INGRIJPENDE MAATREGELEN VOOR KUSTVERDEDIGING EEN GRONDWET VAN DEN ARBEID AFGEKONDIGD. Duitschland wint op alle fronten. No. 10.435 I f MAANDAG 19 OCTOBER 1942 82e Jaargang I. VAN DE SANDE ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN Algeheele wijziging van het Sociale leven in Nederland, DUITSCH WEERMACHTSBERICHT. Fabriek „Roode Barricade" te Stalingrad stormenderhand genomen. ITALIAANSCH WEERMACHTSBERICHT Keuringen voor de Waffen S.S. en het Legioen. BEKENDMAKING. Verschijnt iederen Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond Prijsverhooging adverten*!en toegestaan door het Departement van Handel, Nijverheid en Scheepvaart onder No. 16236 N. P. d.d. 24 Maart 1942 - AbonnementsprijsBinnen Terneuzen f 1.42 per 3 maanden buiten Terneuzen f 1.73 per 3 meanden. Bij vooruitbetaling f 6.60 per jaar. Uitaeefster N.V. Firma P. J. VAN DE SANDE Teleioon 2 073 - Giro 38150 DIRECTEUR: TERNEUZENSCHE COURANT ADVERTENTIEN: Per mm 10 cent, minimum per advertentie f 1.50 Rubriek kleine advertentien 1 -5 regels 60 centiedere regel meer 1 2 cent maximum 8 regels Dienstaanbiedingen en dienst- aanvragen 1 -5 regels 52 cent, iedere regel meer 1 0 cent Met vermelding brieven of adres bureau van dit blad 1 0 cent meer. Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, dat op aanVraag verkrijgbaar is. Inzending van advertentien uiterlijk 10 uur v. m. op den dag van verschijning. HOOFDREDACTEUR: N. J. HARTE TERNEUZEN - TELEFOON 2298 Vestigings- en verhuizingsverbod reeds iiigevoerd ten einde eventueele ontrui- ming in orde en rust te kunnen uit- voeren. O.a. geheel Zeeland en geheel Noord-Holland ten Noiorden van het Noordz/eeltanaal, Amsterdam uit- gezoiulerd, en voor evaciuatie in aan- merking k u n n e n komen. Men deelt van bevoegde zijde mede: De uitbreiding van de kustverdediging land- waarts door de Duitsche bezettingstroepen in Nederland, heeft ten gevolge, dat woonge- legenheden, welke in of in de nabijheid van de verdedigingszone zijn gelegen, binnenkort door de bevolking geheel of gedeeltelijk zullen moe ten worden ontruimd. Een dergelijke ontruiming heeft natuurlijk niet alleen Hit strategisch belang plaats, doch ook in het belang van de bevolking zelf, die bij eventueele gevechtshandelingen, zooals de ervaring in dezen oorlog steeds heeft getoond, wanneer zij in de gevechtszone blijft, daarvan in ernstige mate de gevolgen zou ondervinden. Het is ook begrijpelijk, dat een dergelijke ont ruiming, wanneer de noodzakelijkheid daarvan eenmaal is erkend, rustig moet worden voor- bereid, teneinde overhaaste maatregelen bij den aanvang van gevechtshandelingen te ver- mijden. Hier in Nederland moeten derhalve de be- langen van de door de noodzakelijke evacuatie- maatregelen getroffen bevolking van het kust- gebied zoo goed mogelijk behartigd en een ordelijk verloop van de ontruiming en de on- derbrenging naar elders onder alle omstan- digheden veilig gesteld worden. De uitvoering der desbetreffende maatregelen is zooveel mogelijk in handen van de Nederlandsche be- stuursorganen gelegd en wel in die van de commissie burgerbevolking, die ook bij het uitbreken van den oorlog de noodige eva- cuatiemaatregelen in het belang van de be volking ten uitvoer heeft gebracht. Het Nederlandsche bestuursapparaat moet zich bij zijn maatregelen natuurlijk naar de aanwij- zingen van de Weermacht richten en heeft het uiteraard niet in de hand, in evacuatie- maatregelen, die de Weermacht als nood- zakelijk beschouwt, wijzigingen te brengen. Stelselmatige, welgeordende arbeid van de bestuursorganen is echter slechts mogelijk, wanneer hun werkzaamheden niet door eigen- machtig en ,,wild" handelen van enkelingen worden