Vrijzinnig Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
D K ANK W E T.
Elsje's Mama.
ijarc manieren.
No. 2219.
Zaterdag 18 November 1911.
22e jaargang
3
FEUILLETON.
BINNENLAND.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per B maanden 7 6 cent voor binnen en buiten Ter Neuzen.
Voor België 95 cent by vooruitbetaling.
Abonnementen worden aangenomen by alle
Boekbandelaren, Brievengaarders en den Uitgever.
Telef. Interc, No IS.
ADVERTENTIEPRIJS:
Van 1 tot en met 5 regels 50 cent; elke regel meer
10 cent By abonnement aanmerkelijk ver
minderd tarief. Grootere letters naar plaatsruimte.
Redactie-adres: Noordstraat 10, Ter Neuzen,
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag- en Zaterdagmorgen by den Uitgever M DE JONGE, te Ter Neuzen.
Burgemeester en Wethouders der gemeente TER
NEUZEN brengen ter openbare kennis dat op 15
November 1911 bij hen is ingekomen een afschrift
van een aan Gedeputeerde Staten van Zeeland
gericht verzoekschrift om vergunning voor den
verkoop van sterken drank in het klein voor
gebruik ter plaatse van verkoop alleen aan logeer
gasten van PIETER FRANCIES PIETERS, voor
het voorlokaal van het perceel plaatselijk gemerkt
0 201a en gelegen aan de Blikstraat.
Binnen twee weken na de dagteekening dezer
bekendmaking kan een ieder tegen het verleenen
dezer vergunning schriftelijk bezwaren b\j Burge
meester en Wethouders inbrengen.
Ter Neuzen, 16 November 1911.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. A. P. GEILL, Burgemeester.
L. WABEKE, Secretaris.
Wie mocht meenen, dat de strijd tegen het
verkrjjgen van eene openbare H. B. S. zou
luwen, dat ook de christelijke partijen zouden
te vinden zijn om de achteruitzetting van onze
streek bij andere deelen van ons land in te
halen, hij zal na lezing van het hoofdartikel
van Luctor et Emergo in het nummer van
15 Nor. LI. anders oordeelen.
En toch zou hij onrecht doen te meenen,
dat alle anti-rev. van dezelfde starheid zijn,
als uit dit artikel zou blijken, onrecht aan
hen, die milder denken, wier geest ran breeder
opvatting getuigenis aflegt.
Er zijn er ook onder de anti-rev., die niet
zoo verblind door partijzucht zijn, of ze ge
voelen iets voor het groote-algemeene belang,
gelegen in de totstandkoming eener inrichting
voor Middelbaar Onderwijs en zij begrijpen
ook, dat tot verkrijging van zoo'n instituut
het vereenigd werken voor eene school van
overheidswege de beste kans op welslagen
biedt.
Ook Luctor is zich bewust van het feit, dat
niet alle partijgenooten instemmen met de
halsstarrige houding, door dat blad aangenomen.
Hoor maar »Helaas, dat een paar der onzen,
hun beginsel of afkomst verloochenend, zich
er toe leenen, hierbij hand- en spandiensten
te verrichten*.
Wij hebben reden te onderstellen, dat het
aantal van hen, die uit eigen oogen durven
zien en sympathiseeren met het streven tot
Uit het Duitech
H. SCHOBERT.
Als in den herfst de boomen van bon
bladerdos beroofd zjjn, of de jonge, licht
groene blaadjes in de lente pas uit han
knopjes te voorschijn zjjn getredeD, kan men
van oit het slot over het terras beeD tot
aan den vijver zien, op welks spiegelend
oppervlak de zwanen zoo sierlijk en statig
voortglijden. De winter was geweken
beken en rivieren hadden zich van hun
ijskorst bevrijdde aarde had zich van haar
sneeuwkleed ontdaan. Over het oode kasteel
van Pansin, met zijn vele spitse torens, heen
welfde zich een heerlijk blauwe lucht en
boven bet grasveld, dat zich tusscben het
terras en den vyver uitstrekte, en met
ontelbare veelkleurige bloemen bezaaid was,
zweefden tal van bonte vlinders.
