Van het Oostelijk oorlogstooneel.
Yan het Italiaansch-Oostenrjjksche
gevechtsterrein.
Op Zee
UIT ONZE OMGEVING.
WEENEN, 27 Joli. (Wolff.) Officieel Ten
Westen san Beresteczko hebben wij een nach
telijken aanval afgeslagen.
Herhaalde hevige aanvallen die de vijand
gistermiddag tusschen Radziwilow en de Styr
ondernam zijn onder zware verliezen mislukt.
Aan weerzijden van den weg naar Leszniow
hebben de Russen hun pogingen ook gister
nacht voortgezet. Zjj zijn na verbitterden strijd
teruggedreven en hebben 1000 gevangenen in
onze banden gelaten.
Ten Noorden van den Prislop zadel zijn
onze troepen den opmarsch begonnen. Zij zijn
over de Czasny Czeremosz getrokken en afdee-
lingen van hen hebben de hoogten aan den
overkant der rivier genomen en er tegenaan
vallen van den vijand afgeslagen.
ST. PETERSBURG, 27 Juli. (P. T. A.)
Offiiceel bericht van vanmiddag
Vannacht hebben vijandelijke troepen, ter
sterkte van ongeveer een compagnie, in het
vak ten zuiden van het Woltsjion-meer (ten
noorden van het Miadziolmeer) een aanval ge
daan, dien wij hebben algeslagen.
In de streek van Laboesy, ten Z.O. van Ba-
ranowitsji geschutvuur en onmoetingen tusschen
voorposten.
Een vjjandelijke troep, van 50 tot 60 man
sterk, heeft vannacht getracht ons in de streek
van Berezno (12 werst ten Z.O. van het meer
van Wygonow) aan te vallen, doch is door
ons vuur teruggedreven.
In de streek van de rivier Sloniowka, zijn
aan de rivier Soldoerowka gevechten gaande
om het bezit van de overgangen. Onze troepen
zjjn er op vele punten vooruitgekomen.
Volgens nadere opgaven is het totale aan
tal krijgsgevangenen in de gevechten van eer
gisteren door ons gemaakt, gestegen tot 128
officieren en 6250 soldaten de buit tot 5 ka
nonnen en 22 machinegeweren.
WEENEN, 27 Juli. (Wolff.). OfficieelOp
het front ten zuiden van het Sugana-dal is
het ook gisteren rustig gebleven, doch bij
Paneveggio is weer verwoed gevochten. Van
7 uur 's ochtends af stonden de stellingen
onzer troepen op de hoogten ten Z.W. der
plaats onder uiterst hevig zwaar geschutvuur,
's Middags volgde in dit vak een sterke vijan
delijke aanval, die tegen 2 uur 's middags
onder zware verliezen voor de Italianen vol
komen was afgeslagen. Hierop begon het ge
schutvuur opnieuw en 's namiddags 6 uur
ging de vijand met versche troepen opnieuw
tot den aanval over. In een verbitterd hand
gemeen werd hij weer geheel teruggeslagen.
Om elf uur 's avonds is nogmaals een aanval
mislukt. Onze dappere troepen zijn in het
bezit van al hun stellingen gebleven.
Op de hoogten ten Noorden van Paneveg
gio zijn gisteren den geheelen dag geschut-
gevechten geleverd.
Op hst front in Karinthië en aan de Isonzo
was de gevechtsactie hier en daar levendiger
dan gewoonlijk.
ROME, 27 Juli. (Stefani). Officieel: Gisteren
heeft de vijandelijke artillerie op verscheidene
gedeelten van het front hardnekkig eeu ver
nielend vuur gericht op bewoonde plaatsen.
Zoo zjjn enkele plaatsen in het bekken van
Asiago, in de hooge dalen van Boite en Degano
en in de vlakte van de beneden-Isonzo gebom
bardeerd. De schade is gering onder de be
volking zijn eenige slachtoffers gevallen.
In Vallarsa en aan den kop van het Posina-
dal hebben wij gisternacht vijandeljjke aanvals-
pogingen tegen onze stellingen op de rechter
oever van de Eeno en op de hellingen van den
Corno del Coston afgeslagen.
Op het plateau van Tonezza biedt de vijand,
sterk verschanst in een boscb ten noorden van
den Monte Cimone hardnekkig tegenstand tegen
onzen opmarsch. Toch hebben onze troepen
ook gisteren eenige vorderingen gemaakt.
