Vrijzinnig Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. pc grootste greep uit de openbare Kassen. Ret eigen gebrcH- Onwaardig. HERBESTEDI TO. 7 arief wet. No. 2290. Zaterdag 3 Augustus 1912. 23e jaargang gemeenteraad van Ter lenzen. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 75 cent voor binnen en buiten Ter Neuzen. Voor België 95 cent bij vooruitbetaling. Abonnementen worden aangenomen bij alle Boekbandelaren, Brievengaarders en den Uitgever. Telef. latere, No 15. ADVERTENTIEPRIJS: Van 1 tot en met 5 regels 50 cent; elke regel meer 10 cent. Bij abonnement aanmerkelijk ver minderd tarief. Grootere letters naar plaatsruimte- Redactie-adres: Noordstraat 10, Ter Neuzen, Deze Courant verschijnt eiken Woensdag- en Zaterdagmorgen bij den Uitgever M DE JONGE, te Ter Neuzen. Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN zullen op Woensdag 7 Augus tus 1912, des voormiddags elf uur, ten gemeentehuize in het openbaar, bij eukele inschrijving, in één perceel aanbesteden Het verrichten van werk zaamheden en leveringen ten behoeve van bestratingen gedurende 1912. Het bestek ligt van af heden ter gemeente secretarie ter inzage, terwijl verdere inlichtingen te verkrijgen zijn bjj den Gemeentebouwmeester. Ter Neuzen, 1 Augustus 1912. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. HUIZINGA, Burgemeester. L. WABEKE, Secretaris. Een zeer ongewenscht gevolg van de armoede aan degelijk werk door de rechtsche meerderheid tot stand gebracht, is dat men al zoekende niets anders kan vinden voor verkiezingsleuze der rechterzijde in 1913, dan de wijziging van art. 192 in de Grondwet. De aanvallen op het openbaar onderwijs en de sommen uit 's lands kas geput voor het bijzonder onderwijs hebben al zoo vaak de rechterzijde geholpen, dat ook nu weder dit het zoo goed als eenige en voornaamste punt zal worden tot vereeniging der rechter zijde. Men wil van rechts artikel 192 zoodanig wijzigen, dat de overheid alleen mag »optreden voor zoover het bijzonder onderwijs te kort schiet*. Openbaar en bijzonder onderwijs zullen op voet van gelijkheid worden betaald uit »de openbare kassen*. De rechterzijde stelt zich ten doelhet ver moorden van de openbare school, waarvan het gevolg zal zijn daling van het peil van het volksonderwijs, benevens splitsing van de kin deren niet alleen naar godsdienstige richtingen, maar ook naar rangen en standen. Het ergste is, dat de voorgestelde regeling (voorgesteld door de meerheid der Grondwets commissie) geen waarborg biedt, dat dergelijk onderwijs inderdaad kan gegeven worden, onder eerbiediging van de godsdienstige ge voelens van de ouders der schoolgaande kinde ren*. Tegen het bedenkelijke van die onze kerheid is de nota gericht, waarin de heeren Van Doorn, Drucker, Van der Feltz, Cort Van der Linde, Oppenheim en Tjjdeman, op dit punt nauw verbonden, hun »onoverkomelijk« bezwaar tegen die regeling hebben ontwikkeld. De N. Rott. Cour. hoopt, dat in 1913 links zich over de geheele linie zal vereenigen met het door de bovengenoemde onderteekenaars der protest-nota uitgesproken »onaannemelijk Het is overbodig te zeggen, dat wij geheel met die leuze instemmen. Ons heeft de subsidiëering van de sectescholen nooit toe gelachen. Steeds hebben wij gezegd, dat na den vinger de geheele hand wordt genomen. Vooral zijn we opgekomen tegen het telkens beschikbaar stellen van nieuwe millioenen uit 's Rijks kas zonder voldoende waarborgen voor het goede gebruik. Misbruiken zijn reeds vele voorgekomen, zoo wat het gebruik der gelden, als wat de dwang op de ouders betreft, om hunne kinderen naar de bijzondere school te zenden. Wel worden al die gevallen door de tegen partij smalend »ketelaria« of praatjes genoemd, maar nimmer heeft men ze kunnen tegen spreken. En thans zal men onder leiding van Dr. Kuyper trachten alles te halen, wat nog te halen is, natuurlijk weer zonder waarborgen. Tegen dat fanatiek bedrijf moet van links met kracht worden front gemaakt. Wij zouden zeggen niet alleen van links, maar door ieder eerlijk burger van Nederland. Wel sterk, dat men van rechts voor dien grooten aanval op 's Rijks finantiën ten bate van de confessioneele scholen en schooltjes, wil kiezen het jaar 1913, het jaar der her denking van onze herkregen onafhankelijkheid en vrijheid. Zeker uit eerbied voor 's lands historie In Luctor et Emergo komt voor een artikeltje »Plan 1913* onderteekend Z. Eene commissie is