het bezit van het dorp Westhoek. Onze troe
pen bezetten daarvan thans de westelijke grens
In den namiddag deed de vijand weder een
aanval in de buurt van de spoorlijn Yperen
Roesselaere en slaagde er na een tweede poging
in om onze vooruitgeschoven stelling binnen
te dringeD.
Op het smalle front duren de gevechten nog
voort.
Get aantal gevangenen, dat de Britsche
troepen op 1 Aug. maakten, is thans bekend.
Het bedraagt 5000, waaronder 95 officieren.
Een paar kannonnen, een aantal machinege
weren en wat loopgraafmortieren werden even
eens buitgemaakt. Het juiste aantal daarvan
kam echter nog niet worden opgegeven.
ndanks het weder, dat het vliegen zoo goed
als onmogelijk maakte, bleven onze vliegtuigen
den geheelen dag in contract met onze voor
uitgeschoven infanterie.
Vijandelijke vlieghallen, alsmede transport
colonnes en infanterietroepen van den vijand
werden met goed gevolg met bommen en ma-
chinevuur bestookf. De enkele vijandelijke
vliegtuigen die probeerden te manoeuvreeren
werden aangevallen, zes werden er neergescho
ten. Wij missen drie vliegtuigen.
Het aantal krijgsgevangenen, dat sinds Juli
door ons werd gemaakt, bedraagt 4039, onder
wie 88 officieren.
Hieronder zijn ook begrepen de gevangenen
die gemaakt werden bij de jongste gevechten,
voor zoover zjj althans op 1 Aug. des middags
te zes uur bij de verzamelplaatsen waren bin
nengebracht.
Tot het buitgemaakte oorlogsmateriaal be-
hooren acht veldkanonnen, 53 machinegeweren
en 32 loopgraafmotieren.
De slag in Vlaanderen.
BERLIJN, 2 Aug. (W. B.) De groote
Bsnv&l in Vlaanderen strekte zich uit van Noord-
schoots tot aan de Lys. De noordelijke vleu
gel was door de Franschen overgenomen, die
hier onlangs de Belgen aflesten. Over de
trechtervelden van de afweerzone vooruitdrin
gend, kwamen de Franschen over den Lizerne
Dixmuiden tot in het dorp Bixschoote, dat in
een tegenaanval werd hernomen. Eerst sterke
Fransche strijdkrachten, die in den avond van
31 Juli tegen het dorp oprukten, slaagden er
in Bixschoote weer in Franschen handen te
brengen. De Duitsche linie omvat het dorp
in het onlusten en noorden.
De voornaamste stoot geschiedde door de
Engelschen, die van de streek van Yperen uit
en zuidelijk daarvan in noordoostelijke richting
j de ineengeschoten voorste stellingen overwel
digden. In de gevechtszone van. het Duitsche
verdedigingsstelsel trof hen met volle kracht
de Duitsche tegenstoot. De Engelschen wer
den weder uit Langemsrck en St. Julien ge
worpen en tot achter de Steenbeek terugge
drongen. Verder zuidelijk konden de Engel
schen onbeteekenende terreinwinst behalen.
De westelijke rand van het- bosch van Herent-
hage werd behouden.
Van daar tot Warneton loopt thans de eerste
Duitsche linie, deels nog in de oude voorste
stelling, deels in dicht achter deze aangelegde
liniën. Ook krachtige aanvallen in den avond
van 31 Juli van het bosch van Herenthage tot
aan de Lys konden den toestand niet veran
deren. Na bloedige gevechten op korten af
stand, bleef de Duitsche stelling in het geheel
ongewjjzigd. De ondersteuning tan de groote
Engelsche aanvallen door de Franschen is tot
dusver slechts op het korte Vlaamsche front
gedeelte van Noordschoote tot Steenstraete be
merkbaar.
