Vrijzinnig Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwscti-Vlaanderen.
NATIONALE MILITIE.
Cene herinnering.
Treurig, maar waar.
Nog utter scheiding.
Wat ons te wachten staat.
Bafóerswet.
No. 2212.
Woensdag 25 October 1911.
22e jaargang
Indeeling van lotelingen bij de
bereden korpsen.
uemeenteraad van Ter Neuzen.
.o,r\ Telef. Interc. No 15.
ABONNEMENTSPRIJS: ADVERTENTIEPRIJS:
Per 3 maanden 75 cent voor binnen en buiten Ter Neuzen. ^an 1 en me^ 6 regels 50 oent; elke regel meer
Voor België 95 cent bij vooruitbetaling. 10 cent. Bij abonnement aanmerkelijk ver-
Abonnementen worden aangenomen bij alle minderd tarief. Grootere letters n&ir plaatsx uimte.
Boekbandelaren, Brievengaarders en den Uitgever. Redactie-adres: Noordstraat 10, Ter Neuzen,
Deze Courant verschijnt eiken W O e 11 S d a g - en Zaterdagmorgen bij den Uitgever M DE JONGE, te Ter Neuzen.
Naar aanleiding van de behandeling der
Militiewet in de Tweede Kamer is het niet
onaardig er aan te herinneren, hoe het chr.-
hist blad «De Nederlander* ruim eene week
geleden den anti-rev. nog eene kleine af
straffing toediende over het vallen van den
vorigen minister van oorlog Cool.
Men weet, hoe het juist de anti-rev. partij
was, die den minister uit een bevriend kabinet
deed vallen en daardoor onder de eoalitie-
genooten niet weinig ontstemming te weeg
bracht.
De Nederlander heeft reeds jn die dagen
deze daad der anti-rev. streng gegispt en wees
er nu nog eens op, hoe de nieuwe militiewet
van Colijn bewijst, hoe ongerechtvaardigd het
optreden der anti-rev. tegenover minister
Cool destijds was.
Minister Colijn stelt door zijn voorstel be
treffende bevordering en pensioneering van
officieren (juist datgene, waarover men Cool
deed vallen) zijn voorganger in het gelijk,
al beweert, zooals De Nederlander schrijft,
ook de Standaard het tegenovergestelde.
Wel erkent de Nederlander, dat het nieuwe
ontwerp meer is uitgewerkt, maar voegt het
blad er bij, daarvoor heeft minister Colijn dan
ook zeven maanden noodig gehad, in plaats
van drie. De Nederlander handhaaft haar
gevoelen, dat het nieuwe ontwerp, zij het in
eenigszins andere bewoordingen, hetzelfde
beoogt als minister Cool gevvenscht had ook
dat laatstgenoemde minister door de Kamer
onbillijk is bejegend.
WÜ ZÜD benieuwd, hoe de coalitiegenooten,
die tegen minister Cool stemden, zich moeten
houden tegenover dit ontwerp van minister
Colijn.
Ze zjjn al bezig te zwaaien en hoogst
waarschijnlijk zal de huidige minister vooral
van anti-rev. zijde, de stemmen voor zijn
wetsontwerp ontvangen, die aan zijn voor
ganger werden onthouden.
Men vergete niet, dat Colijn behoort bij de
anti-rev. partij, terwijl minister Cool niet
geheel van paganistische factoren vrjj was.
Zaken moet men als zaken beschouwen,
niet waar Jawrel, dat kennen we.
De vorige week hebben we aangetoond
hoe slecht de opkomst der leden van rechts
in de afdeelingen is, wat de Standaard wel
tracht te verschoonen, maar niet kan tegen
spreken.
Niet beter gaat het met de diseussie's bij
de Militiewet. De Voorzitter stelt voor avond
vergaderingen te houden. De heer Troelstra
is wel voor vroeger beginnen, maar tegen
avondzittingen, omdat in dat geval geen tijd
overblijft voor het bestudeeren der begrootingen
Het voorstel van den voorzitter werd
aangenomen. Toen eenige leden van rechts
reeds vóór gestemd hadden, werd van links
geroepen «Maar dan moet ge ook komen
Ook kon men hooren «Zij stemmen er wel
voor maar ze komen niet op
Dat men rechts ook wel voelt, hoe groot
het absenteïsme bij de coalitiebroeders is,
blijkt wel uit de opmerking door het kath.
blad «De Tijd* gemaakt omtrent de een-
en twintig amendementen door de socialistische
partij op de militiewet ingediend.
