Vrijzinnig Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
öileririjVtag.
Algernon Hiesmht.
Jtoogst onbillijk
Aan wie dt schuld
MARCELLA GRAGE.
No. 2446.
Zaterdag 14 Februari 1914.
25 e Jaargang.
FEUILLETON.
ONZE OOST.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 cent voor binnen en buiteD Ter Neuzen.
Voor België 95 cent bij vooruitbetaling.
Abonnementen worden aangenomen bij alle
Boekhandelaren, Brievengaarders en den Uitgever.
Telef. Intere. No 15.
ADVERTENTIEPRIJS:
Van 1 tot en met 5 regels 50 cent; elke regel meer
10 cent. By abonnement aanmerkelijk ver
minderd tarief. Grootere letters naar plaatsruimte-
Redactie-adres: Noordstraat 10, Ter Neuzen,
Deze Courant verschijnt elkeD W OPiisdaif- en
Zaterdagmorgen
by den Uitgever M. DE JONGE, te Ter Neuzen.
Door het >Comité tegen onmatige drank
bestrijding" is eene brochure verspreid tegen
de beweging, die er thans in ons Vaderland
heerscht, om te komen tot plaatselijke keuze
(local option).
Ook in onze plaats is dit geschrift ver
spreid.
Wij moeten zeggen, dat dit billet op kalmen,
zakelijken toon heel wat argumenten bevat
tegen de heerschende beweging, dat er heel
wat cijfers en feitenmateriaal, aanwezig zijn,
die aantoonen dat local option niet die op
heffing van bet volk belooft, waarvan de vu
rige bewonderaars droomen.
Vooral de vergelijking tusschen Nederland
en Noorwegen is treffend.
Ook is ons sympatiek het opkomen van
het Comité tegen de verdachtmaking van ons
land, waaraan zich de ergste voorstanders van
plaatselijke keuze overgeven.
De voorstelling, die sommige matigheids
apostelen van ons land en volk wekken, als
ware het een volk van dronkaards, als ware
ons land tot in den grond verdorven, heeft ons
reeds vaak geërgerd.
Zonder blind te zijn voor de fouten onzer
natie, kan tegen zulke voorstellingen ook on
zerzijds niet sterk genoeg worden opgekomen.
»Teekent niet* wordt in het geschrift van
het »Comité tegen onmatige drankbestrijding*
geraden.
In verband met wat wij reeds veertien dagen
geleden tegen local option schreven, zeggen
wij nogmaals
Overdenkt eerst alles goed, voor gij uw
naam zet.*
Overweegt ge goed, gaat ge nauwkeurig
alle omstandigheden na, dan gelooven wij, dat
ge niet zult teekenen voor plaatselijke keuze,
dat ook matigheidsmannen zullen weigeren
te teekenen voor dien onrechtmatigen dwang,
dat ook de gematigde geheelonthouders zich
hiervan zullen onthouden.
Vergeet niet, dat overdrijving de knuppel
is, waarmede veel goeds wordt doodgeslagen.
Alle overdrijving schaadt.
Niet het minst bij deze zaak.
Een roiban uit Ierland.
ROSA MULHOLLAND.
23)
En als ik daarbij dan nog bedenk, hoe ik
zelf in mijne jeugd door den grooten ijver
verleid ben geworden en eene dwaling koes
terde en daardoor bijna was afgedwaalt tot
„Laat ons daarover niet meer spreken," zeide
Mrs. Kilmorey, eene afwerende beweging met
hare band makende.
„Neen, wjj zulIeD er niet meer over spreken,"
zeide Bryan. „Ik moet Miss O'Kelly toch al
mijne excuses maken over mijn egoïsme. Mijn
eenige verontschuldiging is, dat ik er toege
bracht ben geworden door mijne belangstelling
in haren tegenwoordigen toestand. Zij is
eenigszins in denzelfden toestand geplaatst als
ik en moet ook zelf handelend optreden. Ik
hoop, dat zij Diet op al die moeielijkheden zal
stuiten, die ik heb moeten overwinnen, en dat
zij uooit eene gelegenheid om wel te doen zal
laten verloren gaan. Zij verdient eigenlijk
ieders ondervindingen te kennen, om daarmede
haar voordeel te doen."