Aan het Aisne-front houden de Franschen
ook verder nog slechts met moeite tegenover
de Duitsche patrieele aanvallen stand. De
Duitsche bestorming in den middag van 31
Juli ontrukte hun een geheel loopgravensys-
teem van 2 K.M. breedte en 700 M. diepte,
dat de Franschen op het Bovette-plateau bezet
hielden. De gemaakte gevangenen behooren
tot zes verschillende regimenten. Fransche
tegenaanvallen, die tot in den nacht voort
duurden, bleven even vruchteloos als de vier
maal herhaalde Fransche aanvallen ten zuiden
van Filain. Ook de Duitsche aanvallen aan
deu westelijken oever van de Maas, waarbij
over meer dan 2 K.M. breedte en 700 M.
diepte in de Fransche loopgraven werd binnen
gedrongen, zijn een volkomen Duitsch succes.
Het vrouwenbataljon.
Met een enkel woord hebben we dezer dagen
reeds gemeld, dat het Russische vrouwenbatal
jon. bij Smargonje den vuurdoop heeft ontvangen.
De Temps" verneemt dienaangaande uit
Petrograd nog de volgende bijzonderheden
Het bataljon viel de Duitscheis aan, nadat
een ander in den slag betrokken regiment ge
deserteerd was.
Onder leiding van de vrouwelijke comman
dant, mevrouw Botsjkareva, stormden de strijd
sters met „mannenmoed" uit de loopgraaf,nm
met een zekerheid, die allen verbaasde, op den
vjjaüd te vuren.
Ongeveer 150 vrouwen, onder wie de aan-
voerdster, weiden gewond, 20 sneuvelden en
acht werden door den vijand gevangen geno
men. Ten slotte eindigde de strijd echter met
een overwinning van de vrouwen, die op haar
beurt honderd soldaten en twee officieren ge
vangen namen.
Uit Poltava, waar de gewonde vrouwen aan
kwamen, meldt men, dat dichte drommen
nieuwsgierigen de strjjdsters met vlaggen en
muziek kwamen begroeten.
Vredesgeruchten.
LONDEN, 3 Aug. (Part.) Naar de Daily
Express, dd. gisteren, uit Nieuw-York ver
neemt heeft men, zoo verluidt er in diplo
matieke kringen in Washington bericht ge
kregen, dat er tusschen de entente-bondge-
nooten een gedachtewisseling plaats heeft met
betrekking tot Oostenrijk, die binnenkort
misschien zal leiden tot een belangrijke ver
klaring nopens de mogeljjkheid van vrede.
De WashiDgtonsche correspondent van de
Times zegtItalië is tegen een afzonderlijken
vrede met Oostenrijk en haalt een diplomatiek
ambtenaar aan, die moet hebben gezegd Italië
kan zich niet veroorloven, een afzonderlijken
vrede met Oostenrijk aan te gaan, want dat zou
een van twee ongerijmdheden meebrengen, hetzij
dat Oostenrijk bereid is met vechten op te
houden en ten volle Italië's ver strekkende
eischen aan te nemen, het zij dat Italië zijn
belangen en politiek om Oostenrijk (van de
Adriatische Zee?) te elimineeren opgeeft, wat
ondenkbaar is.
We waren j 1. Dinsdag «verdreven van huis*
de Voorzitter had ons ter vergadering opge
roepen doch onze vergaderzaal/ was bezet met
keurende autoriteiten en gekeurd wordende
menschen van middelbaren leeftijd. We vonden
gastvrijheid in de H. B. S., in het verblijf
der daar heerschende «wijzen* en hadden
misschien een stillen wensch, dat er van die
wijsheid ook wel iets op ons zou overgaan,
voor het verrichten van den arbeid die ons
wachtte. Wel toevallig, dat we ditmaal inde
fl. B. S. moesten vergaderen om aldaar over
het verder lot dier inrichting zoo'n beteekenis
vol besluit te nemen, zooals later blijken zal.
We hebben de zaak overgedaan. Op de'heerén
D. Scheele en De Ridder na, die beide uitste-
dig waren, waren alle leden rondom de nu
niet groene, maar bruine tafel, vereenigd.
We vonden het eigenlijk wel gezellig, in zoo'n
mooi verlichte ruimte bijeen te komen, al
was het er niet zoo deftig als in onze raadzaal
met zijn zware zetels. Toch marcheerde dezen
morgen alles bijzonder vlug.
