Vrijzinnig Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen,
KlanHen uit it Verte
en
Van het Westelijk oorlogstooneel.
Yan het Oostelijk oorlogstooneel.
Op het Zuidoostelijk oorlogstooneel
No. 2627.
Zaterdag 27 November 1915
26e Jaargang.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 76 eent voor binnen en buiten Ter Neuzen.
Voor België 96 cent bij vooruitbetaling.
Abonnementen worden aangenomen by alle
Boekhandelaren, Brievengaarders en den Uitgever.
Telef. latere. No 15.
ADVERTENTIEPRIJS:
Van 1 tot en met 6 regels 60 cent; elke regel meer
10 cent. By abonnement aanmerkelijk ver
minderd tarief. Grootere letters naar plaatsruimte
Redactie-adres: Noordstraat 10, Ter Neuzen
Deze Courant verschynt eiken Woensdag- en Zaterdagmorgen by den Uitgever M DE JONGE, te T e r Neuzen.
Een goed werk heeft de heer Schaper
gedaan.
Voor eene afdeeling der S. D. A. P. te
Enschede optredend, heeft hjj zjjne toehoor
ders op de gevaren van het smokkelen ge
wezen en ze op het hart gedrukt in geen
geval hieraan mede te doen, al waren de
geldeljjke voordeelen nog zoo verleidelijk. De
spreker wees er op hoe naast de zedelijke
gevaren er ook het gevaar bij kwam voor onze
neutraliteit.
Bij het debat haalde een ambtenaar de
bekende zinsrede van den opperbevelhebber
aan Smokkelen is geen neutraliteitsschending.
De heer Schaper liet niet na deze publicatie
een fout te noemen.
Dit nu verheugt ons.
Want dit machtswoord moge formeel juist
zijn, in zjjne beteekenis en gevolgen is het
dat niet.
Velen hebben van die jwoorden misbruik
gemaakt. Ze begonnen |jhet smokkelen zelfs
als iets volkomen geoorloofds te beschouwen.
Thans is reeds in vele bladen op de zede
lijke gevaren van het smokkelen gewezen.
En eindeljjk, hoewel laat, beginnen ook velen,
als schadelijk gevolg het gevaar voor onze
neutraliteit in te zien.
De grove uitbreiding van den smokkelhan
del heeft onze regeering er thans toe gebracht
langs de Duitsche grenzen krachtiger maat
regelen er tegen te nemen.
Werkelijk geen dag te vroeg.
De Christelijke werkliedenvereeniging Pa
trimonium hield hare Algemeene vergadering.
De heer Smeenk hield eene rede .over het
onderwerp Wat de crisis ons leert.
Over het Koninklijk Nationaal Steuncomité
zeide spreker, dat het veel goeds had ver
richt.
Bij constateerde nadrukkelijk, dat de bij
dragen aan dit comité uit den landbouwstand,
die toch zulke zware winsten maakt, zeer klein
zijn.
Bij het debat meende de heer Huizinga,
burgemeester van Ter Neuzen, dat de boeren
niet zulke groote winsten maken, maar wel
de handelaren in landbouwproducten.
De heer Smeenk bewees in zjjn repliek
met eenige treffende voorbeelden den burge
meester van Ter Neuzen, dat de boeren wel
degelijk groote winsten maken.
En wie in onze landbouwstreek zal den
heer Smeenk geen gelijk geven
Burgemeester Huizinga was vooreen4bewoner
van Zeeuwsch-Vlaanderen wel wat te naïef'
hij het waardeeren van de winsten, die de
boeren verkrjjgen.
Onze streek biedt ook treffende gevallen
van kolossale verdiensten bjj de tboeren en
ook bjj eenige handelaars.
Zou hjj dit werkeljjk niet geweten hebben
Of vergastte hij zich aan het genot, dat de
illustraties van den heer Smeenk hem boden
In Hulst zijn de prijzen van varkensvleesch
enz. vastgesteld.
Natuurlijk lager dan in Ter Neuzen. Axel,
Zaamslag, Hulst, Westdorpe. ga, waar ge wilt,
overal lager.
