DE VUURTOREN. UIT ONZE OMGEVING. FEUILLETON. Gemengde Berichten. PORTUGAL. Naar het Engelseh. 12)' Een poos zwegen beiden. Terwjjl Mary bet geld in de uitgestrekte hand hield, stond Frank onbewegelijk. Zijn gezicht was bleek, en toen hij Mary strak in het schoone, vreemd soortig lachende aangezicht keek, scheen het, alsof zijn oog het gezichtsvermogen had ver loren. Eindelijk slaakte bij een diepen zacht. „Mary," begon hij en met veel moeite dwong hij zijn stem een zachten toon aan te nemen, „wanneer gij dit liever doet, moogt gij deze som als geleend beschouwen, die gjj mij terug kunt geven, zoodra gij er toe in staat zjjt." „Neen, dank u," klonk het ijskoud van de schoone lippen, „wij hebben nog aalmoezen, noch geleend geld noodianeem het of hoelang moet ik het nog vasthouden Frank keek onverschillig uit het venster, en stak de handen in de zakken. „Ik ben niet gewoon terug te nemen wat ik eenmaal weggaf," sprak hij op gerekten toon. Hjj schrikte, rinkelesd viel de geldzak voor zjjn voeten en toen hjj zich naar Mary om keerde, zag hjj, hoe de toorn haar de tranen in de oogen dreef. „En ik ben niet gewoon iets van vreemden aan te nemen," klonk het hem woedend in de ooren. Hiermede wilde Mary vertrekken, toen Frank's stem haar deed weifelen. Minachtend schoof hjj het geld op zjjde. „Mies Mary," sprak Ljj, en de hartstocht kleurde zijn aangezicht donkerder, „hoe slecht gij ook over mjj moogt denken, toch hebt gjj geeo reden om aan mijn eenmaal gegeven woord te twijfelen. Zoo boor dan wat mjjn plan is," en den geldzak opheffende, legde hjj dezen naast zijn reistasch op de tafel. „Binnen een nur bevind ik mjj aan boord der stoomboot, die mjj naar het Zuiden brengt. Wanneer ik bet geld hier laat liggen, komt let misschien in onwaardige handen. Ik zal dus wachten totdat ik op de hooge zee ben en laat dan de geldzak ongemerkt overboord vallen." „Doe zooals gjj wilt," antwoordde Mary. „Het is mjj onverschillig, wat gjj met uw eigendom wilt doen." „Nog slechts eéu woord," begon Frank weer en zjjn stem klonk zachter, half smeekend „Ik zou zoo gaarne nog eenmaal van u hooren, dat gjj mjj mjjn dwaasheid bjj den vuurtoren, waardoor ik mjj uw haat Scheepsongeval. lange na niet gesproken worden, omdat de Turksche ruiterij vooral des nachts aanvallen op de Italiaansehe landingstroepen onderneemt en de hoof'dmassa van de Turksche troepen, die zich op ongeveer 10 kilometer van Tripoli heeft samengetrokken, over de Italiaansehe bewegingen inlicht. Daarom zou de aankomst van het expeditiecorps met het grootste ver langen tegemoet gezien worden. In de stad heerscht overigens rust. Het is opmerkelijk, dat de verovering van het fort Hamidje slechts mogelijk is geweest door het vermetele optreden van twee officieren, die de rotsen beklommen en het munitie-magazijn met een lont in brand gestoken hebben, wat de ontploffing tengevolge heeft gehad. Volgens mededeelingen in de Turksche bladen, heeft het Turksche garnizoen uit Tripoli zich teruggetrokken naar Vehara en Kirkaritsj, waar het verdedigende posities heeft ingenomen. Een Italiaansehe compagnie, die naar Vehara oprukte, zag zich gedwongen terug te wijken voor den tegenstand der Turksche troepen en der inlandsche bevolking. De gouverneur van Tripoli heeft zijn ambts woning afgestaan aan den Italiaanschen consul, Galli. Uit Rome wordt aan de National Zeitung geseind: De Europeanen keeren naar Tripoli terug. De Banca di Roma heeft haar