puntjes «i paaltjes.
UIT ONZ'E OMGEVING.
Rechtszaken.
Gemengde Berichten.
ressen wel formeel evenveel als wij, Protestanten,
maar feitelijk te veel. Immers, onze onderwijzers
zijn meestal gehuwd en de onderwijzeressen
behoeven het geld voor haar onderhoud, doch
de Roomsche ordebroeders en nonnen zijn
ongehuwd en leven boveudien zeer goedkoop
in coöperatie in een klooster. Van het
minimum salaris van 600,dat bij meer
dienstjaren, hootdacte en andere acten natuur
lijk nog veel meer wordt, heeft een broeder
slechts pl. m. f 800 noodig. Het overige
mag hij niet eens behouden, daar hij geen
eigendom mag bezitten. Hij schenkt dit dus
weg aan familie, armen of kerk. Rome kan
dan, van dit surplus, dat zij overhoudt, hare
prachtige seminaria etc. bouwen.
Ziedaar het oordeel van een man van rechts
over subsidie aan kloosterscholen.
Het kan onzen lezers bekend zijn, (dat wij
niet alleen hiervoor, maar ook voor andere
bijzondere scholen meer en betere waarborgen
hebben geëischt.
Er wordt al te lichtvaardig bij de subsidie
voor bijzondere scholen met 's lands gelden
omgesprongen.
De vergaderingen van de Eerste Kamer zijn
in den regel voor den toehoorder der debatten
erg saai, en de belangstelling op de tribune
is er dan ook niet zoo groot als bij de Tweede
Kamer. Het gaat zeer deftig en afgemeten
toe, en de leden weten er uitstekend het
decorum te bewaren. Zelden springt er een
uit den band.
Eenmaal per jaar echter, bij de behandeling
der begrooting, wordt op die saaiheid eene
uitzondering gemaakt, en wel als de heer
mr. Jac. v. d. Biesen, een der leden voor Noord-
Brabant, er op zijn eigenaardige, nonchalante
en gemoedelijke wijze het woord voert.
Als daar achter die brilleglazen de grijze
oogen vonken, de zware stem onder den even
zwaren, op de lippen kortgeknipten knevel
vandaan komt, en het is alsof de sterk peper
en-zoutkleurige korte haren rechtop staan,
dan is er luistering in de zaal, en dan ver-
grunnikt men zich reeds op de grappige
woordenkeus en de eigenaardige beelden, die
komen zullen.
Sedert een paar jaren werpt de heer Van
den Biesen zich op als felle bestrijder van de
woningwet en hare inderdaad soms erg
bureaucratische toepassing door de ambte
naren.
Kunnen wij het met zijne critiek op het
dikwijls mallotige optreden van verwaande
inktkoelies uit de bureaux veelal eens zijn,
jammer is het dat hij ook de goeden en
verstandigen te na komt. En geheel onbe
grijpelijk is het, dat het beginsel der woning
wet zélf in den heer Van den Biesen een
bestrijder vindt. Niet alleen dat hij terecht!
booge eischen stelt aan zijn eigen woning,
een- mooi landhuis te Ginniken, maar hij heeft
als lid der Vincentius-vereeniging medegewerkt
om in dat dorp goede woningen voor arbeiders
beschikbaar te stellen, overtuigd als hij is en
wel zijn moét, dat niets zoozeer de onzede
lijkheid in de hand werkt als het opeenpakken
van menschen van allerlei leeftijd en beiderlei
geslacht in een krot of kamer, waar alles
moet gebeuren in het ééne vertreketen,
drinken, slapen, reinigen, werken soms.
Maar het is minder om met den heer Van
den Biesen te strijden, dan wel om den lezer
mede deelgenoot te maken van zijn leuken
aanvalstrant.
zijde van den gastheer. Achteraan slungelde
Frederik, die zwarter keek dan ooit. en thans
gloeiend bet land had aan zijn aanstaanden
zwager.
