Vrijzinnig Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. Geestdrift. pe doodstraf. DE VUURTOREN. No. 2196 Woensdag 30 Augustus 1911. 22e jaargang FEUILLETON. NED. - INDIË. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 7 5 cent voor binnen en buiten Ter Neuzen. Voor België 95 cent bij Tooruitbetaling. Abonnementen worden aangenomen bij alle Boekbandelaren, Brievengaarders en den Uitgever. Telef. latere No 15. ADVERTENTIEPRIJS: Van 1 tot en met 5 regels 50 cent; elke regel meer 10 cent. Bij abonnement aanmerkelijk ver minderd tariet. Grootere letters naar plaatsruimte. Redactie-adres: Noordstraat 10, Ter Neuzen, Deze Courant verschijnt eikei; \4 o e u s (i a g - en Zaterdagmorgen bij den Uitgever M DE JONGE, te Ter Neuzen. Sommige bladen vooral klerikale praten nog maar al door over de gemeenteraadsver kiezingen. Men maakt de balans op van winst en verlies. En over 't geheel komt men tot de gevolgtrekking, dat de klerikale stembus rekening sluit met een klein voordeelig slot. Intusschen, zoo denken ze er niet alle over. De »Stichtsche Courant* zegt, dat er blijk baar op 't oogenblik voor de Christelijke partijen een minder gunstige wind waait. Dat is de schuld van de Tweede Kamer, die te weinig uitvoert. En als 't zoo doorgaat, krijgen we in 1913 weer een ministerie van links. Onder de mannen van Rechts schijnt niet meer de geestdrift gevonden te worden, die tot groote dingen in staat stelt. Het blad heeft gelijk geestdrift voor groote dingen is er aan de Rechterzijde niet. Voor kleine dingen, zooals voor subsidies aan kerkelijke schooltjes, voor Rijkstoelagen aan noodlijdende Universiteitjes en aan orthodoxe vlootpredikanten, ja, dan is er nog geestdrift. Maar 't is toch altijd een geestdrift in 't kleine en in 't klein. Voor groote dingen heeft het ministerie den tijd laten voorbijgaan. Wie had dat ook anders verwacht? Van zekere kerkelijke zijde, die zich zoo gaarne den Christel ij ken* naam als monopolie toeeigent, wordt in ons land het klinkt als een hoon aan dien naam van tijd tot tjjd weder invoering der doodstraf bepleit. De gronden voor dezen, naar onze opvatting aller- onchristelijksten eisch, laten wij rusten. Men kent ze trouwens goed genoeg meer of minder uit hun verband gerukte teksten uit het Oude en Nieuwe Testament, die een eisch moeten rechtvaardigen welke met den geest van Christus' leer zeer zeker zoo scherp als maar mogelijk, in strijd is. Men weet ook dat de vrijzinnigen, om redenen die wij hier evenmin alle uitvoerig uiteen zullen zetten, tegen de weder invoering der doodstraf zijn. Slechts een der redenen zij hier thans gereleveerd het gevaar voor een rechterlijke dwaling, het gevaar, dat een on schuldige zal worden terechtgesteld. De voorstanders van de doodstraf meenen Naar het Engelsch. 2) „Is het dan verkeerd, een glaasje tot af scheid te drinken," vroeg Frank, „wanneer men er vriendschappelijk toe wordt uitge- noodigd"en balt vijandig bezag hij den rozentak, dien bij straks bad afgebroken. Maar nu ontbrak hem den moed, dien Mary aan te bieden, zooals bij eerst van plaD was. Spotachtig krulden zich Mary's lippen. „Verkeerd is bet misschien niet, maar gij kent de slechte gewoonte van den ouden man en in plaats die te bevorderen „Oho, juffrouw Mary, daar kiest gij eeu verkeerd woord," antwoordde Frank opge wonden en voor hem dwarrelden enkele roze- bladeren, die bij onbewust uit de bloem getrokken bad, „aan niets dacht ik minder, dan den goeden beer Caröridge in een verkeerd vaarwater te breDgeo. Maar ik dacht dat, ik bem door een weigering