zaken hervat. Onder de Mohammedanen, die te Malta met een Italiaanseh stoomschip zijn aangekomen, zijn de secretaris van den Turkschen gouver neur van Tripoli, een aantal Turksche ambte naren en beambten en de bemanning van een Turkschen torpedoboot vernieler, die zich ver leden week bij Tripoli had overgegeven. Al deze Turken worden als gevangenen overge bracht naar Italië. Het schip, dat hen over brengt, wordt begeleid en bewaakt door den Italiaanschen torpedobootvernieler Borea. Volgens aan de Porte verstrekte inlichtin gen heeft de Sjeik der Senoessi den heiligen oorlog tegen de Italianen afgekondigd. Een te Londen uit Chiasso ontvangen tele gram behelst dat Italië in Tripoli de afschaf fing van den slavenhandel heeft geproclameerd. Een koopman uit Oporto, die den »roya- listischen opstand* van Zondag voor acht dagen in het Kristallen paleis aldaar had bijgewoond, deelde den berichtgever van de »Dailjj Mail* mede, dat hij den indruk had gekregen, dat die opstand op touw was gezet door de republikeinen zelf, ten einde een voorwendsel te hebben om de voornaamste monarchisten van die plaats in hechtenis te kunnen nemen. Er werd bijna uitsluitend gevuurd door de Carbonario s in het paleis, die de royalisten moesten voorstellen, en de soldaten buiten het paleis, die echter wel oppasten, dat zij hun zoogenaamde vijanden niet raakten. Toen ongeveer de geheele bevolking van de stad op de plaats des oproers bijeen was, schoten de troepen op de menigte en namen daarop binnen enkele ureD 300 personen gevangen, waaronder alle bekende monarchisten Van de behandeling van de gevangenen wist de zegsman van den correspondent al lerlei ijselijks te vertellen. Zij werden bloot gesteld aan de woede van het straatpubliek, dat hen in het gezicht spuwde en met stok ken afranselde, waarna zij in akelige vunzige krotten werden opgesloten, waar zij nog dagen lang zullen moeten wachten voor zij een verhoor zullen ondergaan. Maandag werd alhier in het Hotel de Commerce bij mej. de wed. Michielsen voor rekening van notaris C. Le Nobel, aanbesteed het verbouwen van perceel 12a eu 12b in de Vlooswijkstraat. Hiervoor werd ingeschreven voor het le perceel metselwerk door D. de Smidt voor 1650, W. Reinhoud voor 1650, J. M. van de Velde voor 1580, J. van de Velde voqr f 1570, W. P. Nieuwelink voor 1470 eu J. Kolijn voor 1162. Voor het 2e perceel, timmerwerk, door 0. C. Nobels voor 1372, F. Romijnsen voor 1366, P. L. Boogaard voor ƒ1349, J. A. Meertens voor 1230 en I. P. Castelijn voor 1226. j Voor het 3e perceel, schilderwerk, door A. C. vau Duijze voor 277, J. R. Platteen» voor f 265, J. J. Verjaal voor ƒ265, Alph. Guilliet voor 265 en A. C. Casteliin voor 245. c fu massa werd ingeschieveo door I. P. Castelijn voor f 2518, aan wien het werk is gegund. Alle inschrijvers wonen te Ter Neuzen. Zateidag werd alhier door het bestuur van den polder Ser Lippens in het »Hötel Centraal* aanbesteed: het herstellen van da ontstane stormschade. Hiervoor werd ingeschreven door de blaren J. Pijpelink voor 1784, D. de Doelde? voor 1760 en M. A. Verschelling voor 1600. Gegund aan den minsten inschrijver. Vrijdag werd te Zaamslag door notaris Dregmans uit Axel verkocht, de buiten dienst gestelde kerk in den Axelschen weg, de pastorie, laatst bewoond door Ds. II. Hamming en het huis daarnevens bewoond geweest door den heer H. de Vries, alles ten verzoeke van da Gereformeerde gemeente alhier. Het eerste perceel werd