Vrijzinnig Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen, Gemeentebegrooting. Herhalimsonflerwijs. ONDER WIJZER(ES) Dwang en Vrijheid. No. 2296. Zaterdag 24 Augustus 1912. 23e jaargang uemesnteraad van Ter Neuzen. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maan den 75 cent voor binnen en buiten Ter Neuzen. Voor België 95 cent bij vooruitbetaling. Abonnementen worden aangenomen b\j alle Boekbandelaren, Brievengaarders en den Uitgever. Telef. latere. No IS. ADVERTENTIEPRIJS: Van 1 tot en met 5 regels 50 oent; elke regel meer 10 cent. B\j abonnement aanmerkelijk ver minderd tarief. Grootere letters naar plaatsruimte- Redactie-adres: Noordstraat 10, Ter Neuzen, ^Deze Courant verschijnt eiken Woensdag;- en Zaterdagmorgen bü den Uitgever H DE JONGE, te Ter Neuzen. Burgemeester en Wethouders der gemeente TER NEUZEN. Gelet op art. 203 der Gemeentewet Brengen bij deze ter kennis van de ingezetenen dat de Begrooting van de plaatselijke inkomsten en uitgaven dezer gemeente, voor het jaar 1913, op heden aan den Raad is aangeboden, en, voor een tijdvak van veertien dagenvoor een ieder ter lezing is nedergelegd op de Secretarie der gemeente, alwaar tegen betaling der kosten, afschriften van dezelve kunnen worden verkregen. Ter Neuzen, 22 Augustus 1912. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. HUIZINGA, Burgemeester. L. WABEKE, Secretaris. Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN noodigen hen, die in aanmerking wenschen te komen voor eene benoeming tot bjj het berhalingsonderwjjs voor jongens en meisjes aan school A, in de kom, uil, daarvan kennis te geven aan den Burgemeester vóór den I September 1912. Ter Neuzen, 23 Augustus 1912. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. HUIZINGA, Burgemeester. L. WABEKE, Secretaris. Voorbeelden trekken, vooral de slechte voorbeelden. Er gaat tegenwoordig geene week voorbij of men leest, dat in deze en dan weer in die gemeente een of ander anti- rev. lid den volke zijne voortreffelijkheid wil kond doen op Christelijk of zedelijk gebied. Men houdt die zedelijkheids vertooning op de goedkoopste manier. Niet om door ingetogenheid en reinen levenswandel een voorbeeld te zijn voor zijne medeburgers en zoo het zedelijkheidsbesef te verhoogen, neen, door inperking van de persoonlijke vrijheid van anderen tracht men zich een roep te verwerven. Welk eerlijk mensch gevoelt iets voor zulk soort propaganda Want hoe kan men het anders noemen? Nu eens verbiedt men het openhouden der herbergen op Zondag gedurende bepaalde uren, dan weer wil men het voetballen op Zondag verbieden of minsteus inperken. Rotterdam, Schiedam, Zaamslag Mijnsheeren- land, Bussum eDz. het wordt een heele lijst. We zouden ons kunnen voorstellen, dat waar de anti-rev. de Zondagsheiliging (iets anders dan Zondagsrust) voorstaan, dat zij ernstig er werk van maakten dit punt van hun program ma te verwezenlijken. Maar zoo hun dit werkelijk ernst was, heilige ernst, dan hadde reeds het ministerie-Kuyper door een wet, die voor het geheele land geld, van dit streven moeten doen blijken. Niet, dat het ons naar den zin zou zijn, maar dan ware tenminste van een ernstig willen gebleken, dat ook bij den tegenstander eerbied wekt. Niets daarvan is geschied. De anti-rev. zouden het ook niet wagen dit programmapunt te verwezenlijken. Ze zouden denken om Noord-Brabant en Limburg, om hunne coalitiegenooten, om het verlies van hunne macht. Daarom is de regeling dezer stof den ge meenten gelaten. Voor de gemeentelijke autonomie, zie je. En zoo zien we, dat in ons land verschil lende soorten vrijheid bestaan. Op de eene plaats legt eene anti-rev. meer derheid haren medeburgers allerlei hinder palen in den weg, in tal van andere gemeenten zijn juist de Zondagen bij voorkeur de feest dagen, zonder dat een anti-rev. hierin zal trachten te voorzien. Dit gemodder met zedelijkheid en Zondags heiliging, deze onoprechtheid bij toepassing van beginselen is iets, dat ieder eerlijk mensch tegen de borst moet stuiten. Zoodoende zal men in ons vaderland twee soorten van Christelijkheid en zedelijkheid krijgen, eene van boven en eene van beneden den Moerdijk. Dat men voor zichzelven een streng be ginsel handhaaft, goed. Maar men legge zijnen medeburgers geen onnoodig juk op. Die anti-rev., welke zich aan het maat schappelijke leven als goede staatsburgers kunnen aanpassen, zullen dit met ons eens zijn. Zitting van Donderdag 22 Aug. 1912. Voorzitter de heer Huizinga, burgemeester. Aanwezigde