Vrijzinnig Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. SCHOOLGELD. HINDERWET. Jtog eens: Zelandia. In „zekers" kringen. Onwaarachtig. #oe de school ttiisbruiljt wordt. jtict christelijH en «iet onchristelijH- GEMEENTERAAD. No. 2352. Woensdag 12 Maart 1913. 24e jaargang abonnementsprijs FEUILLETON. UIT ONZE OMGEVING. Per 3 maanden 76 cent voor binnen en buiteD Ter Neuzen. Voor België 95 cent by vooruitbetaling. Abonnementen worden aangenomen by alle Boekbandelaren. Brievengaarders en den Uitgever. Telef. Interc, No 15 ADVERTENTIEPRIJS: Van 1 tot en met 6 regela 60 oent; elke regel meer 10 cent. By abonnement aanmerkelijk ver minderd tariet. Grootere letters na«r plaatsruimte. Redactie-adres: Noordstraat 10, Ter Neuzen, Deze Courant verschijnt eiken W o e 11 s d a a- en Zaterdagmorgeu bjj den Oitgerer M. DE JONGE, te T e r^Nejtz^en^ Do Burgemeester der gemeente TER NEUZEN maakt bekend, dat O p e-n bare Vergadering yan den Gemeenteraad zal worden gehouden op Donderdag den 13 Maart 1913, des yoormiddags te 10 ure. Ter Neuzen, den 10 Maart 1913. I)e Burgemeoster voornoemd, J. HUIZINGA. Burgemeester en "Wethouders van TER NEUZEN brengen ter kennis dat het kohier van het sohoolgeld voor liet openbaar lager onderwjjs in deze gemeente over het le kwartaal 1913, in afschrift, gedurende vijf maanden op de secretarie der gemeente voor een ieder ter lezing is nedergelegd. Ter Neuzen, 11 Maart 1913. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. HUIZINGA, Burgemeester. L. WABEKE, Secretaris. Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN gezien de artt 6 en 7 der Hinderwet (Staatsblad no. 222 van 1896) maken bekend dat op heden ter gemeente secretarie ter visie is gelegd een verzoek van IMAN GUEQUIERRE koper- en blikslager te Ter Neuzen, om vergunning tot het plaatsen van een electromotor In het per ceel plaatselijk gemerkt 89 en gelegen aan het Nieuwediep, kadastraal bekend Sectie L No. 1394, en dat op Dinsdag 25 Maart 1913, des na middags 3 uren, ten raadhuize dezer gemeente, gelegenheid zal worden gegeven om tegen het maken dier inrichting bezwaren in te brengen en deze mondeling of schriftelijk toe te lichten. Ter Neuzen, 11 Maart 1913. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. HUIZINGA, Burgemeester. L. WABEKE, Secretaris. N.B. W\j vestigen er de aandacht op, dat volgens de bestaande jurisprudentie niet tot beroep gerechtigd zijn zij, die niet overeenkomstig art. 7 der Hinderwet op den bovenbepaalden dag eoor het gemeentebestuur zijn verschenen, teneinde hunne bezwaren mondeling toe te lichten. Zelandia komt waarachtig nog eens aan dragen met hare beide vragen, neemt dan ons door HENDRIK DE HEYDE. 4) Mevrouw knikte tot Frederik. „Zie je wel", zei ze, „dat je vader 't alleen af kan „Maar ik heb al gezegd", merkte Dina verschrikt op, „dat mijnheer en mevrouw wel thuis zijn." „Stoffel", beet de beminnelijke stamhouder der Torren baar toe. „Stil Frits, laat mij begaan. Je hebt al gezegd, Dina, dat wij thnis zijn Ja meneer, ik wist niet, dat „Dan zeg je nu aan mijnheer Klompert: Mijnheer, u moet mij wel excuseeren van wege mijn abuis, maar ik heb in alle kamers gezocht zonder mijnheer en mevrouw te kunnen vinden". Nauwelijks had de heer Tor deze tactvolle woorden gesproken, of de kamerdeur werd half geopend en een rond, goedig, pafferig gezicht vertoonde zich aan de ontstelde huis- genooten. „Hé luitjes, hoe gaat 't jelui", riep de beer Klompert gul uit, terwijl hij met uitgestoken haDdeu op deD heer Tor toestapte. artikeltje van verleden Woensdag over en noemt dat een antwoord op die vragen. Zullen wij nog veel tijd verspillen met aan het blad duidelijk te maken, hoe en wat oas antwoord geweest is Wij vinden bet tegenover onze lezers niets noodig, en wat Zelandia betreft, is het boter aan de galg ge smeerd. We hopen, dat als er weer zoo onbedaar lijk gelachen wordt bij Zelandia, de artikelen hiervan de werking zullen gevoelen, want uit het geschrijf konden wij van vroolijkheid niet veel gewaar worden. Het was net, of het blad in eene booze luim was, al wendde het