Ongetwijfeld is het aantal kiezers in de
laatste jaren zeer toegenomen en kunnen op
grond van de bestaande kieswetverreweg de
meesten het worden.
Maar om nu op grond daarvan te gaan
betoogen, dat Algemeen Kiesrecht niet noodig
is, zooals eenige rechtsche bladen doen, gaat
heelemaal niet op.
Juist diegenen, die aan de kiezerskweek,
zooals volgens de bestaande wet noodig is,
gedaan hebben, zullen tot de sterkste voor
standers behooren van eene wijziging der
huidige kieswet.
Waar niet aan de kiezersfokkerij wordt ge
daan, blijven zeer velen uitgesloten.
Wat bij de aangiftekiezers een lastig ding,
is en blijft, dat ze het eene jaar waardig ge
keurd worden voor dit burgerrecht maar dat
ze een volgend jaar worden afgevoerd als ge
volg van een verzuim hunnerzijds of niet pre
cies voldoen aan de wettelijke voorschriften.
Iemand is b.v. gehuwd. Hij is als be
lastingkiezer door den ontvanger óp de kie
zerslijst gebracht. Zijne vrouw sterft. Hij
heeft geene kinderen en wordt commensaal
in een ander gezin. Het gevolg Hij wordt
gewoon van de kiezerslijst afgevoerd
Iemand is loonkiezer. Het volgende jaar
heeft hij toevallig drie bazen, wat bij am
bachtslieden en ook losse werklieden meer
malen voorkomt.
Reden nochthans, om hem volgens de be
staande kieswet het burgerrecht, dat hij reeds
bezat, te ontnemen.
Het aantal gevallen is met vele te ver
meerderen.
De meeste aangiftekiezers dienen zich ieder
jaar opnieuw aan te melden.
Wie met de practijk van het kiezers maken
eenigszins bekend is, kan zich eerlijkheids
halve moeilijk verzetten tegen den eisch
Algemeen Kiesrecht.
Er is een ware Heibel" in de pers van
Rechts geweest over Mr. Patijn's uiting bij de
verdediging van zijn amendement om Goeree
en Overflakkee een Hoogere Burgerschool te
„Ik heb al de ondervinding van verscheiden
personen leeren kennen," zeideMarcella. „Voor-
eeist beeft Mrs O'Kelly mij van haar stand
punt uit ingelicht, daarp gaf Miss O'Fiaherty
mij verscheidene inlichtingen en ten derde Mr.
O'Fiaharty, toen ik eens eenen dag te Mount
Romshackle doorbracht. Van Mrs. Kilmorey
hoorde ik veel, dat my duidelijk heeft doen
inzien welke moeilijkheden mjj te wachten
staan en nu Mr. Kilmorey."
Bryan verwonderde zich er over, waarom
zij zoo voortdurend tegen hem glimlachte, ter
wijl zjj sprak, en door dien vieodelykeu lach
geheel betooverd. vergat hij byna, waarover
zij sprak. Hy wist niet, dat het alleen was
om zijn eigen geheim te bewaren, of liever
om hem niet te doen blijken, dat zy zijn ge
heim kende, dat zjj steeds glimlachte, en zoo
zyne;oogeD verblindde met haar opgewekt uiter
lijk, dat er geene herinneringen meer aan de
droefgeestige Marcella uit „The Liberties" by
hem opgewekt werden.