heeren Lensen, Scheele, De Jager, Moggré, Wieland, Visser, Eijke, Donze, De Bruijne en De Feijter. Afwezigde heeren Dees, Van Borssum Waalkes en Drost. De Voorzitter opent de vergaderingde secretaris doet daarna voorlezing der notulen van de vorige vergadering, die z.h.s. worden goedgekeurd. Daarna is aan de orde I. Ingekomen stukken. a. Van Gedeputeerde Staten is goedge keurd terug ontvangen het kohier van het schoolgeld voor het 3e kwartaal 1912. b. Idem het besluit van den gemeenteraad van 1 Augustus 1912, houdende nadere regeling der jaarwedde van den onderwijzer, den heer J. Bierlé. c. Idem het besluit van den gemeenteraad van 1 Augustus 1912, houdende wijziging der verordening tot regeling der jaarwedden enz. van het onderwijzend personeel aan de open bare lagere scholen. De onder a tot en met c genoemde stukken worden voor kennisgeving aangenomen. Dhr. Van Borssum Waalkes komt ter vergadering. d. Een adres van W. P. Nieuwelink, metselaar te Ier Neuzen, dat door hem is aangenomen het leggen van een dam door de gemeentehaven met bijbehoorende werken dat de dam, toen deze boven peil was door brak, waardoor eene groote massa aangevoerde grond wegspoelde; dat het grootste deel van dien grond terecht is gekomen in het te 4?rnP.en van haven en dus bevorder- lijk is geweest aan een werk, buiten zijne werkzaamheden vallend dat de gemeente dus voor die demping minder grond zal aan te voeren hebben redenen waarom adressant, beleefd verzoekt, dat de Raad hem hiervoor eene vergoeding sehenke, evenredig aan de op te nemen hoe veelheid grond, die in het afgesloten deel van de haven is gekomen. De Voorz. stelt voor, dit adres te zenden naar B. en W. om advies. Aldus wordt besloten. e. Een schrijven van den stationchef, waarin bij terugkomt op zijn vroeger gedaan verzoek om spoorwegpersoneel vrij te stellen van dienen bij de gemeentebrandweer. 11 Juli is hierop afwjjzend beschikt. Hij wenscht tegen die beslissing in beroep te komen, op grond van art. 11a der verordening op de gemeentebrandweer, en verlangt, dat het spoorwegpersoneel vrijstelling zal worden verleend, niet alleen gedurende de diensttijden bij de spoorwegondernemingen, maar ook gedurende de rusttijden, zooals deze in Hoofdst. X van het Algem. Regiem, voor den dienst op de spoorwegen zijn voorgeschreven. B. en W. adviseeren afwijzend op voormeld adres te beschikken, daar het dienstverband genoemd personeel bij brand niet verhinderd de diensten bij de brandweer te vervullen, op grond, dat het geen andere diensten in het openbaar belang heeft te vervullen. Dhr. Van Borssum Waalkes vraagt dit ver zoek aan te houden tot de herziening van het brandweer-reglement. Dhr. De Jager acht het raadzaam op het voorstel van B. en W. in te gaan. Vroeger is ook steeds afwijzend beschikt op dergelijke verzoeken van ambtenaren. Het voorstel van B. en W. wordt hierna aangenomen. Dhr. Dees komt ter vergadering. f. Wijziging begrooting 1912. De Voorz. wijst er op, dat deze wijziging noodzakelijk was, in verband met de verleende 300 subsidie voor een nieuw torenuurwerk in de Ned. Herv. kerk en de aan B. en W. verleende machtiging tot aanschaffing van eene schrijfmachine. Deze uitgaven zullen bestreden worden uit de ontvangen zegelgelden, waarna van die som nog een klein gedeelte overblijft. Z. h. s. worden de aangebrachte wijzigingen goedgekeurd. g. Een schrijven van dankbetuiging van de kerkvoogden der Nederl. Herv. Gemeente voor de inwilliging van hun verzoek om eene subsidie van J 300,te mogen ontvangen als bijdrage in de kosten van een nieuw torenuurwerk. levens berichten zij, dat het uurwerk door hen is besteld en met de plaatsing daarvan spoedig een aanvang zal worden gemaakt. Wordt voor kennisgeving aangenomen. De Voorz. wijst er op, dat in de kerk vergadering ter sprake is gebracht, om inplaats van ijzeren-, matglazen wijzerplaten aan te schaffen, die doorschijnbaar zijn en het ook bij avond en nacht mogelijk maken, dat men den tijd kan opnemen. Daartoe zou in den toren een lantaarn met uitstralend licht geplaatst worden. Als de gemeente goedkeurt, dat het aantal straatlantaarns daarvoor wordt uitgebreid komen die meerdere kosten ten laste der ge meente. Dhr. De Jager denkt, dat de lichtsterkte van één lantaarn onvoldoende is om vier wij- zerborden te verlichten. De Voorz. wijst er op, dat deskundigen een behoorlijke Philipslamp voldoende achten. Dhr De Jager: Zullen wij later niet in de noodzakelijkheid komen dan ook de stadhuis- klok op