Vrijzinnig Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen,
Gemeente-Ontvanger.
Yan het Westelijk oorlogstooneel.
No. 2533.
Zaterdag 19 December 1914.
25e Jaargang
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 7B cent voor binnen en buiteD Ter NeuzeD.
Voor België 95 cent b\j vooruitbetaling.
Abonnementen worden aangenomen bij alle
Boekbandelaren. Brievengaarders en den Uitgever.
Telef. Interc. No 15.
ADVERTENTIEPRIJS:
Van 1 tot en met 5 regels 50 cent; elke regel meer
10 cent. Bij abonnement aanmerkelijk ver
minderd tarief. Grootere letters naar plaatsruimte-
Redactie-adres: Noordstraat 10, Ter Neuzen,
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag- en Zaterdagmorgen b(j den Uitgever M DE JONGE, te Ter Neuzen.
Burgemeester en Wethouders van
TER NEUZEN roepen sollicitan
ten op naar de betrekking van
De jaarwedde bedraagt 1100,
Te stellen zekerheid 14000,
Verhaal van pensioensbijdrage 4 °/0.
Stukken in te zenden voor 3 Januari
1915.
USBÊC^ De Burgemeester van TER NEUZEN
maakt bekend dat in overleg met de Mili
taire Macht wordt bepaald, dat de vergunningen
voor het bespelen van muziekinstrumenten in café's
en herbergen voorloopig in dien zin worden gewij
zigd, dat een bespeling daarvan niet mag plaats
hebben gedurende de dagen Dinsdag en Vrijdag.
Deze bepaling is van af heden van kracht.
DE OORLOG.
Zware verliezen.
LONDEN, 16 Dec. (Reuter.) De »Daily
Chron.* verneemt uit Duinkerken d.d. 15 Dec.,
dat bij de jongste gevechten gedurende drie
dagen in de omgeving van Yperen, toen de
wanhopige aanvallen van de Duitschers werden
afgeslagen, waarna de bondgenooten voorwaarts
drcngen, 24,000 man gesneuveld zijn.
De correspondent van de Daily News* in
Noordwest-Frankrijk meldt over de gevechten
bij Yperen, dat de Duitschers Zondag zware
verliezen leden in het bosch ten noordoosten
van Bixschoote. Onze artillerie berokkende
hen hier groot nadeel. De Fransche loopgraven
bij Langemarck en Passchendaele wtrden her
haaldelijk aangevallen, waarbij het kwam tot
buitengewoon hevige gevechten van man tegen
man. Toen de Duitschers waren verdreven
was de aanblik van het slagveld gruwelijk,
PARIJS, 17 Dec. (Reuter.) Officieele ken
nisgeving van vanmiddag drie uur
Van de Noordzee tot de Leie hebben wij
verscheidene loopgraven met de bajonet ge
nomen.
Wij hebben onze stellingen bij Lombaert-
zijde en St. Joris bevestigd en het gewonnen
terrein ten westen van Gheluvelt versterkt.
Op enkele punten in de streek van Ver-
melles hebben wij vorderingen gemaakt.
Op het overige front is de infanterie niet
opgetreden, maar het vuur van ons zwaar ge
schut heeft in de buurt van Tracy le Val,
aan de Aisne, in Champagne, Argonne en de
streek van Verdun groote uitwerking gehad.
Uit den Elzas en Lotharingen is niets van
belang te melden.
De Belgische inundatie.
Een oorlogscorrespont van De Tjjd schrijft
over de inundatie in Belgisch Vlaanderen
Ze heeft de Belgische linie gered, ze heeft
den aanval der Duitschers, een aanval als van
een dollen stier, gestuit, maar ze heeft ons
gevechtsfront verkleind. In den beginne was
dit winst. Waar onze bondgenooten nog niet
iD genoegzamen getale aanwezig waren, nam
het water plotseling hun plaats in.