In het Traxignolo-dal heeft de vijand de
stellingen, onlangs door ons vermeesterd, be
schoten.
Op de rest van het front is de toestand on
veranderd gebleven.
Netten verloren.
Een berichtgever te lJmuiden seint:
Schipper Zwemmer, van den stoomkorder
lJmuiden 98, Fronn, rapporteert, dat hij op
ongeveer 56 graden Noorderbreedte visschende
was, met het bakboordsvischtuig bleef vast
zitten achter de periscoop van een duikboot,
welke geheel onder water was. De korder
stopte onmiddellijk, teneinde de netten te klaren.
Onderwijl was de duikboot, welke van Britsche
■nationaliteit bleek te zijn, bovengekomen, waar
de opvarenden der duikboot onmiddellijk visch-
lijnen kapten om weer vrij te komen. De netten
en borden gingen hierbij geheel verloren en
de korder moest naar hior terugkeeren.
Zonder eenige opheldering te geven ver
dween de duikboot weer.
Een gevecht tusschen trawlers
en duikbooten.
IJMUIDEN, 27 Juli. (Telegraaf). Omtrent
het treffen tusschen drie Engelsche bewapende
stoomtrawlers en vier Duitsche onderzeebooten,
vernemen we nog van een Katwijker haring-
logger, die de schermutseling heeft bijgewoond,
het volgende
We waren op ongeveer 57 gr. 6 min. N.B.
en 1 gr. 25 min. O.L. visschende. Uit bet
N.-W. zagen we drie Engelsche stoomtrawlers
naderen, die in Zuidelijke richting stoomden.
Noord-Oostelijk van ons kwam een onderzee
boot zachtjes opstoomen, die Westelijk aan
hield. De duikboot schijnt op den loer gelegen
te hebben en zich schuil te hebben gehouden
achter achter ons en enkele andera visschers-
vaartuigen. De Eogelsche trawlers, die ons
rakelings passeerden, schenen dan ook de on
derzeeboot niet te merken. Van de drie trawl-
lers merkten we op, dat één een installatie
voor draadlooze telegrafie aan boord had van
een andere zagen we naam en merken n.l.
»Nelly Mullens* A. D. 69, Aberdeen. De
trawler, van draadlooze telegrafie voorzien,
blijkbaar het commandoschip, had, de Engel
sche vlag in den voortop. (Dit is wel een bij
zondere vermelding, waar Duitsche duikboot
commandanten bij hun aanval op Nederlandsche
visschersschepen beweren, dat ook de Engelsche
visschersschepen de Hollandsche vlag voeren).
Een kort gevecht ontstond tusschen de trawlers
en den onderzeeboot. Van beide kanten werd
levendig geschoten. Voor nog eenig resultaat
behaald was, kwamen drie andere duikbooten
zich in het gevecht mengpn. Hun aanval was
in hoofdzaak gericht op den trawler met de
draadlooze telegrafie, die dan ook kort daarop
getroffen werd. Deze gaf een sein op de
stoomfluit, waarop de drie trawlers van koers
veranderden en in plaats van Oosteljjk naar
het Westen trachten te komen. Zij werden
achtervolgd door d8 4 duikbooten. Des avonds
te half acht werd de A. D. 60 tot zinken
gebracht. Van dezen trawler werden elf der
opvarenden, waaronder twee gewond, overge
nomen door een zich in de nabijheid bevin
denden Scheveuinger logger. De Zuidelijkste
duikboot gaf daarop de A. D. 69 den gena-
destoot en de drie andere duikbooten achter
volgden de twee vluchtende stoomtrawlers.
Wat daarvan het gevolg is geweest, weten
we niet.
Des avonds te 9 uur kwamen de drie duik
booten weer in ons zicht, koersende N.O.,
terwijl de vierde ons passeerde in Zuidelijke
richting.
Dit treffen heeft plaats gehad Dinsdag 11
Juli, tusschen zes en negen uur 's avonds.
De raadszitting op j.l Donderdag was
niet druk bezocht4 leden waren afwezig,
dhr. Donze wegens ziekte, dhrn. Lensen en
Van Hasselt waren uitstedig en dhr. Waalkes
verhinderd't was wel jammer, in verband
met de agenda, waarop een inderdaad belang
rijk punt voorkwamde volkshuisvesting.
