Vrijzinnig Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
prijsopgaaf
Wat de Raad deed-
Jn den RijHsdag.
Van het Westelijk oorlogstconeel.
Op het Zuidoostelijk oorlogstooneel
No. 2633.
Zaterdag 18 December 1915.
26e Jaargang
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 76 eent voor binnen en buiten Ter Neuzen.
Voor België 95 eent by Tooruitbetaling.
Abonnementen worden aangenomen bij alle
Boekbandelaren, Brievengaarders en den Uitgever,
3
Telef. Intern, No 15.
ADVERTENTIEPRIJS:
Van 1 tot en met 6 regels 60 eent; elke regel meer
10 cent. By abonnement aanmerkelyk ver
minderd tarief. Grootere letters naar plaatsruimte-
Redactie-adres: Noordstraat 10, Ter Neuzen
Deze Courant verschynt elkep Woensdag- en Zaterdagmorgen by den Uitgever M. DE JONGE, te Ter Neuzeo.
Het Gemeentebestuur van TER
NEUZEN, vraagt voor den 21 De
cember 1915,
voor liet afbreken eu opruimen
van het Kruitmagazijiitje in den
afgegraven Vestingwal achter de
II. B. School.
Inlichtingen te bekomen bij den Gemeen
te-bouwmeester.
Er heerschte in onze plaats groote belang
stelling voor wat onze vroede vaderen zouden
besluiten om tot uitvoering der geruchtmaken
de motieVan Hasselt te komen.
Men begreep wel, dat onze mannen pal
zouden staan, maar geheel gerust op den
afloop was men niet.
Donderdag was het raad. Allen waren
aanwezig (de heer Donze kan niet wegens
ziekte), zoodat het dozjjn vol was.
Nadat eene bepaling over afmetingen van
verlofslokalen d w. z. van geheel nieuw te
bouwen inrichtingen, waarvan nog atwjjking
mogelijk is, was aangenomen, kwam het voor
stel van het D. B. om eene commissie uit
den Raad te benoemen teneinde eene veror
dening te ontwerpen iD den geest der motie
Van Hasselt. Want het D. B. gaf liever dat
werkje uit handen. Drie leden vormen dit
college en men kon drie meeningen onder
scheiden. Het was met rechtzooveel hoofden,
zooveel zinnen.
De heer Visser wilde heelemaal niet aan
zoo'n verordening medewerken.
Geen wonder voor iemand, die ongeveer
30 jaren in onzen Raad zetelt en den geest
van Ter Neuzen kent en weet te waardeeren
als weinigen.
Voor hem vooral is het een hard gelag
geweest de motie te zien aannemen. Juist,
omdat ze voortkwam uit het eigen kamp.
De dag van Donderdag bracht evenwel ver
ademing.
De heer Ejjke meende, dat het maar het
best was geene commissie te benoemen en de
geheele motie maar op zij te zetten. Hij
vond onmiddellijk steun.
Bijna iedereen besefte wel, dat verkorting
van openingsuren voor de café's in eene plaat^
als Ter Neuzen eene absurditeit was.
De heer Lensen steunde het voorstel, daar
hij niet wilde tornen aan het gezag van den
burgemeester.
En zelfs de heer de Jager, die nog een
woord vond om de goede bedoeling van den
heer Van Hasselt te waardeeren, bleek van
idee veranderd en wenschte des burgemeeters
macht niet te beperken. Hjj vond, dat men
met [het practische leven rekening had te
houden.
De heer Van Nes was tot het besef geko
men, dat met uitvoering van zoo'n molie hij
geen stap nader kwam tot zijn ideaal.
Nog eene zwakke verdediging waagde de
heer Van Hasselt tot behoud van zijn nog
zoo jeugdig geesteskind.
Hjj vond het geen hoog standpunt van den
Raad om op het gevallen besluit terug te
komen. Hij zeide ook nog, dat hjj geene
verkeersbelemmering bedoelde.
Maar het bleef bij eene zwakke poging.