gevormd voor de feesten in 1913 ter herdenking onzer onafhankelijkheid. De Tweede Kamer heeft goedgekeurd een wetsontwerp, waarbij aan die Commissie eene subsidie namens het Rijk werd verleend. Nu vindt Z. het vreemd, dat de socialisten daar voorstemden. Hij vindt zelfs, dat ze hun beginsel ver loochenden en vindt de motiveering door den heer Schaper, dat ze voorstemden uit een oogpunt van handelsbelang alles behalve afdoende. Hij meent, dat de socialisten niet dorsten tegenstemmen uit vrees voor de stembus Wij dachten aan de subsidie, door minister Talma verdedigd voor de gioote tentoonstelling in Den Haag, die 's Zondags zou openblijven. Wij dachten aan het anti-rev. beginsel, aan de anti-rev., die voorstemden en nu, we dachten om het spreekwoord Zooals de waard is, enz Op het stuk van marchandeeren met be ginselen is niemand den anti-revolutionairen de baas. Bij de voorbereiding van de Tariefwet is door de linksche leden met kracht er tegen opgekomen, terwijl men van rechts ze zooveel mogelijk verdedigde. Toch heeft de regeering reeds water in haar wijn gedaan en ingetrokken de voor gestelde rechten op meel, sinaasappelen, mandarijnen, citroenen, gedroogde visch, huiden en vellen. Evenwel worden o. a. gehandhaafd de rechten op kleedingstukken, klompen, manufacturen, zout, suiker, tabak en specerijen. Als nieuw wordt o m. voorgesteld een recht op bananen ad 1 per 100 kilogram. Het specifiek recht op papier wordt ver vangen door een waarderecht, variëerend van 6 tot 10%. Zooals men weet, waren vooral de rechten op meel sterk bestreden, niet alleen van links, maar b.v. ook door de »Nederlander« (chr-hist.). Zelfs het afstemmen van het amendement- Patijn bij de Radenwet, het afwijzen van de amendementen Roodhuijzen, omdat ze niet meer van Lohman waren, deze beschamende feiten voor rechts tracht Z. nog te verdedigen in Luctor et Emergo. Waar hij schrijft: »Intusschen weet elk onbevooroordeelde, dat niet het ministerie, noch de rechterzijde de schuld dragen*, zal elk onbevooroordeelde het volkomen oneens met hem zijn. Hij spreekt van obstructie-schandalen der socialisten. Als wjj denken aan het herhaaldelijk smoren van het debat door de rechterzijde in het parlement van ons vrije Nederland, dan zijn we verplicht de matigheid door de socialisten bij hunne korte obstructie betracht, te be wonderen. Neen, de schuld zit alleen bij de rechter zijde, die een duidelijk gebrek aan homoge niteit bij alle groote belangen aan den dag legt, onmiddellijk daarna gevolgd door eene verderfelijke slaafschheid, zooals nu kortelings bij en na de Radenwet bleek. Oe schuld zit rechts, nergens anders. Maar het dreigende spook der stembus in 1913 roept den leugen te hulp, om de schuld op links te werpen. Zal het baten Zitting van 1 Augustus 1912. Voorzitter: de heer Huizinga, burgemeester. Aanwezig de heerenLensen, Scheele, De Jager, Moggré, Wieland, Dees, Visser, Eijke, De Bruijne, en de Feijter. Afwezig de heeren Van Borssum Waalkes, Donze, en Drost. De Voorz. opeDt de vergadering. Nadat de secretaris de notulen der vorige vergaderingen heeft gelezen en deze z. h. s. zijn goedgekeurd, is aan de orde I. Ingekomen stukken. a. Een schrijven van de heeren Drost en Donze, dat zjj respectievelijk wegens ziekte en uitstedigheid verhinderd zijn de vergadering bij te wonen. Voor kennisgeving aangenomen. b. Een verzoek van den heer Imandt te Sluiskil om zijne vergoeding in huishuur gelijk te stellen met die zijner collega's in Ter Neuzen, daar de levenstoestanden in Sluiskil volkomen gelijk zijn aan die in Ter Neuzen. Wordt besloten, dit verzoek in handen te stellen van B. en W. om advies. c. Een verzoek van T. M. Fermont te Sluiskil om hem vergunning te verleenen tot den verkoop van sterken drank in zijn lokaal. Dit verzoek wordt eveneens gerenvoyeerd naar 't college van B. en W om advies. d. Van Gedeputeerde Staten is goedgekeurd terugontvangen het raadsbesluit van 3 Juni j.l. tot verkoop van 9 boomen. Aangenomen voor kennisgeving. Kennisgeving van den heer A. C. Lensen, dat hij ontslag neemt als lid der Commissie van toezicht op het Lager Onderwijs, B. en W. zullen den raad mettertijd een nieuwe voordracht indienen. Schrijven van den heer J. de Jonge, waarin hij, onder mededeeling van zijne benoeming tot hoofd der school te Oudelande, ontslag vraagt uit zijne betrekking van onderwijzer aan school A, tegen 1 Oct. a s. Er wordt besloten hem op de meest