bemoeilijkt of, erger nog, worden doorkruist. Vestiging en verhuizing in kust gebied verboden. Teneinde dit onder alle omstandigheden te vermijden, heeft de secretaris-generaal van het Departement van Binnenlandsche Zaken twee besluiten uitgevaardigd, waarbij de vestiging, het verhuizen en het huren of ook het op andere wijze voor zich reserveeren van woningen of gedeelten van woningen in het kustgebied en in de onmiddellijke omge- ving daarvan in beginsel tijdelijk wordt ver boden. Op gcnd van deze besluiten zijn uitzonde- ringen op het bovenstaande slechts met bij- zondere toestemming van het desbetreffende bureau Vluchtelingenzorg mogelijk. De namen der gemeenten, voor welke deze besluiten gelden, zijn heden in de .Nederland sche Staatscourant" bekend gemaakt. Deze gemeenten omvatten niet alleen die, welke eventueel voor ontruiming in aanmerking komen, doch v6or alles en wel voor het meerendeel die gemeenten, waar een onge- controleerde toevloed van elders moet worden vermeden. Verzoeken tot het verleenen van speciale toe- stemming kunnen uitsluitend schriftelijk ge- schieden en moeten aan de volgende instan- ties worden gericht: 1. Voor Zeeland: bureau Vluchtelingenzorg Zeeland, Middelburg, Gortstraat 30; 2. Voor Zuid-Holland: bureau vluchtelin genzorg Zuid-Holland, 's-Gravenhage, Jan van Nassaustraat 80; 3. Voor Noord-Holland: bureau Vluchte lingenzorg Noord-Holland, Alkmaar, St. Lau- rensstraat 3 Vanzelfsprekend bestaat alleen bij dringend gemotiveerde verzoeken de mogelijkheid van inwilliging. Lijst der betrokken gemeenten. In de bijlage, behoorende bij dit besluit worden de namen der betrokken gemeenten genoemd, n.l. de volgende: 1. provincie Zeeland: alle gemeenten. 2. provincie Zuid-Holland: a. 's-Gravenhage, 's-Gravenzande, Hillegom, Katwijk,, Leid- schendam, De Lier, Lisse, Monster, Naaldwijk, Noordwijk, Noordwijkerhout, Oegstgeest, Rot terdam, voorzooveel betreft Hoek van Holland, Rijnsburg, Rijswijk, Sassenheim, Valkenburg, Voorburg, Voorhout, Voorschoten, Warmond, Wassenaar, Wateringen; b. alle gemeenten, gelegen op de eilanden Goeree en Overflakkee, Voorne en Putten en Rozenburg. 3. provincie Noord-Holland: a. alle ge meenten, gelegen ten Noorden van het Noord- zeekanaal met uitzondering van Amsterdam; b. Bennebroek, Bloemendaal, Heemstede, Vel- sen, Zandvoort. Vestiging en verhuizing in kustgebied. Besluit van den secretaris-generaal van het Departement van Binnenlandsche Zaken, houdende aanvulling van het vestigingsbe- sluit. Op grond van par. 1 der Verordening no. 23/1940 en in overeenstemming met de par. 2 en 3 der Verordening no. 3/1940 van den Rijkscommissaris voor het bezette Neder landsche gebied wordt bepaald: Artikel 1. Vestiging in of verhuizing binnen een ge- meente in den zin van het Vestigingsbesluit (nr. 85/1942) worden mede geacht te hebben plaats gehad zoodra de betrokkene langer dan acht opeenvolgende dagen of meer dan veertien dagen in een kalendermaand in een gemeente woonruimte te zijner beschikking heeft gehad of huisvesting heeft genomen, tenzij hij deze op het tijdstip van in werking- treding van een voorschrift, als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder 1 van het Vesti gingsbesluit reeds te zijner beschikking had of genoot. Artikel 2. (1) Hij, die door het verschaffen van woonruimte of huisvesting gelegenheid geeft tot overtreding van een op grond van art. 1 eerste lid, van het Vestigingsbesluit uitge vaardigd voorschrift, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twtee maanden of met geldboete van ten hoogste driehonderd gulden. (2) De bij het eerste lid strafbaar gestelde handelingen zijn overtredingen. Artikel 3. De in een gemeente geldende verordenin- gen, als bedoeld in art. 6 van het Vestigings besluit, treden uiterlijk met ingang van den dag, waarop voor deze gemeente in werking treedt een op grond van art. 1, eerste lid, onder 1 van het Vestigingsbesluit uitgevaar digd voorschrift, buiten werking, Artikel 4. Dit besluit treedt in werking met ingang van den dag zijner plaatsing in de Neder landsche Staatscourant. 