De geestdrift in woord en blik was verdwenen.
De kampioen van Driewegen snelde even
wel de heer Van Hasselt te hulp. Deze ver
keerde onder den indruk van den vrjjschutter
te Hulst. Jammer, dat hij niet beter met
deze zaak op de hoogte was, anders had hjj
dezen wildeman de eer niet aangedaan, hem
in Neuzens raadzaal te leiden.
Het einde was, dat de motie bezweek.
Niet minder dan 9 bleken er thans tegen
n. 1. 6 liberalen en de h.h. Dees, R. Scbeele
en De Jager.
Een drietal stond daar vereenzaamd met
starre oogen de verdwjjnende motie te volgen.
Het was de ridder met zjjn beide schild
knapen, dhr. Van Hasselt met D. Scheele en
J. de Brujjne.
Het verheugt ons, dat de motie thans is
afgewezen. Het zal zeer velen in onze plaats
tevreden stemmen, dat de eischen van het
practische leven ten laatste door zoo velen
werden begrepen.
1 och zal nog lang de schaduw der inge
diende motie over de vrjjzinnigheid onzer goede
plaats bljjven hangen.
Een woord van dank aan hen, die van den
beginne dit pogen tegen stonden.
En tevens onze waardeering aan hen, die
door geene valsche schaamte zich lieten weer
houden een standpunt te verlaten, datondeugde-
ljjk was gebleken.
Drie maal is scheepsrecht en de derde keer
was hier de goede keer.
De Rjjksdag in ®Duitschland is weder bjjeen
geweest. Von BethmanHolweg heeft zjjne
redevoering gehouden.
Als immer bevatte deze veel groote woorden,
maar een duideljjk beeld van den toestand
krjjgt men niet. Alles was even vaag.
Zooals in vroegeie redevoeringen ook thans
weer de bewering, dat Duitschland aangevallen
was, terwijl toch ieder weet, dat het land zelf
den oorlog verklaarde.
Toch was deze zitting merkwaardiger dan
de vorige.
Dr. Liebknecht, de eerste socialistische af
gevaardigde, die tot andere gedachten kwam,
toen hjj eene reis door België had gemaakt
en met eigen oogen had gezien, heeft eenige
vragen gesteld.
L)eze zjjn door den rijkskanselier heelemaal
niet of dubbelzinnig beantwoord.
De vraag van Liebknecht of de rijkskanse
lier nog andere stukken had mede te deelen
dan de reeds gepubliceerde om Duitschlands
goed recht te staven, wjjst er op, dat niet
alleen de bewoners van neutrale landen de
reeds aangevoerde motieven onvoldoende vinden.
De vragen omtrent vredespogingen of ver
overingsplannen vonden geen goed onthaal.
Geen enkele der vragen van Liebknecht ont
lokte aan den rjjkskanselier een bevredigend
antwoord.
1 bans staat Liebknecht niet meer alleen.
Niet minder dan 31 sociaal-democratische
leden kunnen zich niet vereeniger. met de uit
eenzetting van den rijkskanselier.
Ook in Oostenrijk werden der regeering
door eenige leden onaangename vragen gesteld.
Het schijnt, dat men in beide landen gaat
begrjjpen, dat er iets hapert aan de vroegere
verklaringen door de regeeringen dezer staten
afgelegd.
Dat geett hoop, dat misschien in afzien-
baren tijd in die landen de waarheid zich baan
zal breken.
Voor de neutralen, die van alle kanten het
standpunt konden bezien, is de verdediging
der centralen nooit sterk geweest.
Voorzoover de officieele stukken en uitla
tingen op het oogenblik bekend zjjn, staat Sir
E. Grey nog steeds het sterkst.
I och tracht iedere regeering de verantwoor
delijkheid voor dezen gruweljjken, onmensche-
lijken krjjg van zich af te schudden.
Maar niet ieder kan dit even gemakkelijk.
De debatten in den Duitschen Rijksdag zijn
voor den onbevooroordeelden lezer in dat op
zicht zeer leerzaam geweest.
