Vrijzinnig Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
Wordt niet te gauw boos!
Tüsschen Kerk en Pastorie.
pc houding der 5- P- ft- P-
Van de Hand in den tand.
No. 2390.
Woensdag 30 Juli 1913.
24e Jaargang
FEUILLETON.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 76 cent voor binnen en buiten Ter Neuzen.
Voor België 95 cent bij vooruitbetaling.
Abonnementen worden aangenomen by alle
Boekhandelaren, Brievengaarders ei den Uitgever.
Telef. In tere. No 15
ADVERTENTIEPRIJS:
Van 1 tot en met 6 regels 50 cent; elke regel meer
10 cent. Bij abonnement aanmerkelijk ver
minderd tarief. Grootere letters naar plaatsruimte-
Redactie-adres: Noordstraat 10, Ter Neuzen,
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag- en Zaterdagmorgen bij den Uitgever M, DE JONGE, te Ter Neuzen.
Onze lezers herinneren zich wellicht nog,
wat Woensdag 23 Juli onder het opschrift
>De rechtsche woede» in ons blad stond.
Wij hebben daarin geconstateerd, dat
minstens 6 van de 18 sociaal-democraten hun
zetel indirect danken aan de hulp der clericalen.
Daarna toonden wij aan, hoe niet alleen
door indirecte, maar ook door directe hulp
van rechts sinds 1888 (toen Domela Nieuwen-
huis met hulp der anti-rev. gekozen werd)
gedurig sociaal-democraten gekozen zijn.
Wij behoeven ons dus van het verwijt der
rechterzijde, dat wij met rood medegaan,
absoluut niets aan te trekken.
De aanhef van ons artikel willen wij nog
eens weergeven. Dat luidde aldus:
»Het is vermakelijk in de kleinere
organen der clericale pers na te gaan,
op welk een wijze zij het haar lezers als
een allerverschrikkelijkste zaak voor oogen
stelt, dat mr. Troelstra door Hare
Majesteit op het Loo ontboden is.
Duchtig werken deze clericale redacties
met het roode spook en in elk blaadje
der clericale richting wordt het zoo on
geveer als de ondergang van het land
voorgesteld, dat de sociaal-democraten tot
18 in het parlement zijn gestegen en hun
leider door de Koningin in de oplossing
der crisis wordt gekend».
Wat schrijft Zelandia omtrent ons betoog
Niets. Al wat wij daarin zeggen, blijft
onaangevochten, kan ook moeilijk bestreden
worden.
Alleen over de door ons nog eens geciteerde
woorden heeft de redactie wat te zeggen.
Wat? Och, niet veel bijzonders.
Ze hebben gelachen, dat ze schaterden.
Het trok onmiddellijk onze aandacht, die
redactioneele schaterlach van Zelandia.
Wij hebben reeds zoo dikwijls gelezen, dat
Zelandia schaterde van het lachen.
Maar 'tis geen echte, vrooljjke lach, die
schaterlach van Zelandia.
Wij hadden gesproken van »kleinere organen
van de clericale pers».
En ofschoon wij ook de grootere gerust
konden aanhalen, in de kleinere was toch het
stemming maken bij het volk het ergst.
A LITE KEEMNITZ.
10)
„Hoe gaat het met de vrouw vroeg Klaus
Jensen, toen bij op Hiudersen toetrad. Die
schudde hem de band Dank u, heel goed
Zij zal zeker weer heelemaal de oude worden,
de laatste maanden ging het zwakjes, ja twee
maal hadden we den dokter van Queren bij
ons. Zij was veel te werkzaam, JeDsen, veel
te trouw aan baar plicht, de kleioe klaproos
wie had dat gedacht, niet, Jenseu
Klaus zweeg.
„Nu zullen de schoonouders bepaald over
drie weken op het doopfeest komen, want de
overste kan later niet weg, daD moet zjj weer
geheel in orde z|jn, want zjj wil zich toch
voor de „Gravin" als goede huisvrouw laten
zieDEn jij met je zusters zult toch ook wel
b|j den doop z|jn, niet?"
