Vrijzinnig Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen,
LANDWEER.
Een Remisespel.
Aan wit de schuld?
IJVer in dt afdcelingen.
Vrijwilligers bij de Brandweer.
No. 2209.
Zaterdag 14 October 1911.
22e jaargang
iAARLIJKSCH ONDERZOEK.
FEUILLETON.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 7 5 cent voor binnen en buiteD Ter Neuzen.
Voor België 95 cent bij vooruitbetaling.
Abonnementen worden aangenomen bjj alle
Boekhandelaren, Brievengaarders en den Uitgever.
Telef. latere. No 15.
ADVERTENTIEPRIJS:
Van 1 tot en met 5 regels 50 oent; elke regel meer
10 cent. By abonnement aanmerkelijk ver
minderd tarief. Grootore letters na.,r plaatst uimte.
Redactie-adres: Noordstraat 10, Ter Neuzen,
Deze Courant verschijnt eiken W O e 8 d a g - en Zaterdagmorgen bij den Uitgever M DE JONGE, te Ter Neuzen.
a. Maandag 13 November a. 8.,
c. Woensdag 15 November a. s.
i)
John William Gooday zat op zekeren April
morgen in zijn kantoor aan de markt te
Liverpool.
In de oogen der handelswereld was de heer
Gooday een vermogend man, in die van zijn
vertrouwden bediende en hemzelf was zijn
firma aan den rand des ODdergangs. Niets
minder dan ees wonder kon haar redden ea
John wist, dat de tijd der wonderen voorbij
was.
Eensklaps stond hij op, liep met snelle
schreden naar de tafel en drukte op den knop
der daarop staande schel.
Een bediende kwam binnen.
„Saunders, een rijtuig."
„Ja, mijnheer," en do deur ging weder
dicht,
John William Gooday hulde zich in zijn
overjas, trok op de eigenaardig kalme, deftige
manier, waarop hij gewoonlijk alles deed, zijn
handschoenen aan, nam zijn hoed en stok,
daalde de kantoortrap af en stapte bedaard
in de vigelante, na den koetsier een zeker
adres in James Street te hebben opgegeven.
Yoorts wordt de aandacht gevestigd op
de volgende wetsbepalingen
De welvarendste firma's drijven somtyds
hun zaken in de vuilste donkerste krotten,
en de firma Johnson, Dorell Co., cargadoors
en reeders, leverde daarvan een sprekend be
wijs. Het was een zeer aanzienlijke firma,
die in het afgeloopen jaar weder buitengewoon
goede zaken had gemaakt.
Na den koetsier bevolen te hebben, op hem
te wachten, baande John Gooday zich een
weg door het netwerk van gangen, dat naar
het heilige der heiligen voerde, waar Johnson,
Dorell Co., hun reusachtige zaken dreven
en huD fortuin vermeerderden. Hy gaf den
vergenoegd lachenden bediende zijn kaartje
en werd na een oogenblik wacbtens in het
privaat kantoortje gelaten, .waar in het volle
besef van rijkdom en macht, Johnson, de
geldman en de oudste firmant, en Dorell zyn
deelgenoot, troonden.
Na een kórte inleiding, waarin Gooday,
omdat zij hoofdzakelijk over zijn naam, beroep
een woonplaats liep, het onnoodig oordeelde
zijn verbeeldingskracht te laten werken, be
gon hjj de bizonderheden van zijn voorgenomen
relatie met Johnson, Dorell Co., niteen te
zetten.
„Tot heden was ik gewoon, katoen van
Alexandrië te verschepen in de stoomers van
James Co., maar ais gij kans ziet, mijne
heereo, mij de noodige voorschotten op ladingen
te verschaft n, kant n ze vervoeren. Op het
oogenblik liggen van my in Alexandrië ter
verscheping gereed twee duizend balen katoen,
waarop ik een voorschot van twee honderd
veertig duizend galden noodig heb, uatunrlyk
alleen tegen overgave der gewone connosse-
menten van Alexandrië en met een hof
felijke buiging en mocht u het wenschelijk
oordeelen eerst informatiën omtrent soliditeit,
enz. mijner firma in te winnen, dau vertrouw
ik, dat u alles in orde znlt vinden."
„Uw firma staat by ons als zeer soliede
bekend, mijnbeer Gooday," antwoordde de
heer Johnson, „ofschoon wy tot heden niet
het genoegen hadden u persoonlijk te kennen."
