061; at bedrit!
UIT ONZE OMGEVING.
Kerknieuws.
Gemengde Berichten.
Een jongen vond Donderdag op het
voetbalveld alhier een losse patroon, die waar
schijnlijk door een der soldaten verloren was.
Hij beging daarmede de onvoorzichtigheid
te probeeren deze at te schieten. Met er op
te slaan sprong de huls uit elkaar en ver
wondde den onvoorzichtigen jongen zoodanig
aan zijn handen, dat geneeskundige hulp
moest worden ingeroepen.
Door de gemeentepolitie is een onderzoek
ingesteld, met gevolg dat proces-verbaal is
opgemaakt tegen eeD onderwijzer van de Chr.
school alhier, die een leerling op school een
kastijding had toegediend. Die jongen is,
naar vermoed wordt, tengevolge daarvan
ernstig ongesteld.
De werkman J. Hamelink Cz., werkzaam
bij het lossen van balken uit het stoomschip
»Graanbandel« werd gisteren door een uit
het takel vallenden balk aan het hoofd ge-
ttoffen, waardoor hij een wonde bekwam,
zoodanig dat zijn makkers hem huiswaarts
moesten brengen. Zijn toestand is ernstig,
want men vreest voor herschenschudding.
In de op Maandag a. s. des namiddags
te 2,30 ure te houden openbare vergadering
van den Gemeenteraad alhier, komen de
volgende punten in behandeling
1. Notulen
2. Onderzoek geloofsbrieven nieuw gekozen
raadsleden
3. Ingekomen stukken
4. Aanbieding gemeente-rekening over
1912;
5. Benoeming leeraren hoogere burger
school
Aanbevolen worden voor
Wis-, natuur- en werktuigkunde en cosmo-
grafie de heeren W. Estor en A. D. Nuthans
Schei-, plant- en dierkunde de heeren Dr W.
Middelberg en P. Muller
Fransche taalde heeren D. Klerk, W.
Timmerman en H. Nieuwenhuijze
Hoogduitsche taal- en letterkunde de heer
W. J. Noordhoek, mej. J. Valeton en mej.
G. L. Horn;
Engelsche taal- en letterkunde de heeren
F. D. de Soet, A. Speijer en A. C. Stehouwer
Gymnastiek, de heerenK. Duizendstra,
L. v. d. Steen en Ph. Postma;
Hand- en rechtlijnig teeken de heeren A.
Scherpenhuijzen, L. G. van der Eijk en C, J. J.
Bosch.
Woensdag werd aan het gebouw van
het gewestelijk bestuur te Middelburg aanbe
steed:
lo Het vervangen van een basaltmuur door
steenglooiïng en rijsbeslag langs de oostzijde
van de buitenhaven te Wemeldinge, behoorende
tot de werken van het kanaal door Zuid Beve
land. (Raming f 8350).
Ingeschreven werd door de heeren
A. Kaan te Ter Neuzen voor f 8140 J.
J. Geluk te Tholen voor f 8685 H. Kosten
Cz. te Wemeldinge voor f 8725A. v. d.
Straaten Jr. te Hansweert voor f 8850 W.
H. Ferdinandusse te Biezelinge voor f 8930.
2o. Het verbeteren van den Rijksweg in
de kom der gemeente Breskens met bijkomende
werken, behoorende tot de Rijks groote wegen
in Zeeland. (Raming f 5570).
Ingeschreven werd door de heeren A. Kaan
te Ter Neuzen voor f 5635 A. du Burck te
Breskens voor f 5687 J. M. H. van de Sande
te Breskens voor f 5844,
Een clubje toeristen uit Gent die
Maandag een bezoek aan Walcheren hadden
gebracht arriveerden met de laatste boot uit
Vlissingen te Ter Neuzen. In de meening
dat zij zich haasten moesten om den trein
voor Gent te halen was het ten slotte op een
loopen gezet. Dit scheen teveel voor een bij
het gezelschap behoorend corpulent 30-jarig
heer. Deze zakte nabij het station op den
weg ineen. In bewusteloozen toestand is hij
door zijne reisgezellen met hulp van anderen
in den trein gebracht. Tegen het aankomen
van den trein in Gent was om een dokter
getelegrafeerd doch deze kon den steeds be-
wustelooze geen hulp bieden. Ongeveer half
12 des nachts voerde men hem met een
brancard huiswaarts, doch onderweg overleed
hij. Het overmatig loopen schijnt hem een
hartaderoreuk te hebben bezorgd.