DE OORLOG.
De algemeene toestand.
Een belangrijk bericht komt uit Londen
de vervanging van Sir John French als opperbe
velhebber van het Engelsche leger in Frankrgk
en Vlaanderen door generaal Sir Douglas Haig.
I' rench wordt op eigen verzoek ontheven
van zjjn functie en benoemd tot veldmaar-
en commandant van de troepen in het Ver-
eenigd Koninkrijk.
De Koning verhief hem tot viscont.
Welke gevolgen deze wjjzigiging in het
opperbevel over de legers in Frankrjjk voor
het verdere verloop van den toestand daar zal
hebben, moet de tijd leeren. Sir Douglas
Haig, die tot dusver in ondergeschikt commando
zeer werd geprezen, is een der jongste actieve
generaals van het Engelsche leger.
De berichten van de oorlogsterreinen big ven
schaarsch.
Zelfs die uit Servië spreken van een be
trekkelijke stagnatie, nu de geallieerden uit
Macedonië op Griekscb groudgebied zjjn te-
ruë§e?aan en nog niet weet, welke plannen
de centrale mogendheden hebben. Volgens de
jongste berichten waren nog geen Bulgaarsche,
Oostenrijksche of Duitsche troepen op Grieksch
gebied verschenen.
En uit Athene verneemt de Daily Chro
nicle*, dat een stilzwjjgende overeenkomst
schjjnt te zjjn gemaakt, om geen vjjandelijk-
heden te beginnen voor de volgende week,
omdat Zondag in Griekenland de algemeene
verkiezingen moeten plaats hebben voor de
nieuwe Kamer, en men deze niet wil verstoren.
Slechts in het Montenegrijnsche gebied zjjn
enkele gevechten geleverd, waarvan de Oosten-
rjjksche berichten melden, dat zjj geleid hebben
tot een Oostenrijksche overwinning.
De troepen van von Kövess dreven de Mon-
tenegrjjnen, in wier gelederen ook Mohamme
danen en Albaneezen vochten, terug en maakten
een aantal gevangenen.
Wat van de Russische plannen, om in
Roemenië te vallen en dan naar Bulgarjje te
trekken moet worden verwacht, wordt steeds
minder duideljjk. Vooral wanneer het bericht
bevestigd wordt, dat de Russische troepen, die
in Bessarabië waren opgesteld, worden terug
getrokken, om op andere plaatsen te worden
gebruikt. Naar luid der berichten zou een
Russisch leger bij Ismaïla en Reni zjjn bjj-
eengetrokken, twee plaatsen in Bessarabië aan
den Donau gelegen, met de bedoeling om
tegen de Bulgaren op te rukken, ter onder
steuning van de Serviërs. Slechts door het
neutrale Roemeensche gebied, ot over den
Donau konden deze Russische troepen naar
Bulgarjje of naar Servië worden vervoerd. De
Roemeensche regeering schijnt niet voorne
mens na de ondervinding die zjj eenmaal,
in 187(3, met den doortocht van Russische
troepen over haar grondgebied heeft opge
daan dezen troepen toe te staan over Roe-
meensch gebied te trekkenzjj sloot den
iioemoenschen Donau af, door het leggen van
mjjnen, om Russische troepentransporten over
de rivier te beletten.
Daardoor waren de Russische legers in
Bessarabië vrijwel nutteloos geworden, als
Ruslaud er niet toe wilde overgaan, zich met
geweld een weg door Roemenië te banen. En
het bericht, dat die troepen naar elders worden
vervoerd, heeft daardoor wel eenige waarscbjjn-
ljjkheid.
Uit het etappengebied.
Uit Gent komt bericht van de volgende
bekendmakingen
Allen, die katoen in voorraad hebben
(fabrieken, spinnerijen, inrichtingen om te
twjjnen, weverijen, ververgen, bleekerjjen, ex
pediteurs, wagenverhuurders, eigenaars van
magazjjnen of pakhuizen, tusschenpersonen,
bedienden, particulieren en anderen) zjjn ver
plicht deze voorraden aan te geven, na er
soort voor soort een inventaris van te hebben
opgemaakt, met opgave van eigenaar en be
waarplaats, bjj de etappen kom mandantnur en
met name bjj de plaatselijke kommandanturen,
voor 15 December 1915.