Ook nn bewijst de inundatie goede en uit
nemende diensten, maar de keerzijde is toch
ook, dat ze wederzijds ons belemmert in eeD
voorwaartsche beweging. Ik kan op 't oogen-
blik geen uitvoerige beschrijving van de eigen
lijke inundaties geven de Fransche kranten
hebben er een schets van gegeven, die door
Nederlar.dsche bladen is overgenomen, maar
die evenmin deugt als de afbeelding, die onze
Antwerpsche nieuwstijdingen over de Antwerp-
sche inundaties gaven. Genoeg zij, dat een
voorwaartsche beweging bij Nieuwpoort nog
mogeljjk is. En deze is dun ook alreeds be
gonnen. Ze was voor den vjjand blykbaar een
verrassing.
Bij Nieuwpoort heeft men Belgische en
Fransche troepen saamgetrokken. En vandaar
ging het hoogerop in de richting van het in
dezen oorlog befaamde Lombaertzijde. Daar
mocht het hnn gelukken de kuststrook te
winnen. Geëindigd is deze krijgsverrichting op
dit oogenblik nog niet, maar alles duidt er
op, dat onze troepen daar met goede uitkom
sten strjjden.
Troepen-concentraties bij de
Nederlandsche grens.
De gevechten aan de Yser.
SLUIS, 16{ Dec. (Telegraaf). Gister
avond en heden weer liepen hier geruchten,
dat de verbondenen Staden, bij Rousselaere,
bezet hadden, 't Was de overdrijving van eenige
vorderingen in de richting van genoemd dorp,
namelijk aan 't kanaal YperenDixmuiden, in
de omgeving van Hollebeke.
Er werd daar vooral Maandagavond en Dins
dagvoormiddag hevig gestreden, ondanks het
stormachtig weer. 't Kanongebulder was duide
lijk tot aan den Scheldemond hoorbaar.
In Vlaanderen hadden veel troepenbewegin
gen plaats. Maandagnacht en Dinsdagmorgen
vertrokken troepen uit Gent naar 't front bij
Yperen. Weder is er in 't Noorden van West-
Vlaanderen versterking gekomen. Te Knokke
kwamen ruim 500 infanteristen aan, te Heyst
1500 man marine en infanterie, te Damme 900
huzaren en 100 huzaren te Oostkerke, 7 K.M.
van Brugge. Infanterie, die in parademarsch
het stedeke binnentrok, versterkte ook de be
zetting van Eecloo. Al deze troepen trekken
zich dus samen bij de kanalen in 't Noorden,
die ee'n verdedigingslijn schijnen te vormen, al
geven de Duitschers voor, dat de vernieling
der bruggen tegen spionnage geschiedde. Ook
te Brugge zijn er veel militairen. Of het waar
is, wat men mij meldde, dat de bewoners van
Brugge drie dagen binnenshuis moeten blijven,
kan ik nog niet met zekerheid nagaan.
De strijd om Moorslede.
Uit Duinkerken wordt d.J. 15 December aan
de Daily Chronicle» geseind:
Da Duitschers openden den aanval op Yperen
met een buitengewoon heviga beschieting van
St. Eloi. De geallieerden rukten onder dek
king van bun zwaar geschut voorwaarts, maar
stuitten op wanbopigen tegenstand bij het dorp
Moorslede, aao den spoorweg tusschen Yperen
en Rousselaere. Hier openden de Duitschers een
verschrikkelijk vuur uit gepantserde treinen op
de geallieerden, waardoor dezen gedwongen
werden, te retireeren en hunne gelederen te
herstellen.
De Duitschers rukten uu vol vertrouwen tot
in de buurt vau Hollebeke voorwaarts, waar
het land zwaar beboscht is. Maar de geallieer
den, die post hadden gevat op de hoogten van
Gheluvelt, stelden zich dezen opmarsch in den
weg, rukten daarop op hun beurt weder voor
waarts, en bereikten Moorslede, welks station
van te voren zwaar door hen gebombardeerd
was.
De vijand bleek niet bij machte, zich in Moor
slede te handhaven en trok terug.
Zijq aanvallen, die hij in dien tusschentijd op
Poelcapelle, Passchendaele, Langemarck en Bix-
schooten ondernam, hadden nergens eenig
succes.
Toestand in België.
Men deelt ons mede, dat dezer dager* 70,000
Duitsche militairen te Antwerpen verwacht wor
den, die daar in particuliere huizen, gedeel
telijk in onbewoonde, doch ook gedeeltelijk in
bewoonde huizen, zullen worden ingekwartierd.