boos zou maken. Zelfs wanneer hij reeds ietwat meer gedron ken bad dan dit argument met zoo iets als een ongeloovig lachje te kunnen weerleggen, 't Zal wel zoo erg niet zijn, zeggen zij en zij meenen, dat alle zware misdaden zoo grondig onderzocht worden, dat de mogelijkheid van een terdood- veroordeeling van een onschuldige geheel, of zoo goed als geheel, buitengesloten is. Er is nu onlangs een boek verschenen van den Berlijnschen jurist Erich Sello, die met feiten en cijfers en data bewjjst, dat dit grondig onderzoek in het verleden niet heeft belet, dat 153 ongelukkigen door een rechterlijke dwaling van bet leven zijn beroofd of tot levenslange gevangenisstraf werden veroor deeld Sello heeft met opzec zijn onderzoek niet uitgestrekt tot in de verste tjjden het begin punt van zjjn studie is het jaar 1798. Geheel dus in den tijd van de nieuwste geschiedenis en haar strafrechtpleging valt het terrein, waarop hij zijn feiten verzamelde. Gespeend is zijn studie aan alle agitatorische of propa gandistische treaken een boek van zuivere, overtuigende wetenschap. Verschoond blijft de lezer ook van elke zenuwschokkende schildering van den doodsstrijd van onschul- digen. Het boek brengt wetenschappelijk vastgestelde feiten meer niet. Maar daardoor juist is de waarde te grooter. Honderd drie en vijftig justitiëele dwalingen, die eeu onschuldige het leven hebben gekost Enkele «oorbeelden: In Hamburg werd voor het huis van een bordeelhouder het lijk van een man gevonden, die aan doodeljjke wonden was gestorven. Bij de huiszoeking vond men in den kelder een bebloede bijl, waaromtrent de bewoner van het huis en zijn vrouw geen inlichtingen konden geven. Het beroep van de verdachten zette aan de kwade vermoedens tegen hen kracht bij en twee gezworenen- banken spraken het schuldig over den bordeel houder uit. Eenige jaren na zijn terecht stelling werd de ware moordenaar ontdekt, die de bijl in den kelder van den onschuldig verdachte had geworpen. In het jaar 1834 werd in Pommeren een herder vermoord gevonden. Een tijd later beschuldigde een vrouw haar man valschelijk van dezen moord. »Om de kwellingen van het verhoor te ontgaan,* bekende de ongeluk kige eerst de daad bedreven te hebben, herriep echter spoedig zjjn bekentenis, maar werd desniettegenstaande onthoofd. Tien jaar later meldde zich een matroos als de dader aan, „Stil, stil," viel Mary hem snel in de rede, „het is een ongeluk, waarover ik oDgaarne spreek en waarover gjj geen recht hebt te spreken. Wat deert u mijn ooms toorn Gij behoeft hem toch slechts uit den weg te gaan. Spreek liever over andere dingen vertel van uw reis hierheen en de reden er van. Dus twee dagen waart gjj bjjna onderweg," en met belangstelling keek zjj er naar, boe de vingers van den jongen man het eeue blad na het andere nit de roos plakten. „Ja, b|jua twee dagen, tot mjjn spijt," antwoordde Frank, zonder op te zien van de bjjna geheel ontbladerde bloem. „Nadat ik van uw oom afscheid genomen had, nam ik een licht zeilbootje; maar wat helpt alle lichtheid, wanneer er geen wind is? Nadat ik twaalf uren als een vlieg in den hoDig had rondgedreven, legde ik aan bjj een Cnippewayfaruilie, aan wie ik mjjn boot toevertrouwde, en kwam te voet bierheen." Een rozenblad was op Mary's schoot ge waaid. Droomerig legde zjj het tusschen hare lippen en liet haar oogen onverschillig over het blauwe meer gljjden. „Zooveel moeite, om mjj in mjjn eenzaam heid een uurtje gezelschap te komen houden Nu, vriendelijk is het wel van u, Frank, maar ik had toch wel een beetje meer over