„Zij gevoelt zich hier zeker gelukkig," dacht
hij. „Zij is gelukkig bij ons. Gave G-od, dat
zij altijd bij ons bleef!" En toen, zelf bijna
verscürikt door de hevigheid van dat verlan
gen, die hem eene openbaring was, antwoordde
hij haasttg
„Ik hoop, dat gy al die ondervindingen zult
gebruiken als zoovele lampen om uw eigen
pad mede te verlichten. Ik ben er van ver
zekerd, dat uw vrouwelijk gevoel u een pad
geven: „Toen kwam Minister Heemskerk aan 't
bewind: commentaar overbodig". Het is, alsof
met deze woorden nu eindelijk het summum
bereikt is van ongeoorloofden smaad, uitge
stort over een afgetreden minister, en in aller
lei toonaard wordt Zierikz e's afgevaardigde
over zooveel ongepastheid gekappitteld. Het
zou om te gieren wezen, als het niet zoo uiterst
onbillyk ware. Want de heer Patijn heeft, zoo
als hij nader verklaarde, daarmee niet anders
bedoeld en wat zou hij er anders mee heb
ben kunnen bedoelen dan te zinspelen op
het aan alle Kamerleden bekende feit, dat
Minister Heemskerk niets hebben moest van
het oprichten van Rijks Hoogere Burgerscholen.
Gesteld eens, dat een lid van Rechts in 1909
gezegd had: We waren met minister Harte
van Pecklenburg een heel eind gekomen op
den weg, die leidt tot afschaffing van de Staats
loterij, maar toen kwam minister De Meester,
commentaar overbodg; zou dan iemand van
Links daaraan aanstoot hebben genomen?
Het heeft ons dan ook eenigszins verwon
derd, dat de voorzitter var. de Tweede Kamer
die woorden naar zijne meening beleedigend
vond. M aar we zullen hier wel met zoo kort
samenvatten van diens gedachten te doen ge
had hebben, dat de duidelijkheid daaronder
geleden heeft.
We stellen ons voor, dat hij heeft willen
zeggen, dat de Rechterzijde in de woorden
„Commentaar overbodig", iets beleedigends
vond, en dat hij daarom gaarne aan den spre
ker gelegenheid gaf zijne woorden te verdui
delijken. Hiermee zou ook geheel voldaan zijn
aan den plicht des onpartijdigen voorzitters,
zelfs tegenover die zenuwachtige leden van
Rechts, die schreeuwen vóór ze geslagen worden.
Maar Mr. Patijn is nu eenmaal geen per
sona grata bij de Rechterzijde, sinds hij met
alle zaakkennis de fouten van Talma's sociale
wetgeving zoo onbarmhartig in het licht stelde.
De minister van financiën, die aanvankelijk
dacht, dat zijne nieuwe belasting-ontwerpen
reeds met 1 Mei 1914 zouden kunnen werken,
ziet nu in, dat hij te optimistisch is geweest.
Hij moet zich dus tijdelijk behelpen met op
centen op de bestaande belastingen.
zal doen vinden, dat nog niemand voor u be
treden heeft."
Maar nadat zy voor dien nacht afscheid van
elkaar genomen hadden en alle lichten in huis
uit waren, liep hjj nog op en neer op de rot-
seD, waar de Dacht nooit stil is, zelfs niet,
wanneer er geen windje suist. De lucht is ver'
vuld van het geluid van het vallend water,
het roischend riet, en de kreten der water
vogels, die van oever tot oever door de rot
sen teruggekaatst wordeD, als zy in het duister
nog over de golven scheren, die Inisheen be
spoelen. En toen hy daar zoo heen en weer
liep, dacht by „Zou een man zonder fortuiD,
dien misschien het noodlot reeds voor het on
geluk bestemd heeft, er aan mogen denken
een schepseltje zoo vol levenlnst, zoo fFïsch
en zoo liefelyk aan zyn lot te verbinden'
Neen, ik moet my die gedachte hoe eer hoe
beter uit het hoofd zitten.
Marcella was intnsschen ook met hare ge
dachten by hem en vroeg zichzelve af, wat
toch dat vreeselyke zou zjjn, waarvan by met
moeite gered was, en waarover zyne moeder
niet wilde hooreu spreken. En met zynen
ring in hare hand geklemd, viel zjj in slaap.
HOOFDSTUK XII.
Distresnn.
Hij, die nooit op een Iersche „jauntingcar"
gereden beeft, een klein, net karretje met
Nu is er geen mensch, die het heffen van
dergelijke opcenten een toe te juichen maat
regel acht.
