Vrijzinnig Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen,
Zitting fan flsn Militieraad
Zonderlinge manieren.
Twijfelachtig? eer.
NATIONALE MILITIE.
No. 2211.
Zaterdag 21 October 1911.
22e jaargang
Gemeenteraad van Ter Neuzen.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 cent voor binnen en buiteD Ter Neuzen.
Voor België 95 cent bij vooruitbetaling.
Abonnementen worden aangenomen by alle
Boekhandelaren, Brievengaarders en den Uitgever.
Telef. latere. No 15.
ADVERTENTIEPRIJS:
Van 1 tot en met 6 regels 50 oent; elke regel meer
10 cent. By abonnement aanmerkelijk ver
minderd tarief. Grootere letters naar plaatsruimte.
Redactie-adres: Noordstraat 10, Ter Neuzen,
Deze Courant verschept eiken Woensdag- en Zaterdagmorgen bij den Uitgever M DE JONDE, te Ter Neuzen.
Burgemeester en Wethouders der gemeente TER
NEUZEN maken bekend, dat de zitting van den
Militieraad voor deze Gemeente zal worden ge
houden op Woensdag den 15 November aanstaande,
des voormiddags te 10 uren, te Ter Neuzen, in het
gemeentehuis.
Zij brengen daarbij onder de aandacht van be
langhebbenden, dat in deze zitting uitspraak zal
worden gedaan omtrent
a. de loteiingen, door of voor wie eenige reden
van vrijstelling wordt ingebracht;
b. de loteiingen, die hetzjj voor goed, hetzjj
voorioopig van den dienst moeten worden
uitgesloten en
c. alle overige loteiingen.
Het opgeven of doen opgeven van eene
reden van vrijstelling by het doen van de
aangifte ter inschrijving of by de loting,
zoomede het doen opmaken en bjj den
Burgemeester inleveren van de vereischte
bewijsstukken is NIET voldoende om zich
de gewenschte vrijstelling te verzekeren;
de reden van vrijstelling moet in elk geval
op het tijdstip hiervoren vermeld worden
ingebracht BIJ DEN MILITIERAAD. Ook
het niet ontvangen eener persoonlijke kennis
geving nopens de zitting van den Militieraad
ontheft niet van de verplichting tot het
verschijnen voor dien Raad of tot het in
dienen van de tot staving der redenen van
vrijstelling gevorderde bewijsstukken.
Voorts maken zij belanghebbenden indachtig
op de navolgende bepalingen
Het recht op vrijstelling wegens eigen dienst en
wegens broederdienst is alleen dan geldig, zoo het
bestond op den lsten Augustus 1.1.het recht op
vrijstelling wegens ziekelijke gesteldheid of gebreken
en wegens gemis van de gevorderde lengte moet be
staan tijdens de zitting van den Militieraad.
In persoon moeten voor den Militieraad verschijnen
de loteiingen, die vrijstelling verlangen wegens
ziekelijke gesteldheid of gebreken of wegens gemis
van de gevorderde lengte.
De loteiingen echt6r, die wegens ziekte of ge
breken buiten staat zyn voor den Raad te ver
schijnen en binnen het Rijk verblijf houden, worden
onderzocht ter plaatse waar zij zich bevinden,
mits zij van de onmogelijkheid waarin zjj verkeeren
om voor den Raad te verschijnen, tijdig by ge-
frankeerden brief aan den Voorzitter van den
Militieraad kennis geven, onder overlegging eener
door den Burgemeester hunner woonplaats
gelegaliseerde geneeskundige verklaring. Houden
loteiingen als hier bedoeld verblijf buiten het Rijk,
dan kan worden volstaan met het tijdig bij ge-
frankeerden brief aan den Voorzitter van den
Militieraad inzenden eener door twee bevoegde
geneeskundigen afgegeven behoorlijk gelegaliseerde
verklaring van ongeschiktheid voor den dienst.
In persoon moeten voor den Militieraad ook ver
schijnen de loteiingen, die als tweelingbroeders of
als in hetzelfde jaar geboren broeders eene overeen
komst van dienstplichtruiling hebben aangegaan.
Verschijnen deze personen op het hierboven aan
gegeven tijdstip niet voor den Raad, dan kan in
gevolge de wet hunne overeenkomst geen gevolg
hebben. Voor het aangaan dier overeenkomst
behoeven minderjarigen de toestemming van hem
of haar, die de ouderlijke macht of de voogdij
uitoefent. Deze toestemming moet staande de
zitting van den Militieraad mondeling worden
gegeven, zoo niet een schriftelijk bewijs van toe
stemming wordt overgelegd.