Ter Neuzen weet de regeeringsvarkens prjj-
zig te houden.
In Ter Neuzen bljjven de maximumprijzen
het hoogst.
Eene twijfelachtige eer
»Ieder moet op zijne wjjze gelukkig wezen,
niet naar het model van een ander. Wilt gjj
een schoen hebben, die goed past. laat dan
aan uw eigen voet de maat nemen.
Dit zjjn woorden van een scheurkalender.
Ze worden ter overdenking aanbevolen aan
hen, die in onze gemeente eene verordening
moeten maken naar aanleiding van zekere
motie.
Dan blijft misschien aan Neuzens burgerjj
een engsluitend keurslijf bespaard.
DE OORLOG.
De algemeene toestand.
Wat nu in Servië gebeurt, roept de herin
nering op aan lang vervlogen tijden, toen even
eens om het bestaan van Servië werd ge
streden.
De strijd woedt thans op het Amse'veld,
Kossowo, Polje, het gebied waarin de rivieren
de Drin, de Wardar en d<> Morawa ontsprin
gen, een uitgestrekte, vruchtbare maar weinig
bebouwde vlakte, door ontoegankelijke bergen,
den Sar Planina, den Cicavica Planina, de Al-
banische Alpen en in het noordoosten den
Kopaonik Planina omgeven. Als belangrijkste
toegang tot deze vlakte geldt de Katsjanik-
pas, die in handen der Bulgaren is, en de
rivierdalen van de Lab en de Sitnica, die
door de Duitsche en Oosten rij ksche legers
zijn bezet.
Van de groote plaatsen, die in deze vlakte
gelegen zijn, liggen Djakova en Ipek in Mon
tenegro, is Pristina door de Duitsche troepen
bezet en is slechts Prizren nog in Servische
handen. De toegangen uit het Zuiden, bjj
Tetovo en Katsjanik, zjjn door de Bulgaren
afgesloten, die naar het oosten en noorden
door de Duitschers en Oostenrijkers, zoodat
nog slechts de wegen tot Montenegro, over
Djakova en die naar Albanië over Prizren
open staan voor de Servische legers, welke
reeds over de Sitnica werden teruggeslagen.
Op de hoogvlakte van Kossowo werd twee
maal een groote slag geleverd door de Ser
viërs. De eerste had plaats op 15 Juni 1839,
tusschen de Serviërs onder hun keizer Lazar,
tegen de Turken onder Moerad I. Hevig was
deze slag en met heldenmoed streden de Ser
viërs tegen hunne vijanden. De beide vorsten,
die persoonlijk hunne legers aanvoerden, Moe
rad 1 en Lazar, vielen in den strijd. En
deze slag besliste toen over het lot van Ser
vië, het werd een Turksch wingewest, met de
vrijheid van het eenmaal groote keizerrijk was
het toen gedaan.
De tweede slag op het Amselveld had plaats
in October 1448. Toen streden Turken en
Serviërs tezamen tegen de Hongaarsche legers,
die den voortrukkenden Turkschen stroom
poogden tegen te houden. Maar de Hon
gaarsche vorst, Janos Hunyadi, de voogd
(Gubernator) van den minderjarigen en na den
dood van zijn vader, Albrecht van Oostenrijk
geboren Koning Ladislaus V Posthumus, ver
loor den slag op het Amselveld tegen den
Turkschen sultan Moerad II en werd door
den Servischen vorst Georgois Brankowitsj
gevangen genomen.
Janos Hunyadi nam later een schitterende
wraak toen hij, in 1456, aan het hoofd van
een kruistocht tegen de Turken met Kapi-
stran, Belgrado, dat door de Turken belegerd
was, ontzette en den Turken gevoelige ver
liezen toebracht.
Deze historische plaats, waar reeds meer
malen over het lot van land en volk van
Servië werd beslist, is nu weder het tooneel
van den strjjd. Van een zeer ongelijken strjjd,
nu het heldhaftige Servische leger, dat reeds
zooveel te verduren had, wordt aangevallen
door een Duitsch Oostenrjjksch-Bulgaarsche
overmacht, zonder dat voldoende en tijdige
hulp werd verleend.
