Vrijzinnig Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. pcbat. Bekendmaking. HINDERWET. ONTDEKT. No. 2362. Zaterdag 19 April 1913. 24e jaargang. FEUILLETON. BUITENLAND. Ds oorlog in den Balkan. ABONNEMENTSPRIJS Per 3 maanden 75 cent voor binnen en buiten Ter Neuzen. Voor België 96 cent bij vooruitbetaling. Abonnementen worden aangenomen bij alle Boekbandelaren, Brievengaardere en den Uitgever. Telef. latere. No IS ADVERTENTIEPRIJS: Van 1 tot en met 6 regels 50 oent; elke regel meer 10 cent. Bjj abonnement aanmerkelijk ver minderd tariet. Grootere letters nair plaatsi uimte. Redactie-adres: Noordstraat 10, Ter Neuzen, Deze Courant verschijnt elkep W o e ll ndag- en Zaterdagmorgen by den Uitgeyer M. DE JONGS, te Ter Neuzen. Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN, gezien de artt 6 en 7 der Hinderwet (Staatsblad no. 222 van 1896) maken bekend: dat op heden ter gemeente secretarie ter visie is gelegd een verzoek van HENDRIK MOENS rijwielhandelaar te Ter Neuzen, om vergunning tot het oprichten van eene bewaarplaats van benzine in een gedeelte van het perceel plaatselijk gemerkt 1 en gelegen aan de Kandeelstraat, kadastraal be kend Sectie L deel van No. 241, en dat op Woensdag 30 April 1913, des na middags 3 uren, ten raadhuize dezer gemeente, gelegenheid zal worden gegeven om tegen het maken dier inrichting bezwaren in te brengen en deze mondeling of schriftelijk toe te lichten. Ter Neuzen, 16 April 1913. Burgemeester en Wethouders voornoemd J. HUIZINGA, Burgemeester. L. WABEKE, Secretaris. N.B. W(j vestigen er de aandacht op, dat volgens de bestaande jurisprudentie niet tot beroep gerechtigd zijn zij, die niet overeenkomstig art. 7 der Hinderwet op den bovenbepaalden dag voor het gemeentebestuur zijn verschenenteneinde hunne bezwaren^mondeling toe te lichten. In deze streek gaan dus de kerkelijke partijen niet uit debatteeren en staan ze in hare vergaderingen ook geen debat toe. Zoo heeft Mr. P. Dieleman te Axel reeds gesproken in openbare vergadering, waarbij debat uitgesloten was. Daarmede werd bevestigd, wat reeds lang gefluisterd werd en wat ook in een Christelijk blad was aangeraden. Ook van de gelegenheid tot debatteeren, door onze partij zoo ruimschoots geboden, is nog geen gebruik gemaakt. ARTHUR STRINGER. 5) Toch, zelfs in dit oogenblik van kleinachting voelde zij zich onrustig, als weefde bi) een dan onzichtbaar web om haar heen. Waarom het er was en voor wie, zon ze uiet hebben kunnen zeggen, maar ze voelde het, en die gedachte maakte haar angstig. „Komt het n niet vreemd voor !M vroeg Weidier weer, een stap naar de volle toilet tafel doende, dat een dief van beroep, die do eenmaal meester van het terrein is, alleen dat eene kleinood wegneemt en al deze dingen achterlaat „Dat bewijst, dat hij een zeer bijzonder mensch was." „En toch is er een dief van beroep hier in buis geweest." „Dat is zoo. Dat weet ik even goed, als dat tweemaal twee vier is." „Waarom „Omdat de diamanten weg zijn." „Maar deze dingen zijn niet aangeraakt," merkte Weidier op, terwijl hij weer naar de overvolle toilettafel keek. Zoo kunnen de omstandigheden veranderen. Het is toch nog niet zoo heel lang geleden, dat de anti-rev. in hunne openbare ver gaderingen debat toestonden, en op ver gaderingen der vrijzinnigen waren er steeds van ben aanwezig, om te trachten hun be ginsel te stellen tegenover dat van den tegenstander. Zoo sterk zelfs is die zin voor debat bij de anti-rev. geweest, dat toen de heer Blum in 1905 in Ter Neuzen sprak en niemand zich opdeed om van gedachten te wisselen met den spreker, de voorzitter der vergadering constateerde, dat de heer Blum voor eene stampvolle zaal had gesproken en daar niemand zich aanmeldde voor debat, het besluit meende te mogen trekken, dat allen het met den spreker etns waren. Natuurlijk was zoodanige gevolgtrekking eene ongerijmdheid, maar het bewijst toch, dat de anti-rev. voorzitter en velen zijner medestanders het als een soort plicht be schouwden om te getuigen op elke plaats en bij iedere gelegenheid. Daaraan terugdenkend doet het zeker vreemd aan, dat thans juist van die zijde het debat geschuwd wordt. Wie herinnert zich ook niet, hoe in 1903 de heer De Wilde zeide, dat hij wel