's-Gravenhage, 15 Oct. 1942. De secretaris-generaal van het Departement van Binnenl. Zaken. Besluit van den secretaris-generaal van het Departement van. Binnenlandsche Zaken ter uitvoering van artikel 1, lid 1, onder 1, van het Vestigingsbesluit. Op grond van art. 1, lid 1, onder 1 van het Vestigingsbesluit (no. 85/1942) zooals dat is aagevuld bij besluit van den secretaris-gene raal van het Departement van Binnenlandsche Zaken van 15 October 1942 tot aanvulling van het Vestigingsbesluit (Ned. Stct. van 16 October 1942 no. 202) en in overeenstemming met de paragrafen 2 en 3 der Verordening no. 3/1940 van den Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied, wordt be paald: Artikel 1. 1. in de gemeenten, genoemd in de bijlage van dit besluit, is het verboden: a. zich te vestigen; b. te verhuizen. 2. Dit verbod geldt niet: a. voor rijksduit- schers; b. voor personen, die in het bezit zijn van een door of vanwege den directeur van het bureau vluchtelingenzorg in wiens ambts- gebied de gemeente is gelegen, verleende schriftelijke vergunning. Artikel 2. Dit besluit treedt in werking met ingang van den dag zijner plaatsing in de Nederland sche Staatscourant" en vervalt, voor zoover de secretaris-generaal van het departement van binnenlandsche zaken niet anders bepaalt, na verloop van drie maanden na den dag van inwerkingtreding. 's-Gravenhage, 15 October 1942. De secretaris-generaal van het Departement van Binnenlandsche Zaken, HREDERTKS. Algeheei/e wijziging van het Sociale leven in Nederland. In een zeer druk bezochte persconferentie te Amsterdam heeft de leider van het N.A.F., de heer H. J. Woudenberg, een rede gehou- den naar aanleiding van de afkondiging van de verordening van den arbeid. De heer Woudenberg sprak als volgt: De verordening betreffende de ordening van den arbeid, welke door den Rijkscommis saris op grond van diens regeeringsbevoegd- heid is afgekondigd, heeft in de eerste plaats een principieele beteekenis. Deze verorde ning vormt het ideeele kader van een orde ning van den arbeid binnen de volksgemeen- schap en daarmede tevens in soeia^stischen zin, welk kader op grond van en in overeen stemming met de practische behoeften met nadere maatregelen kan worden vervuld. Grond wet van den arbeid. Dit beteekent allerminst, dat deze verorde ning slechts abstracte beteekenis heeft. Veel- eer vormt deze de grondwet van den arfoeid en daarmede ook Van het sociale leven dat immers in de eerste plaats on gemeen- schappelijk arbeiden is gebaseerd zij het. ook meer in den zin van een ,,Rahmengesetz" dan van 'n geheel uitgewerkt arbeidscharter. Als grondwet van den arbeid stelt de Ver ordening betreffende de ordening van den ar beid de richtlijnen vast, volgens welke het sociale leven zich zal moeten ontwikkelen, wil het tot voile ontplooiing komen in over eenstemming met en in het belang van de gemeenschap. Als zoodanig legt deze veror dening voor de eerste maal in de Neder landsche wetgeving een grondslag voor het socialisme. Het begrip gemeenschap" om- vat in dit verband vanzelfsprekend zoowel de engere volksgemeenschap als het ruimer (Europeesche) kader, waarbinnen deze op den duur tot voile ontplooiing zal komen. Gemeenschapsbelang voorop. (Het belang van de gemeenschap staat in de Verordening op den