Alvorens het hierover ging, hoorden we eerst
de mededeeling van ingekomen stukken, waar
uit we alleen aanstippen dat was ingekomen
een schrijven van den heer Wieberdink, hoofd
der M. U. L. O. school, dat hij in verband
met het groote aantal leerlingen in alle klas
sen zijner school, de inrichting van parallel
klassen noodig acht, en in verband met de
nieuwe wet op het M. U. L. O. ook invoering
van het leervak beginselen der handelskennis
in overweging geeft, een en ander gepaard
met uitbreiding van personeel. Over dit schrij
ven zullen B. en W. zich eerst eens beraden
en het zal in handen der betrokken autori
teiten worden gesteld. Dat het hoofd der
school eerst thans pas tot de ontdekking
komt, dat parallelklassen noodig zijn voor de
voor dat onderwijs overvolle klassen, is wel
jammer, misschien zouden, bij tydige invoe
ring, sommige uitkomsten ten opzichte der
leerlingen dit jaar wel eenigermate anders
geweest zijn.
Nadat vroeger vele pogingen om op eeniger-
leiwjjze over den brandgang achter hetNieu-
wediep en de Djjkstraat te mogen beschikken
zjjn afgewezen, is er thans weer een verzoek
om een deel te mogen gebruiken, de heer
Wieckhorst wil er een schietbaan maken.
B. en W. zullen hierover eerst eens hun licht
laten schijnen. Hetzelfde zullen ze ook doen over
een adres van den heer H. Hartog, die zich be
klaagt, wegens eene kwestie over een electrische
installatie met den administrateur der elec
trische centrale (nou, hij is toch de eerste
niet wien dat overkomt,) en tussehenkomst
der gemeente vraagtB. en W. zullen alvo
rens hierover hun licht te ontsteken, dien
administrateur verzoeken er zijn electrische
stralen over uit te storten.
Uit de aangeboden rekening over 1915 zou
kunnen blijken, dat we erg voordeelig geboerd
hebben in dat jaar, het begint als 't ware
op oorlogswinst te gelijken er is niet minder
dan ruim f 35000 overschotAls het nader
bekeken wordt, ontdekken we echter, dat dit
bedrag fictief is en alleen ontstaan door het
binnenkomen van buitengewone inkomsten,
leening voor het in orde maken van het bouw
terrein bij de H. B. S. en verkoop van bouw
grond, terwijl daarentegen slechts een gering
bedrag van de kosten van aanleg zijn betaald.
Het werkelijk goed slot beloopt pl. m. ƒ1100.
Dhr. Nolson vroeg verschillende inlichtingen
o.m. ook over den verkoop van fmcalien, die
blijkens mededeeling van den voorzitter nu
meestal moeten worden uitgestort, en gaf in
overweging een poging aan te wenden, die,
nu ze niet naar België kunnen, zoo mogelijk
naar Walcheren te verkoopen.
Thans werd definitief met algemeene stem
men tot leerares in de Duitsche taal aan de
H. B. 8. benoemd mej. W. H. J. Bongers,
sedert een jaar tijdelijk, terwijl tevens aan
B. en W. machtiging werd verleend den di
recteur der H. B. S Dr. Ten Bruggencate,
uit te noodigen voor het jaar 1916/17 het
vak aardrijkskunde te onderwijzen en daarvoor
eene vergoeding toe te kennen van 250,
hetzelfde bedrag dat dhr. Wieberdink (die in
middels de akte middelbaar onderwijs nog
niet behaalde) gedurende 2 jaren heeft ont
vangen.
Aan dhr. P. J. Visser, hotelhouder alhier
werd een perceel bouwgrond verkocht, op de
Markt, ter grootte van 8 meter bij 17 meter
diepte, naast dhr. W. Bedet. De kooper mag
daar een autogaragè maken, maar moet de
verdieping tot woning inrichten. Hij moet
10 per M2. betalen, benevens 15 voor een
halven muur, waarop gebouwd kan worden.
Dhr. D. Scheele achtte dat 40 voor dien
muur nog een koopje was, doch er werd door
dhr. Nolson berekend dat dhr. Bedet vroeger
ook 15 voor zijn halven muur had betaald,
hij vondgelijke monikken gelijke kappen,
en het betoog van dhrn. De Jager en Scheele
dat de grond die Bedet destijds verkreeg geen
10 per M2 waard was en hij dus voor den
muur meer had betaald, had bij de meerder
heid geen ingang
In de plaatsen open komende door aftreding
der heeren J. de Feijter Jacz. en A. H. Donze
werden als zetters der belastingen op de aan
beveling geplaatst de heeren J. de Feijter Jacz.
en A. Moggré en als tweede candidaten de
heeren Jac. de Bruijne Mz. en Adr. Kooman.