ook vroolijkheid voor. Het blad schrijft, dat de redactie van het Volksblad vervuld wordt door een gediplo meerd (zijn er ook ongediplomeerde? Red.) liberaal onderwijzer. Mogen wij het blad er even op attent maken, dat het zich deerljjk vergist? Wat trouwens die persoonlijke opmerkingen betreft, wat doen ze eigenlijk ter zake Maar nog eensde redactie wordt niet vervuld door een onderwijzer. Gissen doet missen. We hebben niet lang geleden ook een ander Christeljjk blad in onze plaats op eene vergissing moeten wijzen, al was deze ook minder stellig neergeschreven dan Zelandia het doet. We hadden natuurlijk Zelandia in hare verkeerde meening kunnen laten en hartelijk lachen om de onderstelling van het blad. Want, wie iets schrijft, doet er zoo weinig toe, het gaat er over, wat geschreven is. Dat we Zelandia uit den droom helpen, doen we, om te laten zien, hoe lichtzinnig sommige bladen er op los durven schrijven. En hiermede nemen wij weer afscheid van Zelandia, tot het ons lust weer eens een scheeve voorstelling van het blad recht te zetten. Want in dat genre blijft het specialiteit. Wat spreekt men toch over art. 171, vraagt een Christelijk orgaan. De Regeering stelt immers geene wifziging voor Inderdaad, de Regeering is er van terug geschrikt. „Dank je, Klompert, 't gaat nog al. Jjj óók wel, mag ik hopen „Lekker als 'n pjjp beerenbaai". „Als-'n-pjjp-heeren-baaigrinnikte Clara. „Wat 'n vlegel, om zoo maar binnen te komen", siste Frederik zjjn oudste zuster in 't oor. „En hoe maken 't de nichies informeerde neef Klompert, die evenals zoovele onhandige, verlegen menschen nooit recht wist, hoe zijn binnenkomen te verklaren en daarom tot in 't oneindige naar gezondheid en welstand vroeg. „En neef Frits Tjonges, wat bent u groot geworden". „Onzin", bromde Frederik, die vjjf-en-twin- twintig was, „ik ben mjjn groeijaren al lang voorbij". „Nou ja", verbeterde neef Klompert, „als 'k zeg „groot", dan moet u dit niet opvatten als bedoeld zijnde op de grootne van 't lichaam maar op de mannelijkheid. U bent waarlijk een beele man, een heele heer geworden. Ik heb n kleiner gekend. Gaat 't goed Hij schudde zjjn neef hartelijk: voor de tweede maal de band. „Best", zei Frederik droog. Neef Klompert bekeek de 'tafel. „Ta, tn, dat belooft 'a heele eetpartij te worden". „We geven een klein dinertje", zei me vrouw koeltjes, 'n Eetpartij. Verbeeld je. „Mie... hernam neef Klompert. Wie eöhter het oordeel van De Standaard* zag, weet dat uitstel geen afstel beteekent. Ook de Tariefwet komt in deze periode niet meer in behandeling. Heeft daarmede de Regeering van hare plannen afgezien Wacht maar, als ze bestendigd wordt, dan komt voor den dag, wat nu tijdelijk opge borgen wordt. En al dat wegmoffelen geschiedt met het oog op de komende stembus. Deze houding van de rechterzijde is zoo onoprecht mogelijk. Een antirevolutionair schrijft het volgende in de »Jongelingsbode« >Een paar jaar geleden liep ik te helpen in het hooiland van een Zuidhollandsche boer derij en een jongen van een jaar of der tien hielp ook mee. »Wel* zei ik, »moet jij niet naar school ?c »Nee, meneer,* zei hij, »'t is stemmen.* »Stemmen vroeg ik, »wat beteekend dat »Nou,« zei hij, »meester moet er bij helpen. Het bleek mij, dat meester een ijverig anti revolutionair was, die op stemdag den kinde ren vrijaf gaf, om zelf voor den candidaat zijner keuze wat te doen. »En leer je goed bij hem?* vroeg ik. »0 ja,« zei de jongen, »bij maakt allemaal goeie antirevolutionairen van ons, dat kan je gelooven.