voorgrond. Voor de eerste maal in de Nederlandsche wetgeving wordt hierbij principieel vastgesteld, dat de arbeid in het bedrijf, respectievelijk de onder neming, dit belang tot hoogste doel heeft. A-tle overige bepalingen staan in dienst van dit voornaamste belang, waardoor dit meer v/ordt dan een platonische verklaring. De maatregelen, welke op grond van deze Ver ordening en binnen het kader daarvan in de naaste toekomst zullen worden genomen, zul len de daadwerkelijke beteekenis in dezen zin bevestigen. In dit verband moet de Verordening betref fende de ordening van den anbeid worden be- schouwd als een maatregel van hrstorische beteekenis en als bevestigmg y/arj ""re omwen- teling der sociale verhouding'eri/ v^elke zich vanaf het midden van 1940 onmiskenbaar en niet tegen te houden voltrekt. (Het feit, dat deze maatregel niet is los te maken van de ontwikkeling, welke zich tevens ver buiten Nederland uitstrekt, betee kent niet, dat binnen het gegeven kader niet de eigen Nederlandsche verhoudingen 'tot uit drukking zullen komen. Verbroken Lsolernent. De Verordening van den Rijkscommissaris verlbreekt slechts een isolement door Neder land wat betreft de ordening van den arbeid, principieel te plaatsen in direct verband met de wordende Europeesche gemeenschap. In hoeverre de op grond van deze basis te neimen maatregelen een eigen karakter zullen hebben en daarmede ook ons eigen karakter zullen weerspiegelen, hangt af van onze posi- tieve medewerking. Uitgangapunt van de ordening van den arbeid is de beschouwing van het bedrijf of de organisatorisch-economische samenvatting van meerdere bedrijven in de onderneming, niet slechts als economische, doch tevens als sociale eenheid, zooals deze in de bedrijfsge- meensehap tot uitdrukking komt. Binnen deze eenheid arbeiden de leidinig en alle onder deze leiding werkzame personen de Gefolg- schaft gezamenlijk ter bereiking -van een gemeensehappelijk doel. Dat dit doel niet is los te maken van het belang der gemeenschap, is ook in deze verordening met nadruk vast- gelegd. Leidersbeginsel. Wlanneer ook in de Verordening betreffende de ordening van den arbeid het leidersbeginsel wordt bevestigd, geschiedt dit niet in den zin van het liberalistische ,,baas in eigen huis", doch zeer bewust en nadrukkelijk in den zin van de aan dit leiderschap onafscheidelijk verbonden sociale verantwoordelijkheid, zoo wel naar binnen ten opzichte van de Gefolg- schaft, als naar buiten ten opzichte van de gemeenschap, waardoor ook dit leiderschap Het onperbevel der Duitsche weermacht maakte gisteren bekend: In den frontsector Novorossisk-Toeapse maakt de aanval van Duitsche en verbonden troepen tegen de diepe stellingen van den vijand verderen voortgang. Alleen al in den sector van een divisie jagers werden gisteren 60 versterkte gevechtsinstallaties genomen. Bomaanvallen der luchtmacht waren gericht tegen het colonneverlceer der bolsjewisten op de berg- en kustwegen. Ten Zuiden van de Terek wierp een eigen tegenaanval den vijand, die een aanval op onze stellingen ondernam, onder zware, bloe- dige verliezen tot achter zijn uitgangsstellin- gen terug. Te Stalingrad hebben de aanvallende troe pen taaien vijandelijken tegenstand gebroken, alle bedrijfsgebouwen der kanonnenfabriek ,,Roode Barricade" stormerderhand genomen en na bloedigen afweer van hevige tegenaan- vallen den vijand uit het aangrenzende stads- deel geworpen. Zware aanvallen van sterke formaties der luchtmacht gaven steun in dezen strijd en vernietigden op den Oostelijken oever van de Wolga talrijke stukken geschut. De ten Noordwesten van het stadsdeel Sparta- kofka ingesloten bolsjewistische strijdkrach- ten werden