Nadat een voorstel tot wijziging der be
grooting naar aanleiding eener opmerking van
Ged. Staten gewijzigd, aan de orde was geweest
en eenige discussie had uitgelokt, tusschen
dhr. D. Scheele en den voorz., in verband met
het bedrag dat de eerste wilde bestemmen voor
aflossing, terwijl de tweede op onvoorziene
uitgaven een ruim bedrag noodig acht voor
tegenvallers van den hoofdelijken omslag in
verband met mogelijke reclames, en waarbij
het voorstel van B. W. werd aangenomen,
kwam de volkshuisvesting aan de beurt. Zoo
als uit enkele uitlatingen merkbaar was en
ook wel bleek uit de wetenschap die de leden
hadden, en die ze niet konden halen uit het
geen hieromtrent nu ter tafel was gebracht,
is deze zaak reeds meermalen in de besloten
vergaderingen van den raad geweest. Ondanks
dit, leek het nog niet geheel in orde, waren
de leden blijkbaar nog niet voldoende ingelicht.
B. en W. stelden thans alleen voor, uit te
spreken de noodzakelijkheid der onteigening
van grond van het Domein in de buurt Java,
ten behoeve der bouwvereeniging Werkmans-
belang, om daarop te stichten volkswoningen.
Dhr. Nolson is wel voor bouwen, maar
meent, dat het ingediende plan, wat de kosten
betreft, nog wel eens mag worden bekeken
het moet toch financiëel zonder nadeel voor
de gemeente uitvoerbaar zijn. Dhr. Van Nes
is van hetzelfde gevoelen. De Voorz. verde
digde het voorstel krachtig en verduidelijkte,
dat, indien de raad dit niet wilde, hij alleen
de noodzakelijkheid van onteigening behoefde
uit te spreken, dan kon met de uitvoering
worden begonnen, dan kon de vereeniging zelfs
een aanbesteding houden en als dan de wer
kelijke kosten bekend zouden zijn, kon de Raad
nog zeggen, we willen medewerken aan het
verkrijgen van een voorschot of we doen het
niet omdat de kosten te hoog zijn. Bij her
haling wees hjj er op, dat de Raad zich, als
hij dit voorbehoud maakte, thans noch wette
lijk, noch moreel, tot iets verbond.
Het voorstel ondervond ernstige bestrijding
van den wethouder Deesdeze achtte de
tijden te abnormaal om tot zoo iets over te
gaan sprak de Raad de onteigening uit, dan
zou ook moeten worden voortgegaan, het
bouwen is nu zeer duur, de huur zou dus
ook hoog moeten zijn, bij terugkeer van nor
male tijden zouden die dure woningen leeg
komen en de gemeente zou moeten bijpassen
aan de terugbetaling van kapitaal en rente
als de vereeniging niet bij machte ia, wat hij
voorziet dat het geval worden zal. Hij achtte
het ook verkeerd grond van het Rijk te vra
gen, terwijl de gemeente zelf grond voor
bouwterrein liggen heeft, dat dan niet voor
werkmanswoningen zal worden gevraagd en
in waarde verminderen. Dhr. Visser wees
er, wat dit laatste betreft op, dat de gemeente
voor dien grond f 4 vraagt, terwijl de grond
die het domein aanbiedt slechts op f 2 komt
met bestrating enz. kant en klaar. Dhr. De
Bruijne acht eigenlijk niet noodig dat de ge
meente tusschenbeide komtvroeger is steeds
door particulieren in woningbouw voorzien,
dat zal nog wel zoo blijven. Dhr. D. Scheele
is van meening, dat de gemeente in de toe
komst wel tusschenbeide zal moeten komen,
maar acht de tijden nu niet gunstighij wil
't nog maar wat op z'n beloop laten. Dhr.
Eijke wijst op het gebrek aan woningen, dat
er onbewoonbaarverklaard zijn en nog meer
zullen volgen en dat die menschen toch ergens
heen moeten. De Voorz. mocht al doen uit
komen dat eigenlijk het thans te nemen voor
stel nog tot niets bond, een brief voorlezen
van den inspecteur van de volksgezondheid,
waarin deze ook ongeveer het zelfde zeide
en betoogde dat de Raad thans nog niet over
den financieelen stap behoefde te beslissen,
doch dat het beter was een afwijzende uit
spraak te doen, indien men de zaak zelf niet
wilde, want dat er dan niet verder te rede-,
neeren viel, nu niet en ook later niet, dhr.