Het grasveld was Elsje's uitverkoren
speelplaats en tante Paula bad er niets op
tegen, als bet kleine meisje daar onder baar
toezicht bloempjes plukte of vroolijk over bet
verkrijging eener H. B. S., heel wat grooter
is dan een paar.
Er zijn in bet leven der anti-rev. party
dingen aan te wijzen, waarbij men eerder en
met meer recht van verloochening* van be
ginselen kan spreken, dan bij deze uiting van
verdraagzaamheid en medewerking voor eene
gemeenschappelijke zaak.
Waarlijk, die anti-rev., welke niet hard
nekkig eene schoone inrichting tegenstaan,
geven van meer maatschappelijken zin en van
ruimeren geest bljjk, dan het stuk uit Luctor
et Emergo ademt.
De redenen, die Luctor voor tegenwerking
opgeeft FinantieèTe bezwaren en het gevaar
van het bevoordeelen van ééne richting uit
de gemeene kas. Het laatste is absoluut
onwaar. WTant het is bekend, dat een open
baar onderwijsinstituut voor alle richtingen
openstaat. Het eerste bezwaar is voorgewend.
Het is immers klaar gebleken uit vroegere
artikelen van Luctor, dat zelfs (we hebben
er reeds meermalen op gewezen) al wilde de
minister eene Rijks H. B. S. stichten, het
blad nog al het mogeljjke in het werk zou
stellen, om die tegen te houden. Waarom
dan met zulke bezwaren geschermd
Wat zeker vreemd aandoet is, dat Luctor
het streven naar zoo'n school van overheids
wege reactionair vindt. Alweer die begrips
verwarring. Het schijnt, dat Luctor in de
verkeerde wereld leeft. Zij zelve uiterst
reactionair zijnde, ziet juist hare tegenstanders
er voor aan.
Dat komt, als men de wereld door een
reactionairen bril beziet.
Verandering van spijs doet eten.
Het schijnt, dat in deze dagen de regeerings-
gezinde pers zóózeer van de waarheid dezer
woorden is doordrongen, dat ze haar lezers
een gansch nieuw menu voorzet. De anti
revolutionaire bladen wijden zich tegenwoordig
aan de dichtkunstEn ho'e De rijmelaar
van den verschrikkelijken moord te Raamsdonk
is er nog een meester bij.
Het begon al in de Kamer. De rechtsche
Kamerleden, die, als men hun bladen leest,
het zoo ernstig meenen met onze defensie,
teekenden tijdens de behandeling van de
Militiewet malle prentjes en maakten er even
malle rijmpjes bij. Zoo nu en dan schenen
gras huppelde eu danste. In het kasteel zelf
beersebte een eenigziDs gedrukte stemming
de eigenaar van bet slot Pansin bad zich
na den dood van zyn joug, schoon vrouwtje,
Paula's jongere zuster, met stille somberheid
aan zyn smart overgegeven en by het zien
van z(jn ernstig gelaat verstomde onwillekeurig
bet luidruchtig gepraat en verdween de
vroolijke glimlach.
Er waren reeds vjjf jaar verloopen sedert
Elsje's geboorte, die baar moedor het leven
had gekost, maar de tijd bad den treurenden
echtgenoot nog geen troost en vergetelheid
gebracht.
Het kleine meisje ontbeerde niets, want
tante Panla schonk baar al de toewijdende
liefde en teedere zorgen eener moeder. Panla
stond alleen op de wereld en bad met dankbare
vrengde het aanbod van baar zwager aan
genomen, om zjjn huishouding te bestieren
en de zorg voor Elsje's opvoeding op zich te
nemen. Tot nog toe bad ze met de meeste
opgewektheid baar taak vervuld, maar in de
laatste dagen was ze treurig, zeer treurig ge
stemd en Elsje bad dit met het eigenaardig
instinct, aan kindereu eigen, zeer goed opge
merkt.