Het blad beschouwt dit als een nieuwen
vorm van obstructie waaraan bovendien het
gevaar verbonden is, dat in de een af andere
slecht bezochte vergadering een hunner amen
dementen wordt aangenomen en de minister
daardoor tot aftreden gedwongen wordt nog
vóór het begrootings-dehat.
Voor allen, die de regeering steunen, moet
zelfbeperking plichlj zijn, schrijft het blad,
daarmede te kennen gevende, dat men van
rechts zoo weinig mogelijk moet zeggen.
Nu, als men aan de rechterzijde zoo weinig
ambitie toont als tot heden, zal zwjjgen van
zelf wel noodig zijn.
't Is wel treurig gesteld, als men met 59
tegenover 41 staat, en dan nog bevreesd is
wegens wegblijven van partijgenooten, over
stemd te worden.
niet altijd, bij verwerping van een voorstel,
zijne portefeuille dient neer te leggen Wie
evenwel weet, hoe minister Talma heeft moeten
werken aan en laveeren met dit ontwerp en
hoeveel hem dus persoonlijk aan de aanneming
ervan moet gelegen liggen, zal den raad, bij
voorbaat door de Standaard gegeven, wel wat
gek vinden.
Op zoo'n manier gaat een minister op een
reiziger in stalen gelijken. Bevalt dit u niet,
juffrouw, o, niet erg, hier heb ik wat anders,
dat u misschen beter lijkt.
Naar het bestuur van de Nederlandsche
Vereeniging van Kaashandelaren heelt mede
gedeeld aan de commissie van voorbereiding
voor de Tariefwet, heeft de Kamer van Koop
handel te Santiago de Cuba aan den Staats
secretaris te Havana voorgesteld, de invoer
rechten op Nederlandsche kaas in Havana te
verhoogen, indien het Ontwerp-Tariefwet
waarbij honig en was met een invoerrecht
bedreigd worden mocht worden aangenomen.
Het schijnt dat men aan de Rechterzijde
nog niet tevreden is met de resultaten, die
verkregen zijn in den vorm van subsidie van
het Rijk, voor hunne bijzondere onderwijs
inrichtingen. Nadat het Hooger-, het Middel
baar- en het Lager onderwijs «geborgen* zijn,
gaat men de eischen nog weer wat verder
uitbreiden. Het Handelsonderwijs is nu aan
de beurt. Tot nu toe ontvingen neutrale
Handelsscholen subsidie van den Staat, doch
de bijzondere niet. Dit nu moet anders
worden, althans volgens een schrijven in de
R. C. «Tijd* van dr. van Gils, die bezwaren
begint te maken tegen den bestaanden toe
stand ten opzichte van het bijzondere Handels
onderwijs, volgens welken wel aan neutrale
maar niet aan Confessionneele Handelsscholen
Rijkssubsidie kan worden verleend, tenzij deze
laatste hebben eene Hoogere Burgerschool met
3-jarigen cursus. In dat geval wordt dan wel
die H. B. S., maar niet de eigenlijke Handels
school gesubsidieerd.
De moeilijkheid, meent dr. van Gils, hangt
samen met de plaats, welke aan het Handels
onderwijs in ons schoolwezen moet worden
toegekend. Gewoonlijk wordt dit gerangschikt
bij het Middelbaar onderwijs, doch in de wet
wordt het niet als zoodanig genoemd.
De schrijver van het artikel bepleit eene
gewijzigde redactie van eenige wetsartikelen
in zoodanigen zin, dat voortaan ook Confes
sionneele Handelsscholen zullen kunnen ge
subsidieerd worden.
De Standaard schrijft in een driestar, dat
de Bakkerswet ook in zijn' tegenwoordigen
vorm, in de Tweede Kamer goede kansen heeft,
maar dat het in de Eerste Kamer wel zou
kunnen haperen.
De vraag besprekendedoorzetten of uit
stellen, adviseert het blad «Zet door, heer
minister, zoodra de Kamer eene vrije week
krijgt. Mits, en hierop leggen we nadruk,
mits ge bij mogeljjke verwerping niet loopen
gaat, maar rustig doorwerkt.