leg van u verwacht." die nog in het bezit was van sommige voor werpen, die den verslagene hadden toebehoord. In het jaar 1854 werden de vrouw van een belastingontvanger en haar dienstmeid vermoord. Onzekere indices wezen als de daders aan den bakker Ziegenmeyer en den metselaar Busse. Heiden werden gevangen genomen en ter dood veroordeeld, doordat de nachtwaker van het stadje, het Hannoversch Eldagsen, >een algemeen geacht, kerkelijk gezind, aan godsdienstoefening en avondmaal geregeld deelnemend man* een valsch getuigenis tegen de beklaagden afgelegd had, om de uit geloofde belooning te verdienen. Ziegenmeyer hing zich in zijn cel op en zijn weduwe met drie kinderen kon honger lijden Busse werd begenadigd met levenslange gevangenisstraf. Een jaar later werd de ware moordenaar ontdekt en ter dood gebracht. Zoo gaat Erich Sello voort zjjn 153 ge vallen te behandelen, uit Duitschland, Oosten- rijk-Hongarije, Zwitserland, Engeland, Luxem burg, Frankrijk en de Vereenigde Staten alle gevallen, waarin iemand door gerechtelijke dwaling tot den dood of levenslange gevan genisstraf is veroordeeld. En dan bedenke men dat dit natuurlijk nog alleen de gevallen van rechterlijke dwaling zijn, die uitgekomen zijn en hiervan nog weer slechts die, welke de schrijver op 't spoor is gekomenin werkelijkheid is natuurljjk hun aantal nog veel grooter. Sello verklaart, dat hij met zijn boek geen plèidooi tegen de doodstraf heeft bedoeld, maar de uitwerking er van kan toch moeilijk een andere zjjn. Reeds het feit dat een onschuldige kerker straf, voor korter of langer tijd moet onder gaan, is op zich zelf verschrikkelijk genoeg. Doch menscheljjk en dus feilbaar als wij zijn in al onze daden, zal dit wellicht nooit geheel voorkomen kunnen worden. Doch dat een onschuldige terechtgesteld en van het leven beroofd wordt dat kan wel voorkomen worden. En daarom dient de doodstraf ten onzent afgeschaft te blijven. Handel in llalfblanke Slavinnen. De correspondent van het Bat. Nwbld. te Bandoeng schrjjft aan zijn blad Het nieuwsteZijn ze in Europa bezig De laatste rozebladeren vielen ter aarde Frank stond op en een sterke blos kleurde ztfn gebruinde wangen nog donkerder. In zjjn oogen schitterde het als de moed der vertwijfeling. „Juffrouw Mary," begon hjj, „het is heden niet de eerste keer, dat wjj elkander ontmoeteo." „Zeker niet," zeide Mary; „ik zag u dikwijls aan boord der „Koniugin," wanneer ik in mijn bootje zat. of wanneer gij mjj eigenhan dig een zak koffie of suiker op den vuurtoren bracht, en ik geloof niet ooit verzuimd te hebbeu n voor uw moeite te bedanken." „Neen, dat bebt ge nooit verzuimd," ging Frank hartstochtelijker voort, „en telkens hebt gjj mjj aangekeken, dat het als vaar in mjjn ziel brandde, en dat slechts een wenk van n noodig ware geweest om mjj met een stuk ballastjjzer over boord te doen springen." „Ais alle andere keek ik u aan," antwoordde Mary toornig, „niet vriendelijker en niet vijandiger, want ik ken geen verschil hebt gjj u echter vergist, dan is dat wel in geen geval mijn schuld." ,.Eu toch is er een verschil," zeide Frank „over de anderen gingen uw blikken been, als een windvlaag over de zee, zonder sporeo achter te laten, terwjjl zjj in mjjn ziel, als waren zij door duizend ankers vastgehouden, achterbleven. En hoe meer ik u, ja uit da verte slechts, bjj den vuurtoren zag, hoe erger met de zedeljjkheidspolitie het lot der hande laren in levend menschenvleesch te vernietigen, hier gaat het heel anders. Hier behoeven de handelaren niet bevreesd te zjjnhier hebben zjj niet