De proost verscheen en de synode werd
geopend. Jensen was geen secretaris meer,
daar er sinds de vorige maal twee nieuwe
predikanten gekomen warenb|j zat dicht
achter Hinderson eu moest, telkens als bij
nit zjjn gedachten opschrikte den breeden
Nu valt Zelandia over deze woorden
»kleinere organen van de clericale pers».
En Zelandia, niet in staat ons betoog te
weerleggen, maar de schoen passende, zich
rangschikkende onder die kleinere organen,
deelt in de rechtsche woede, wordt rood als
een kalkoensche haan en vertelt aan hare
lezers, dat die woorden stonden »in een blad
van den allerlaagsten rang in het Tern.
Volksblad».
Lezers van ons blad, maak u heusch niet
boos op de kleine, clericale Zelandia. Wij
hebben ons ook niet boos gemaakt. Wij zijn
ook niet aan het schaterlachen getrokken.
Inwendig dit willen we toegeven
hebben we ons wel een weinig verkneuterd,
dat Zelandia gewoonlijk zoo'n grooten
mond openzettend niets wist te zeggen
op ons artikel en daarom oudergewoonte aan
het schelden ging, maar schaterlachen, neen,
dat wilden we niet.
Met een gevoel van waarachtig medelijden
hebben we gemurmeld »Arme Zelandia.»
En aan onze lezers zpggen wij Doet niet
desgelijks. Hebt ge gebrek aan argumenten,
zwijgt dan liever, dan te gaan smalen of
schelden. Daarmede berokkent gij niet alleen
u zeiven oneer, maar ook uwe party.
Denkt om ZelandiaWie zich aan een
ander spiegelt, spiegelt zich zacht.
Nog niet zoo spoedig is men uitgepraat
over het besluit der soc. democr. voormannen
om geen congres der partij te houden en niet
in te gaan op het aanbod van Dr. Bos om
drie ministerszetels te bezetten.
Verschillende organen, zoo van links als
rechts laten zich uit over dit vérstrekkende
besluit der volgers van mr. Troelstra.
En in het algemeen vindt zoowel rechts
als links de houding van de meerderheid der
soc.-democr. leiders afkeuring.
Het met geweld drijven in zekere richting
en dan na een succesvollen strijd het afweren
van alle verantwoordelijkheid kan ook bij geen
enkel ernstig en plichtgevoelend mensch ver
dediging vinden.
Dat de soc.-democr. partij, geen deel willen
rug van zijn voorman bekijken was Johanna's
baud over den zwarten rok heengegaan,toen
domiDée Hindersen zich van morgen voor het
vertrek over baar bed gebogen had, om haar
vaarwel te zeggen Klaus had Johanna niet
weergezien. De winter was hard en lang ge
weest Johanna was wel eens per slede met
haar man naar zijn pastorie gekomen maar
Klaus was juist naar een brniloft ia het dorp
eu toen zijn zuster hem bericht stuurde van
bet bezoek, was bij niet meegereden. Hier
op het land lette men niet zoo op de vormen
en HinderseD woonde b|joa twee uur van
hem af.
Die Jensen hondt zich toch maar goed
merkte een der predikanten tegen zjjn buur
man op. „Als hjj in de dertig komt, haalt
h|j het er op een einde nog door."
„Zjjn vader kwam ook in de dertig, d.w.z.
hij stierf op zjjn een-en-dertigste."
Men sprak over drankzucht. Jenseu had bij
de discussie dikwjjls bet woord gevoerd, maar
hjj was zoo moe als hjj sinds jareo niet ge
weest was, de lucht was muf en het koor
hing hem zwaar boven het hoofd. Hij ging
naar buiten en wandelde op het paadje tusschen
kerk en pastorie heen en weer. Er was van
daag geen regeo en geen wind, de lacht was
zoo stil, alsof zjj zich gereed maakte voor een
storm.
uitmakend van de regeering, durft te zeggen,
dat de vrijz. concentratie toch de regeering
zou moeten aanvaarden, klinkt uit hun
onverantwoordelijken mond bespottelijk, ja
ergerlijk.