Tante Paula zat op een der steenen banken,
die zich aan weerszijden van de bovenste
trede van het terras bevonden, en hield een
brief in de hand. Uit haar lieve, bruine
deze illustre volksvertegenwoordigers in de
meening te verkeeren, dat het parlement een
kostschool is en men er kwajongensstreken
kan uithalen.
Van de Kamer sloeg de dicht-manie over
op de »christelijke« organen en orgaantjes.
Laffe rijmelarij werd gretig opgenomen in
dr. Kuyper's >Standaard« en de kleine anti
revolutionaire pers nam haar met instemming
over. Zelfs één der meest onbeduidende leden
der rechterzijde, de heer Brummelkamp, schijnt
plotseling tot de overtuiging te zijn gekomen,
dat er een dichter(!) in hem schuilt, en zag
zijn producten opgenomen in de anti-rev.
Rotterdammer*.
Eén ding hebben wij onmiddellijk kunnen
opmerkenvoor geestig wordt den lezers
voorgezet, wat in de hoogste mate geestelóós
is. En van al die rijmelarij is de heer Ter
Laan het mikpunt, omdat hij zich bij de be
handeling van Colijn's ontwerp tegen het
militairistisch dry ven van deze »christelyke<
regeering telkens en telkens weer verzette.
Wij nemen den heer Ter Laan niet in
bescherming rond-uit hebben wij verklaard,
hoe wij over het optreden van deze »militai-
ristische* specialiteit der sociaal-democratie
denken.
Maar toch stond deze afgevaardigde mjjlen
verheven boven de rechtsche nulliteiten, die
'hun eenige kracht vonden in stemmen en voor
de rest er zich niet om bekommerden, of het
Nederlandsche volk nieuwe lasten werden op
gelegd.
Laten de heeren dit niet vergeten.
Van hun rijmelarij mogen zij genieten, die
in laffe aardigheden een genoegen zoeken.
Doch treffend is het, dat aan misplaatsten
spot zich die lieden thans overgeven, die
yroeger moord en brand schreeuwden, als op
dr. Kuyper's excentriciteiten een spotlied werd
gedicht.
Of mogen de rechtsche heeren doen, wat
zij anderen op arroganten toon verbieden
Het is maar een vraag, zegt de »Goescbe
Courant*.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Woensdag 15 Not. 1911.
Kiesrcchtvrangstuk.
De heer Borgesius zegt, dat als de regeering
Grondwetsherziening wil, er dan voor het
oogen vielen groote tranen op het papier
Deder. De brief bevatte een huwelijksaanzoek
in optima formaom klem by te zetten aan
?yn dringende bede, zinspeelde de schrijver
er op, dat bet slot Pansin over korter of
langer tyd wel weer een nieuwe meesteres
zou krijgen, zoodat zy daar toch niet altijd
zou kunnen blijven wonen. Deze gedachte
deed baar het smartelijkst aan, want telkeDS
als Paula deze woorden las, vloeiden baar
tranen rijkelijker en hartstochtelijker.
Elsje sloop zachtjes van de ziide barer
tante weg, die ze nooit anders dan vroolyk
en lachend had gezien. Dat tante Panla ook
schreien kon, voDd het kleine meisje al heel
vreemd. Ze pinkte de mooiste bloempjes,
die ze maar vinden koD, en in baar blonde
hoofdje bad ze voor 't oogenblik slechts dat
eene grootsche denkbeeldom voor tante
Panla een mooi kransje te winden dan zou
tante stellig niet langer bedroefd zyn.
„Elsje, Elsje riep Panla ontsteld nit,
toeu ze gewaar werd, dat de kleine baar
verlaten had. Ze sprong haastig overeind, liep
ving de steeoen trappen af en wenkte Elsje,
die met een gloeiend gezichtje midden tusschen
de bloemen stond, vriendelijk, om by baar
te komen. „Wat doe je daar, lieveling?"
vroeg zy.
„Ik maak een mooie krans voor n, tante
dan behoeft u niet langer zoo te schreieD."
einde dezer legistatieve periode niet veel tyd
meer overblyft.