* Toen begon de jongen een korte schets te geven van de geschiedenis der parlementaire partijen, waarin de liberalen er slecht afkwa men, en dr. Kuyper, nu, laat ik het zacht zeggen, slechts met eerbiedigen schroom werd genoemd. »'t Is knap,* zei ik. »Maar ik dacht: Meester, als je mijn jon gen op school hadt, zou ik je verzoeken, je te bepalen tot de vakken van het lager onder wijs, waartoe de politiek nog niet behoort. Tot zoo ver. Wat de schrijver daar vertelt, geschied op de zoogenaamde »christelijke« school. En aan die school betaalt de Staat jaarlijks eenige millioenen. Als de Openbare onderwijzers zich zoo iets „Mie!" grjjnsde Clara, „Ma heet Maria". „Marie dan", verbeterde de welkome be zoeker, een weinig verslagen, „ik bad ge meend jelni eens te komen verrassen, 't Is zoo stil bij mij, sinds m'n Keetje gestorven is en Henk getrouwd „Gut, ik dacht, dat je eiken Zondag bij Hendrik at". „Ja zeker dat doe ik ook geregeld. Maar ze zijn vandaag naar Utrecht. Truitje, je weet wel, 't jongste kind van Sjane, doet haar H. Communie". „O zoo, ja juist „En omdat ik 's Zondags geen meid heb ik denk toch maar op kamers te gaan wo nen, zoudt jelui me dat ook niet aanraden De Torren haalden hunne schouders op 't was hun tamelijk onverschillig. „Ik won maar zeggen omdat ik geen meid heb en geen lust voel om in een eethuis. „Hi, bi, eethuis gichelde Clara, „u bedoelt restaurant". „Zooals je wilt, kind. Omdat ik dan geen lust heb om daar in m'n eentje te gaan eten, had ik zoo gedacht, dat jelui 't wel aardig zoudt vinden, als ik „Hm, ja, 't is „Heel aardig, maar „Altjjd als ik niet derailleer natuur lijk", haastte zich de eenzame neef Klompert er aan toe te voegen. veroorloofden, zou men reis wat hooren. Maar gelukkigdie houden zich bjj hun vak en vallen het kind niet lastig met dingen die het nog niet begrijpen kan. In de Christelijke* school schijnt echter alles geoorloofd. Daar werken alle dingen mede ten goede. Ook de centen. Het ministerie-Heemskerk verklaarde inder tijd, gelijk ook dr. Kuyper te willen regeeren naar christelijke beginselen. Men heeft sedert al vaak gevraagd, waar nu eigenlijk de cbristeljjke beginselen te vinden waren. Is er b.v. een christelijke belasting- politiek Is er een christeljjke legerpolitiek Is het verzekeringswezen christelijk Op al deze en dergelijke vragen kreeg men geen antwoord. Maar óe groote menigte, de onontwikkelde schare is in den waan, dat alles, wat van het zoogenaamde »christeljjke« ministe rie kwam, ook inderdaad christelijk was, zelfs de verzekeringswetten. Bjj de Algemeene beschouwingen over de laatstgenoemde wetten zei het Christ.-Hist. lid dr. De Visser o.a. >In de Staatspensionneering in de Ver plichte Verzekering, in de Vrijwillige ver zekering, overal komen in deze stelsels Christe lijke beginselen «n Christelijke deugden aan het licht.* Zulke woorden leest men met genoegen, vooral ook, omdat er uit blijkt, dat een Christenkiezer niet tegen de Staatspension neering behoeft te zijn. Het is dan ook een feit, dat tal van Rechtsche lieden, zelfs leden der Gereformeerde kerk, lid zijn van den Bond voor Staatspensionneering. Als ze nu in Juni ook maar zoo kloek zijn, de politiek 'n oogenblik op zij te zetten en hun stem te geven aan voorstanders van de Staatspensioneering. De V. In de op Donderdag a. s. des voormid dags te 10 ure te houden openbare vergadering „Hi, hi, derailleer gichelde Clara, „de rangeer „Laat dien ezel toch loopen", fluisterde Frederik. „Zooals je wilt, kind", zei neef Klompert goedig. „Als 't schikt, Mie, excuseer, Marie wil ik zeggen we zien elkaar zoo bjjna nooit hè? en je hebt tóch volk..." „Volk", siste de verontwaardigde Frede rik, „zoo'n echte, gore winkeliersuitdrukking. 'k Wou, dat die ploert De wensch van den heer Tor Jr. ten op zichte vaD zjjn neef werd nimmer geuit, want Emma, angstig een blik op Klompert werpende, vermaande: „Hond je toch stil, Frits," en de ploert vervolgde en daarom wou ik maar zoo vrij zjjn, en mjj zelf Mjjnheer werd aschgrauw, mevrouw pur per, de zusters beefden van angst en Frede rik ziedde van eedelen toorn. mee inviteeren. 'n Mensch zit zoo alleen as-je-alleen zit hè Neef Klompert was de goedhartigste en de braafste, maar ook de domste en de verve lendste van alle drogisten. Hjj bad jaren lang hard gewerkt, en verdiende een goed stuk brood, maar d«ar zjjn arbeidsveld be grensd werd door de vier mnren vaa zjjn winkel, begreep hjj niet, dat er een wereld bestoDd buiten die der drogisten, zoo hjj zich hiervan al bewust was. TER

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensch Volksblad / Zeeuwsch Nieuwsblad | 1913 | | pagina 1