Is verschijning In persoon niet noodzakelijk, dan
kan de reden van vrijstelling behalve door den
loteling zeiven ook worden ingebracht door diens
vader, moeder, voogd, curator of door een
gemachtigde.
Loteiingen, die verblijf houden buiten het Militie
district waarin door of voor hen is geloot, kunnen
met goedvinden van den Commissaris der Koningin
in de Provincie, binnen welke zjj voor de Militie
zijn ingeschreven, verschijnen en hunne aanspraken
op vrijstelling doen gelden voor een anderen Militie
raad. alzoo ook voor den Militieraad, binnen welks
rechtsgebied zjj verblijf houden. Het verzoek daartoe
moet tydig rechtstreeks aan dien Commissaris der
Koningin worden gedaan; het behoeft niet op
gezegeld papier te zyn gesteld, doch moet gefran
keerd worden toegezonden.
Ten slotte brengen Burgemeester en Wethouders
nog ter kennis
lo. dat de zitting van den militieraad is openbaar
en dat tegen de beslissingen van dien raad
gedurende tien dagen, te rekenen van den dag
der uitspraak, by Gedeputeerde Staten der
Provincie, behalve door den Militiecommissaris
alleen bezwaren kunnen worden ingebracht:
a. door den loteling, omtrent wien uitspraak
is gedaan, of door diens vader, moeder, voogd
of curator
b. door den l oteling, wiens nummer ten gevolge
van de uitspraak zou worden opgeroepen, of
door diens vader, moeder, voogd of curatoren
c. door den reeds ingelijfden loteling, die ten
gevolge van de uitspraak niet uit den dienst
zou worden ontslagen, of door diens vader,
moeder, voogd of curator;
2o. dat de bezwaren, zoomede de verzoeken tot
het doen van herkeuring, moeten worden
gericht aan Gedeputeerde Staten, by een be
hoorlijk onderteekend en door de noodige be
wijsstukken gestaafd verzoekschrift, hetwelk
ongezegeld kan zijn, doch binnen de tien dagen,
hiervoren vermeld, tegen bewijs van ontvang
moet worden ingeleverd by den Burgemeester
dezer Gemeente
3o. dat echter geen bezwaren kunnen worden
ingebracht tegen eene uitspraak, waarbij
a. een loteling voor den dienst is aangewezen,
zonder dat door hem op bovenvermeld tijdstip
in de zitting van den Militieraad eenige reden
van vrystelling was ingebracht; en
b. vrystelling van dienet is verleend of ge-
geweigerd op grond van het niet of al be
zitten van de gevorderde lengte
4o. dat van de door Gedeputeerde Staten gedane
uitspraak, zoo deze althans niet geldt het al
of niet verleenen van vrystelling wegens
ziekelijke gesteldheid of gebreken, gedurende
tien dagen, te rekenen van den dag waarop zij
ter kennis van belanghebbenden is gebracht,
bjj de Koningin in beroep kan worden gekomen
door den Commissaris der Koningin en verder
alleen
door den loteling, wiens bezwaren door
de uitspraak niet zijn weggenomen, of door
diens vader, moeder, voogd of curator
b. door den loteling, wiens nummer ten ge
volge van de uitspraak zou worden opgeroepen
of door diens vader, moeder, voogd of curator
en
c. door den reeds ingelijfden loteling, die ten
gevolge van de uitspraak niet uit den dienst
zou worden ontslagen, of door diens vader,
moeder, voogd of curator
Bo. dat het bezwaarschrift, waarbij dit beroep
wordt ingesteld, op ongezegeld papier kan
zijn gesteld, doch, behoorlijk onderteekend
rechtstreeks aan de Koningin moet worden
toegezondenhet behoeft niet gefrankeerd te
worden.
6o. dat, waar in deze bekendmaking gesproken
wordt van „vader", „moeder" of „voogd", dit
betrekking heeft op den minderjarige en de
uitdrukking „vader" strekt voor het geval dat
de vader de ouderlijke macht uitoefent, de
uitdrukking „moeder" voor het geval dat de
moeder de ouderlyke macht uitoefent, de uit
drukking „voogd" voor het geval dat de
minderjarige onder voogdij staatwaar aldaar
gesproken wordt van „curator" geldt deze
uitdrukking den meerderjarige, die onder
curateele staat.
Voor zoover omtrent een en ander nadere
inlichtingen worden gewenscht, vervoege
men zich ter Gemeentesecretarie op een
werkdag, tusschen 9 en 12 ure des voor
middags.