De huizen van de te Antwerpen woonachtige
Nederlanders zullen intusschen geen inkwa-
tiering krijgen.
Gisterenmorgen vond op de Handelslei op
nieuw een paardenschouw plaats.
Men Jh druk bezig de laatste dagen ver
schillende forten van munitie te voorzien, te
o. a. de forten Waelhelm en Brasschaet.
Te Mechelen was Maandagochtend voor de
bevolking geen brood verkrijgbaar.
De daar in garnizoen zijnde landweerlieden
zullen volgens hun zeggen, binnenkort door
jonge vrijwilligers van 19 tot 23 jaar ver
vangen worden.
Te Brussel schijnen thans de dragonders
van de lijfgarde (witte uniform) te zijn aan
gekomen.
De eerste maandelijksche oorlogsschatting
van 40 millioen francs, die België opgelegd
is, moet 10 Januari 1915 voldaan zijn. De
vertegenwoordigers der verschillende provin
ciën hebben vergunning daarover eenmaal te
vergaderen te Brussel. Op die vergadering
mag alleen deze oorlogsschatting een punt
van behandeling zijn.
Op nachtpost
aan het Yser-kanaal.
Aan een soldaten-brief, in het »Berliner
TageblatU opgenomen, ontleenen wij het
volgende
Te voet gaat het verder, twee aan
twee op den donkeren, modderige landweg
in de richting van N. Spoedig slaan wij links
af, de weilanden in, in het overstroomde ge
bied gelegen, nn eens tot aan de knieën in
de modder, dan weer door helder water. Allen
hijgen, velen vallen er in, ik tot driemaal
toe. Eens had ik een stuk brood in de hand
en tot aan den pols viel ik daarmee in het
slijk.
Eindelijk komen wij aan de tamelijk breede
Yser De brug bestaat uit vaten met planken
er over. Slechts vijf man mogen er op groo-
ten afstand van elkaar tegelijk op en het
wrakke bruggetje wankelt hoogst bedenkelijk.
»In het Lunapark kost zoo'n grapje vijftig
pfennig!' zegt een onzer Berlijners. Hij denkt
zeker aan het Lachhuis. Bij iedere scbömme-
ling glinstert het water met duizend vonken,
een prachtig schouwspel, maar de reden is
droevig. Het komt door de vele, vele lijken,
die in het water liggen te verrotten. Een
groote sterfte onder de visch is er eveneens
een gevolg van.
^Eindelijk zijn we allen veilig aan den over
kant gekomen. En nu gaat het over een ein-
deloozen smallen dijk. Aan weerskanten onaf
zienbare watervlakten, die heel ver weg nog
lauw glimmen door het donker en de sterren
weerspiegelen. Het geglij en gestruikel begint
alweer. »Oppassen, dat niemand van de sokken
gaat». Eindelijk gaat de weg door een grooten
mooien poortingang naar »De Groote Hen,*
een prachtige hoeve, die als een trotsch kas
teel in het water ligt, rondom door grachten
omgeven.
De gebouwen zijn geheel in elkaar geschoten
en we gljjden naar beneden in den kelder.
Daar liggen we s'nachts op stoo en wisselen
elkaar af op wacht. Dit is de meest vooruit
geschoven stelling en een paar honderd meter
van ons af reeds staat de vijand.
De dubbele post, dien wij aflossen, heeft een
rookende Belgische patrouille gezien, die tot
aan de gracht gekomen is, welke voor de
boerderij licht. Daar konden zij niet over
komen, en zij zijn weer weg gegaan zonder
iets gemerkt te hebben van den Duitschen
schildwacht. Met den rug staan wij tegen een
hooischelf en luisteren, spieden, tasten in de
schaduwwereld voor ons.
De nacht is vrij helder. Tot op vijftig meter
afstand kan men duidelijk boom en bosch
onderscheiden. Overal ruischt, kraakt en knakt
het in de natuur. Gras en wilgen bewegen
zich in den wind. Vijanden overal, als men
niet zijn ganscheu wil inspant, om rustig waar
te nemen en de dingen nuchter te beoordeelen.
Ik wil mij wat vertreden. Ik leg mijn geweer
over den schouder, kom uit de schaduw vau
de schelf en ga twintig pas in de richting van
het water.
