gen ernstig woord. J. de Feijter L. T. van Hasselt en R. Nolson. J. DE FEIJTER L. T. 7AU HASSELT en R. UOLSOU. DE BRUIJNE J. DE FEIJTER J. VAN HASSELT L. T. NOLSON R. G. E. WOLFERT C. VAN WIJCK H. Kit Axel. P. DEKKER, P. DEKKER. Vrijzinnig Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen, Geen praatje;. Om de wille Van het smeer Eilit de Rat de handeleer. GeVallen net eere. Tweede Kamer. No. 2589. Zaterdag 17 Juli 1915. 26e Jaargang ABONNEMENT 8 PR IJ 8 Per 8 maanden 75 cent voor binnen en buiten Ter Neuzen. Voor België 95 cent bij vooruitbetaling. Abonnementen worden aangenomen bij alle Boekbandelaren. Brievengaarders en den Uitgever. Telt-f. luiere. No 15. ADVERTENTIEPRIJS: V an 1 tot en met 5 regels 50 oent; elke regel meer 10 cent. Bij abonnement aanmerkelijk ver minderd tariel. Grootere letters naar plaatsruimte- Redactie-adres: Noordstraat 10, Ter Neuzen Deze Courant verschijnt eiken W oensdag- en Zaterdagmorgen bij den Uitgever M. DE JONGE, te Ter Neuzen. Als men rondom zich ziet en dan zich afvraagt, wat werkelijk voor het heil onzer gemeente het best is, dan moet de ernstige kiezer wel tot het besef komen, dat het te hopendat het noodzakelijk is, dat de plaats onzer inwoning bestuurd blijft in vrijzinnigen geest. Immer hebben wij het een groot belang, een levensbelang bijna, voor Ter Neuzen gevonden, dat het bestuur linksch was. De oudere kiezers, die mede kunnen spre ken van een anti-rev. bewind alhier, kunnen oordeelen, wat dat bewind beduidde. Iedere verbetering bij bet openbaar onder wijs werd tegengehouden, op alle openbaar leven trachtte men den domper te zetten, gepaste genoegens trachtte men tegen te gaan, de persoonlijke vrijheid werd nimmer zoo zeer aan banden gelegd. Wat snelden de kiezers toen naar de stembus, om ons van bet anti-rev. bewind te verlossen, wat werd zelfs de lauwe geestdriftig, boevelen stemden toen liberaal Maar de druk is weg, bij velen heugt hij niet meer en opnieuw komen laksheid en onverschilligheid. Moet weer eerst de druk gevoeld worden, voordat men verlangt naar een vrijzinnig bewind Ervaring maakt wijs. Maar wijzer is hij, die tot kennisse komt zonder de bittere en harde„lessen der ervaring. Nu komt er ook bij, dat er gemodderd wordt, dat sommigen met persoonlijke kwestie's komen aandragen. Hoe verkeerd 1 Boven alles staat het algemeen belang, het belang ónzer plaats. Wie dit wèl begrijpt, hij verzuime op Dinsdag a. s. zijn burgerplicht niet. Hij ga ter stembus en stemme de 3 can- didaten Deze drie candidaten zijn door hun be ginsel en hunne ontwikkeling ons een waar borg voor de toekomst. Begrijpt men dan niet, dat ook met het oog op den ernst der tijden het nu nog meer dan anders van belang is, dat we hebben een bestuur van vrijzinnige en bovenal van be kwame, degelijke mannen 't Wie zal ons zeggen, welke taak bij bet einde des oorlogs nog op de schouders van ons gemeentebestuur komt te rusten Daarom, weest waakzaam en beijvert u deze 3 mannen te doen slagen. De Heer de Feijter noem iemand op, die meer aan het algemeen belang gedaan heeft dan hij, die vaster en beslister zijn be ginsel ook onder de sterkste beproevingen trouw bleel. Ieder beschouwe bet als een persoonlijke oneer als hij moest komen te vallen. De betaalmeester van Hasselt is een man bekend om zijne hulpvaardigheid en welwil lendheid. Dat weten allen, die bij hem te land moeten komen. Zuiver is hij in zijn beginsel. Daarbij democratisch aangelegd, wat zou blijken, als we zijn idee van een gemeenteprogram open haarden. De heer Nolson wie moet het niet waardeeren, dat in een plaats van scheepvaart als de onze een man als bij eene candidatuur wilde aanvaarden Ook hij is van besliste overtuiging, daarbij iemand met ondernemingsgeest en