Dit moge tot waarschuwing strekken van
diegenen, die somtijds uit aardigheid
reizigers onnoodig aansporen zich voor spoor
of boot te haasten.
De paardenmarkt te Oostburg, (laatst
gehouden 22 dezer) is zoo langzamerhand
veranderd in een tentoonstelling en keuring
van veulens en jonge paarden.
Handel in paarden of veulens tenzij de
één of andere liefhebber of fokker eens een
of meer dieren koopt heeft niet meer plaats.
De tentoonstelling van de vereeniging »Rust
Roest« evenwel wordt hoe langer hoe belang
rijker.
Op 21 Juli was het veulenkeuring te
IJzendijkealdaar waren ingeschreven 94
stuks en zijn verschenen 64 er werden voor
bekroningen uitgetrokken 21.
Te Oostburg waren aangegeven 161 dieren
waarvan 90 verschenen van deze werden er
38 uitgetrokken voor bekroning.
Naar aanleiding eener particuliere au
diëntie, die twee katholieke Vlissingers
Woensdag te Brussel hadden bij Zijne Excel
lentie Paul Segers, Minister van 't Zeewezen,
de Posteryen en de Telegrafie, kan de VI. Crt.«
tot haar genoegen het blijde nieuws mede-
deelen, dat het gevaar voor eene overplaatsing
van 't Belgisch Loodswezen, althans voorloopig
als afgewend mag worden beschouwd.
Maar tevens is bij die audiëntie ten duide
lijkste gebleken, dat de Minister zulk een
overplaatsing niet alleen zeer goed uitvoerbaar
acht, maar ook van meening is dat zijn
loodsdienst zich daarbij heel gemakkelijk zou
kunnen aanpassen. v
De beide heeren kregen de toezegging dat
de Minister nimmer een beslissing zal nemen,
alvorens hun welwillend gelegenheid te hebben
gegeven, nogmaals in zijn kabinet de belangen
te komen bepleiten, die door zulk een over
plaatsing zouden worden geschaad.
Nog bleek in den loop der audiëntie, dat
de Minister overtuigd is van de goede verstand
houding tusschen het Nederlandsche en Bel
gische Loodsen corps.
Natuurlijk zijn er ook punten ter sprake
gekomen, die niet voor publiciteit geschikt zijn.
Daags vóór de audiëntie, die reeds de vorige
week was toegezegd, had Zijne Excellentie
een drietal uren te Vlissingen vertoefd, om
zich door eigen aanschouwing van verschillende
zaken den Loodsdienst betreffende op de hoogte
te stellen.
betwijfelen het, maar de mogelijkheid bestaat
toch en met die mogelijkheid zal zeker rekening
moeten gehouden worden.
Maar de kans, dat ook dit niet gelukt,
moet waarlijk ook niet over het hoofd gezien
worden, zoodat het mogelijk zal zijn, dat b.v:
een zaken-kabinet optreedt, dat niet op den
steun van de rechterzijde rekenen kan, een
kabinet, dat, wil het regeeren, in de eerste
plaats op de linkerzijde steunen moet zij
het ook dat het niet tracht eenig links partij
program uit te voeren.
Dat bi) een dergelijken politieken samenloop
van omstandigheden het recht van initiatief
van de Kamer van grooter beteekenis wordt,
spreekt vanzelf.
Na dr. Kuyper, die de protectie als ver-
kiezings-reclame voor rechts overboord heeft
geworpen, komt nu de Amsterdamsche roomsche
professor Struycken in »Van Onzen Tijd« er
op aandringen, dat de rechterzijde nu verder
ook het gezinshoofden-kiesrecht als wensch
prijs geven zal, en daarvoor het algemeen
kiesrecht in de plaats stellen. De hoogleeraar
is al lang voorstander van algemeen kiesrecht
geweest.