«Een minister, die zoo gewichtige, groote,
uiterst belangrijke wetsontwerpen aau de markt
heeft als minister Talma, mag niet dit alles
in de waagschaal stellen, omdat hij tegenspoed
had met één klein ontwerp, dat, hoe gewichtig
ook, toch slechts een betrekkelijk klein deel
van de voor loon arbeidende bevolking bedoelt
te helpen.*
Ook wij zijn van meening, dat een minister
Zitting van 19 October 1911.
(Vervolg).
Inkomsten begrooting 1911.
Dhr. Drost merkt op, dat bij de uitgaven
wel een post van 300 voorkomt voor rente
van opgenomen kasgeld, maar maken we nu
nooit eens iets van voorhanden kasgeld, vraagt
spreker.
Dhr. Dees zegt, dat we wel eens een voor
schot van den Ontvanger hebben, we moeten
nu niet te krenterig wezen als er eens iets
in kas is.
Bij den post opcenten op de personeele
belasting (5085) drukt de Commissie den
wensch uit die te verminderen tot 80.
De Voorz. zou dit nu, om verschillende
redenen, niet willen voorstellen.
Dhr. De Jager deelt mede, dat het motief
was om de burgerij wat te ontlasten, daarom
heeft de Commissie daartoe slechts den wensch
uitgedrukt.
Bij den post Hoofd. Omslag, merkt den
heer Drost op, dat we nu met het heffen daarvan
juist op de grens staan en vraagt of het nu
niet noodzakelijk is, dien post hooger te
stellen.
Dhr Dees deelt mede, dat als wij die hooger
willen stellen, daarvoor eerst aanvrage moeten
doen en meent, dat we dit altijd kunnen doen
als het noodig is.
Dhr. Drost vraagt, kunnen we dan de honden
belasting niet verhoogen.
Dhr. Dees vindt die al hoog genoeg nl.
f 4.— ,en 8.—.
Dhr. Drost wil het nu nog eens over de
leeningen hebben. Als hij goed voor heeft
dan heeft de gemeente, buiten de annuïteits
leening, aan verschillende andere leeningen
ongeveer 56000 schuld, waarbij de leening
waartoe pas beslofeu is, ook gerekend is.
Hij zou willen voorstellen al die leeningen
af te lossen en daarvoor een annuïteits-leening
aan te gaan af te lossen in 25 annuïteiten.
Na eenige discussie wordt besloten daartoe
onder nadere goedkeuring van Ged. Staten,
gegadigden uit te noodigen in te schrijven en
aan Burg. en Weth. op te dragen te trachten
een voorstel te doen om goedkooper geld te
leenen.
De begrooting wordt alsnu in omvraag
gebracht en met algemeene stemmen vast
gesteld met een eindcijfer van 101.963.13®
waaronder een post voor onvoorziene uitgaven
van f 1406.64®.
Vastgesteld worden ook hiermede de volgende
begrootingen voor 1912
Van de Gezondheids-commissie wier zetel
TER BHIl VOLKSBLAD.
De Burgemeester der gemeente Ter Neuzen, brengt
ter openbare kennis, dat de in deze gemeente voor de
militie ingeschreven lotelingen, die, in geval van inlij
ving ter volledige oefening, in aanmerking wenschen
te komen om bij een bereden korps te worden ingelijfd,
bij deze worden uitgenoodigd zich vóór den 30sten
November eerstkomende ter Gemeente-secretarie
aan te melden of te doen opgeven.
De aandacht wordt voorts gevestigd op het hierna
vermelde.
Algemeene bepalingen.
Voor indeeling bij een der bereden korpsen komen
in de eerste plaats in aanmerking de lotelingen, die
zich daartoe hebben aangemeld of doen opgeven, en bij
een daartoe vóór de indeeling in te stellen geneeskundig
onderzoek, voor inlijving bij die korpsen geschikt zijn
bevóndon. Het aanmelden of het doen opgeven kan
geschieden zoowel door de lotelingen van de lichting
van het loopende jaar, die nog in het volgende jaar
moeten worden ingelijfd, als door de lotelingen, die
onlangs hebben geloot en alzoo behooren tot de lichting
van het volgende jaar.
Verdere vereischten zijn
voor de Bereden Artillerie eene lichaamslengte
van tenminste 1,62 M.
voor de Cavalerie met een lichaamslengte
van tenminste 1,65 n., mei een lichaamsge
wicht van ten hoogste 75 K.G.