Ook mevrouw Tor, hoezeer badende in
glorie, was niet geheel op haar gemak. Zij
maakte zich doodeljjk ongerust over allerlei
ongelukken, die kouden gebeuren. Stel
je voor, dat er iets niet in de puntjes zou
zjjn Het diner, dat zooal niet door het aan
tal, dan toch door het gehalte der aanzittenden
uitmuntte, vormde als 't ware een keerpunt
in bet tweede leven der Torren. Het goede
mensch speelde voortdurend voor marcouigraaf,
en zond seinen naar het bedienend personeel,
dat met uitzondering van Gerrit, vrij goed
in de huishoudelpke code thuis was. Mevrouw
bad zich er reeds urenlang bezorgd over ge
maakt, dat de „borduiver" na de soep zou
worden opgediend, en had den verbaasden
kok, die de ceremonie bestuurde, vooral op
het hart gedrukt, dit gerecht niet met de
pasteitjes te verwisselen. Toen zij op dit punt
eenigszins was gerustgesteld, begon zji bevreesd
te worden voor haar waardigen echtgenoot,
die al tweemaal „wijfje" had gezegd, en een
maal „meid" tegen Emma. Zjj wist maar
al te wel, dat de heer Tor zich bij „gelegen
heden" in 't begin vrjj goed wist te gedragen,
maar dat bij, door zjjn aanvankelijk succes
onvoorzichtig geworden, de ergerlijkste din-
Daarom mogen hier enkele citaten volgen
uit het officieële Kamerverslag.
De ambtenaren, die de wet toepassen, noemt
hij »zeloten« (jjveraars door dik en dun.)'
Zij brengen groote schade toe aan de kleiné
huiseigenaren, die hunne spaarpenningen,*
liever belegden in buisjes dan in het »scheur-
papier« van de Amsterdamsche beurs.
»De burgerij had dan ook heel wat meer
verstand van woningeu dan van al die Schun-!
nige effecten.
»Ib het wonder, dat de Beurs scheurt,
waar zooveel scheurpapier wordt verhandeld?
Ik verwonder er mij dikwijls over, dat er
zoo gemakkelijk wordt ingeschreven op aanleg
van spoorwegen en ondernemingen in plaatsen,1
waarvan men de ligging nog niet eens weet.
Dit is een blind vertrouwen, wat zeer dikwijls
droevig wordt beschaamd.
Bravo Mijnheer van den Biezen
De administratieve willekeur, zegt hij, viert
hoogtij met deze wetdaartegen is niets in
te brengen. De burgers worden gekweld en
gekneveld Dat is de moraal van deze fraaie
wet
Ik kom aan het derde punt, de veror
deningen. De grootste dwaasheden worden
voorgeschreven voor trappen, plafonds ën
bedsteden, b. v. moet op iedere bedstee een
fabrieksschoorsteen staan. Ik heb die dingen
reeds vroeger behandeld en in ruime mate
aangetoond, maar toch wil ik op dit gebied
een paar nienwe snufjes geven.
In Amsterdam is een verordening gekomen,
waarbij wordt bepaald, dat de bedsteden aan
drie zijden moeten worden bespijkerd met
asbest tegen brandgevaar. Maar aan dé1
voorzijde blijven die bedsteden open. Is er
een grooter dwaasheid denkbaar Als men
ze aan de voorzijde ook brandvrij maakte
met een deur als bij een safe, dan zou het'
nog eenig effect hebben, maar de bedsteden
aan drie zijden brandvrij te maken zonder1
een deur aan de voorzijde, dat is te gek om
los te loopen.
Verder
»Ik heb het reeds gezegder is geen enkel
huis, zelfs geen paleis, waarop niet in den
zin van de Woningwet het een of ander is
aan te merken. Het is een opmerkelijk ver
schijnsel, dat men in al de prachtige heeren
huizen die ons land telt op de eerste ver
dieping aantreft een ongekende pracht en
weelde en de mooiste voortbrengselen van
schilder- en beeldhouwkunst, maar dat het op
de tweede, derde of vierde verdieping meestal
minnetjes uitzietlage zolderingen met houten"
balken, onvoldoende licht en lucht en dergelijke
dingen meer. De heeren die deze huizen
bewonen krijgen mettertijd ook bezoek van de
bouwcommissie. En men denke ook eens
aan het Paleis in Amsterdam. Hoe wordb
het gevolg van Hare Majesteit daar gelogeerd
Als het Bouw- en Woningtoezicht daar het
aanbrengen van verbeteringen gelastte en bij
niet-nakoming een bordje van onbewoonbaar
verklaring spijkerde, was meteen de Paleis-'
quaestie opgelost.*
Vermakelijk inderdaad was het volgende
Er woonde in een van de huizen, die on
bewoonbaar moesten worden verklaard in
Amsterdam, een door en door gezonde vrouw,
het volk zou zeggen een driedekker, met
biezende wangen en met 8 kerngezonde
kinderen. Haar man was slager. De vigelante
met de leden van de gezondheidscommissie
komt voor, de heeren komen binnen er is
ook een dame bij maken zich bekend en
geven de reden van hun komst op. Zoo,
zegt de vrouw, onheilspellend haar mouwen
opstroopende, zijn dat de heeren van de ge
zondheid, en dat spichtige juffie ook, och, wat
een zooi magere en bleeke scharminkels. Nou,
dan komen de slagers met Paschen met betere,
exemplaren voor de gezondheid voor den dag.