Maar nu geeft de hoogleeraar óókaan
het Tarief zijn afscheid
»Voor het overige is evenwel het con
crete vraagstuk, of het ten onzent thans van
goede handelspolitiek zoude getuigen, be
schermende rechten in te voeren, wil men
liever, de bestaande te verhoogen, een der
moeilijkste en ingewikkeldste vraagstukken,
zoodat het ons altijd heeft verwonderd, dat
»the man in the street* daarover; vooral aan
de zijde der vrijhandelaren, zoo gevestigde
overtuiging bezit.
Nu evenwel de regeering en de Kamer
meerderheid niet in staat zijn geweest, daar
tegenover van een krachtige overtuiging harer
zijds blijk te geven, door ervoor te zorgen,
dat gedurende haar vijfjarig bewind hare
denkbeelden tot werkelijkheid werdennu
men anderzijds door allerlei gepaste en on
gepaste middelen de volksmeening tegen de
tariefwetgeving heeft weten op te winden, nu
is de beschermende handelspolitiek ten onzent
minder populaii dan ooit te voren, en zoude
het dwaas zijn, ze in den eerstvolgenden ver
kiezingsstrijd opnieuw op den voorgrond te
plaatsen.
De rechterzijde zal hebben aan te zien, of
het der linkerzijde kan gelukken, langs anderen
weg dan door tariefverhooging de middelen
te vinden tot bestrijding der kosten van de
sociale wetgeving. Slaagt deze daarin niet,
dan kan de rechterzijde opnieuw overwegen,
of zij niet verplicht zal zijn, die middelen
doör een technische herziening onzer tarief
wetgeving, gepaard aan een geringe ver
hooging, uitsluitend met fiscale bedoeling, te
vinden. De vraag >vrijhandel of bescherming*
behoort evenwel uit den eerstvolgenden ver
kiezingsstrijd te worden geweerd*.
Wie zei ook weer, dat de rechterzijde
beginsel-vast is
Bij koninklijk besluit is voor één jaar
vrijstelling van militiedienst verleend aan J.
B. Ruben te Ter Neuzen.
Neen, dat had hij niet toegestaan, maar
haar verzocht, het geheim van hun liefde be
graven te laten, het had voor Hindersen geen
nut het te kennen, tenminste nu nog niet.
Had h(j dien wensch misschien niet moeten
uiten Hy had er bijgevoegd, dat haar eigen
hart beslissen moet. Voor 't overige had hy
zich door zijn gevoel laten leiden en slechts
aan het geluk gedacht, toen hy aanried „Ja"
te zeggen.
Daarop bad hij nog eens een korten brief
van haar ontvangen: „Weet je waar aan ik
altijd denk? Aan de lichte strepen van den
horizon, waar we op het graf van je ouders
naar keken, bet land tusschen my en die
eeuwigheid schijnt me nu niet bloeiend meer,
maar een woeste vlaktedaarom kijk ik alleen
maar naar de schitterende zee daar."
Zij was nu werkelijk getrouwdLeed hij
daaronder Neen hy meende, dat zij goed
geborgen was, veel beter dan thuis. Zij was
gezond en bloeiend, zy zou zegen uitstrooien
en het was duizendmaal schooner zoo, dan
wanneer zij, evenals bij, eenzaam verkwijnen
moest. Maar ook hij verkwijnde niet, hij had
nog verscheidene jaren van zegenrijken arbeid
voor zich 1 Met die gedachte zette hij zich aan
zijne advent predikatie, tot welker tekst hij
Johanna's lievelingswoord koos „Liefde over
wint den dood".
De volgende kerkvergadering bad weer in
Augustus te Brinkhof plasts en dominee Hin
dersen reed 's morgens vroeg er beeB, omdat
hij in de proostdij wat te doen had en hij
zich sinds drie dagen bijna niet inhouden kon
van blijde opgewondenheidde vrouw van
den proost was bij hem om de zjjne te ver
plegen, maar hij had een overvloed van bood
schappen van buishoudeljjken aard aan den
proost en de meid over te brengen.