„Welnu," vervolgde zyn compagnon Dorell,
dan zal het ons, na de gebruikelijke informatiën,
wat in nw geval mynheer Gooday, natuurlijk
alleen pro forma behoeft te geschieden, een
genoegen zyn, u het benoodigde voorschot op
ontvangst der documenten van onzen agent
te Alexandrië, ter hand te stellen."
John William Gooday maakte een deftige
buiging en verdween.
Dienzelfden avond had by dringende zaken,
die hem tot in den vroegen morgenstond op
zijn kantoor bezighielden. Hij zat te schrij
ven, niet in zijn gewone, vlugge, loopende
hand, maar weifelend en met meer inspanning.
Wie voor een oogenblik achter zijn kantoor
stoel had kunnen staan, zou gezien hebben,
dat hy met alle mogelijke zorg een handtee-
Er is in Zelandia van den befaamden brief
schrijver weer een brief verschenen uit het
4e district. Natuurlijk moest den heer Vorster-
rnan van Oyen, nu hij afscheid neemt van
zijn blad, nog eene veer getrokken worden.
Het lust ons niet op de vele onjuistheden
te wijzen, die als immer op denzelfden smalenden
toon worden geuit.
Eéne zaak willen wij aanstippen, d. i. de
toestand, door den schrijver genoemd, zooals
die op het oogenblik in sommige plaatsen van
het 4e district heerscht. Over de oorzaken
is de schrijver niet op de hoogte of hij wenscht
de werkelijke oorzaak niet te zien.
In enkele gemeenten van het 4e district
werkt sterk "de leuze katholiek of protestant,
eene leuze, die ook wij allerminst goed achten
evenmin als de leuze, die de schrijver er voor
in de plaats wil, liberaal of van Christelijken
huize.
De valschheid van de laatste leuze is bekend
en ook door velen van rechts reeds veroor
deeld, behalve natuurlijk door onzen brief
schrijver.
Vraagt men nu, hoe het komt, dat de door
schrijver veroordeelde leuze in sommige
plaatsen dienst doet, dan hoort men van de
meesten, dat de onverdraagzaamheid tusschen
de aanhangers der verschillende godsdiensten
juist is toegenomen, eigenlijk eerst ontstaan
is sinds Zelandia zijne intrede deed in het
4e district.
Men beginne dus met de schuld bij zichzelf
te zoeken.
»Het Volk* wijst op een kwaad aan de
Rechterzijde, dat na al het voorgevallene
zeker eigenaardig is.
Het betitelt niet zonder reden de heeren
van rechts met den naam spijbelaars, zooals
men ook de leerlingen noemt, die stilletjes
uit school wegblijven.
En inderdaad vertoont zich rechts bij de
afdeelingswerkzaamheden een groot absenteïsme
Het Volk schrijft daarover o m. het volgende
»De vorige week heeft de Kamer in de 5
afdeelingen de Indische begrooting behandeld.
Het geldt hier het wel en wee van millioeuen
menschen.
kening namaakte, die „Abdnl Pinero" loidde.
Hy spaarde geen moeite by dezea arbeid en
het was reeds lang na twaalven, toen hij zich
in de leuning van zijn stoel achterover liet
zinken en het resultaat van zyn nachtwerk
met scherp onderzoekenden blik en zaakkun
dige goedkeuring betrachtte.
Twee dagen later ontving hy een schrijven
van de heeren Johnson Dorell Co., die hem
uitnoodigdeD, zich ten hunnen kantore te wil-
vervoegen, een verzoek waaraan hij onmiddel
lijk gevolg gaf. Het onderhoud was kort en
verzekerde hem de toezegging van al zyn
wenscheB. De firma was genegen hem het
verlangde voorschot uit te betalen, op ontvangst
van het connossement in duplo, uit Alaxaodrië,
dat zjj nu tegemoet zageD.
De heer Gooday nam afscheid en ging te
rug naar zijn eigen kantoor, waar hy een
zyner klerken op verstrooiden toon order gaf,
een enveloppe aan de heeren Johnson Co.,
te adresseeren. Io deze enveloppe sloot hy
vervolgens het nagemaakte connossement en
schreef daarna een langen gezolligen brief
over koetjes en kalfjes aan een zijner vrien
den in Alexandrië een vroolyke luchthart,
een zieltje zonder zorgen, die niets zou ver
moeden en vroeg hem, in een postscriptum,
zoo goed te willen zijD, het ingesloten schrijven
in Alexandrië op de post te bezorgen, op
denzpifden dag dat de boot „Estrella" uitzeil-
VOLK
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN
roepen bi) deze, ter voldoening aan art. 14 der ver
ordening op de brandweer, allen op, die genegen zijn
als vrijwilliger bij de brandweer te dienen.