Ter Neuzen, den 17 October 1911.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
A VISSER, Lo. Burgemeester,
L. WABEKE, Secretaris.
In een niet erg hoogstaand artikeltje
getiteld »een pluimpje* haalt Zelandia ons
artikeltje aan »Aan wie de schuld*. Wij
hadden daa-rin beweerd, dat de briefschrijver
uit het IVde district in Zelandia, zich deerlijk
vergiste door de oorzaak der godsdienstige
onverdraagzaamheid in zijn district bij het
weekblad van Vorsterman van Oyen te zoeken.
Wij zeiden, dat deze strijd, die reeds in
enkele plaatsen woedt, in het leven geroepen
is door Zelandia. Vóór de intrede van dit
blad in het land van Cadzand kende men
zoo iets daar niet.
Zelandia nu spreekt onze bewering niet
tegen, maar ziet daarin een pluimpje aan zijn
adres. Nu, wil het blad zijn gebrek aan
tolerantie, als eene eer beschouwen, dan gunnen
wij het dat pluimpje gaarne. Ons zou het
niet lijken. Maar ieder zijn smaak.
Het blad doet nog eenige houwen naar de
heer Vorsterman van Oijen, zegt, dat deze
den boel in het riet heeft gestuurd (zonder
schijn van bewijs natuurlijk) en noemt als
eenig beginsel van de liberalen Zalig zijn
de bezitters, of nul ik houd een bokkie*.
Hieraan kan men reeds zien op welk peil het
artikel in dit christelijk blad staat.
Ons is^ evenwel voldoende de stilzwijgende
erkenning van Zelandia, dat de heerschende
onverdaaagzaamheid in Aardenburg, St. Kruis
e. a. aan haar te wijten is en dat het blad
daarin eene eer stelt.
Zoo iets zegt meer dan boekdeelen vol.
Na zoo'n erkenning behoeft Zelandia of
haar briefschrijver niet verwonderd te wezen,
dat chr-hist. en anti-rev. onder die omstandig
heden algemeen den liberalen candidaat stem
men, zooals de briefschrijver heeft beweerd.
Dat is niets anders dan loon naar werken.
Tot eer van vele katholieken in het IVe
district zij gezegd, dat ook zij deze strijdwijze
veroordeelen en aan andere, betere beginselen
getrouw blijven.
Ook op Zaamslag kan men lange verga
deringen houden. De laatste maakte heel
wat tijd zoek. Nadat er eerst zwaarwichtig
en breed gediscussieerd was over den gemeente
bode, tevens veldwachter, waaruit bleek, dat
kwartjes een volstrekt niet verwerpelijk metaal
zijn en na het onbewoonbaar verklaren van
enkele woningen en diverse kleinere zaken
kwam er een voorstel aan de orde tot wijziging
der verordening op de jaarwedden van het
onderwijzend personeel.
Het voorstel van B. en W. hakte er volstrekt
niet grof op in. Het behelsde het geven van
nog eene verhooging na 25 jaren dienst van
50 gulden. Heelemaal niet buitensporig dus.
Het anti-rev. gemeenteraadslid P. Faas
wilde echter nu eens een beginselstrijd hebben,
op welken weg hij evenwel niet gevolgd werd.
Wat beschouwingen gaf die man ten beste.
Als men hem zoo hoorde, dan moest het
openbaar onderwijs maar worden afgeschaft.
Die kon, ontvluchtte het, zei de man. Zou
hij, voor dat hjj zulke onzinnige beweringen
te berde bracht, niet eens vernemen, hoe men
dikwijls een bijzondere school vult
Zou hij in zijne eigen gemeente zich niet
eens op de hoogte stellen
Zou hij ook niet eens aan de omstandig
heid denken, dat geen liberaal raadslid iets
over de bijzondere school te zeggen heeft,
terwijl over eene openbare ieder, ook de
grootste tegenstander met of zonder verstand
kan medepraten
De heer Faas gaf hoog op van dat mede-
betalen aan de openbare school ook door
anderen. Weet hij niet, dat ieder jaar het
aantal millioenen klimt, aan het bijzonder
onderwijs besteed. De bijzondere scholen
plukken uit de staatsruif en doen dit onder
zoo weinig mogelijk waarborgen. Daar be
talen tegenstanders van de bijzondere scholen
ook aan. En wat het ergste is: op de open
bare school heeft iedereen controle, op de
bijzondere nietde openbare kan bovendien
door ieder worden bezocht door nalaten van
datgene, wat andersdenkenden kan krenken,
de bijzondere ademt een sectegeest.