De tegenwoordige kiesrecht formule is zoo
onduidelijk dat eigenlyk niemand weet wat
zy beduidt.
De liberale Unie zal gaarne voorstellen om
het algemeen kiesrecht in de Grondwet vast
te leggen steunen. Een vijandig wapen tegen
de regeering wil de linkerzijde niet van bet
kiesrecht. Zij beschouwt deze hervorming als
een groot volksbelang, men zal het algemeen
kiesrecht toch niet kunnen tegenhouden.
De consequentie der historische ontwikkeling
stoort zich niet aan partygekibbel. Hoe langer
men het poogt tegen te houden des te erger
wordt de toestand. Zelfs bij de vrij liberalen
begint het thans te dagen. Het inzicht dringt
tot alle partijen door.
Het denkbeeld van het voorstel Troelstra
is spreker en zijne partygenooten sympathiek.
De vorm is echter niet gelukkig. Deze is
omslachtig en biedt bovendien gevaar voor
een onzuivere stemming by de uitwerking.
Spreker geeft de voorkeur aau eene motie en
stelt als motie voor
xJe Kamer, van oordeel, dat invoering van
algemeen kiesrecht en evenredige vertegen
woordiging wenschelyk is, doch zonder voor
afgaande Grondwetsherziening onmogelyk acht
in 's lands belang beperkte Grondwetsher
ziening zoo spoedig mogelijk aanhangig te
maken, zoodat nog voor de verkiezingen van
1913 de eerste lezing kan worden afgedaan.
De heer Kuyper wijst er op dat de heer
Troelstra erkende dat het anti-revolutionair
petitionnement een spontaan karakter droeg.
Tegenover het voorstel-Troelstra staat hij
vriendschappelijk sympathiek, doch wyst er
met nadruk op, dat er van algemeen kiesrecht
niet in gewaagd wordt. Het gaat echter niet
aan thans de Koningin te adviseeren tot be
perkte Grondwetsherziening waar de regeering
eenmaal tot generale herziening besloot. Dit
zou te kort doen aan den eerbied de vrouw
verschuldigd.
De heer Limburg herinnert het standpunt
van de Vrijz.-Dem. t. o. van Grondwetsher
ziening en kiesrecht in de jongste 10 jaren.
T. a. van het kiesrecht is hij homogeen met
de Liberale Unie. Ook wat vrouwen-, niet
dameskiesrecht betreft.
De grondwetsherziening en het kiesrecht
zijn de elementen waarop andere hervormingen
moeten worden gebouwd.
Paula's tranen waren reeds lang gedroogd
ze tilde baar nichtje, dat ze mee geheel
baar hart lief bad, op en bedekte baar gezichtje
met knssen.
„Ik blyf hij je," sprak ze vastbesloten,
terwijl ze Elsje liefdevol in de blauwe kinder-
oogen zag. „AltijdAltydHoe zon ik ooit
myn kleine lieveling kunnen verlaten En
zelfs al kwam er een nienwe mama bier op
't kasteel, dan zon er toch nog wel een
plaatsje voor my overschieten."
Voor een der vensters van 't kasteel, dat
tusschen het jong gebladerte door een rnim
uitzicht op het terras aanbood, stond de
heer van Pansin en zag met een weemoedige
uitdrukking in de oogen, met hoeveel leederbeid
het blonde hoofdje van zjjn kind tegen Paula's
borst was aangedruktterwyl beiden midden
tusschen de kleurige, been en weer wnivende,
bloemen stonden.
„Papa," zeide Elsje, toen ze hem 's avonds
goedennacht kwam knssen en tegen zyn knie
opklauteren. „Waarom is tante Panla niet
myn mama
Ja, waarom niet
Toen do bladeren aan de boomen hnn vollen
wasdom bereikt hadden, was Elsje, gebruik
makende van een oogenblikje, dat ze zonder
toezicht was, alleen naar den vijver geloopen,
om de zwanen eten te geven, zooals ze eiken
dag mot tante Paula deed. Maar Elsje nam
TER NEÏZENSCH VOLKSBLAD.
DOOR