Allereerst kwam in behandeling een schrijven
van den inspecteur van politie, den heer
Klaassen, die daarin te kennen gaf, dat hij
van meening was, na de nieuwe regeling van
zijn salaris de werkzaamheden van den markt
meester, van den schatter der dranklokalen en
die van ambtenaar belast met het opmaken
van het kohier der hondenbelasting onbezoldigd
te moeten blijven verrichten. Nu heeft hij
echter gezien, dat in verband met een voorstel
van dhr. Waalkes in de vorige vergadering
voor beide eerstgenoemde betrekkingen solli
citanten worden opgeroepen. De inspecteur is
hier bljjkbaar bedacht op het voordeel der ge
meente, want hij vraagt ten slotte, den bur
gemeester te machtigen, zijne instructie als
inspecteur zoodanig te regelen, dat die werk
zaamheden hem ambtshalve, dus zonder be
zoldiging, worden opgedragen, op grond, dat
die functiën het best door een politieman
kunnen worden verricht. We hebben er de
vorige maal al op gewezen, dat de Voorz. het
vorig jaar had te kennen gegeven, dat de in
specteur, met name de werkzaamheden van
marktmeester, ambtshalve zou moeten vervullen
en er is ook veel voor, zoo'n functie aan een
politieman op te dragen, daar deze ten slotte
als het noodig is met meer kracht kan op
treden dan een burger marktmeester.
Irouwens, met die ver doorgedreven stelling
dat geeuerlei bijbaantjes mogen worden vervuld,
hebben we nimmer gedweept. Voor die ver
schillende baantjes, die de inspeeteur nu reeds
zooveel jaren zal hebben verricht, zonder dat
dit zijn ambt schade, zou men minstens 2 per
sonen hebben moeten aanstellen, want de con
sequentie van het raadbesluit is, dat, als iemand
reeds een baantje bij de gemeente heeft van
Iaat ons zeggen f 10 per jaar dan mag
hij niet meer benoemd worden voor een ambt
dat misschien met f 5 per jaar bezoldigd wordt.
Als men eenmaal in een of ander ambt be
noemd is, eischt men daarvoor alhier «den
geheelen mensch*. Als dus iemand op f 25
'sjaars was aangesteld tot schatter der drank
lokalen, kon hij niet meer benoemd worden
tot markmeester op een jaarwedde van f40,
Althans de ervaring heeft reeds geleerd, dat
een keurmeester van vleesch, niet tevens mocht
blijven bode van het Burgerlijk Armbestuur.
In elk geval, de inspecteur bleek het in
dit geval eens met den Voorz., dat hij deze
baantjes, zij het dan onbezoldigd, in het be
lang der gemeente, zou moeten kunnen blij ven
waarnemen. Er zijn er, die beweren, dat er,
wat dat markmeesteren betreft, toch nog
wel eens wat »van de kar* valt, maar wie
zal dat weerhouden Dhr. Waalkes sputterde
er tegen hij vond dat het raadsbesluit con
sequent behoort te worden doorgevoerd, dus:
in geen geval bijbaantjes. Dhr. Nolson was
in dit geval van een ander gevoelen. Als zoo
iets aan een ambtenaar wordt opgedragen, is
het geen bijbaantje meer, dan behoort het bij
zijn ambt en daarom vroeg hij den burge
meester de instructie aldus te willen wijzigen.