Zij kunnen zich daartoe tot en met den 31 dezer
maand ter gemeente-secretarie aanmelden.
Ter Neuzen, 12 October 1911.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
A. VISSER, Lo. Burgemeester
L. WABEKE, Secretaris.
Burgemeester en Wethouders der Gemeente TER
NEUZEN maken, ingevolge art. 30, tweede lid, der
Landweerwet, bij deze bekend, dat het onderzoek,
bedoeld bp artikel 29 dier wet van de in het verlot-
gangersregister dezer Gemeente ingeschreven verlof
gangers van de Landweer zal worden gehouden te
Ter Neuzen, in het arsenaal, op
des voormiddags 11 uur, voor de verlofgangers van
de lichting 1905; des namiddags 1 uur, voor
de verlofgangers van de lichting 1906 des
namiddags 2 nar voor de verlofgangers van de
iichting 1907, wier geslachtsnamen beginnen
met de letters A tot en met G
b. Dinsdag 14 November a. s.,
des voormiddags 9 uur, voor de overige verlof
gangers van de lichting 1907, des voormiddags
10 uur, voor de verlofgangers van de lichting
1908, des voormiddags 11 uur, voor de verlof
gangers van de lichting 1909des namiddags
1 uur, voor de verlofgangers van de lichting 1910
des namiddags 2 uur voor de verlofgangers van
de lichting 1911, wier geslachtsnamen beginnen
met de letters A tot en met G
des voormiddags 9 uur voor de overige verlof
gangers van de lichting 1911;
Tot de verlofgangers, die verplicht zijn aan het
onderzoek deel te nemen, behooren ook by do Landweer
geplaatste verlofgangers van het reservepersoneel der
landmacht, die by dat reservepersoneel zijn toegetreden,
na 7 lebruari 1910, zoomede de verlofgangers, die by
de Landweer dienen krachtens verbintenis tot vrii-
willigen dienst.
Aan het onderzoek behoeft echter niet te worden
deelgenomen door
a. verlofgangers, die in het loopende jaar overeenkom
stig artikel 11 van voornoemde wet voor herhalings
oefeningen onder de wapenen zijn geweest, dan
wol onder de wapenen zyn gekomen vóór of op
den datum, voor het over hem te houden onder
zoek vastgesteld
b. de verlofgangers, die als geestelijke, bedienaar
van den godsdienst, enz. in het genot zyn van
ontheffing vaj den werkelyken dienst;
C. de verlofgangers, door wie, als geestelyke bedienaar
van den godsdienst, enz. een verzoek is ingediend
om ontheffiug van den werkelijkon dienst, waarop
door de Koningin nog niet is heslist
d. de verlofgangers, die eene der betrekking bekleeden
als aangeduid in kolom 2 van de lijst, vastgesteld
by het Landweer-Besluit 11, waartoe o. a. behooren
de hoofdambtenaren, ambtenaar en beambten by
de Rjjks- en by de gemeentelijke politie
e. do verlofgangers, die by de toestemming tot ver-
bljjf buitenslands vrijstelling hebben verkregen van
de verplichting tot het bywonen van het onder
zoek (artikel 27 van voornoemde wet)
f. de verlofgangors, die by de toestemming tot het
aangaan van eene verbintenis voordebuitenlandsche
zeevaart vrijstelling hebben verkregen van de
verplichting tot het bywonen van het onderzoek
artikel 20 van voornoemde wet)
Ook behoeven aan het onderzoek niet deel te
nemen de vrijwilligers van de Exploitatie-Compag
nie der Spoorwegafdeeling van het Regiment
Genietroepen
dat de verlofganger van de Landweer bij dit onderzoek
moet verschijnen in uniform gekleed, en voorzien
van de in zyn bezit gestelde wapenen, vrorwerpen
van ledergoed, kleed ug- en uitrustiug-tukken,
alsmede van zijn zakboe je met daarin ge-
hechten verlofpas, en van de hem eventueel uitge
reikte reglement n en dienstvoorschriften;
dat een arrest van twee tot zes dagen, te ondergaan
in de naastbij gelegen provoost of het naastbjj zynde
buis van bewaring, door den Landweerdistrict3comman-
dant kan worden opgelegd aan den verlofganger
lo. die zonder geldige reden niet bij liet onderzoek
verschjjnt
2o. die, daarbij verschenen zijnde, zonder geldige
reden niet voorzien is van de hiervoren vermelde
voorwerpen
3o. wiens wapenen, ledergoed kleeding- of uitrusting
stukken, reglementen of dienstvoorschriften by het
onderzoek niet in voldoende staat worden bevonden
4o. die wapenen, ledergoed, kleeding- of uitrusting
stukken, reglementen of dienstvoorschriften, aan
een ander behoorende, nis de zyne vertoont
dat onverminderd de hiervoren genoemde straf van
twee tot zes dagen arrest, de verlofganger, die zich
schuldig maakt aan een der feiten daarby onder lo,
tot en met 4o. genoemd, wordt opgeroepen om op een
ander te bepalen tijd en plaats te verschijnen tot liet
ondergaan van een nader onderzoek
dat het personeel van de Landweer wordt geacht
onder de wapenen te zijn nist alleen gedurende den
tijd, dien het onderzoek duurt, maar in liet algemeen,
wanneer het in uniform is gekleedzoodat degenen van
dat personeel, die ongeregeldheden plugen of zich aan
strafbare feiten schuldig maken, hetzij bij het gaan
naar de plaats voor het onderzoek bestemdhetzij
gedurende het onderzoek of bij het naar huis keeren,
ter dier zake vallen onder de toepassing van het Crimineel
Wetboek en het Reglement van krygstucht voor het
krijgsvolk te lande.