Met de socialistische zetels mede, beschikt
links over 55 stemmen, maar de vrijzinnige
concentratie heeft er maar 37, terwijl de
rechterzijde er 45 heeft, dus er met 8 bovenstaat.
Dit overziende, heeft de meerderheid der
soc.-democr. leiders gehandeld op eene wijze,
totaal onvereenigbaar met de belangen des
volks, die zjj zeggen voor te staan.
Goed doet het, om het eerlijke en krachtige
woord van Vliegen te hooren, die de vruchten,
die gerijpt zijn, plukken wil.
Ook de heer Duijs, toch zeker wel een
onverdacht en strijdbaar voorvechter van de
arbeidersbelangen doet zich in zijn blad >De
Voorpost» gelden.
Hij ook wijst op het loyale aanbod van
Dr. Bos en zet eenige zaken recht, die in
»Het Volk» wel niet onjuist, maar toch onvol
ledig zijn weergegeven.
Hij is ook van meening, zooals wij het zijn,
maar zooals ook velen zijner partijgenooten
het zijn, dat het aanbod van Dr. Bos aanvaard
had moeten worden.
Uit alles, vooral uit de woorden van den
heer Duijs ook blijkt, dat het aanbod van den
vertrouwensman der Koningin zoodanig was
ingekleed, dat de S. D. A. P. op dit aanbod
had kunnen en moeten ingaan.
De groote belangen der volksmassa zijn
dit blijkt onloochenbaar -- achtergesteld
bij tactische partij-overwegingen.
Ook hier zien we weer zoo duidelijk dat
voor afbraak liefhebbers genoeg zijn.
Maar schooner handelt, wie opbouwt.
Zeker is het laatste moeilijker.
Maar wie als openbaar persoon eenig plicht
besef heeft, hij zal zich scharen aan de zyde
der opbouwers.
Geene drogredenen, geen theoretische be
spiegelingen kunnen goedmaken, wat de meer
derheid der S. D. leiders door gunne weigering
misdeden.
En we twijfelen niet of het ontwikkelde
en zelfbewuste deel van ons arbeidersvolk
zal rekenschap eischen.
Klaas ging niet naar het doopfeest van den
kleine Hindersen, zijn znsters welhij kon
dien dag niet weg, want de oude Detlev lag
op sterven, het eerste huis links op den weg
naar Brinkhof en de bejaarde man, van wien
Jensen's vader al de eerste kinderen gedoopt
had, klemde zich formeel aan hem vast.
Marie en Anna kwamen zeer tevreden van
het doopfeest thais, het was een beetje stjjt
geweest door den overste, die overigens heel
beleefd naar haar broer gevraagd bad, de
gravin daarentegen was een hoogst lieftallige
vrouw. Ook het eten was goed geweest en
als Johanna aan tafel niet in zwijm gevallen
was, zon alles vlot van stapel geloopen zjjn.
De vrouw van den proost had haar gezegd
dat zjj zich veel te druk gemaakt bad, zjj
had overel zelfs naar willen zieD, hoe zij bet
ook afgeraden had, toch zou de jonge vronw
ganw opknappen, als de ouders maar eens
vertrokken waren.
Klaas vroeg of Johanna er nog onveranderd
uitzag. „O ja," meende Marie, maar Anna
viel haar in de rede en zei: „Dat is niet
waar. Zij ziet er altijd nog heel goed nit,
misschien beter dan vroeger en haar roode
wangen heeft zij ook nog, maar zij is heel
mager geworden. Marie bracht daar tegen
in„Natuurlijk, de kleioe is ook nog geen
vier maanden ond." Klaus ging na een poosje
uit het venster een rozenstok losgeraakt, hij
bond hem weer aan zijn stennsel en ging
Reeds meermalen hebben wij er op gewezen,
hoe het beroemde ministerie Heemskerk, dat
zich zoo gaarne met den christenwaom tooide,
omsprong en morste met de financiën des
lands.