Reeds is de Servische regeering, volgens
het laatste bericht uit Londen, naar Skoetari,
in Albanië, gegaan. Heel wat plaatsen werden
in de laatste dagen genoemd, waarheen de
Servische regeering zou zijn gevlucht. Waar
schijnlijkheid bestaat er zeker meer voor de
Loudensche mededeeling, wijl de weg naar
Montenegro nog voor de Serviërs open staat,
terwijl het niet waarschijnlijk is. dat uit Prizren
Monastir, in het zuiden van Macedonië, kan
worden bereikt, wijl de toegangen tot het zuiden
zijn afgesloten door de bezetting van de be
gaanbare wegen over Tetovo, Katsjanik, Ues-
kjueb en de Baboena-passen.
Daardoor is ook voor het Servische leger
de gelegenheid om naar het zuiden uit te
wijken gering, en kans, dat het van daar hulp
ontvangt van Fransche of Engelsche troepen,
niet groot.
Het Servische legertje, dat niet sterk meer
kan zjjn, al kan niemand zeggen hoeveel man
het nog telt en al zijn de opgaven daarover
van vijandelijke zijde weinig vertrouwbaar, is
zeker met in staat zich in de vlakte van
Kossovo langen tijd te verzetten tegen de van
alle zijden aanrukkende vijanden.
Op de overige fronten is weinig verande
ring in den toestand. De berichten van de
generale staven zijn eentonig en onverander
lijk. De kleine gevechten, die hier en daar
worden geleverd, konden geen wijziging bren
gen in de posities, die de legers tegenover
elkaar ^innemen. Klaarblijkelijk bepalen de
Duitschers zich in Rusland, zooals zij het in
Frankrijk doen, tot de verdediging van de
ingenomen stellingen, om al hun kracht te
kunnen wijden aan den strjjd in den Balkan.
PARIJS, 25 Nov. (Havas.) Officieel bericht
van hedenmiddag
In Artois en Lotharingen gevechten met
handgranaten.
In den loop van den nacht heeft onze artil
lerie met goed gevolg de machinegeweerstellin
gen in de streek van Frise (Somme-vallei) en
de stations BeuvraigDes en Laucort (in den
van Rove) beschoten.
Aan het overig front de gewone kanonnade.
WEEN EN, 25 Nov. (Wolff.) Officieel bericht
uit het hoofdkwartier
Geen gebeurtenissen van belang.
De strijd in Rusland.
LONDEN, 25 Nov. (Reuter's bjjz. dienst.)
De >Morning Post* verneemt uit Petrograd
dd. 24 Nov.De toestand wordt met den
dag slechter voor de Duitschers op hun
noorderfront van de Golf van Riga tot Duna-
burg en het Driswiatymeer. Dageljjks winnen
de Russen hier of daar terrein op punten,
welke van onmiddelljjk tactisch belang zjjn
of in strategisch opzicht voor later van ge
wicht zjjn. Nu en dan doen de Duitschers
een aanval, maar sinds hoort men niet meer
van successen. Zelfs wanneer men voldoende
rekening houdt met een onvoldoende regeling
van den dienst achter het front en met het
feit, dat het door hen bezette gebied geheel
door de Russen op hun terugtocht verwoest
is en dat de Duitschers elders de handen vol
hebben, zoo is dit nog geen voldoende ver
klaring voor het feit, dat de toestand hier
voor den vjjand die eens zoo geducht was,
ongunstig wordt. Ongetwjjfeld willen de
Duitschers stand houden en zoo mogeljjk in
deze streek meer terrein winnen. Van hun
succes in dat opzicht hangt in hoofdzaak af
of zjj in het voorspoedige actie kunnen inzet
ten. Hun positie schjjnt echter zeer ernstig.
Volgens de berichten heeft de Keizer ge
durende drie dagen krijgsraad te Libau ge
houden. Daarna overlegde Hindenburg met
de generaals v. Below en v. Eichhorn. De
zware beschieting van verschillende punten
is echter niet gevolgd door andere actie. De
Duitschers zjjn thans verder van hun doel
aan de Duna dan twee maanden geleden.