De vjjf volgende soorten moeten onder
scheiden worden ruwe katoen, afval, draad,
inslag, atvaldraad.
Tegeljjkertjjd moet worden opgegeven of
de koopwaar in ruwen staat is, of wel wit
of gekleurd, voor de draden moet het nommer
worden aangeduid, Hg, die ualaat voorraden
aan te geven of onjuiste opgaven verstrekt,
zal gestraft worden met gevangenisstraf tot
een jaar of boete tot 20,000 mark, of beide
straffen te zaaien. Bovendien zullen de wa
ren, welke niet of onvolledig zijn aangegeven,
in beslag worden genomen. Hjj, die tegen
vroegere bevelen in zijn voorraden niet heeft
opgegeven, zal niet bestraft worden, wanneer
hjj aan het tegenwoordig bevel gevolg heeft.
Het is verboden van nu af aan katoendraad
te bewerken door verven, wasschen of voor
kramersgoed. Alle vergunningen, daartoe
gegeven, worden bjj deze ingetrokken. Over
treders worden met 5000 mark ten hooeste
beboet.
Hjj, die zonder vergunning van de etappen-
inspectie naar het gebied van het leger ver
voert of daarvandaan uitvoert katoen, wol,
vlas, jute, hennep, zjjde of draden en stoffen
daarmede gemaakt, krjjgt een boete van
10,000 mark. De goederen zullen in beslag
worden genomen.
De Turksche soldaat.
Een Amerikaansch oorlogscorrespondent,
William G. Shepherd, heeft, uit Saloniki, het
volgende gemeld over de krjjgsbedrjjven op
het Gallipoli-schiereiland
»De Turken vechten als fatsoenljjke lieden.
Dat wordt erkend door alle Britsche officieren
en soldaten, die ervaring hebben van het vechten
aan de Dardanellen en in Gallipoli. Het Brit
sche kamp te Saloniki bevat een groot aantal
lieden, die tegen de Turken in het veld zjjn
geweest in dezen oorlog, en met velen hunner
heb ik gesproken. Vandaag in de tent van
een Iersch regiment gezeten, hoorde ik de
lersche officieren de Turken prijzen. »De
Turken zijn verduivelde strjjders, maar zjj
vechten altjjd fatsoenljjke zeide een lersche
kapitein. »De Duitschers stonden nooit een
wapenstilstand toe voor het begraven van de
dooden en het wegbrengen van de gewonden,
maar de Turken hebben nooit geweigerd zoo'n
wapenstilstand toe te staan. Vechten tegen de
Turken beteekent altjjd hard, maar eerlijken
beschaafd vechten.*
»Op zekeren dag* zoo vertelde een andere
officier »plaatsten wjj zonder het te be
seffen, een van onze batterjjen te dicht bjj een
hospitaal. Dit kwam door een vergissing bjj
het bevelen. De Turken merkten dat het eerst
en seinden ons per heliograaf »Wg zullen
genoodzaakt zijn heel dicht bjj uw hospitaal
te schieten, indien gjj de batterjj niet uit de
buurt verwjjdert.
>NatuurIjjk« aldus ging de officier
voort zagen wij onze vergissing iD en
wjj seinden te-ug, dat wjj de batterjj zouden
verplaatsen, hetgeen ook geschiedde.*
»lk heb hen eens een merkwaardig ding
zien doen* zeide een derde officier. »Bjj
een wapenstilstand om den dooden te begraven
vingen wij een heliograafsein op, gesteld in
het I' ransch. Het luidde »Eer aan alle soldaten
schrik aan alle politici.* Een ander maal werd
een van onze officieren van gezondheid in het
been gewond hjj viel in het gezicht zoowel