De lotelingen, bestemd voor indeeling bij een bereden
korps, worden, met uitzondering van de weinigen hun
ner, voor wie de eerste-oofening in Maart aanvangt,
eerst in het laatst van September voor eerste-oefening
in werkelijken dienst gesteld. In verband dsarmede
worden de ter volledige oefening in te lijven en voor
de bereden korpsen bestemde lotelingen der lichting
van het loopende jaar, welke lotelingen allen in Maart
aanstaande moeten worden ingelijfd, als regel met verlof
gezonden tot het laatst van September daaraanvolgende.
Voordeden.
In vergelijking met de miliciens der onbereden korpsen
genieten de ingelijfden der bereden korpsen de naver-
melde voordeelen
lo. eene hoogere soldij van 5 cents per dag;
2o. bij verleende vergunning om, na den eersten dienst
krachtens art. 112 der Militiewet 1901 vrijwillig
onder de wapenen te blijven of te komen, zonder zich
als vrijwilliger te verbinden, eene premie van VIJF
TIEN GULDEN f 15,voor elke drie maanden
aldus onder de wapenen doorgebracht, gedurende welk
verblijf onder de waponen de soldj bovendien met 7
cents per dag wordt verhoogd
3o. minder herhalingsoefeningen
4o. geen landweerdienst.
Wijze van aanmelding.
Het aanmelden of doen opgeven kan geschieden
mondeling op eiken werkdag tusschen 9 en 12 uur
voormiddag, of sclirifteljk bj verzoekschrift (dat niet
op gezegeld papier behoeft te zijn gesteld) waarbj door
den loteling opgave behoort te worden gedaan van
a. naam en voornamen
b. lotingsnummer
c. beroep
d. gemeente, waar hij woont, met aanduiding van
onderdeel der gemeente, wjk, straat of gracht en
huisnummer
e. wapen, korps of korpsen, waarbj hj bj voorkeur
wenscht te worden ingelijfd. en c.q. gewenschte
garnizoensplaats (het verdient aanbeveling meer
dan één korps op te geven)
f. of lij zich ook voor den dienst bj de zeemilitie
heeft aangemeld of doen opgeven.
De loteling zal tovens kunnen opgeven of hij zou
wenschen de eerste-oefening aan te vangen in Maart
hetgeen slechts bj uitzondering zat kunnen ge
schieden dan wel in September, met welken wenscli
20oveel mogelijk rekening zal worden gehouden. Hij
echter, die zich voor een bereden korps heeft opge
geven en na geschiktbevinding daarvoor is aange
wezen, zal zich niet kunnen terugtrekken, indien hj
mocht worden bestemd voor indienststelling op een
ander tijdstip dan waarvoor hj zich heeft opgegeven.
Geneeskundig onderzoek.
"Vóór 25 Januari aanstaande zal liet hiervoren bedoeld
geneeskundig onderzoek worden gehouden Dag, uur
en plaats van het onderzoek zullen door den Provin-
ciale-Adjudant nader worden bekend gemaakt aan
eiken loteling, die tot het ondergaan van zoodanig
onderzoek in aanmerking komt.
Het ondorzoek geschiedt slechts in de garnizoens
plaatsen. "Woont de loteling binnen het Rijk buiten
eene garnizoensplaats, dan wordt deze tot het onder
gaan van het onderzoek en voor de terugreis naar
zijne woonplaats kosteloos vervoerd, voor zoover er
reisgelegenheid por spoor, tram of stoomboot bestaat
en de afstand tusschen de gemeente van inwoning en
de gemeente, waar het onderzoek zal worden gehouden,
niet minder dan 5 kilometer (een klein uur gaans)
bedraagt.
De loteling, die voor het onderzoek de gemeente van
inwoning moet verlaten, ontvangt onmiddelljk na afloop
van het onderzoek een gulden als vergoeding voor
verbljfko3ten.
Bekendmaking van den uitslag.
In den loop van Februari aanstaande zal door den
Minister van Oorlog aan eiken loteling, die zich voor
den dienst bj een bereden korps heeft opgegeven,
worden bekend gemaakt of hj al dan niet daarbj
zal worden ingeljfd, en, in bevestigend geval, bj welk
korps en in welk tijdvak zjne inljving en zoo
noodig het begin zjuer eerste-oefening zal plaats
vinden.
Ter Neuzen, don 20 October 1911.
De Lo. Burgemeester,
A. VISSER.