Het zou toch ook te gek zijn om geld uit
te geven voor iets dat men gratis kan gedaan
krijgen. Dhr. Van Hasselt ziet er geen be
zwaar in, om het zoo te laten; de inspecteur
heeft het al zoo lang gedaan, en de paar jaren,
die hij nu nog zal meeloopen, moet hem dat
niet worden ontnomen. Wel maakt hij be
zwaar om het bij instructie aan den inspecteur
op te dragen. Als men eens een anderen inspec
teur zal moeten benoemen, meent hij, dat dit
iemand zal zijn van een andere genre. Dan
zal het dus naar hij meent de vraag zijn, of
zoo iemand zich met die zaken zal willen be
moeien. Hij acht die werkzaamheden nu juist
niet zoo bij dejjpolitie thuis behoorende. Enfin,
dat is dan nog niet zoo erg, als de inspected r
als zoodanig eens pensioen vraagt, en dat ver
krijgt, is hij natuurlijk geen ambtenaar meer,
maar kan dan solliciteeren naar de functie
van marktmeester, en dat is dan nog een
baantje om zich bezig te houden en waar men
oud op worden kan. Men is dan toch niet
geheel ambteloos. Daar kan een rustelooze,
werkzame geest niet tegen. De Voorz. deelde
mede, dat, in verband met het besluit van den
Raad, B. en W., als er van dezen aard iets
moest gedaan worden, zij dat telkens aan den
inspecteur hebben opgedragen. Zóó wilde hij
het maar houden. »Maar zonder bezoldiging*
zeide dhr. Nolson. Dat vond de Voorz goed.
Op een vraag van dhr. Waalkes zeide de
Voorz. dat er voor marktmeester 2 sollicitanten
waren, maar dat een der sollicitanten niet in aan
merking kan komen, omdat hij reeds ambte
naar is. Het slot was dat de inspecteur de
tot hiertoe door hem verrichtte werkzaamheden
mag blijven vervullen, daarmede filantropie
betrachtende ten bate dér gemeente.
Dhr. F. van de Ree, handelaar alhier, vroeg
hem den prijs te willen meedeelen, waarvoor
hij voor een of meer -jaren de faecaliën kan
koopen, die nu sedêrt den oorlog in het zilte
water der Schelde worden uitgestort. We
vernamen nu van den Voorz. dat dit zaakje
reeds is verkocht, zelfs tegen nog hoogeren
prijs dan die voor den oorlog bij verkoop
naar België gold. Het verzoek werd dus voor
kennisgeving aangenomen. Ondeitusschen
hebben we die tijding met genoegen vernomen.
We kunnen wel tegen een buitenkansje.
Tot bij de behandeling der begrooting werd
aangehouden een verzoek van den Chr. Typo
grafenbond om htt druk- en bindwerk der
gemeente alleen te laten uitvoeren doorgeor
ganiseerde patroons. Er moet gezegd worden
dat Mr. Veraart, de adviseur van den Bond
van Boekdrukkerspatroons een ijver aan den
dag legt, een betere zaak waardig. Eerst
zijn door hem pogingen aangewend de patroons
in het drukkersvak te organiseeren. Die po
ging had geen blijvend resultaat. Daarop
werd de neutrale gezellenbond er op uit ge
stuurd om door middel van de knechts de
patroons te dwingen, zich te organiseeren.
Dit had geen resultaat, en evenmin heefteen
blijvend resultaat gehad de poging van den
Lhr. typografenbond die zelfs om een patroon
tot toetreden te dwiügen een staking van 2
knechts provoceerde, wat alleen op een ver
plaatsen dier knechts naar elders is uitgeloopen,
waarvan 1 een flinke steun zjjner ouders was,
toen hij er inwoonde, doch' wat nu uit is.
Thans wil men er blijkbaar den gemeenteraad
voor spannen, om de Ter Neuzensche patroons
te dwingen. Ze vermoeden zeker, dat die, als ze
de om de drie jaren terugkeerende klandizie
der gemeente zouden moeten missen, wel
tot den patroonsbond zouden toetreden. De
raadsleden moeten maar eens bij de patroons
inlichtingen inwinnen omtrent' de volledige
werking van de drukkersorganisatie, waarvan
nog tal van patroons geen lid willen worden,
om den ondraaglijken druk, die alsdan op hun
bedrijf wordt gelegd, en waarbij ze dan ge
noodzaakt worden tot het berekenen van on
gemotiveerde prijzen, waarvan dus de cliënteele,
zoowel de gemeentebesturen als de'particulie
ren de dupe zouden worden. Organiseeren is
van dezen tijd en kan veel nut stichten maar
men kan ook alles overdrijven en men vceet
al wat te ver gaat deugt niet.