socialisten tegenover zich kreeg, maar geene liberalen Hij zag destijds daarin een teeken van verval voor de vrijzinnige partij. Waarom vreest men aan de overzijde het debat, nu het veld ervoor zoo wijd is Wij gelooven, dat het is, omdat rechts den opgooi verloren heeft en met wind en zon tegen moet spelen. Wat voorgevallen is op regeeringsgebied, wat beginsel en practisch werk betreft, het moet weinig bemoedigend zijn, voor wie thans de rechterzijde heeft te verdedigen. Daarom dan ook hier geen debat. In deze streek geen debat, hebben wij gezegd. In het grootste deel van ons Vader land, mogen we er bijvoegen. Toch niet overal. In Kampen b.v. kwam de heer C. Smeenk van Arnhem vóór de Tariefwet spreken. Met hem gingen in debat de heer Vermeulen, voorzitter van de afd. Kampen van de S. D. A. P. en de heer Groenewout (vrijz.) van Amsterdam. „Ja, het is vreemd," bekende ze. „En u weet zeker, dat u dat snoer niet ergens in hebt kannen laten vallen of het misschien ergens hebt weggeborgen en nu niet meer weet waar." „Dat weet ik zeker!" zeide ze ijskoud, alsof zjj beleedigd was door dit gezegde, waarmee meer werd bedoeld, dan oogenschjjn- Ijjk leek. „Zoo iets kan licht gebeuren," waagde de volhardende Weidier. „Hensch, het gebeurt zoo vaak." Hij boog over de tafel en greep de zilveren vaas, die bfj bij den gebogen rand oppakte. Hu hield hem voorzichtig tusschen zijn vingers, toen schudde bjj de vaas. „Wat is dat?" vroeg hij. H\j keerde de zilveren kolom zorgvuldig om. De turkooizen-ring viel op de tafel. Even fronste de vrouw haar effen voorhoofd maar ze verroerde zich niet en uitte geen woord. „Ziet u well" riep hij triomfantelijk. Die simulatie was zoo onafscheidelijk aan zijn beroep verbonden, dat hij zonder eenige moeite zijn rol begon, zooals een acteur, die juist het wachtwoord heeft gekregen. „Wat?" vroeg zij scherp. „Die ring is hier in gevallen". „Dat zie ik". In Stadskanaal sprak voor de vrijzinnigen de heer W. O. A. Koster. Onder de 4 personen, die zich voor debat opgaven bevond zich een soc.-democraat, terwijl de overige 3 voor de kerkelijke partijen opkwamen. Zelfs had hier nog een klein incident plaats. Een der debaters, een Christelijke onderwijzer beweerde, dat de vrijzinnigen tegen de zede- Ijjklieidswetten hadden gestemd, omdat ze finantiëel bjj het bordeelwezen betrokken waren. Deze krasse en onware beschuldiging werd door zijne medestanders streng afgekeurd en den volgenden dag heeft hij in de plaatselijke bladen die praatjes ingetrokken. Wij willen dien Christelijken onderwijzer over zijne uitlating niet te hard vallen, waar in bladen en geschriften en op sommige ver gaderingen door sprekers van naam zelfs, de liberalen werden en worden voorgesteld als verdedigers van ontucht. Onwillekeurig komt dan bij eenzijdig ont wikkelde menschen met weinig ondervinding zoo de gedachte op Die vrijzinnigen moeten toch wel minderwaardige individuen zijn. Zoodra men het leven wat meer meeleeft en meerdere ervaring bezit, weet men, dat de vrijzinnige partij met glans de vergelijking met andere partijen kan doorstaan. Waar verantwoordelijke personen onware beschuldigingen ons naar het hoofd slingeren, zullen wij met verontwaardiging hiertegen blijven protesteeren. wij op de overwinning hopen zonder debat. met of »Hjj is zeker van u Op een drietal plaatsen aan deze zijde van den Braakman is de heer De Muralt opgetreden, de laatste maal samen met den heer Welleman. Te Hoek, te Zaamslag en nu laatst te Sluiskil steeds stampvolle zalen, getuigende van eene stijgende belangstelling. Immer werd de gelegenheid voor debat opengesteld. Nu er geen gebruik van gemaakt werd, zullen wij nu ook constateeren, dat allen het met den spreker eens waren Wij willen het hopen. Dit staat evenwel vast, dat we met moed den strijd in Juni tegen mogen gaan. Ons beginsel dringt in breedere lagen van ons volk door, het gevaar eener Christelijke meerderheid doet bij meerderen de oogen opengaan en we hebben een candidaat, waar mede wij voor den dag mogen komen. Al zal de strijd hevig zijn, zoo ieder op zijn post is en medewerkt ten goede, mogen „Ja, hij is van mij", bekende ze, nog geheel in de war. „Maar hg is niet erg kostbaaren by draaide hem nieuwsgierig