Voor de kerk stond al een half dozjjn
predikanten, die Hindersen met gelukwenschen
ontvingen. „Niet waar," antwoordde hij hun,
stralend vau geluk, „nog op mijn leeftijd en
zoo'n jongen.
De proost z'n vrouw zegt, dat men meenen
zou, dat hij al drie maanden oud is en ik
verzeker u, hij lacht al." Dominee Petersen,
tot wien hij zich gewend had, schudde on-
geloovig het hoofdbij was vader van negen
kinderen.
„Voor de eerste drie maanden lachen zjj
nooit."
„Maar mijn jongen lacht. Dat is juist het
merkwaardige," antwoordde Hindersen. „Dat
heeft hij van zijn vader, zoo oud als hij is".
Nu stapte hij in de kerk en keek naar
boven, naar het koor, waar hij haar het eerst
gezien had en toen naar het altaarbeeld en
vouwde onbewust de handeneen gelukkiger
man was er op de heeJe wereld niet en er
rolden hem twee tranen over het breede,
goedige gezicht.
(Wordt vervolgd).
Zondag 27 Juli 1913.
Ned. Hervormde Kerk.
Ter Neuzen. Voorm. 9 u., dhr. L. Smallegange,
bijbelcolporteur te Breda, en nam. 2 u.,
Ds. A. Timmerman.
Sluiskil. Yoorm. 9 u., Ds. A. Timmerman.
Hulst. Yoorm. 9'/', u., Ds. L. M. de Boer.
Gereformeerde Kerk.
Ter Neuzen. Yoorm. 9 u. en nam. 2 u., Ds. J. F.
van Hulsteijn Jr. i
Gereformeerde gemeente (Ylooswijkstraat).
Ter Neuzen. 9 u., 2 u. en S'/e u-, Ds- J- Fraanje.
Oud-Gereformeerde gemeente (Ylooswijkstraat)
Ter Neuzen. 9 u., 2 u. en 51/a u., Leeskerk.
Lokaal „Eben-IIaëzer" (Kerkhoflaan.)
Ter Neuzen. Nam. ö'/a u-, Evangelisatie.
Gisterennacht is het bekende vereni
gingsgebouw »Musis Sacrum* te Dordrecht
door brand geheel vernield. Omstreeks twee
uur bemerkte de pachter van het gebouw, de
heer van Gils, dat de brand was uitgebroken.
Toen hij een der deuren opende, sloegen de
vlammen hem tegen. Binnen een half uur
stond 't heele gebouw in lichte laaie De
brandweer kon weinig uitrichten.
De vrouw van den pachter en een nichtje
moesten zich door van een platje te springen
't leven redden, waarbij de eerste gewoed werd.
De inboedel was laag verzekerd, 't gebouw
was verzekerd op beurs-polis.
Ongeluk op het fort Erfprins.
Een ongeluk, op het fort Erfprins te Den
Helder voorgevallen, waarbij 5 manschappen
gekwetst werden, is bijzonder goed afgeloopen.
Het sluitstuk van een kanon, dat het ongeluk
veroorzaakte, vloog over de mannen heen zonder
een hunner te raken. De verwondingen be
staan uit lichte schroeiïngen van oogharen en
kleine brandwondjes op gelaat en handeo, doch
zijn absoluut niet van ernstigen aard. Van de
vijf getroffenen bevinden zich slechts vier in
het Marinehospitaal. Met welk een kracht
het sluitstuk van bet kanon gevlogen is,
moge blijken uit het feit, dat het 25 meter
verder neeikwam en een gat in den grond
sloeg, dieper dan de lengte van een officiers
sabel.
Omtrent de eigenlijke oorzaak tast men in
het duister. Gebleken is dat het sluitstuk gaaf
is, en de bedienende manschappen kunnen onder
eede verklaren fat het volkomen sloot. Een
nader deskundig onderzoek zal moeten uitmaken
hoe het mogelijk was dat desniettegenstaande
het stuk er afvloog. Van de getroffenen zijn
de kanonnier le kl. Ten Bosch uit Helder en
de milicien Bart uit Heerhugowaard licht ge
schroeid aan de oogen, de sergeant Schot
kneusde zijn arm, terwijl de milicien Mooy
uit Den Helder een wonde aan het hoofd
ontving ten gevolge van het losspringen van
een bout of moer. Deze vier, behoorende tot
het 4e regiment vestingartillerie, bevinden zich
nog in het hospitaal. De vijfde, sergeant
Slikboer, bleek geene verwondingen te hebben
opgeloopen.