verkocht aan den heer C. A. Wisse voor f 2950, het tweede aan den heer C. van Wijck voor 3500 en het derde aan den heer W. Galle voor 1260. j Vrijdagavond had ten huize van H. Pt Lensen te Zaamslag de gewone jaarlijksche algemeene vergadering plaats van de muziek- vereeniging »De Volharding*. Op keurige wijze werd door den voorzitter in deze vergadering verslag uitgebracht vau den toestand der vereeniging over het afge- loopen jaar. Verder geschiedde rekening en verantwoording van het dit jaar gehouden festival. De gewone rekening alsook de be grooting werden met algemeene stemmen goed* gekeurd, terwijl in de plaat3 van den heer De Haan Thomann, die wegens vertrek uit db gemeente als voorzitter had bedankt, werd gekozen de heer J. Stolk en in de plaats van den heer J. M. de Vos, die als secretaris ont* slag had genomen, de heer P. C. de Moor. De beer J. H. Schreinemacheis, onder wijzer aan de R.-K. school te Axel, is tegen 1 December in gelijke betrekking benoemd të Bergen op Zoom. Bij Kon. besluit is met ingang van 1 November benoemd tot directeur vau het post- en telegraafkantoor te IJzendijke, D. Akrijn, thans commiestitulair der posterijen en telegrafie. t Uit den Haag wordt gemeld De Koningin heeft alsnog f 3000 doen toe komen aan het bestuur van het Piovinciaal Watersuood Comité in Zeeland, tot leniging vao de nood in die gedeelten der provincie, waarvoor de Koningin nog geen hulp verleend heeft. Vrijdagavond heeft er op de rivier bij Dordrecht een ernstige aanvaring plaats gehad. De schipper J. Dobbelaar van Ter Neuzen, dreef omstreeks half-acht met zijn aakschip De Zeven Gebroeders op de Oude Maas stroom afwaarts, toen er van beneden een-sleepboot kwam met de Wilhelmina, die door den jongsten storm geheel ontredderd is en heeft toebehoord aan de Zaterdag j.l. verongelukte wed. Hendriks. De kapitein van de sleepboot, een botsing voorziende, trachtte de Wilhelmina naar den DorJtscheu wal te trekken, welke poging mis lukte door den sterken stroom en doordat het vaartuig zijn roer miste. De Wilhelmina liep toen met kracht op De Zeven Gebroeders, welk vaartuig onmiddellijk zonk. De schipper redde zich met 3 kinderen van 13, 8 en 4 jaar in de roeibootde vrouw, een 15-jarige zoon en een klein kind werden door de Wilhelmina opgenomen. De Zeven Gebroeders was verzekerd het schip zit nu op ongeveer 100 M. uit den Dordtschen wal, met een gedeelte van den mast boven water. De waterpolitie nam de Doodige maatregelen met het oog op de scheepvaai t. Ie Amsterdam lijden door de gedwongen winkelsluiting in eenige deelen der stad, in t bijzonder in die waar zich de vermakelijk heden concu'.treeren, de winkeliers ontzaglijk groote schade. Diefstal op een postkantoor. Te Einhoven is de brievenbesteller De G., (wonende te Strijp), op het postkantoor ge arresteerd. Deze arrestatie geschiedde in verband met eene geldvermissing op het postkantoor Eind hoven. De gearresteerde moet een biljet ad 40 in een café gewisseld hebben, zonder in staat te zijn de herkomst van het geld op voldoende wijze op te helderen, althans gaf hij voor dat van het wekelijksche overschot van zijn salaris te hebben opgespaard, terwjjl bij infor matie door de politie bleek, dat hij zijn vol ledig traktement aan zjjne vrouw afdroeg. De gearresteerde is reeds tal van jaren in dienst der posterijen en geeft 5 kinderen. Hij blijft echter ontkennen iets met den diefstal te maken te hebben. Het op het post kantoor