Vrijzinnig Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen,
Uitloting Geldleening.
te Slni
Dreigde tr geen gcVaar
MARCELLA GRACE.
AANBESTEDING.
No. 2425.
Zaterdag 29 November 1913.
24e Jaargang.
Stremming verkeer.
FEUILLETON.
Een roman uit Ierland.
Het verrichten van werk
zaamheden aan de scholen A,
B en C te Ter Neuzen, en D
te Sluiskil.
BINNENLAND.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden 75 cent voor binnen en buiten Ter Neuzen
Voor België 95 cent bii Tooruitbetaling.
Abonnementen worden aangenomen bij alle
Boekbandelaren, Brievengaarders en den Uitgever
Telef. Interc. No 15.
ADVERTENTIEPRIJS:
Van 1 tot en met 6 regels 50 oent; elke regel meer
10 cent. Bij abonnement aanmerkelijk ver
minderd tarief. Grootere letters naar plaatsruimte-
Redactie-adres: Noordstraat 10, Ter Neuzen,
Deze Courant Tersch^nt eiken Woensdag- en Zaterdagmorgen bjj den Uitge.er M. DB JONGE. te Ter Hansen.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN
maken bekend, dat de weg van af de Axelsche
brug tot den Provincialen weg van af Maandag
tot Zaterdag 20 December a. s. voor het verkeer
met zware vrachten, zal zyn gesloten en dat ge
durende dien tijd de wederzpsche macadamwegen
met lichte voertuigen bereden mogen worden.
Het verkeer met zware vrachten kan gedurende
dien tijd plaats hebben langs den Stationsweg, en
de Zuid-beerbrug.
Ter Neuzen, den 25 November 1913.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
L. WABEKE, Secretaris.
Burgemeester en Wethouders der gemeente TER
NEUZEN brengen ter kennis van belanghebbenden
dat van de geldleening aangegaan in 1904, groot
3500,—, bestaande in 14 aandeelen van/250,-,
is uitgeloot No. 10 (tien) welk aandeel vanaf 1
Januari 1914 betaalbaar is gesteld ten kantore van
den Gemeente-Ontvanger.
Ter Neuzen, 25 November 1913.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
L. WABEKE, Secretaris.
Burgemeester en Wethouders van TER
NEUZEN zullen op Dinsdag 9 Decern-
bet* 1913 aanbesteden
het ophalen, verzamelen en opbergen
van huis- en wtraatvuil en van
heer te Sluiskil, gedurende het
tijdvak 1 Januari 1914 tot en
met 31 December 1914.
De voorwaarden liggen ter inzage ter ge
meente-secretarie on de gewone kantooruren.
Gezegelde inschrjjvingsbilje ten kunnen op
de secretarie worden ingeleverd vóór 10 uur
des voormiddags van den dag der aaobestedi 'g.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
L. WABEKE, Secretaris.
ROSA MÜLllOLLAND.
7)
„Dat ben ik met a eens, ofschoon bet
volk niet verlaten behoefde te zijn, wanneer
het had willon leeren tevreden te wezen. Maar
ik verkies hnn gemor en hnnne bedreigingen
tiet te verduren! En het verwondert mij zeer,
vader Dalj dat gij znlk eenen tjjd kiest, om
hier te komen en mij znlk een voorstel te
doen. De moord, die van nacht gepleegd werd
op eenen landheer, wiens goederen geen vijf
tig mijlen van de mijne verwjjierd liggen, is
dunkt mij een voldoend antwoord en een ont
zettend antwoord tevens op al de wenken, die
gü mij geeft, voor mijn gedrag, uat was dan
eens een man, die zjjoen plicht deed, daaraan kan
ik niet twijfelen, niet waar?"
Vader Daly zuchtte diep.
Dat kan ik moeilijk beoordeelen. Het eenige
wat ik kan zeggen is, dat wanneer gij mijn
raad wildet opvolgen, gij geen gevaar zoudt
loopen. Ik smeek God", ging hjj voort met
diepe uitroering in gelaat en stem, „dat, wat
er ook moge gebeuren, niemand mijner kudde
Burgemeester en Wethouders van TER
NEUZEN zullen op Dinsdag 9 Decem
ber* 1913, des voor i iddags tien uur,
ten geuieeutebuize in het openbaar, bij enkele
inschrijving, in twee perceelen aanbesteden
Het bestek met 2 teekeningeu ligt ter ge
meente-secretarie ter inzage en is aldaar voor
0,75 verkrjjgbaar.
Aanwijzing zal geschieden te Ter Neuzen
op 6 en te Sluiskil op 8 December 1913,
telkens des voormiddag 10 uur.
Ter Neuzen, 25 November 1913.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
L. WABEKE, Secretaris.
Het eigenaardige van de discussie's bij de
Indische begrooting is wel, dat na het beza
digde en kloeke optreden van Minister Plejjte
ook de coalitie bladen zich tevreden toonen.
Zjj meenen, dat de beweringen van links
dezen zomer geuit over den gevaarlijken koers
in onze koloniale politiek als gevolg van Dr.
Kuypers aandrang op den minister van Koloniën,
de Waal Malefijt gelogenstraft zijn.