Op te merken valt, dat het projectiel, waar
mede op de schijf moest worden geschoten op
de goede plaats is terecht gekomen. Ver-
wonderljjk snel waren drie doctoren ter plaatse.
Een monsterwijf.
Te Hamburg is zekere vrouw Mars, de vrouw
van een sleepersknecht, in hechtenis genomen,
die verdacht wordt, twaalf jaar geleden haar
vader met arsenicum uit den weg geruimd te
hebben en verleden jaar ook baar broer en
haar stiefvader. Verleden jaar Juli had zij een
tijdje bij haar broer te Dantzig vertoefd, korten
tijd nadat zij vertrokken was, stierf hij. Spoedig
na haar aankomst te Gross-Gryaliken in Oost-
Pruisen stierf ook haar stiefvader Scherelies.
Enkele weken later keerde vrouw Mars naar
Hamburg terug en nam haar 70-jarige moeder
mee. Daar kwam het tusschen beiden tot
heftige tooneelen. Haar moeder zegt, dat zy
bang was, dat haar dochter ook haar naar
bet leven zou 3taan en dat zij 's nachts haar
spaarbankboekjes altijd onder haar hoofdkussen
had.
De vrouw bad zich reeds de spaarbankboekjes
van hare vroegere slachtoffers toegeëigend.
Toen haar broer verleden jaar gestorven
was, vertelde zij bij de begrafenis aan de
aanwezigen, dat dit een gevolg was geweest
van de vreugde over het weerzien met haar.
Een ontzettende doodstrijd.
Zaterdag had te Decatur, in Alabama, een
spoorwegongeluk plaats. De locomotief van
een trein ontspoorde en viel om. De machinist,
Fleming genaamd, kwam onder de machine
teiecht en werd doodelyt gewond. In zyn
doodstrijd smeekte de Dog jonge man zijnen
kameraden hem te dooden, daar hij onduldbare
pijnen leed, doch dit weigerden zij, ofschoon
men hem niet onder de machine vandaan kon
halen. Toen nam de ten doode opgeschreven
man zyn zakmes en bracht zich zelf een snede
in den hals toe die weldra een einde maakte
aan zijn afschuwelijken doodstrijd.
Fleming was zeer gezien onder zyne kama
raden en zou Donderdag in het hu welyk getreden
zijn. Zyne kameraden verklaren, dat zij wel
hadden kunnen beletten dat hij zicb niet doodde,
maar hij leed zoo ontzettend, dat zij het beter
vondan niet in te grijpen.
De onveiligheid tegenwoordig.
Een ongewone moord is in het bosch van
Vincennes gepleegd. Daar waren zes jongens
aan bet spelen toen er drie onaangenaam uit
ziende individuen uit een bosehje te voorschijn
kwamen, revolvers in de hand. Ze gingen op een
bank in de buurt van de jongeus zitten. Plotseling
stond de middelste man op. Hij liep op de
spelende knapen toe en op ben wijzende riep
hij tegen de beide andere mannen wie zal
't zyn Een hunner riep terugDie daar
En koelbloedig mikte de eerste boosdoener
met zyn revolver, schoot en een jongen viel
neer, doodelijk getroffen door een kogel in
het hoofd. De speelmakkers van den neerge
schoten knaap namen de vlucht. Men verwacht,
dat de dader gepakt zal worden. Het slacht
offer werd naar een politie-post vervoerd, maar
was dood toen hij er aankwam.
Een mijnongeluk.
In de mijn »Carolus Magnus* te Uebach
bij Geilenkirchen, zyn door het instorten van
een schacht een opzichter en veertien man
onder de neervallende aarde bedolven. Een
mjjnwerker slaagde er in zich te redden.
Voor de anderen schijnt redding onmogelyk,
daar de ontruimingsarbeid minstens acht dagen