De verlofgangerdie bij herhaling wapenen en leder
goed kleeding- of uitrustingstukken, reglementen of
dienstvoorschriften, aan een ander behoorende, als de
zijne vertoontwordt in werkelijken dienst geroepen en
daarin gedurende ten hoogste drie maanden gehouden.
Beduur van dezen dienst wordt door den Minister van
Oorlog bepaald, die tevens het korps van het leger
aanwijstwaarbij de werkelijke dienst moet worden
vervuld.
De verlofganger, die met voldoet aan eene oproeping
voor den werkelijken dienst, wordt als deserteur
behandeld.
Nog wordt er uitdrukkelyk op gewezen, dat hel
niet-ontvangen eener hoofdelyke kennisgeving den ver
lofganger niet ontheft van de verplichting tot deel
neming aan bet onderzoek, maar dat deze openbare
kennisgeving eenig en alleen als bewijs geldt, dat de
verlofganger beboorlyk is opgeroepen.
Ingeval ziekte of gebreken de deelneming aan het
onderzoek mochten verhinderen, dan zal daarvan zoodra
mogelijk ter Gemeente-secretarie moeten worden over
gelegd eene gelegaliseerde geneeskundige verklaring,
welke op ongezegeld papier kan worden gesteld.
Voor zooveel betreft den verlofganger die zich buiten
het Rjjk bevindt, geldt in bijzonder dat geneeskundig
getuigschrift moet zyn eene behoorljjke gelegaliseerde
verklaring, afgegeven door een ter verbljjfplaats van
den verlofganger tot uitoefening van de genees- en
heelkunde bevoegd geneeskundige, hondende dat de in
die verklaring met naam en voornamen aan te duiden
persoon door hem ongeschikt wordt geoordeeld om by
het onderzoek te verschynen.
De verlofganger, die wenscht het onderzoek elders
hetzij binnen hetzjj buiten het Landweerdistrict,
waartoe hjj behoort te ondergaan, kan zich met
een daartoe strekkend en met redenen omkleed ver
zoekschrift wenden tot zijnen Landweerdistrictscom-
mandant. Het verzoek behoeft niet op gezegeld papier
te zijn gesteld doch behoort gefrankeerd te worden
verzonden. Wordt het verzoek ingewilligd, doch maakt
de verlofganger van de vergunning geen gebruik, dan
wordt doze geacht niet te zijn verleend.
Verlofgangers, voor wie do uitoefening van hun be
roep of bedrijf of andere omstandigheden deelneming
aan het onderzoek in November te bezwarend zouden
maken, kunnen zich met een verzoek om het onder
zoek in December te mogen ondergaan, wenden tot den
Minister van Oorlog. Dit verzoek behoeft niet gezegeld
te zyn en behoeft ook niet gefrankerd te worden ver
zonden.
Indien verlofgangers door ziekte verhinderd zyn bij
het onderzoek te verschjjnen, dan wel wegens woon
plaatsverandering niet aan het onderzoek deelnemen,
kan de Landweerdistrictscommandant bepalen, dat door
dezo verlofgangers liet onderzoek in de maand December
wordt ondergaan
Ter Neuzen, 12 October 1911.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
A. VISSER, Lo. Burgemeester
L. WABEKE, Secretaris.