vernietigd. In den centralen en Noordelijken frontsec tor behalve succesvolle activiteit van eigen stormtroenen en afweer van plaatselijke vijan- delijke aanvallen geen Gevechtshandelingen van beteekenis. Gevechtsvliegtuigen zetten ondanks de ongunstige weersomstandigheden de bestrijding van iSowjet-transportbewegm- gen voort. Bij luchtaanvallen op luchtbases en andere militaire installaties op het eiland Malta, on- dernomen door Duitsche en Italiaansche lucht- strijdkrachten, zijn nieuwe vernielingen aan- gericht. In felle luchtgevechten werden 12 Britsche vliegtuieen neergeschoten. Een aanVal overdag van de Britsche lucht macht op het Zuidelijik deel van het bezette Fransche geibied heeft verliezen onder de Fransche bevolking veroorzaakt. benevens ge- ringe materieele schade aan gebouwen, voor- al in de woonwijken der aangevallen plaatsen. Een bommenwerper werd neergeschoten. Lichte Duitsche gevechstvliegtuigen heb ben gisteren in Zuid-Oost-Engeland voor den oorlog belangrijke installaties in scheervlucht met bommen van zwaar kaliber bestookt. HEVIG BOMBARDEMENT VAN MALTA. Het weermachtbericht van het Italiaansche opperbevel luidt als volgt: In Egypte hebben de aanhoudende zand- stormen nog steeds de activiteit te land en in de lucht belemmerd. Een groep pantservoer- tuigen, die een aanval op onze acbterhoede probeerde te ondernemen, werd op de vlucht gedreven. Achtervolgd door onze luchtmacht werd zij doeltreffend met machinegeweren beschoten en uiteengejaagd. Militaire installaties op Malta zijn aan een hevig luchtbombardement onderworpen. In den strijd schoten Italiaansche jagers 'n Hur ricane neer. Duitsche jachttoestellen haalden 11 Spitfires omlaag. positief is ingeschakeld in en onderdeel vormt van het socialisme. Reeds nu kan worden vastgesteld, dat de zorg voor de ,,Gefolgschaft", die den ,,Be- triebsfiihrer" tot eersten plicht wordt ge maakt, ook waar deze technisch wordt be- grensd door de economische mogelijkheden van de onderneming, krachtens de algemeene ideologic, die aan deze verordening ten grond slag ligt, boven de verpllchtingen ten opzichte van het kapitaal voorrang heeft. Plicht en recht. De nieuwe sociaie politiek gaat uit van de grondgedachte, dat de werkende mensch, de werker, die door het inzetten van zijn arbeids- kraehten zijn plicht tegenover de volksge meenschap nakomt, van die volksgemeen schap kan eischen, dat zij ook onder alle om- standigtieden voor hen zorgt. En nu komt het er op aan, dat die sociale zorg, evenals andere sociale wenschen en behoeften, zooveel mogelijk tot uitvoering wordt gebracht door de werkers zelf. Dit is het bekende beginsel der zelfzorg. Binnen het raam der economische mogelijk heden zal de ,,'Betriebsfuhrer" er voor hebben te zorgen, dat het alle werkers goed gaat; hij leidt tevens de zelfzorg van de werkers ir. zijn bedrijf. Deze beschouwing sluit den klassestrijd principieel uit. De spanningen, welke zich ook dan nog kunnen voordoen, worden hiermede niet ont- kend. Integendeel is een van de doeleinden van deze Verordening dergelijke spanningen op te vangen en te elimineeren. Zij kunnen binnen het raam van de nieuwe Grondwet van den anbeid worden opgelost. Zij zullen moe ten worden opaelost,- omdat het algemeen be lang geen strijd op leVen en dood op het pri- maire geibied van het volksbestaan kan dul- den. Persoonlijike verantwoordelijkheid. In overeenstemming met het leidersbegin sel, dat uitgaat van het groote belang van de persoonirjke verantwoordelijkheid, is in de Verordening deze persoonlijike verantwoorde lijkheid bij reohtspersonen, vennootschappen, zoowel als in geval de ondernemer niet per- soonlijk de leiding heeft, geregeld. Nadrukke