een dergelijke wijze te verlichten Dhr. Lensen informeert naar de kosten voor een dergelijke nachtlantaarn. Dhr. De Jager meent, dat deze f 84 bedragen. Dhr. LensenAls dit voorstel dus wordt aangenomen, komen we elk jaar voor eene uitgave te staan van 100. Dhr. van Borssum Waalkes: We hebben nu reeds ƒ300 subsidie verleend. Ik ben er tegen, dat dit bedrag op die wijze met 100 zal worden vermeerderd. Ook ik geloof bovendien niet, dat één lantaarn voldoende lichtsterkte geeft. Dhr Dees oordeelt het verstandig eerst aan eigen huishouding te denken voor we anderen helpen. Dhr Moggré ziet hier een nauw verband tusschen de belangen van de gemeente en die der kerk. Dhr Dees wijst nogmaals op de kans, dat voor het stadhuis later hetzelfde geëischt zal worden. Hij is er vóór, op de kleintjes te passen. De Voorz. wijst op het algemeen nut der zaak. Alle ingezetenen zullen er bij profiteeren. Dhr Lensen We zijn nu begonnen met een subsidie van f 300 en zouden dus voort gaan met er een f2500 bjj te doen. Daar ben ik tegen. Ik wensch hoofdelijke stemming. Dhr Visser adviseert inplaats van een nacht lantaarn, een avondlantaarn te plaatsen, welke het dus mogelijk maakt tot 11 uur op de klok te zien, waarop dhr Lensen als zijn vrees te kennen geeft, dat dan later een verzoek niet zal uitblijven om die avond- door een nachtlantaarn te doen vervangen. Dbr. De Bruijne, zelf kerkvoogd, stelt nu voor, afwijzend op het verzoek te beslissen, waarop de Voorz. het verzoek als niet inge komen wil beschouwen. Z. h. s. wordt alzoo besloten. h. Een verzoekschrift van den heer Anton Wegkamp, bioscopehouder, dat bjj de gehouden verpachting van staanplaatsen voor de kermis in de maand September a. s. de plaats is toe gewezen aan zijn bioscope voor de som van J 310.— boven bet verschuldigde marktgeld. Dat sedert de verpachting door den Raad vergunning is verleend tot oprichting van drie soortgelijke inrichtingen. Adressant acht zich daardoor ten zeerste benadeeld ware die omstandigheid hem bekend geweest, dan zou hij voor genoemd bedrag niet ingeschreven hebben. Reden, waarom hij den Raad ver zoekt hem eene vermindering der pachtsom toe te staan of bij afwijzing van dit, zjjn verzoek, de vaste inrichtingen gedurende dien tijd geen vergunning te verleenen om voor stellingen te geven. B. en W. adviseeren afwijzing van dit ver zoek. Dhr. Moggré vindt, dat er wel wat voor adressants schrijven te zeggen is. Ook de nieuwe inrichtingen zullen gedurende de kermisweek publiek trekken. Dezen kunnen we dan moeilijk permissie onthouden. t De Voorz.Er is bij de verpachting toch niet verklaard, dat er geen nieuwe inrichtingen zouden worden gevestigd. Het is hier een gewone bedrijfsrisico. Ieder neringdoende en wie daarmee gelijk gesteld kunnen worden, heeft concurrentie te duchten. Misschien zal hij het volgend jaar van die wetenschap ge bruik kunnen maken. Het voorstel van B. en W. om afwijzend op het verzoek te beschikken wordt hiern^ z. h. s. aangenomen. II. Aanbieding begrooting voor 1913. Het eindcijfer bedraagt f100055.875. De oorz. stelt voor deze aan te houden tot de volgende vergadering, z. h. s. wordt overeenkomstig besloten. III. Voorstel tot afwijzende beschikking op een verzoek van N. J. Imandt, om zijne vergoeding voor huishuur gelijk te stellen met die zijner collaga's in Ter Neuzen. De Voorz. merkt op, dat met ingang van 1 Januari 1911 de tegemoetkomingen verhoogd werden van f50 tot f<30. Waar zich nu na die regeling geen feiten hebben voorgedaan, waaruit is gebleken, dat de woninghuur te Sluiskil even hoog is als te Ter Neuzen, meenen B. en W. te moeten voorstellen het verzoek van de hand te wijzen, het geen z. h. s. geschiedt. IV. Voorstel tot het verleenen van eervol ontslag aan den onderwijzer J. de Jonge, als onderwijzer, alsmede tot oproeping ran sollici tanten. De oorz. stelt voor genoemden onderwijzer met ingang van 1 October a. s. eervol ontslag te verleenen. Aldus wordt besloten. Namens B. en W. verzoekt de voorz. thans over te gaan tot oproeping solicitanten voor die betrekking. Hiertoe wordt besloten, V. Voorstel tot het stichten van een O. L. school, bestemd voor het geven van MU. L. O. B. en W. stellen voor 1 Over te gaan tot het stichten van bedoelde school, aanvangende 1 September 1913. 2. De hiervoor genoemde school te plaatsen op een gedeelte van de kadastrale perceelen TER NEiraSd VOLKSBLAD

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensch Volksblad / Zeeuwsch Nieuwsblad | 1912 | | pagina 1