Het schijnt een feit te zjjn, dat de Duitschers
niet alleen gebrek aan soldaten hebben, maar
dat dit tekort zulk eeu omvang aanneemt,
dat een catastrofe dreigt. De Russen werken
samen met alle geallieerden. Men geeft den
Duitschers op alle frontèn de handen vol.
Van het Servische front.
De Hongaarsche correspondent van de N. R.
Ct. schrjjft aan dit blad het volgende
Alweer naar het Zuiden Niettegenstaande
het bjjna dageljjks regent, en de wegen onbe
gaanbaar zjjn of worden, marcheeren de troepen
over het gebergte, zwaar bepakt en steeds
vechtend, terwjjl de Serviërs, af en toe weer
stand biedend, naar het Morawa-dal terugtrek
ken, oogenschjjnljjk in de hoop dat de ver
bonden legers hen in het nog onherbergzamer
en nog hooger gebergte ten zuiden van de
Morawa niet zullen volgen. Nadat Kragoeje-
wats was veroverd, trachtte de Servische bevel
hebber npg eenmaal ten Zuiden dezer stadia
de linie Plaudiste ParlogStradzara weer
stand te bieden, en het korps S tot staan
te brengen, dat langs den weg die in Zuide
lijke richting over de kam van het gebergte
gaat, het Morawadal moest bereiken. Aan
heide zjjden van den weg hadden de Serviërs
stellingen, die zjj hardnekkig verdedigden, en
waarin zjj zich op den 2en nog konden hand
haven, terwjjl zjj op den 3en zich genoodzaakt
zagen deze linie te ontruimen. Vandaar af
hebben de Servische divisies, die tegenover het
.e legerkorps stonden in het gebergte niet
meer getracht te handhaven, maar toch door
hare achterhoede het oprukken der Oosten-
rijksch-Hongaarsche strjjdkrachten tegen te
gaan, hetgeen wel niet galukte, maar waar
door de opmarsch eenigermate werd bemoei-
Ijjkt en vertraagd. Toch bereikte de .e
divisie reeds gisteren het Morawadal, terwjjl
de rest van het korps eerst heden daar aan
kwam. Daar de rechtervleugel der verbonden
legers bij Oesitse en Tsatsak reeds vroeger in
het dal waren gekomen, hebben de Serviërs
zich bjj Tsatsak en Tristenik over de rivier
teruggetrokken. Slechts op enkele punten,
zooals bjj het dorp Micolajts, trachten zjj ook
nu nog zich op den linkeroevar staande te
houden, onbekommerd om de groote verliezen,
die zij door het zware artillerievuur ljjden.
Vergeljjkt men nu den weg met het aantal
dagen, waarin hij werd afgelegd, dan bljjkt
dat in weerwil van de af en toe zeer hard
nekkige gevechten per dag gemiddeld 20 K.M.
werd gemarcheerd, hetgeen vooral met het
oog op het bergachtige terrein niet weinig
was. Vanmorgen vertrok ik met den staf
uit het bivak bjj Kragoejewats, in de hoop het
32 K.M. Zuideljjker gelegen dorp Zakoeta
nog ^heden te bereiken en dan morgen vroeg
tot aan de Morawa te komen. Het was een
heerlijke herfstdag, maar 's nachts had het
geregend, zoodat de wegen alweer slechter
waren geworden, terwjjl onafzienbare colonnes
treinwagens en artillerie zich in een langzaam
tempo in dezelfde richting voortbewogen.
Alles naar het Zuiden Zware en lichte ar
tillerie, nu eens Duitsche, dan weer Oosten-
rjjksch-Hongaarsche, atgewisseld door lange
munitie-colonnes, de vuurmonden dikwjjls met
10 paarden bespannen. Dan volgden gewoon-
1 jjk de lange rjjen pakpaarden, op beide zjjden
van jhet zadel de groote manden met levens
middelen voor de troepen aan het front, of
wel de kleine wagentjes op twee raderen en
met een paard bespannen, voor het vervoer
in bergachtig terrein speciaal geconstrueerd