kennis van zaken. Als deze dagen van druk voorbij zijn, zal ten duidelijkste blijken, wat hij voor onze plaats waard is, zooals het trouwens ook reeds vóór den oorlog overtuigend gebleken is. Daarom wekken wij de kiezers ten sterkste op als één man te stemmen de heeren Maakt dus goed zwart bet 2e, 3e en 4e bokje. Als ge aldus gestemd hebt, zal uw billet er zóó uitzien Op de praatjes van Luctor et Emergo, dat de strijd bun opgedrongen is, verwijzen wij slechts naar het antwoord der liberale Kies- vereeniging »De Vrijheid. Dat antwoord is duidelijk en spreekt voor zichzelf. Wij behoeven hier niets aan toe te voegen. Onze strijd is eerlijk en zuiver. Luctor et Emergo wou van geen arbeiders- candidaat weten. Haar candidaten waren anti-rev. in merg en been. Nu neemt het blad een draai en onderscheidt 3 soorten van arbeiderscandidaten. Zijn candidaat is natuurlijk van het goede soort. Als we goed begrepen hebben, waren Verlinde en Hamelink dat niet. Altans volgens de diagnose van Luctor et Emergo. Wat men al niet doet, om argelooze kiezers te lijmen. Ot echter de werklieden-kiezers met dia onderscheiding van Luctor et Emergo in hun lobbetjes zullen zijn Wij betwijfelen het. Moeten wij nog veel zeggen, om de Axel- sche kiezers aan te sporen tot eene trouwe opkomst op Dinsdag 20 Juli Begrijpen zjj niet het hooge belang om ook bet aftredend lid, den heer P. Dekker te doen slagen In eene gemeente als Axel is het van over wegend belang, dat een gematigd bestuur de teugels houdt. De Axelaars zijn wars van drijverij. Dat hebben ze reeds meermalen getoont. Van gisting in de gemeente, van onverdraag zaamheid houden zij niet. Het publiek en vooral de neringdoenden varen het best bij een gematigd bestuur. Het is bekend, dat de heer A. de Ruijter behoort tor eene richting, die geen matiging in haar vaandel voert. Wij vreezen, dat zoodanige keuze niet zou bijdragen tot de rust in onze goede gemeente, dat bet drijven in eene bepaalde richting weer te sterk zou worden. Hiermede dingen wij niets af op den persoon van den heer A. de Ruijter. Wij weten, dat zijne overtuiging zoo is en dat hij deze wil volgen tot het einde toe. Maar juist daarom is bet in het belang onzer gemeente, dat bij niet wordt gekozen. Wie wèl het belang van allen begrijpt, die stemme met ons den beer sinds velen jaren een ijverig en trouw ver tegenwoordiger der kiezers. Het werk van 9 Juli niet half afgedaan. Het moet voltooid worden. Daarom allen gewerkt voor het aftredend lid Laat u vooral niet misleideD door het ge roep, dat de strijd door ons aan de anti-rev. kiesvereeniging is opgedrongen. Ieder weet nu wel, welke kool ons de anti- rev kiesver. wou stoven. En ieder weet ook, dat er leden der anti- rev. kiesver zelf zijn, die dat aikeuren. Juist aan ons is de strijd opgedrongen. Daarom niet geweifeld, maar als één man gekozen het aftredend lid Te Bosehkappelle viel de heer G. v. Campen bij de stemming voor den gemeenteraad, terwijl de beer Scheele werd gekozen. Beiden waren aftredende leden. Er was één tegencandidaat gesteld, die ook gekozen is. Naar wij vernemen, zit de zaak op de vol gende wijze in elkaar. De beer v. Campen en de heer Scheele moesten beiden aftreden. Nu kwam daar een tegencandidaat. De heer v. Campen vreesde, dat de beer Scheele om begrijpelijke redenen het loodje zou leggen. Van Campen, de bekende voorstander op Boschkapelle van vrijheid en verdraagzaamheid heeft toen verklaard, dat bij niet gekozen wilde worden, als de beer Scheele moest vallen. Dat was eene nobele daad, waarvan men de beteëkenis niet mag onderschatten. Slechts, wie in die streken bekend is, weet, wat zoo iets beteekent. De kiezers op Boschkapelle hebben blijkbaar de flinke en royale handelwijze des heeren van Campen niet begrepen. Inplaats van beiden van Campen en Scheele te kiezen, behaalden de tegencandidaat en Scheele de meeste stemmen. Van Campen heeft den slag, voor Scheele bestemd, opgevangen. Van hem kan men zeggen, dat hij met eere viel. Ondanks en ook om zijn val aan dezen be kenden strijder voor recht ons eeresaluut Redevoering vau Jhr DE VIL KA ET over de werkloosheid. 