tusscheu zjjn vin gers. „Neen, ik geloof niet, dat hjj veel waarde heeft." „Maar u hebt nw eigen redenen om hem te willen behouden Zjj zweeg even. „Niet. dat ik weet". „Jaist", zeide Weidier, die weer een oogen blik in gepeinzen verzonken stond. Hü ging weer naar de brandkast, met de vaas nog in de hand en tuurde in de donkere nis. Toen keerde hij weer naar de tafel. „Wilt u dit even aannemen," vroeg hg, haar de vaas bij den omgebogen rand over reikend. Z(j nam haar aan, nog steeds in de war door zün houding. Toen ze weer opkeek, nadat ze de vaas had neergezet, voelde ze, dat hg haar over zjjn schouder had gadegeslagen. „Weet u ook, wie dien ring in de vaas kan hebben laten vallen vroeg hjj, terwjjl bij 'zich naar haar toekeerde. „Ja", zeide ze met een snellen blik van verweer in haar alles verradende blauwe kjj- ket„ Wie dan „U", zeide ze kalm. De toestand. Hoewel het bericht, dat een wapenstilstand gesloten is, nog niet officieel wordt bevestigd, is men algemeen van meening, dat het einde van den strijd ieder oogenblik te wachten is. Uit Sofia wordt bericht, dat Bulgarije nog slechts de toestemming der bondgenooten af wacht om de preliminairen te onderteekenen. Vooral Bulgarije schijnt wel den vrede te willen doen tot stand komen, omdat het zich hard gedrukt voelt tusschen de vjjandige bond genooten. Uit Londen wordt gemeld, dat Bulgarije er aan denkt, de hulp vau Oosten rijk en zelfs van Turkije in te roepen, om den dreigenden strijd met de bondgenooten over de grensregeling te voeren. Want Seivië en Griekenland maken aan spraak op gebieden, die Bulgarjje niet wil afstaan, en nemen militaire maatregelen, om hunne veroveringen te behouden. Grieksche troepen worden in grooten getale te Saloniki bijeengebracht en naar het oosten gezonden Servië concentreert zijn troepen op den rechteroever van de Vardar. En drie lichtingen van het territoriale Servische leger, die reeds naar hunne haardsteden waren teruggezonden, zijn weer onder de wapenen geroepen. De Servische troepen die van Skoetari terug- keeren, worden eveneens naar de Vardar gezonden. Het Europeesche concert heeft verklaard, aan de bondgenooten de regeling over te laten van de verdeeling der vroegere Turksche provincies in Roemelië, Thracië en Macedonië. Maar het concert kan niet, mag niot toelaten, dat voor die verdeeling thans een nieuwe oorlog in den Balkan zal ontstaan. In verschillende te Belgrado verschijnende bladen wordt aan het legercommando den raad gegeven, de Servische troepen niet uit Thracië en vooral niet uit Adrianopel terug te roepen, voordat de verdeeling van den buit is geregeld, daar men vreezen moet dat de Bulgaarsche bondgenoot zich van het leeuwen deel zal pogen meester te maken. Weidier's alledaagsch gezicht drukte nieta uit. „Waarom denkt u dat vroeg hjj onschuldig. „Omdat die ring twee unr geleden nog in mjjn bijouteriekistje lag „Weet u het zeker?" „Ja"- Toen hnn blikken elkaar weer ontmoetten, waren zjj zich beiden bewust, dat ze elkaar bestreden. „Waarom zou ik dat gedaan hebben vroeg Weidier. Mevronw Dunseith's koren bloem-blauwe oogen sloten zicb balf, toen zij zijn gelaat bestudeerende. „Dst vraag ik mgzelve ook afbeves tigde ze. En zjj keek naar hem, toen hjj in diepe gedachten de kamer op en neer liep. „Die ring, mevrouw, doet hier niets ter zake. Waar hjj is ea van waar hij kwam gaat ous niet aau. Wij moeten er achter zien te komen wie het diamanten halssnoer weg nam". „Natuurljjk." „En ik ben bang, dat we op deze manier niet erg opschieten." „Maar hoe kan ik u dan helpen vroeg ze nogmaals, bjjna ongeduldig nu. „Ik vrees, dat we geen van beiden veel kunnen uitrichten," vond hjj. „Nn zon ik nog graag even nw kamenier Lucy Braley spreken." TER \EIZE\SC Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN, brengen ter kennis, dat het primitief kohier van den Hoofdelyken Omslag in deze gemeente voor 1913, in afschrift, gedurende vijf maanden op de secretarie der gemeente voor een ieder ter lezing is nedergelegd. Ter Neuzen, 16 April 1913. Burgemeester en Wethouders voornoemd J. HUIZINGA, Burgemeester. L. WABEKE, Secretaris. DOOB

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensch Volksblad / Zeeuwsch Nieuwsblad | 1913 | | pagina 1