Maar gaat het nu aan om, zooals enkele
organen van Rechts doen, den Minister en de
LinkSehe regeering de schuld te geven, dat
dergelijke opcenten nu noodig zijn
M at toch is het geval
De afgetreden clericale regeering liet een
tekort in de schatkist achter van 14 millioen.
Daarenboven kost de uitkeering aan 70
jarigen inplaats van 272 millioen, zoo als
Talma had gedacht, wel 10 millioen.
Minister Bertling's tijdelijke opcenten zijn dus
alleen noodig, omdat de afgetreden clericale
regeering den boedel in zoo desolaten toestand
achterliet.
En van zijne nieuwe belastingwetten moet
de opbrengst veel grooter zijn dan noodig zou
zijn geweest, als het Ministerie-Heemskerk
zuiniger had huisgehouden en ondanks de
groote accressen der laatste jaren geen enorm
tekort had nagelaten aan zijn opvolger.
Hoe eeu droom uitkwam.
Een jong Chineesch echtpaar had van het
begin van hun huwelijk af steeds met tegen
spoed te kampen gehad. Wat de echtelieden
ook ter hand namen, het mislukte en zelfs
hunne laatste spaarpenningen die zij in een
rijstzaakje staken, dreigden weg te zinken,
vertelt het »Soer. Nwsbl.* toen op zekeren
dag man en vrouw een droom hadden, waarin
hun werd gezegd naar Soerabaja te gaan en
daar aan den alom als in reuk van heiligheid
bekend staanden twapekong Kwee Sing Ong
in kampong Doekoe te offeren, door wien
dan het rad van fortuin te hunnen gunste
zou omgewenteld worden. Zij besloten aan
dezen raad gevolg te geven.
Na aan den twapekong geofferd te hebben,
begaven de echtgeoooten zich weder huiswaarts
en vanaf dien tijd gevoelden en zagen zjj
zich gelukkig, want de rijstzaak marcheerde
zoo goed, dat zij spoedig genoodzaakt waren
de kleine warong te vergrooten en ze niet
meer van bamboe met radjang, maar van
steen op te trekken.
flinke veeren en zachte kussens getrokken
door een vlug paard die nooit zoo Ierlands
heuvelachtige landstreken doorkruist heeft,
heeft eene van de aangenaamste gewaarwor
dingen in 't leven gemist. Geen ander voer
tuig gaat zoo vlug en zoo gemakkelijk tegen
de heuvels op, en rolt weer zoo geleidelijk
langs den steilen weg het dal in. Geen ander
voertuig biedt zulk een heerlijke gelegenheid
aan tot aangenamen kout tusschen de beide
reizigers, die, met de ruggen half naar elkan
der toegekeerd, de armen laten rusten op de
lage rugleuning, die hen scheidt.
Maar het is byna even moeilijk, als men er
niet van kindsbeen af aan gewoon is, om in
eene jauntingcar te zitten, als op een paard.
Eene bepaalde houding van de knie en een
lichte druk met den eenen voet zyn bepaald
noodig om dengeen, die er op zit, het gevoel
te geven, alsof üy als een vogel de lucht
doorklieft, welk gevoel aan beD, die in gewone
rijtuigen rijden, zoo volkomen otibekend is.
Vader L»aly, Breyan eo Marcella, die alle
drie met deze manier van ryden bekend waren,
vervolgden hunnen weg over de heuvels even
licht als het koeltje, dat dien ochtend woei,
totdat zjj by eenen draai van den weg plot
seling eene arme vronw aan zagen komen,
die hen wenkte en vader Daly vroeg of hy
met haar mede wilde gaan naar een zieke.
„Zoo, wie is er ziek
„De oude man zelf, uw eerwaarde."
8 43
8 46
8 50
8 59
9 41
8 03
8 15
8 47
8 59
9 ,n0
9 38
9 42
9 45
9 53
TER NEEZEMH VOLKSBLAD
BB—Er1
NAAB HET EnGELSCH VAN