De uitwerking is verbluffend. Een geplas
en gekletter in het water, beweging in de biezen
en een eend vliegt op. Mijn hart begint weer
te kloppen en uit de schelf hoor ik op zijn
Saksisch: »Zeg, wat was dat?* »Ach, een
watervogel*, klikt het in denzelfden tongval
terug. Juist ben ik weer bij de schelf en zijn
mijn gedachten weer bij vreedzame dingen, als
de hoofdzaak komt. Plotseling staat aan den
anderen kant van de gracht een man op en
rent zoo hard als hij kan den nacht in. Het
volgende oogenblik is de man een schaduw
en dan heeft de alles gelijkmakende duisternis
hem opgezogen...*
Duitsche spionnen in Frankrijk.
Aan de »Morning Post* wordt uit Parijs het
volgende telegram geseind als een voorbeeld van
het Duitsche spionnagesysteem. Dezer dagen
werden een Franschman en zijn vrouw ge
vangengenomen toen zij bezig waren van hun
huis af in een voorstad van Reims, waar in de
nabijheid twee Fransche batterijen stonden
opgesteld, den vijand signalen te geven. In
een bovenkamer was een telefoontoestel aan
gebracht, en eveneens een in den kelder, waar
zich de vrouw bevond. Zij bracht verschillen
de aanwijzingen aan den vijand over. De
man had een signaalsysteem door middel van
zijn zakdoek uitgedacht. Een Duitsch officier,
die verscheidene jaren te Reims woonde, waar
hij een betrekking bekleedde bij een wijnfir
ma, kwam dagelijks vermomd als Fransch
officier in de voorstad om nadere inlichtingen
te bekomen. De mannelijke spion was voor
zien van roode en blauwe vuurpijlen, die hij
gedurende den nacht in een naburig bosch
afstak om de aankomst van munitieconvooien
en troepenverplaatsingen te melden. Manen
vrouw werden beiden gefusilleerd. Het blijkt,
dat den man, die vroeger als loopknecht bij
een Duitsche champagnefirma in betrekking
was, 450 francs uitbetaald werd voor zijn
varraad.
Een ander indrukwekkend feit was de fusil
leering van twee andere spionnen, een Duit
sche onderwijzeres en haar echtgenoot, die te
Romigny werden doodgeschoten. De vrouw
stond glimlachend het peloton soldaten, dat
moest vuren, aan te zien en hield de hand
van haar man in de hare geklemd. Een pijn
lijke omstandigheid was, dat beiden een kwartier
moesten wachten, vóór het vonnis voltrokken
kon worden, daar de gendarmen in dien tijd
worstelden met een Duitsch soldaat, die ook
zou gefusilleerd worden, wegens plundering.
Heldhaftige vliegmannen.
Tijdens een der jongste gevechten aan het
Westelijk front, zoo melden Parijsche bladen,
liet de Fransche opperbevelhebber alle beschik
bare aviateurs bij zich ontbieden. Tot" de in
een kring om hem heen staande 36 Fransche
vlieg-menschen, zeide hij
„Er is een hoogst gewichtig werk uit te
voeren, en ik vraag of er drie van u bereid
zijn hun leven op te offeren. Laten degenen,
die de onderneming aandurven de hand op
steken."
Waarop alle 36 aviateurs bun hand op
staken.
Ontroerd zag de opperbevelhebber dat aan,
doch wijl hij slechts drie man kon gebruiken
liet hij er om loten. Daarop had hij met het
aldus gekozen drietal een vertrouwelijk ge
sprek, waarin hij hun de gevaarlijkheid der
onderneming volkomen duidelijk maakte.
Na de opdracht te hebben ontvangen, sa
lueerde het drietal en wilds heengaan.
„Halt! rechtsomkeert!" beval de generaal.
En toen de drie mannen waren teruggekomen,
zeide bij „Sinds wanneer gaan kindereD ster
ven, zonder hun vader te omhelzen Om
de beurt omhelsde hij de drie dapperen, die
daarop heengingen, voor goed
TER
Ter Neuzen, den 18 December 1914.
De Burgemeester voornoemd,
J. HUIZINGA.