Vrijzinnig Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
Concurrentie
Riet zonder bdtitljittg.
Jammer.
Kamer van Kooptadel en Fabrieken.
Het Offer.
No. 2299.
Woensdag 4 September 1912.
23e jaargang
FEUILLETON.
gen paar coupletten Van Speenhoff
oVer de Tarlefwet.
BUITENLAND.
ABONNEMENTSPRIJS;
Per 3 maanden 75 cent voor binnen en buiteD Ter NeuzeD.
Voor België 95 cent by vooruitbetaling.
Abonnementen worden aangenomen by alle
Boekbandelaren, Brievengaarders en den Uitgever.
Telef. latere No 15,
ADVERTENTIEPRIJS:
Van 1 tot en met 5 regels 50 cent; elke regel meer
10 cent. By abonnement aanmerkelyk ver
minderd tarief. Grootere letters naar plaatsruimte.
Redactie-adres: Noordstraat 10, Ter Neuzen,
Deze Courant verschijnt eiken Woe 118 (lag- en Zaterdagmorgen bfl dep Uitgeyer M. DE JONGE, te Ter N.n.ftn
(Tervisie-legging Kiezerslijst).
Als men, de subsidie's besprekend, die aan
de bijzondere scholen ten deel vallen, rept
over waarborgen, die overigens steeds gevergd
worden, wanneer men voor een of ander doel
put uit 's lands kas, dan lacht men van
rechts even en geeft te verstaan, dat de beste
waarborg de concurrentie is.
Maak de voorwaarden gelijk, zegt men aan
die zijde en de zaak is gezond.
Ongelukkig bedoelt men met die voorwaarden
alleen de finantiëele.
We hebben reeds vaak duidelijk gemaakt,
hoe ongelijk overigens de voorwaarden zijn,
juist ten nadeele van de openbare school.
De concurrentie zou de beste waarborg zijn
voor een richtig gebruik van 's lands gelden
Wie gelooft het?
Neem het geval, dat in een dorp twee
scholen zijn, eene openbare en eene bijzondere.
Het onderwijs op de eerste is zeer goed, dat
op^ de andere beneden het middelmatige.
Zullen nu de kinderen der laatste naar de
eerste overgaan en zal daardoor ook de bij
zondere verplicht zijn het onderwijs op peil
te houden
BÜ vrije, natuurlijke concurrentie zou dat
het geval moeten zijn.
Maar de ervaring leerde thans reeds, dat
het niet zoo is.
Dan komt de dominé of andere geestelijke,
Novelle van
HENRY BORDEAUX.
Het is eene photografie van eenige jaren
geleden en ik geef er de voorkeur aan
boven latere opnamen. Matbilde straalt er
op van levenslust. Ach ja Zooals gezegd,
ik kon den sleutel niet vinden. Anders zou
ik gaarne haar kleioe bureau geopend hebben."
„Maar waar kan die sleutel dan zjjn
„Ik ik weet 't niet. Ik meende
Maar wacht eensDaar schiet 't mjj
tebinneD Hier is hjj, ja Het sleuteltje
is zóó klein, dat ik het in mjjne portemonaie
geborgen had. Ziedaar 1"
Marthe waande zich gered. Zachtjes,
zon Ier haast te toonen, maakte zjj zich van
het kostbare voorwerp meester.
„Dank je", zeide zjj. „Ik kom dadelijk
met de bijouterieën terug. Een oogenblik
geduld maar."
Zij hield haar taschje in de hand, om de
brieven er in te verstoppen. Maar toen zjj
naar de deur ging, maakte de heer Monrevel
mine om haar te volgen.
„Ik kan ook wel met je meegaan."
dan komt de Kerk tusschenbeide en men weet
de ouders wel op alle manieren duidelijk te
maken, waar hunne kinderen moeten blijven.
Deugdelijk onderwijs, hoogere ontwikkeling,
het zijn voor het grootste deel aan de rechter
zijde looze woorden.
Van eerlijke concurrentie is geene sprake,
zal ook in de toekomst geene sprake zijn.
Er werken machten boven die concurrentie.
Daarom dienen wij ons ook ten sterkste
te keeren tegen den voorgenomen aanslag op
het openbaar onderwijs door de voorgestelde
wijziging van art. 192.
Dat niet alleen, we dienen te eischen, dat
de nu geldende onvoldoende bepalingen, waar
onder de subsidie's thans rijkelyk worden
verleend, verscherpt worden, opdat misbruiken
worden belet.
Nergens anders wordt zoo los met 's lands
gelden omgesprongen als bij het verleenen
van subsidie's aan bijzondere scholen
Helaas, dat men dit nog niet algemeen
inziet.
De Commissie voor de Grondwetsherziening,
in meerderheid rechts, zooals men weet, stelt
behalve de reeds berucht wordende wijziging
van art. 192, ook nog eene belangrijke ver
andering op ander gebied voor.
Zij wil, dat de macht van het Koningschap
grooter wordt en stelt ter bereiking van dat
doel eene verandering van het desbetreffend
artikel voor.