En toch is niets minder waar.
Dat hebben de heeren Tydeman, Fock en
Van Deventer maar al te duidelijk aangetoond.
Het merkwaardigste was, dat de anti-rev.
sprekers geen van allen Dr. Kuypers stelling
en aandrang tot het overbrengen van den
schoolstrijd naar Indië verdedigden.
Geen enkele echo daarvan werd vernomen.
Men trachtte aan te toonen, dat van ge
dwongen kerstening geene sprake was, dat de
passar- en Zondagscirculaires van den Gouver
neur-Generaal tamelijk onschuldig waren.
Zelfs werd van anti-rev. zijde (door Dr.
Scheurer) beweerd, dat voorzichtigheid bij de
sticÊting van Zendingsscholen noodig was.
ooit het minste aandeel moge hebben in de
misdaad van Kaïa. Wanneer ik deel in hnnne
ellende, en met hen tracht hnn lot te verbe
teren, doe ik dat slechts op de uitdrukkelijke
voorwaarde, dat zij naar mijne woorden zullen
luisteren en zich vrij van zonde znllen honden."
„Ik ben er van overtaigd, dat gij uw best
doet", zeide Mrs O'Kelly, onbewust iets be-
schermende in haren toon leggend. „Maar ik
zou er geen weddingschap om willen aaDgaan
of de geheime Fenians in uwe gemeente al
of niet bevel hebbeu gekregen mij tedooden.
Ik heb nog anderen plichten te vervullen, be
halve die van er van te trachten, het onre-
delijken pachters uaar den zin te maken. Ik
ga dagelijks naar de mis, ook als het kond
is en mijne rhenmatiek mjj hindert. Ik doe
hier veel goed. Ik breng er het mijne toe bij,
de achtenswaardigheid van den Ierschen adel
in Dublin op te honden. Ik ga op gezette
tijden mijne opwachting bij den onderkoning
maken. Ook vergeet ik niet de inlandsche
fabrikanten van myn land te beschermen ik
wacht zelfs vandaag nog een pak zware
moirée zijde, in Dublin geweven, om er my
eenen galasleep van te maken. De modiste
wilde hem van Lyonsch fluweel maken, maar
ik zeide„ne n, of bet moest in Ierland voor
my gemaakt knnnen worden." Maar, o ja
vader D ly, ik wilde u nog wat ander zeg
gen. Wat moet toch doen met die afschuwe
lijke O'Flagerty's
De heer Van Veen (C.-H.) had geen succes
met zijne pogingen om een conflict tusschen
Minister en Gouverneur-Generaal uit te lokken.
De heer De Savornin Lobman wilde vol
houden, dat de vroegere minister van Koloniën
niet aan den aandrang van Dr. Kuyper toege
geven had.
Toen Mr. Fock hem tegemoet voerde in de
Tweede Kamer niet, maar in de Eerste wel,
stemde de heer Lohman dit feitelijk toe.
Hij zeide, dat De Waal Malefijt eenigszins
met woorden gespeeld had.
Dat was verkeerd van hem geweest, volgens
den heer Lohman.
Dat spelen met woorden laten wij voor
rekening van den heer Lohman,
Wij voor ons zijn er nog ten volle van
overtuigd, dat het wel degelijk de bedoeling
was van den anti-rev. Minister van Koloniën
aan den drang van Dr. Kuyper toe te geven.
De gedragslijn in lndië het laatste jaar
gevolgd, wijst hier trouwens onmiskenbaar op.
Ons dunkt, dat de linkerzijde volkomen in
haar recht was bij de verkiezingen naast an
dere gevaren op het groote gevaar in onze
koloniën te wijzen.
En dat is voorloopig tenminste afgewend.
Ouderdomsrente.
Het wetsontwerp tot verleening van ouder
domsrente, aan behoeftigen, dat Woensdag
door de Regeering bij den Raad van State
ter overweging werd aanhangig gemaakt,
houdt, naar men verneemt, o.a. in, dat recht
op eene ouderdomsrente heeft ieder die aan
nemelijk maakt dat hij
a. zeventig jaar is of ouder
b. behoeftig is
c. niet na het bereiken van den leeftijd
van vyfenzestig jaar onderstand heeft genoten
van een gemeente of van een instelling van
weldadigheid voorkomende op de lijst, in Art.
3 der Armenwet bedoeld, en indien hij gehuwd
is
d. dat ook zijn echtgenoot behoeftig is,
zulks behoudens eenige in de wet genoemde
uitzonderingen.
De rente gaat in op den dag waarop de
aanspraak op rente is verkregen, doch niet
vroeger dan drie maanden vóór den dag,
„Wie zyn dat?„ zeide de priester, wiens
gedachten nog steeds bij zijne ongelukkige ge
meenteleden waren.
„Weet gij dat niet? Diemenschen, die ver
wachten dat zij mijne erfgenamen zullen wor
den, zjj knnnen haast geen bloedverwanten
heeten zoo ver bestaan zij mijik heb ze al
tijd zoo onaangenaam gevonden. Ik kan ze
waarlijk niet uitstaan, vader Daly, en
toch heb ik geen andere verwanten. Ben ik
verplicht hun mijne bezittingen na te laten
of kan ik alles aan de kerk of aan de armen
vermaken.