vermiste bedrag beloopt 273. Enkele dagen geleden is te Oldenzaal aangekomen de Russische familie Solowinski, bestaande uit man, vrouw en drie kinderen, die een tweetal jaren te Lamberg (Galicië) had gewoond. De menschen zagen er haveloos en zeer hulpbehoevend uit. Op advies van de Bülfverein te Berlijn, die hun had meegedeeld, dat er te Amsterdam zeer z->ker voor hen zou gezorgd worden, hadden zij zich naar ons land begeven. De heer M Coher, vertegenwoordiger van 't Nederl. grenscomilé vour emigranten te Oldenzaal, ging met hen naar Bentbeim, waar hij voor hen verlof kreeg voor een twee daagsch verblijf, terwijl hij tevens tele grafisch ueldelijken steun verzocht bij genoemd comité te Berlijn. Na twee dagen kwam er toezegging voor 300 mark, waarna de stakkers onmiddellijk naar Oldenzaal werden terugge- gehaald, daar van betere kleeren en schoeisel voorzien en toen voor rekening van 't Grens- comité en de vereeniging Montefiore te Rotter dam gezonden werden en daar ingescheept voor Argentinië. en uw verachting op den hals haalde, hebt vergeven. Ik wist niet, wat ik deed het gezond verstand had mij verlaten, en eigenlijk had ik geen kwade bedoelingen. Ja, miss Mary, vergeef het mij, al is het ook slechts wegens de herinnering." „Heb ik niel reeds toen gezegd, dat ik er niet meer aan wilde denken „Gjj hebt dat gezegd, miss Mary, maar waarom weigert gij iets aan te nemoD, dat ik als een schuld beschouw?" „Ouk zonder dit voorval zou ik uw aanbod niet aangenomen hebber," hernam Mary, „want gij kunt er geen gegronde reden voor opgeven. En no zijt gjj, hoop ik, tevreden en ik wensch u hiermede goede reis!" Snel omkeereode ging zjj naar de deur en deze openende, trad zjj naar buiten. Toen zji de deur weder naar zich trok, viel haar blik op Frank. Als vermoeid hield hij zich aan de tafel staande en liet het hoofd op do borst hangeü. Zjjn aangezicht was doodsbleek en als ware hij plotseling weder een knaap geworden, biggelden tranen lang zijn wangen. Eenige seconden aarzelde Mary, toen evenwel trad zjj plotseling in de kamer terng, ging vóór hem staan en vatte zjjne handeu in de hare. „Neen Frank, zoo mogen wjj niet scheiden," sprak ze nauwelijks hoorbaar, en haar stem trilde van aandoening, terwijl zjj beschaamd Ernstige verwonding. Maandagmiddag om drie uur ontstond twist tusschen een zekeren Anton Lommers, herber gier te 's-Hertogenbosch, en een der firmanten der Chicago Bioscope aldaar, den heer P. Mounier, naar aanleiding van baldadigheid door een der kinderen van eerstgenoemde ge pleegd. Lommers stak in woede ontstoken den heer Mounier onverhoeds met een mes in den rug, zoodat men vreest, dat de long ge raakt is. De heer Mounier is raar het ge. sticht der broeders Johannes de Deo vervoerd terwijl Lommers in hechtenis werd genomen.' Bij de politie te Gouda is eeh valsche rijksdaalder gedeponeerd met den beeldenaar van Willem 111, thans een met het jaartal 187o. Dit is de derde in één week 1 Twee soldater, vrijwilligers, te Gorin- chem, hebben ingebroken in het bureau van den adjudant-mderofficier en daaruit t 72.50 aan geldswaarden ontvreemd. Zij hebben het garnizoen verlaten en hun uniform van uit Leerdam naar Gorcum terug- ges'uurd. De toestand te llruinisse. Aau het Hdbl. zijn eenige gegevens verstrekt omtrent de schade, aan den noordelijken dijk van den Bruinisserpolder toegebracht! Tusschen de dijkpalen 0 en 40 werd 1087 M2. glooiing van Vilvoordschen steen weggeslagen, 