Nolson mocht ook al aandringen op aanneming
van het thans gedaan voorstel, opdat men dan
later verder kon zien het hielp niet, dhr.
Dees bleef een fel bestrijder, om den eersten
stap thans te doen, volhoudende dat, als men
nu A zeide, het B zeggen niet kon uitblijven
daar men als vaststaand weet, dat de grond
alleen wordt afgestaan, om daarop volkswo
ningen te stichten, en in dat B zeggen ziet
hij thans bezwaar.
Het voorstel werd na eene zeer langdurige
discussie verworpen met 5 tegen 4 stemmen,
wat o i. wel jammer mag genoemd worden,
daar men bij aanneming eerst goed de gele
genheid zou hebben gehad, de kat uit den
boom te kijken. Een zoodanig aanbod van
goedkoope bouwgrond in een terrein met goede
omgeving' voor het bouwen van volkswonin
gen zal niet licht terugkeeren. Misschien
vindt men in de groóte absentie in den Raad
nog wel aanleiding op de zaak terug te ko
men. Er zal voor het groote publiek ook
wel meer licht over de zaak opgaan ver
moedelijk krijgt men er een anderen kijk op
en komt er nog wel een stroom ten goede,
waar \fie nu wel over het algemeen in een
verkeerde bedding loopt. Mogelijk ook, kan
de vereeniging de plannen nog wel wat her
zien, en tot een goedkooper bouwplan komen,
terwijl bovendien de mogelijkheid niet uitge
sloten is, dat het rijk nog maatregelen neemt,
voor het verleenen van buitengewonen steun,
in deze tijden van duurte der bouwmaterialen.
Voor stemden dhrn. Visser, Eijke, Van Nes
en Nolson, tegen dhrn. Dees, De Jager, R.
Scheele, De Bruijne en D. Scheele.
Na korte bespreking werd aan de in den
volksmond reeds genoemde Schelde-boulevard
den naam Scheldekade gegeven (dhr. Nolson
meende dat Scheldedijk beter was, terwijl dhr.
De Jager, gesteund door dhr. Eijke met
dien boulevard den naam van wijlen burge
meester Geill wilde eeren en in herinnering
houden, waarop echter niet werd ingegaan)
en aan den nieuwen toegangsweg naar Axel
den naam van Axelsche straat (B. en W.
hadden voorgesteld Brugstraat, doch de Raad
maakte in deze met meerderheid van stemmen
uit, dat hij nu ook eens z'n zin wou hebben.)
Toen kwam de omvraag en daarmede een
discussie over den nieuwen koers die blijkbaar
is ingeslagen, voor wat betreft watervoorzie
ning van wege de gemeente door middel van
welputten, blijkende uit het maken van zoo'n
welput in een nog niet bewoond gedeelte der
stad, n.l. op het terrein achter de H. B. S.
Dat die put daar gemaakt werd juist bij het
terrein waarop door twee ambtenaren der ge
meente gebouwd wordt, die geen welput hebben
laten maken, terwijl de andere bouwers aldaar
allen een eigen welput hebben, heeft tot booze
vermoedens, omtrent bevoorrechting aanleiding
gegeven, nog te meer, omdat nimmer van ge
meentewege op de7,e wijze is gehandeld en ook
vooraf niet bekend was, dat het maken van
zoodanigen put op het plan voorkwam.
Dhr. Nolson vroeg inlichtingen en meerdere
leden gaven hunne bevreemding te kennen.
De Voorz. gaf gaarne inlichtingen en stelde
er prjjs op te verklaren, dat er geen vuiltje
aan de lueht was B. en W. hebben last ge
geven den welput te maken, dien zij daar noodig
achtendat die put juist komt ter plaatse
waar 2 gemeenteambtenaren bouwen, is louter
toeval. Dhr. Dees stelde er prijs op het nog
sterker uit te drukken, door mede te deelen
dat de betrokken ambtenaren in de vergade
ring van B. en W. juist zelf bezwaar hadden
gemaakt dien put daar nu te maken, omdat
dit den schjjn zou geven, alsof dit voor heni