Pas maar op, dat jelui geen aanspreker onder
weg tegenkomt, want die springt dadelijk op
den bok en brengt 't heele zoodje direct naat
't kerkhof. Daarop wendde zij zich medelijdend
tot de juffrouw en zeide »zou juffie niet wat
bij mij willen komen logeeren, het is toch
zonde, dat zoo iemand zoo vroeg moet krim-j
peereu.1
Tableau De commissie af.
Wij herhalen met mr. Van den Biesen'sj
critiek op de ambtenarij gaan wij goeddeels
mede. Maar wat zal mr. Van den Biesen
nu doen als Talma's dwangwet in de Eerste
Kamer komt, waarvan de invaliditeitswet
gen kon zeggen, zoodat de goede naam der
Torren vaak aan het grootste gevaar was
blootgesteld. Mevrouw zat tegenover haar
echtvriend, en zij had een zeer vernuftig
uitgedacht waarschuwingssighaal ouder de
tafel geconstrueerd (papa zanger was mees
terknecht in een tiininerwinkel geweest), dats
zjj met haar knie tegen de beenen van den
gastheer kon duwen, en dat dan weer van-j
zelf in zijn oorsproukeljjken stand terugkeerde.
(Wordt vervolgd.)
alleen voor één millioen twee honderd duizend
gulden nieuwe ambtenarij vraagt
Laat de heer Van den Biesen daarover
eens rustig nadenken als hij in zijn ruime,
met oud eikenhout afgezette studeerkamer zit.
PERIO.
Dat men hier meer en meer van het
gemak en voordeel van electrisch licht over
tuigd raakt, bewijst dat Zaterdag 1.1. de 30üste
aansluiting is tot stand gebracht, terwijl
nog aan vele aaiivragen moet worden voldaan.
Axel, 15 Maart. Bij het heden gehouden
toelatings-examen voor de Rijksnormaallessen
zijn geslaagd
Voor de eerste klasse W. A. Blansaart te
AxelP. J. v. d. BentS. Dieleman J. P.
Geensen J. A. SolleveldJ. Tollenaar
A. J. Klaassen M van Tatenhove en J. J.
Kaan te Ter Neuzen A. L. J. Bouwmans
te Westdorpe; V. Gilson en F. Hamelink te
Sas van GentP. M. Risseeuw te Sluiskil en
J. J. de Gijsel te Hontenisse voorwaardelijk
toegelaten G. J. Kamerik te Ter Neuzen
en E. L. Waelput te Zuiddorpe.
Voor de voorbereidende klasse, tweede
afdeelingE. C. Verstraten en A. L. S.
Lockefeer te Clinge en K. J. D. Tolhoek te
Ter Neuzen.
Voor de voorbereidende klasse eerste
afdeeling E. van Dixhoorn te AxelJ. B.
van de Velde te ZaamslagJ. A. van der
Velden te Ter NeuzenL. M. P. Waelput
te Zuiddorpe en A. van Denderen te Clinge.
Aardenhurg. Voor een volle zaal trad
Zaterdag j.l. alhier op de heer De Muralt,
de candidaat der vrijzinnigen voor het lid
maatschap van de Tweede Kamer in het
district Oostburg. De spreker werd ingeleid
door onzen afgevaardigde, de heer Vorsterman
van Ojen, die zijn genoegen uitsprak dat aan
den oproep door zoovelen gevolg was ge
geven.