13 Juli 1915. De heer DE MÜRALT Mijnheer de Voor zitter Ik wensch aan te vangen met den Minister hulde te betuigen voor de indiening van dit ontwerp, waarmede Zijn Excellentie heeft getoond inderdaad in te zien de groote ellende waarin een groot deel van de bevol king verkeert en zeer zeker in de toekomst zal gaan verkeeren in verband met de werk loosheid die er is en die nog zal komen. De vorige geachte spreker heeft er reeds op gewezen hoe treurig de toestand van de bouwvakarbeiders is. Ik zal de Kamer niet vermoeien met veel cijfers, maar ik wensch er toch op te wijzen hoe bijv. in »De Nieuwe Courant* van 17 Maart, Avondblad, is mede gedeeld, dat er, alleen iD het bouwvak, toen 20,000 werkloozen waren. Meer officieele cijfers vinden wij in de vierde economische nota van den Minister van Landbouw, waarin ons wordt medegedeeld, dat er in April waren 10.000 bouwvakarbeiders zonder werk. Stelt men nu het weekloon van deze arbeiders op f 12, dan is daarvoor uoodig f360.000 per week. De uitgaaf voor een maand hulp kan dan gesteld worden op f 1.400.000, zoodat de som van f 2.800.000 van dit wetsontwerp, aan nemende, dat ongeveer 50 pet. in den vorm van arbeidsloon wordt uitbetaald, juist toe reikend is om alleen deze categorie van werk loozen een maand werk ter bestrijding van werkloosheid te verschaffen. In het Voorloopig Verslag is opgemerkt, dat de werkloosheid in de bouwvakken eigen lijk niet grooter zou zijn dan andere jaren. Niets is minder juist dan dat. Officieele cijfers doen ons zien, dat die werkloosheid op' het oogenblik zevenmaal zoo groot is als het vorige jaar. De heer Albarda heeft dit reeds voldoende gedocumenteerd aangetoond, zoodat ik daar niet veel aan behoef toe te voegen. Het is mij persoonlijk bekend hoe moeilijk het is bouwmaterialen te krijgen. Ze zijn bovendien zeer duur. Daarom wordt er zoo weinig gebouwd. Zink is bijv. absoluut niet te krijgen voor de daken, en enkele soorten bout zijn tweemaal zoo duur als voor den oorlog. Ook wil ik bier even de aandacht op bet volgende vestigen In het Voorloopig Verslag is beweerd, dat de werkloosheid eigenlijk alleen van eenig belang was in de groote steden, nl. in Amsterdam en Rotterdam. I)at is abso luut onjuist en indien dit beweerd ware in mijn afdeeiing, z«u ik den betrokken rapporteur zeker verzocht hebben iets tegenover deze opmerking te stellen. Het is een feit, dat in de meeste haven plaatsen, in Zeeland en ook in liet noorden, de werkloosheid zelf zeer g^oot is. (lp visschersplaatsen ik noem bijv. Itreskens ligt de visseherij stil. De werkloosheid is in vele kleine haven plaatsen naar evenredigheid grooter dan in Amsterdamdit kan met cijfers worden aangetoond. Ik heb een brief van den burgemeester van Ter Neuzen, die ge woon is de zaken ernstig te onderzoeken, waarin wordt medegedeeld, dat alleen daar ter plaatse wel 200 werkloozen waren en wellicht nog zijn. Een 80-tal zijn korten tijd naar elders getrokken, maar moesten wegens de onvoldoende voeding en het door omstandig heden lage loon weer terugkeeren. Ik moet hier even bij opmerken, dat het zeer teleur stellend voor mij en voor velen in Zeeuwsch- Vlaanderen is geweest te vernemen, dat de uitvoering van de havenwerken van Ter TER MMSCH VOLKSBLAD

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensch Volksblad / Zeeuwsch Nieuwsblad | 1915 | | pagina 1