Van Ged. Staten is bericht ingekomen, dat
zij goedkeuring onthielden aan een raadsbe
sluit tot wijziging der begrooting voor 1916,
dat strekte om een te laat ingekomen vordering
over 1915 te voldoen. Minder aangenaam
voor hem, die dat bedrag 7an f92,96 als
suppletie voor ongevallenverzekering moet
missen.
O. m. is ingekomen de begrooting der ge
meentebrandweer, die in ontvangsten en uit
gaven is geraamd op f960. Er wordt opge
rekend om 150 meter nieuwe persslang aan
te schaffen, waarvoor f300 noodig is.
Toen kregen we te hooren de officiëele ken
nisgeving, van de kommandant in Oostelijk
Zeeuw3ch-Vlannderen, kapitein YV. Filet, dat
militaire belangen niet gedoogen, dat thans
alhier een kermis plaats heeft. De Raad nam
het voor kennisgeving aan, zonder er iets
over te zeggen. Misschien dacht men, dat
't toch boter aan de galg gesmeerd is, maar
over dat «militair* belang zou te redeneeren
vallen. Onze militaire toestand was hier plaat
selijk over 2 jaar heel anders dan thans, en
toen was er geen bezwaar bij de militaire
autoriteiten. De Kommandant die het een paar
weken geleden te vertellen had zag, naar hjj
in een gesprek met raadsleden mededeelde,
er ook geen bezwaar in uit militair oogpunt.
De inmiddels van verlof teruggekomen kom
mandant acht dat militair bezwaar wel aan
wezig. Dat is dus, wat militairen betreft, reeds
2 tegen 1. Maar toevallig is nu die ééne
op het oogenblik «de baas*.
Ingekomen was ook de gemeenterekening.
De ontvangsten hebben bedragen f 186.925,05,
de uitgaven f 161.499,04'/2, het goed slot
f 18.426,00'/2. Zoo oppervlakkig zou men
denken, dat het- er bij ons »aanzit«, maar
het saldo geeft geen juisten toestand weer,
daar dit voorspruit uit het niet uitvoeren van
geraamd werk, dat nu in de rekening van het
thans loopende jaar zal komen.
We hebben ook onderzocht de geloofsbrieven
der herkozen raadsleden dhrn. Visser, Eijke en
Waalkes, en het gekozen lid dhr. H. J. van
den Ouden, deze goedbevonden en tot hunne
toelating besloten.
Een verzoek van J. van Luik, die betoogt, dat hjj
ten onrechte enkele weken werd gestraft met
inhouding van regèeringsvarkens, en vergoeding
verzoekt van de daardoor geleden schade, werd
nog aangehouden, daar de commissie van
bijstand voor het levensmiddelenbedrijf nog
eenige inlichtingen wenscht in te winnen.
Afgewezen werd het verzoek van A. Huine-
man en anderen, die schadevergoeding vragen
voor het nadeel dat zij ondervonden tengevolge
van de overstroomingen die voor eenigen tijd
de Vlooswijkstraat en andere straten onder
water zetten en het water in huizen deed stoo-
men. Adressanten stellen het gem. bestuur
daarvoor verantwoordelijk, daar de toestand
der riolen die niet voldoende zouden zijn
onderhouden oorzaak was, dat het neer-
strooinende regenwater niet voldoende werd
geloosd.
Het resultaat van de behandeling van dit
adres, waarvan ook een exemplaar aan Ged.
Staten is gezonden, die aan het gem. Bestuur
daarover advies vragen, was, dat B. en W.
van oordeel zijn, dat hun college of de gemeente
voor het gebeurde niet verantwoordelijk zijn,
in dien zin, dat de gemeente aansprakelijk zou
zijn voor de geleden schade.
Men gelieve hier goed te letten «in dien
zin*. Het gemeentebestuur is niet verantwoor
delijk voor schadevergoeding. Dat het ge
meentebestuur ook niet veiantwoordeljjk is
voor «het gebeurde« hebben nu in antwoord
op de*door dhr. Nolson en anderen gestelde
vragen niet meer zoo pertinent hooren bewe
ren. Dat gaat ook moeilijk meer, sedert men
door den aandrang uit de gelederen der bur-
gerjj, gedragen tot in de raadzitting door en-