Vader Daly dacht een oogonblik na terwijl
er iets, wat naar bitterheid zweemde, over
zijn zachtaardig gelaat zweefde. Hjj wist, dat
de O'Flaherty's trotsche menschen waren, die
groote pachtsommen eischten en wier pachters
er nog veel slechter aan toe waren, dan die
Distresna. Het scheen hem toe dat zijne kudde
dan van kwaad tot erger zon vervallen. Wat
het alternatief betreft, dat de oude dame stelde
als laatste middel om de onbeschaamde ver
wachtingen van de voorwerpen van haren af
keer te niet doen, n.l. om haren bezit
tingen aan de armen te vermaken, dat
kwam den priester voor als een fijne ironie
van het noodlot. Aan den eenen kant een half
verhongerde bevolking, die door een vermin
dering van pacht zich zon knnnen voedeD, en
aan den andere kant een fortuin dat uitge
zet zou worden om de armen te ondersteunen.
waarop de rente-aanvrage bij het gemeente
bestuur inkwam.
Van het recht op ouderdomsrente wordt
uitgesloten hij die
a. na het bereiken van den leeftijd van
zestig jaar bij een vonnis dat onherroepelijk
is geworden, is veroordeeld tot gevangenisstraf
of tot plaatsing in een Rijkswerkinrichting,
een en ander voor een jaar of langer
b. misbruik van drank pleegt te maken
of op andere wijze een bekend slecht levens
gedrag leidt.
Mede worden uitgesloten
a. Nederlanders of Nederlandsche onder
danen die niet gedurende de laatste vijf jaar
voor hun rente-aanvrage onafgebroken in
Nederland hun hoofdverblijf hebben gehad
b. anderen dan Nederlanders of Neder
landsche onderdanen, die niet gedurende de
laatste twintig jaren voor hun renteaanvrage
onafgebroken in Nederland hun hoofdverblijf
hebben gehad.
Zij, die gedurende zes maanden onmiddellijk
voorafgaande aan den dag van aanvrage der
rente onafgebroken in Nederland hun hoofd
verblijf hadden, worden geacht, gedurende
het hiervoren bedoelde tjjdvak van vjjf resp.
twintig jaren, onafgebroken in Nederland hun
hoofdverblijf te hebben gehad, als zij in dat
tjjdvak niet gemiddeld een maand per jaar
of langer hun hoofdverblijf buiten Nederland
hadden.
Voorgesteld wordt het bedrag der ouder
domsrente te bepalen op 104 gulden per jaar,
doch voor ieder der echtgenooten aan wie
beiden een ouderdomsrente is toegekend, 78
gulden per jaar.
De ouderdomsrente wordt gebracht ten
laste der gemeente waar de rechthebbende
zyn hoofdverblijf had op het tjjdstip van de
aanvrage.
Door het Rjjk wordt aan de gemeenten
eene vergoeding verstrekt van 50 gulden per
hoofd.
Aan gemeenten wier kosten voor de uit
voering der wet over het afgeloopen kalender
jaar niet worden gedekt door die vergoeding
kan door de Kroon eene toelage uit 's Rjjks
schatkist worden toegekend.
De uitbetaling der rente geschiedt eenmaal
per week.
Ingeval de betrokkene in een krankzinnigen-
„Ik kan u io dit opzicht moeilijk raadgeveu"
zeide hij. „Zijt gü er zeker vaD, dat gü geen
nadere verwanten in de wereld hebt, dan de
O'Flaherty's.
„Ja, ik vrees van wel. Langen tyd geleden
had ik eenige hoop, dat er nog een jongere
tak van onze familie zon te voorschyn komen.
Een mijner verwanten is het in de wereld
tegengeloopen en hij werd vergeten. Hy zoa
erfgenamen kunnen hebben nagelaten, maar
ik geloof niet, dat er veel kans zou zyn, die
op te sporen, als zy al bestaan. Ik heb er
wel eens over gedacht iemand aan te nemen,
en wel Bryan Kilmorej, eenen flinken jongen,
die tot nog voor korten tyd altijd mijn lieve
ling was. Maar sedert hij zulke dwaalbe
grippen is toegedaan en zich geheel vereenigd
heeft met de politiek der Nationalisten, ben
ik natuurlijk van gedachten veranderd. En
nu hij mij teleurgesteld heeft, wil ik niet weer
naar een ander uitzien. Maar gij gaat immers
nog niet weg, vader Daly Zou het werkelijk
het beste zyo, om alles wat ik heb, aan de
armen te vermaken
Vader Daly had zjjnen hoed genomen en
zou, wanneer deze vraag bem niet gedaan
was, uit de kamer gegaan zijn, zonder zyne
gedachten onder woorden te brengen. Maar
bij Mrs. O'Kelly's met aandrang herhaalde
vraag over de armen was het eindelijk met
zjjn geduld gedaan.
„Wanneer gij dat testament wilt maken,"
NAAR HET EnGELSCH VAN
«3S8S®—