Nu heeft men vooral van anti-rev. zijde
steeds gemeend, dat van de werkelijke macht
van het Koningschap te weinig gebleven was.
Wel eigenaardig, dat men naar aanleiding
van de voorgestelde wijziging, thans van rechts
zelf tot nauwkeurig, ernstig onderzoek en
groote voorzichtigheid maant.
Men blijkt dus daar er niet erg gerust op
of versterking van de macht het Koningschap
zelve ten goede zou komen.
Men wijst erop hoe juist bij de tegenwoordige
regeling, onder het huidige parlementaire
stelsel de glans van het Koningschap is
toegenomen.
Wij houden het er dan ook voor, dat men
zich rechts wel tweemaal beraden zal, voor
dat men overgaat tot den door de meerder-
„Dat is onnoodig. Ik ben dadel jjk terug."
Eu op half verwijtenden toon, mei een droef
glimlachje liet zy er op volgen „Vertrouw
je mfj niet?"
Hij scheen deze woorden niet te hebben
gehoord. Zelf geheel in zijne treurige ge
dachten verzonken, sloeg bij verder op zijne
schoonzuster geen acht. Toen Marthe de
kamer van Matbilde binnentrad, zag zjj hem
in het boudoir weder in een armstoel zich
neerzetten.
Zij liet de tusschendeur open, om het oog
op hem te kunnen houden, niet door hem
overrompeld te kunnen worden. Met die
zekerheid van bewegingen, die het dringen
van gevaar aan moedige menschen geeft,
opende zjj zonder talmen de secretaire. Hare
handen, die den vorigen dag, toen zij alleen
was en niets te duchten had, zoozeer hadden
gebeefd, gehoorzaamden haar nu met vlugheid
en zonder een spoor van nervositeit.
Zoodra de secretaire open was, herinnerde
zij zich de woorden van Pierre Emaquy In
de lade links". 3
Maar er waren aan weerszijden drie Iaadjes
boven elkander. Martha zocht op goed geluk
links. Zij opende eene ladehet was
die van de kleinoodiën. Zij sloot ze weer:
en terwijl zij de tweede opentrok en daarin
werkelijk het pakje brieven ontdekte, met die
scherpte van zintuigen, die ons in oogen-
heid der Grondwets-commissie voorgestelden
stap.
Men zou wel eens een resultaat kunnen
verkrijgen juist andersom dan men aan die
zijde wenscht.
Als we alles gaan belasten,
Wat hier de buurman importeert,
Zal die ook niets meer moeten hebben
Van wat Holland exporteert.
Al die hectoliters Klare,
Die dan aan de grenzen staan,
Moet ons volk, vóór ze bederven,
Dan maar zelf naar binnen slaan.
Als we alles gaan belasten
Geen kanon uit Duitschland meer,
En de Duitscher van weeromstuit
Wil ons spek en kaas niet meer.
Kolkman weet 'n prachtig middel,
Kolkman is nog niet zoo gek
Aan de kaas giet-ie kanonnen,
En dan schiet ie met het spek.
Wie het congres voor Zedeljjke opvoeding
in Den Haag gevolgd heeft, zal wel gemerkt
hebben, dat daar alle landen en alle richtingen,
ook de meest geloovige vertegenwoordigd
waren.
Hij zal ook gemerkt hebben, dat de mee
ningen en discussie's op zeer hoog peil stonden,
dat de deelnemers mannen waren, die met
eere genoemd mogen worden.
Waar nu zoovele landen vertegenwoordigd
waren, waar ook geloovigen als Kurth uit Rome,
Albert L' eclere uit Bern, kanuvunik Dumont
uit Parijs, Dr. Claes uit Leuven e. a. door
hunne tegenwoordigheid en het werkzaam
aandeel, dat zij aan het congres namen, een
welsprekend getuigenis aflegden tegen de waar
schuwing van De Standaard, daar zal het ieder
vaderlander, die een beetje ruimen blik heeft,
te meer spijten, dat onze regeering niet offi
cieel vertegenwoordigd was en een congres,
dat ieder land zich tot een eer zou rekenen
te mogen ontvangen.
blikken van spanning te hulp komt, voelde
zjj, zonder om te zien, de aanwezigheid van
iemand achter haar. Waren de brieven in
de eerste lade gevonden, dan zouden zjj
reeds gegrepen en verdwenen zijn geweest.
Maar nu was 't te laat. De heer Monrevel
was, heel natuurlijk en zonder in iets erg te
hebben, haar toch nog achterna gekomen, en
het dikke tapijt bad voor Marthe, geheel
verdiept in haar zoeken, zjjne voetstappen
gedempt.
Zij draaide zich naar hem om. Hij bemerkte
niet hoe bleek zij was.
„Dat is de correspondentie van Matbilde,"
zeide hij, heel kalm. „De bijouterieën zjjn
daar niet."
Driftig schoof zij de lade dicht.
„Hier zijn ze", zeide zij, en zij opende de
andere.