De heer De Muralt besprak achtereenvolgens
de Tariefwet en de Dwangverzekering. Bij de
behandeling der Tariefwet wees spreker er
uitdrukkelijk op hoe door deze maatregel de
landbouw het kind van de rekening zou
worden. Vooral vreesde spreker veel van
het verloop van de plattelandarbeiders naar
de industriesteden. Er wordt namelijk van
de Tariefwet verwacht dat de loonen in de
industrie hooger zullen worden. Mocht dit
werkelijk zoo zijn, waar moet het dan met
de landbouw naar toe De landbouw wordt
niet beschermd. De boeren moeten dan maar
zelf de oogst en de bieten naar de fabriek
mennen. Het jaar 1912 dat in de bietentijd
zooveel zorg heeft gebaard door gebrek aan
werkkrachten, zal door meerderen worden
gevolgd indien de Tariefwet er komt. Minister
Kolkman heeft duidelijk in de Kamer beweerd,
dat na de verkiezingen de Tariefwet zal
worden ingevoerd of dat hij er anders niet
meer zal zijn: Welnu roept spreker uit,
laat eiken landbouwer dan ook in Juni op
zijn post zijn, om Kolkman op staatspensioen
te stellen, dan zijn wij zijn Tariefwet ook kwijt.
Duidelijk toonde spreker aan dat de Dwang
wet Talma uit den booze is zoowel voor
arbeider als voor den boer. De landbouw
betaalt in vele gevallen de premie voor arbeider
en voor hem zelf. Intusschen, er zullen ook
groepen van arbeiders zijn die niet alleen
hun eigen premie zullen betalen maar ook de
premie die door de patroon eigenlijk moet
worden betaald. De wet verbiedt dit wel,
maar dan heet het een geleidelijke loons
verlaging zoo'als wij bij de ongevallenwet
zagen en waaraan geen wet iets doet.
Door het amendement van den socialist
Duys is Talma gedwongen een stukje staats
pensioen in te voeren, eerder dan hij dat
oorspronkelijk bedoelde, namelijk volgens
artikel 857 der pas aangenomen Dwangwet.
Iedereen die echter goed de werking van dat
artikel begrijpt weet maar al te goed, dat in
de meeste dorpen door dat artikel maar een
vierde of een vijfde deel van de 70-jarigen
worden geholpen en dat onder degenen die
worden geholpen er dikwijls meer dan de
helft loopen, die het niet noodig hebben.
Het staatspensioenartikel 357 zal worden
uitgevoerd 6 maanden nadat de wet Talma
2al zijn afgekondigd. Dat kan nog een aardig
tijdje duren, want de radenwet is nog niet
eens in de Eerste Kamer behandeld.
Van aikondiging van de dwangwet Talma
komt vóór de verkiezingen toch niets terecht
en is dan ook de heele lokvink n.l. artikel
357 een verkiezingstruc zonder meer. Maar
laat het desnoods geen verkiezingstruc zijn,
roept spreker uit, dan nog zitten wij tenslotte
opgescheept met de Dwangwet Talma indien
de z.g. Christenen aan het bewind blijven.
De rede van den heer De Muralt vond een
aandachtig gehoor en werd herhaaldelijk door
applaus onderbroken. Aan het slot bedankte
de heer Vorsterman van Oyen de aanwezigen
voor de opkomst en den spreker voor zijn
boeiende rede. De heer Van Oyen wees er
op, dat het als een groot voordeel moest
worden beschouwd, een candidaat te hebben
gevonden die o.a. geheel op de hoogte is van
afwateringskwesties. Een waterbouwkundig
ingenieur, zooals De Muralt is voor dit
Zeeuwsch district geknipt. Daar niemand
zich voor debat aanmeldde, sloot de voorzitter
hierop de vergadering.
Men meldt uit Biervliet
Alhier is Vrijdagavond een voormalig in
woner met zijn gezin uit de Nieuwe wereld
teruggekeerd. Amerika schijnt ook al geen
dorado meer te zijn, en van Duidschland moet
onze arbeidende bevolking in het geheel niets
meer weten.