eervolle wijze ontslag te verleenen. B. en W. worden gemachtigd te voorzien in de vacature en eventueel een tijdelijk onderwijzer aan te stellen, indien zulks noodig is. II. Voorstel om de rooilijn voor het bouwen aan de oostzijde van den nieuwen kanaalarm te bepalen op 8 M. ten oosten van den straat weg gelegen aan de oostzijde van dien weg, in de lijn der rijksgebouwen. De gebr. Bliek hebben verzocht daar een huis te mogen bouwen. Z. h. s. wordt de rooilijn aldus vastgesteld. III. Benoeming leden stembureau voor de a. s. periodieke verkiezing van leden van de Kamer van Koophandel en Fabrieken. Dhr. G. Wieland verkrijgt 9 stemmen en wordt aldus benoemd; verder verkrijgen dhrn Eijke 3, Moggré 4, de Feijter en de Jager ieder 1 stem, terwijl 1 stem iD blanco is uitgebracht. Als tweede lid wordt benoemd dhr. Moggré met 6 van de 11 uitgebrachte stemmen. Op dhr. Eijke werden 3, op dhr. de Feijter 1 en één stem in blanco uitgebracht. IV. Opmaking van eene opgaaf, in verband met de benoeming van leden van het college van zetters. Dhrn Donze en De Feijter treden af. Volgens art. 4 Wet van 5 April 1870 treedt op 31 December as. de helft der leden af. De gemeenteraad behoort vóór 1 Sept. a.s. eene opgaaf aan Ged. St. te zenden van tweemaal zooveel personen als er leden te benoemen zijn. Als eerste candidaat wordt gekozen dhr. Donze met algemeene stemmenals tweede dhr. de Feijter, eveneens aftredend lid, met 9 van de 11 stemmen, "terwijl er 2 in blanco zijn uitgebracht; als derde dhr. Moggré met 10 van de 11 st., één ir. blanco en als vierde candidaat dhr. de Bruijne eveneens met 10 van de 11 st., terwijl ook één stem in blanco. V. Wijziging verordening jaarwedden onderwijzers. Door Ged. St. wordt verzocht met intrekking van het desbetreffend besluit van 27 Juni 1912, art. 11 van de verordening, regelende de jaarwedden van de hoofden en het verder onderwijzend personeel der O. L. scholen in de gemeente Ter Neuzen, in dier voege te wijzigen, dat het luidt als volgt: Art. XI. Aan onderwijzers, die ingevolge de artt. 80 en 81 der Militiewet of krachtens de artt. 11, 11 bis en liter der Landweerwet onder de wapenen of in werkelijken dienst zijn, wordt verlof verleend met behoud van jaar wedde, ten ware er een der gevallen, vermeld in genoemd art. 81, de afwezigheid langer mocht duren dan één jaar, in welk geval de jaarwedde slechts gedurende één jaar wordt uitgekeerd. Dit artikel zal aldus gewijzigd worden. VI. Verzoek van de kerkvoogden der Ned. Herv. kerk, om subsidie in de kosten van aan schaffing van een uurwerk voor den toren van de Ned. Herv. kerk. In vertrouwen daarbij, dat zich in de gemeente wel een commissie zal vormen om te brachten het ontbrekende door vrijwillige bijdragen der burgers bij elkaar te krijgen. Bij een eventueele toezegging der subsidie, ten bedrage van f 300. verbinden ze zich, zoo spoedig mogelijk, in ieder geval in den loop van het jaar 1913, een nieuwtorenuurwerk in den kerktoren te laten plaatsen van minstens 820., met vier wijzerborden en uur- en mi nuutwijzer. Tevens zal getracht worden het torenuurwerk te laten leveren door denzelfden fabrikant te Asten, die het uurwerk der stad- huisklok in orde zal brengen. Dhr. De Jager vraagt welke meening hier over bestaat bij het college van B. en W. De Yoorz. deelt mede, dat genoemd collége, ondanks eenige geopperde bezwaren, adviseert het verzoek toe te staan. Op een vraag van dhr Wieland naar de kosten, antwoordt de Voorz. dat die f 1000 a f 1100 zullen bedragen. Het uurwerk kost 820. Dhr. Wieland vreest, dat de gemeente later eveneens tot vernieuwing van het uurwerk der stadhuisklok zal moeten overgaan. De Voorz. zegt, dat in verband met de vorige reparatie vooreerst geen vernieuwing noodig zal zijn. Dhr. Waalkes vraagt of die kosten op de begrooting van 1913 komen, hetgeen de Voorz. niet raadzaam oordeelt met het oog op uitstel. Dhr. De Bruijne had liever gezien, dat de kerk zelf de kosten geheel bestreed. Hare financiën laten dit echter niet toe en daarom ging het kerkbestuur er noode toe over deze subsidie aan de gemeente te vragen. Dhr. Dees verklaart de persoon te zijn geweest, die in het college van B. en W zijn stem tegen dit voorstel uitbracht. Hij ziet er geen algemeen belang in. De gemeente beeft twee uurwerken. wij (je Ned Herv. mi YOLKS

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensch Volksblad / Zeeuwsch Nieuwsblad | 1912 | | pagina 1