370 M2. glooiing van Lespinscheu steen, 1132 vk. M. gedekt door zetbasalt. Voorts zijn vernield of weggeslagen over 736 strekkende meters de perkoenpaldD, die 1.60 M. lang zijn, 14,700 M2. bezooding, 1979 M. krammat,' 22 M3. gemetselde bezetting van Waalsteen, 57 M-. bestrating van Vilvoordschen steen in beton gegoten, terwijl 13,630 Ms. grond is uitgespoeld. Het resultaat der laatste twee groote verbeteringswerken is daardoor vrijwel geheel te niet gedaan. De schade alleen' aan dezen dijk toegebracht, bedraagt naar schatting van deskundigen ten minste f 45,000. Daar de polder calamiteus is, komen de kosten voor de helft voor rekening van het rijk en voor de helft voor rekening der provincie, uitge nomen het niet groote deel, dat de polder zelf kan opbrengen. Behalve de werken aan den dijk had Bruinisse ook het afbrengen der schepen ter hand te nemen. Daarvoor hebben de ministers van oorlog en marine reeds Donderdag man schappen en materieel gezonden, terwijl de gemeente een grooten bok had gehuurd, om de vaartuigen te lichten. Een aantal torpedisten uit Hellevoetsluis heeft thans de visschers reeds zoover geholpen, dat de aartsen op de haven- glooiing verwijderd zijn. Hoe sommige der schepen tot wrakken werden, moge blijken uit het feit, dat de hoogaarts, die aau eenige kunstschilders behoorde en tegen de glooiing werd stuk gesmakt, voor brandhout voor slechts f 3 aan een slooper werd verkocht. Lr zjjn reeds 30 van de meest nabjjzyDde scheepjes van de dijkglooiing gehaald. Niet alleen de dijken van den Biuinisser- polder, doch alle noordelijke dijken van de noordeljjke Zeeuwsche eilanden hebban geducht te lijden gehad. De dijken van de polders Dreischor, Oosterland, Bruinisse, op Duiveland, van de polders op St. Philipsland, den Annafaestapoldar en den ingestroomden Prins Hendrikpolder, op Tholen, van de polders Moggerskil, Suzanna, de Vogelsang en de Slabbevoorn hebbeö alle zeer belangrijke schade. De ingenieur van den provincialen waterstaat, ter standplaats Zierikzee, was dan bloosde. „Ik kan het niet verdragen, dat gjj vaD mjj weg gaat met onaangename herinne ringen in het hart. Want ik was het, die slecht jegens u handelde en die vergiffenis moet vragen. Ik heb u gemarteld en gek weid, omdat ik mjj aan geen man wilde verbinden en toch voelde ik, dat gjj mjj niet onverschil- lig waart. „Ja Frank, ik beken het openljjk, ik wilde u haten, maar ik kon niet eu ik smeek u om vergiffeuis voor het verdriet, dat ik u heb abDgedaan ea waaronder ik zelf bet meeste leed. Maar nu ik uitgesproken heb, zal ik bedaarder ztjn en in bet vervolg zonder zelf verwijt aan u knotten deuken. Ea wanneer ik nu van u weg ga, Frank, kjjk mjj dan niet na, roep ook niet mjju naam, opdat de krachten mjj niet begeven." Zij kon niet verder. Door haar tranenfloers zag zjj in een verhelderd gelaat. Zjj breidde de armen uit en Frank krampachtig omarmend, weende zjj zóó bitter, als ware haar hart nu geheel en al gebroken. „Frank, o Frank," snikte zjj zacht, „ik wilde niemand toebe- hooren, maar uw vrouw wil ik worden, ow slaviD, ach, verstoot mjj niet! Ik heb zwaar jegens u gezondigd, neem geheel mjjn hart, geheel mijn verder leven als zoenoffer. Nogmaals zweeg zjj, maar nu, omdat Frank, tot een nieuw leven ontwaakt, haar de woorden van de lippen en de tranen van da wangen kaste. EINDE.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensch Volksblad / Zeeuwsch Nieuwsblad | 1911 | | pagina 2