In andere plaatsen is na het verkrijgen der
groote subsidie's de houding van tegenstanders
wat meer verzoenend geworden. Dat moet
de heer Faas nog zien te leeren.
Het volgende kon men lezen in de »Nieuwe
Courant*
Bij gelegenheid van zijn zilveren huwelijks
feest wilde de burgemeester van Hardingsveld
de schoolgaande jeugd uit de heele gemeente
onthalen. Het feest zou plaats hebben in de
lokalen der openbare school. Toen allen, ook
de kinderen van de school met den Bijbel,
in het gebouw aanwezig waren en het
bruidspaar met familie binnentrad, zouden de
kinderen een welkomstlied aanheffen. De
kinderen van de school met den bijbel werd
dit echter door hun hoofd door een »Mond-
houden, niet meezingen belet. Na een korte
toespraak van het hoofd van school IV, en
van het hoofd der school met den bijbel,
dankte de jubilaris o. m. het onderwijzend
personeel voor hun steun om dit kinderfeest
in alle opzichten te doen slagen. Nadat nu
de kinderen van de bijzondere school verdienste
lijk >Dat 's Heeren zegen op u daal* ge
zongen hadden, bracht het personeel van die
school hen naar hun eigen school terug.
Noch van de overvloedige versnaperingen,
noch van de aardige voorstelling van den heer
Okhuizen uit Rotterdam mochten de kleinen
iets genieten. Naar wij uit goede bron ver
nemen, was den burgemeester hiervan niets
bekend en heeft hjj aan een der bestuursleden
van de school, die zich verontschuldigde, ver
zocht aan het bestuur te willen mededeelen,
dat hij en zijne echtgenoote zich grievend be-
leedigd gevoelden.
De burgemeester staat algemeen als strikt
onpartijdig bekend, het geen ook wel bleek
uit de treffende blijken van belangstelling, als
bloemstukken enz., door onderwijzers van chris
telijke scholen en door bekende voorstanders
van christelijk onderwjjs het bruidspaar aange
boden.
Zitting van 19 October 1911.
Voorzitter: de heer A. Visser, wethouder.
Aanwezigde heeren Dees, Moggré, De
Jager, Scheele, Lensen, Drost, De Fejjter, De
Bruijne, Donze en Van Borssum Waalkes, be
nevens de secretaris, de heer Wabeke.
Afwezigdhrn Wieland en Eijke.
De Voorzitter opent de vergadering en
deelt mede, dat de burgemeester gelukkig in
beterschap toeneemt, maar nog niet in staat
is om de vergadering te leiden.
De notulen der vorige vergadering, nog
niet ingeschreven zijnde, zullen in een volgende
vergadering worden vastgesteld.
In behandeling komt
I. Ingekomen stukken.
a. Brief van Ged. Staten, houdende goed
keuring van het raadsbesluit tot het aangaan
van een geldleening voor het rioleeren der
markt en zijstraten en het dempen der kade.
De Voorz. deelt mede, dat Burg. eu Weth.
voorstellen van de te dempen kads een ge
deelte te behoude.i, ter lengte van 50 M.
Het is bij den jongsten storm gebleken, dat
bij de ponton of achter het remmingwerk
geen kade met een veilige ligplaats kan ge
maakt worden. In plaats van den dijk door
te trekken zal er nu een ringdijk gemaakt
moeten worden.
Het is noodig dat er nu een besluit genomen
wordt, omdat de ruiling van grond met het
rijk daarop wacht.
Dhr. Lensen merkt op, dat er nu voor het
rijk meer kosten zullen gemaakt worden,
't Is de vraag of zij daartoe zal besluiten.
De Voorz. gelooft van wel en zal daarover
met den Ingenieur confereeren.
Het voorstel van het Dag. Best. om 50 M.
kade te behouden wordt aangenomen met alg.
st. op 1 na, die van dhr Lensen.
b. Schrjjven van mej. J. van Borssum
Waalkes met dankbetuiging en bericht dat zij
hare benoeming tot onderwijzeres aan school
B aanneemt.
c. Een dergelijk schrijven van mej. J. Nijssen
benoemd tot onderwijzeres in de handwerken
bij het herhalingsonderwijs te Sluiskil.
Voor kennisgeving aangenomen.
d. Brief van dhr. L. J. van der Moer ge
richt aan B. en W. luidende als volgt
Zooals U bekend is, zal op 1 Januari 1915,