Hier en in omliggende gemeenten komen de
werklui uit Duitschïand terug, om er niet meer
heen te gaan.
De heer Thomaes, burgemeester van
Hoofdplaat, heeft als bestuurslid der Oostburg-
sche ambachtsschool bedankt.
Voor de Arrondissements-Rechtbank te
Middelburg stond gisteren terecht E. L., 48 j.,
huisvr. van L. C. v. S., zonder beroep, geboren
te Groede, wonende te Vlissingen, thans ge
detineerd te Middelburg, beklaagd van het
opwekken van abortus, gepleegd te Ter Neuzen.
Het O. M. eischte 9 maanden hechtenis,
met aftrek van de doorgebrachte hechtenis.
Alles verloren.
Vrijdagavond werden te Volendam aange
bracht door een Huizer schipper J. Hoogenhout,
met zijn vrouw drie kinderen en een loods,
afkomstig van het tjalkschip »Johanna«, ge
laden met pulp, van welk schip de zeilen
waren weggewaaid, en dus aan de woede van
de zee ten prooi was. Twee Volendammer
botters zjjn er daarna op uitgegaan, om, zoo
mogelijk, net schip, dan ten Zuidoosten vau
Volendam te brengen, maar door de hooge
zeeën bleek dat onmogelijk, zoodat zij onver-
richterzake terug moesten keeren. Zaterdag
morgen zijn de botters er weer op uitgegaan,
maar toen bleek, dat het schip al was gezonken.
Schip en lading waren niet verzekerd. Het
huisgezin is door menschlievenden aan kleeding
en geld geholpen, om naar hun woonplaats
Genemuiden te komen.
De Turksche kroonjuweelen.
Naar de Tel. verneemt, worden thans met
een combinatie van te Amsterdam gevestigde
financiers namens het Ottomaansche gouver
nement onderhandelingen gevoerd over het af
sluiten vau een leening, groot 6 millioen gul
den tegen een hoogen rentevoet en met de
Turkscfm kroonjuweelen als onderpand.
Deze onderhandelingen zijn hier aangeknoopt
nadat pogingen om de leening in Frankrjjk
en Engeland te plaatsen, mislukten. De kansen
van welslagen voor dit prgen der Turksche
regeering staan momenteel zeer goed.
Zoodra een voorloopige overeenkomst ter
zake zal zijn verkregen, zullen de kroonjuweelen
ter taxatie naar Amsterdam worden overge
bracht en zal de transactie dan alléén defi
nitief tot stand komen, als de juweelen blijken
waard te zjjn wat de Turksche regeering voor
geeft, d.i. minstens tweemaal het bedrag der
leening, die Turkjje wenscht te plaatsen.
Behalve een aantal Amsterdamsche, zonden
ook eenige Antwerpsche financiemaonen tot
bedoelde combinatie behooren.
Bjj het afsluiten d«r leening bljjven de
kroonjuweelen als onderpand in de kluizen van
een der grootste banken alhier.
Bjj informatie door het Handelsblad inge
steld, bleek, dat inderdaad deze week pogingen
zjjn gedaan om een leening te sluiten met de
Turksche kroonjuweeleu als onderpand. Een
bankinstelling te 's-Gravenhage zou hare be
middeling verleenen voor het sluiten der leening.
Een schipbreuk.
De woedende slorm, die in den nacht van
Zaterdag op Zondag jl. de Hollandsche kust
geeft geteisterd, heeft weer een groot offer van
handel eu scheepvaart geëischt. De Maand.
Ct. deelt mede, dat het Engelsche stoomschip
»Eastwellc, reederjj Tyzack and Branfoot te
New castle on Tyne Zondagmorgen om half
zeven ongeveer bij het binnenloopen van de
haven, door de hevige zee op den kop van
den Noordpier te llmuiden is geslagen met
het gevolg, dat het binnen twiDtig minuten
zonk met de kostbare lading van 80,000 balen
rjjst, geconsigneerd aan de Amsterdamsche
firma Hudwig Veder en Co. voor een combi
natie van groote Zaansche rjjstpellerjjen. De
geheele bemanning werd door het heldhaftig
gedrag van den kapitein van de sleepboot
»IJmuiden«, Johannes van der Wielen, en
twee matrozen, gered.