Hy keek over haar schouder.
„Er zyn enkel ringen", zeide hy.
„Ik wil ook niet anders dan een ring".
„Nu, hier dan."
„Mag ik Werkelijk
„Je bent zoo'n lieve zuster voor haar geweest,
Marthe en dat ben je nu nog voor mjj.
Wat zou er zonder jou van mij geworden
zijn En, meer nog wat zou er worden
van Juliette
Ontroerd boog hij zich en kuste haar de
hand.
Het congres is er niet te minder om geweest,
maar ons land heeft zich klein, zeer klein
getoond.
Zou niemand in onze regeering den moed
gehad hebben zich tegen het ingenomen, van
enghartigheid getuigend, standpunt te verzet
ten
Of zijn ze voor goed willoos aan de macht
van de Standaard onderworpen
Hoe het zij, de regeering heeft eene goede
gelegenheid, om hare reputatie en die van
van ons land te verhoogen, jammerljjk laten
voorbijgaan.
PORTUGAL.
Een manifest van P. Couceiro.
Dezer dagen bevatten de bladeen weder
om een manifest van Paiva Couceiro, den
leider der royalisten, dat eerst voor onecht
gehouden, thans authentiek moet gebleken
zijn.
Couceiro betoogt daarin, dat de monarchis
tische zaak haar weg zal vervolgen, doch dat
men hierbij moet te werk gaan op wetteljjke
wijze, rekening houdende met het gevoelen
van het grootste gedeelte van het volk.
»Wjj alleen kunnen het geheele volk niet
overwinnen,zegt hy o.a., »en wjj mogen
dit ook niet beproeven tegen zyn wil. Men
moet dus de tyd zijn werk laten doen.c
Het eindigt met de verklaring, dat indien
de republiek op loyale en flinke wjjze haar
plicht weet te doen in het belang van het
vaderland, de monarchisten niets meer te doen
hebben.
Men houdt dit manifest algemeen voor een
bewijs, dat de chef der royalisten van verderen
strijd wil afzien.
ZUID-AMERIKA.
Oud-president Castro en zjjn aanhang.
Een correspondent te Willemstad schrjjft
De Republics* van Barranguilla, in Co-
lumbië, meldde dezer dagen, dat de ziekte van
den ex-dictator Cipriano Castro ongetwyfeld
van ernstigen aard moet zyn, nu hy daardoor
genoodzaakt is, zyn hardnekkig voornemen
'op te geven, om gewapenderhand het president
schap van Venezuela te heroveren. Hy is
„Ach," prevelde zy „wjj hadden elkaar
zoo lief, Mathilde en ik."
Zjj bekeken nu de kleinoodiën.
„Ja ja," zeide hjj. „Neem dezen ring met
paarlen. Die zullen je een zinnebeeld zjjn
van je smart."
„En de kleine Juliette
„O, die krjjgt later al de juweelen van hare
moeder de robjjnen, de tnrkoïsen, dezen
smaragd, al die bont gekleurde ateenen, die
het oog verheugen en doen droomen van eene
gelukkige toekomst."
Marthe, die was gaan zitten, stond lang
zaam op, na zich den ring met de paarlen
aan den vioger te hebben geBtoken.
„Ik dank je, Jacques," zeide zjj. „Ik zal
hem tot mjjn dood toe dragen."
Hare bewegingen verrieden niets bjjzonders.
Zjj sloot de lade en wilde de klep van de
secretaire weerdichtmaken. Het onmiddellijke
gevaar was geweken. Maar het zou morgen
weer opduiken of over een uur of over
vjjf minuten misschien reed. Zonder dp aan
doenlijkheid van haren zwager, zou zjj op dit
oogenblik reeds hare zelfbeschuldiging hebben
uitgebracht, om het kostbare bnndeltje in baar
bezit te krjjgen. Maar het vertrouwen, dat
Mathilde's man haar betuigde, en daarbjj de
naam van het kind, die in het gesprek ge
mengd was geworden, dit een en ander
benam haar hare zekerheid en deed haar weder
-
TER \ErZE\SCH VOLKSBLAD.
Burgemeester en Wethouders der ee-
meente ÏEH NEUZEN,
Gelet op art. 9 van het Koninklijk besluit van den
4 Mei 1896 (Staatsblad No. 76);
Brengen hiermede ter openbare kennis, dat de door
hen definitief opgemaakte lijst van kiesgerechtigden
in die gemeente voor de Kamer van Koophandel en
Fabrieken te Ter Neuzen gedurende acht dagen, te
rekenen van af den lBten September a.s. op de Secre
tarie der gemeente voor een ieder ter inzage is neder-
gelegd.
Bezwaren tegen die lijst, hetzij die den klager, hetzjj
die andere personen betreden, kunnen gedurende acht
dagente rekenen nh beden, dus vóór den 11 en Sep
tember a.s., bij den Gemeenteraad worden ingebracht.
Ter Neuzen, den 2 September 1912.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZ1NGA, Burgemeester.
L. WABEKE, Secretaris.