Enkel reeds hierom verdiende het te vallen
en smadelijk weggevaagd te worden.
Dr. Kuyper zelf heeft het gezegd, dat de
staatsinkomsten thans 50 millioen meer be
dragen per jaar, dan onder zjjn bewind.
Maar, wat baatte dit de schatkist
Steeds hooger worden de belastingen op
gevoerd en telkens kwamen er nieuwe bij of
werden zij voorbereid.
Verhoogd werden de belastingen op het
gedistilleerd, successie en het zegelrecht op
effecten. Tegen alle verzekeringen van Mr.
Kolkman in, werden telken jaïe opnieuw de
opcenten op de belastingen op de bedrijfs-
en andere inkomsten- en op de vermogens
belasting gehandhaafd.
Nieuwe belastingen als het debietrecht op
de tabak, inkomstenbelasting en de tariefwet
zouden volgen.
Bij dit alles werd nog een leening aange
gaan van 50 millioen guldens en toch bleef
steeds de bodem der schatkist zichtbaar.
Van zuinigheid in de staathuishouding geen
spoor.
De belastingpenningen, door zoovelen vaak
onder zuchten moeizaam bijeengebracht,
kwamen terecht in een bodemloos vat en
werden opgeslokt door het militairismedat
onverzadelijk is, door het sectarisch onderwijs,
dat nooit genoeg kan krijgen en door een
steeds talrijker wordend ambtenarenpersoneel
dat onophoudelijk streeft naar zoogenaamde
lotsverbetering en in zijn nasleep heeft een
snelgroeiend bedrag aan pensioenen.
Het ministerie Heemskerk heeft de persoon
lijke en finantieele lasten van het militairisme
enorm verhoogd. Thans reeds bedraagt het
budget van oorlog hier te lande 33 millioen,
terwijl minister Colijn betoogde, dat de 40
millioen wel spoedig bereikt zou zijn.
Daarbij komen dan nog de millioenen, die
gevoteerd zijn voor de kustverdediging, rechts
tegen links aangenomen.
Bij rechts stemden velen, hoewel tegen
standers, vóór ter wille van de coalitie.
daarna zitten werken. De dagen verliepen.
Het was eigenlijk niet meer dan plicht, dat
hij eens naar Johanna's gezondheid ging
vernemen en toch aarzelde hjj, omdat hjj niet
wist, of het alleen bet verlangen was baar
nog eens weer te zien. Mocht hjj er heengaan
Het wordt einde September, reeds lieten
zich eenige blaren door den wind over den
heggeweg dragen en nog altijd was Klaas
er niet geweest. Nu bestelde hij voor den
volgenden Zondagnamiddag het wagentje van
Petersen voor zich en zonder het zijn zusters
te zeggen reed hij naar dominee HinderseD.
Om drie nur was hjj er.
Het dienstmeisje, netjes in haar Zondagsche
kleerea, deed hem open, toen het rjjtuig stil
hield en zei, dat dominee doopte in het dorp,
zij zou het aan mevrouw zeggen. „Hoe gaat
het met mevrouw?' vroeg hij. „O, dat wordt
zachtjes aan beter, maar bewegen kan zij
zich niet. We hebben een ziekenverpleegster
uit Kiel hier."
„Ligt zij te bed
„Neen, meestal in de ziekenstoel, dien de
vrouw van don overste met de verpleegsters
meegegeven heeft." Johanna had het rijtuig
voor hooren komen en verwonderde zich over
het lange gesprek zij liet door de verpleegster
vragen of de bezoeker niet binnen wilde komen.
Klaus legde hoed en overjas af en ging in
de gelijkvloersche kamer. Die was laag en
slechts door het kleine, met bloemen bezette
TER
KSBLAD.
DOOK