noodig de politie om te koopen, niet noodig dit of dat hoofd van politie te smeren. Zjj kunnen gemakkelijk alle congres sen, alle zedeljjkheidsapostelen, moraalverdedi- gers en de rest het hoofd bieden. Want zjj zjjn veilig. Hun handel heeft wel eens moeiljjkhcden te overwinnen, maar die komen slechts van den kant der vrouwen zelfs of de ouders als die één op de honderd - lont ruiken. Hoe het handwerk wordt uitgeoefend, is in enkele woorden verteld. Het terrein is, voor zoover ik tot nog toe kan nagaan de Preanger, De Soendaneesche luchthartjes, die te winnen zjjn met mooie kleeren en goedkoope sieraden, zjjn bljjkbaar op dit oogenblik hoog geprjjsd op de markten van bet oosten. De handelaren zelf zjjn meest jonge dandies uit de Strait. Maleiers van Malakka, van Penang en Singapore, van Johore Perlak. Men kent ze ook te Batavia wel. Ze loopen rond met een stijf gestreken hemd en een witglanzend boord, ze hebben een opge draaid snorretje en een dikke havana in het. hoofd, dragen schoenen, meest geel gewast, en onder de omgeslagen broekranden schemeren zjjden kousen door, hard groen, of hard rood of ook wel saumon. Dat zjjn ze, de hyena's Zij zjjn Moham medanen. Zjj vestigen zich in de desa's, zoo genaamd om er handel te drijven in kains eu gekleurde steenen. Maken er goede sier en zjjn de vrooljjkste jongelui en royaal, dus graag gezien bjj den desaman. En op de jonge, verliefde deerntjes maken ze kolossalen indruk. Als een Duitsche schneidige luitenant op de hartjes van de bakvischjes. Ze zjjn speelsch en vliegen als de bjjtjes van dn ééne geurige bloem naar de andere, totdat ze één de voor keur geven. Dat is dan, wees er zeker van, een van de schoonste bloempjes in de desahof. Die trouwen ze. Trouwen, herhaal ik. Naar alle regelen. De Mohammedaansche wet maakt het hun gemakkelijk. En als ze getrouwd zjjn, en schoonpapa en schoonmama met den parmatigen schoonzoon wegloopen, die gioote zaken doet en leest en schrjjft als de beste die bovendien Engelsch spreekt, dan zegt schoonzoon op een goeden dag, dat de zaken hem voor korten tijd naar Singapore roepen. het werd, totdat ik eiudeljjk begreep, dat ik mjjn ziel moest ontlasten, wilde ik niet waau- zinnig worden en in mjjn waanzin de stoomboot in den grond sturen, om in de Michigan mjjn rust te vinden. En ik begaf mjj op weg, en hier zit ik vóór u, Mary, en, zooals bet een eerljjk man past, vrasg ik n, of gjj de mjjoe wilt worden. Ik weit het, ik kom met ledige handen, maar met gezonde, werkzame armen. Slechts een woord van u, en binnen twaalf maanden sta ik vóór u, als een man met 130 bunders regeeringsland bier in de buurt van de vuurtoren." „Uw onderdanige dienares zou ik worden vroeg Mary, met minachtenden spot, die den armen Frank ijskoud op het Ijjf viel „neen, neen, Frank" en zorgeloos, boewei licht blozend, gleden baar blikken over het meer. „Ik heb reeds lang genoeg geleefd, om alle mannen te haten meent gjj echter dat mjjn blikken nadealig voor u zjjn, welnu, zoo hindert u niets deze in het vervolg te ontwjjken. Ik voor mjj wil mjj de moeite geven, in bet vervolg over u heen te zien." Frans liet bet hoofd bangen. Eerst plukte hjj de meeldraden uit het ontbladerde bloe- menfrabmenttoeu trok bjj zjjn mes uit den zak, en bedachtzaam, alsof leven en dood op bet spel stonden, begon hij bet eene schjjfje na bet andere van den steel te snjjden. Minu ten verliepen onder pjjnljjk stiizwjjgeo. Ook TER MIZEISCE VOLKSBLAD.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensch Volksblad / Zeeuwsch Nieuwsblad | 1911 | | pagina 1