lijk is er hierbij naar gestreefd steeds een werkelijk verantwoordelijke persoon als ,,Be- trieibsfuhrer" aan te wijzen. De bepalingen betreffende den persoon van den verantwoordelijken ,,Betriebsfiihrer" en de regeling van diens plaatsvervanging bij lan- gere afwezigheid of vertiindering zijn taak te vervullen, voorkomen, dat deze, in het kader van de Verordening betreffende de ordening van den arbeid zoo belangrijke figuur, een abstractie blijft. Tevens heeft hierdoor de so ciale voorman zijn wettelijken partner ge- kregen. Gemachtigde voor den Arbeid. De ordening van den arbeid op grond van de Verordening van den Rijkscommissaris is opgedragen aan een Gemachtigde voor den Arbeid, die ten aanzien van den socialen sec tor van den staat bepaalde volmachien heeft gekregen. Als zoodanig vertegenwoordigt hij het al gemeen belang, dat met de erkenning van de volksgemeenschap als levend begup een eon- creten inhoud heeft gekregen e^ waaraan de belangen en doelstellingen van -den c-nkeling tan nature ondergeschikt zijn, omdat de en- keling buiten de volksgemeenschap materieel noch geestelijk kan bestaan. Taak N.A.F. Het Nederlandsche Arlbeidsfront vindt zijn taak eveneens op dit terrein. Het Nederland sche Arbeidsfront wil immers alle Nederland sche werkers tezamen brengen en bij hen een geest geboren doen worden, welke de oude klassenstrijde-edachte uitibant. De Gemachtig de voor den Arbeid heeft dan ook tot plicht, alvorens ingrijpende maatregelen op bovenge- noemd gebied te treffen, in overleg te treden Het SS - Er s atzk om m an do deelt ons mede, dat vrijwilligers voor de Waffen-SS en het Legioen zich op onderstaande data bij de ge- noemde adressen kunnen vervoegen ten einde gekeurd te worden. Tevens wordt er de aandacht op gevestigd en wel speciaal voor hen, die er bezwaar teigen hebben hun dienst buiten Nederland te vervullen, dat thans de mogelijkheid bestaat am dienst te nemen in een speciaal wacht- bataillon. De opleiding vindt in Nederland plaats, terwijl de inzet van dit bataillon ook in Nederland blijven zal. Tijdens de keuringen voor de Waffen-SS en het Legioen kunnen zich ook diegenen mel- den, die tot de Germaansche SS Nederland (Nederlandsche SS) willen toetreden. 20.10.42 11.00 uur Den Bosch, Hotel Noord- Brabant, Markt 45. 21.10.42 10.00 uur Tilburg, Werkliedenver- eeniging, Tuinstraat 68. 21.10.42 17.00 uur Rotterdam, Deutsches Haus. 22.10.42 10.00 uur Amsterdam, School Iepenweg 13. 22.10.42 17.00 uur Utrecht, Wehrmachtheim, Mariaplein. 23.10.42 10.00 uur Den Haag, Cafe Du Hout, Bezuidenhoutscheweg. 24.10.42 11.00 uur Amersfoort, Dienstge- bouw, Kapelweg. met den leider van het Nederlandsche Ar- beidsfront. Wij zouden dus kunnen zeggen, dat het Ne derlandsche Arbeidsfront uitdrukking geeft aan de sociale verlangens der Nederlandsche werkers, die verlangens opvangt, een bepaal- den vorm geeft en nadat zulks is geschied, deze doorgeeft aan den Gemachtigde voor den Arbeid, die den staat vertegenwoordigt. Dit staat dus diametraal tegenover het staats- socialisme, waarbij de staat alles tot in de tails regelt. Het Nederlansche Arlbeidsfront zorgt dus als het ware voor de sociale vormgeving en geeft deze over aan den Gemachtigde voor den Arbeid, die deze een wettelijken grond slag geeft. Het is dus uit het leven zelf en wel uit het leven der werkers, waaruit die sociale politiek voortkomt, in tegenstelling met het staatssocialisme, waarbij alles van bovenaf wordt voorgeschreven. Samemverking. Het spreekt dan ook van zelf, dat de Ge machtigde voor den Arbeid nauw met het Ne derlandsche Arbeidsfront zal samenwerken. Een directe band tusschen den Gemachtigde voor den Arlbeid en het Nederlandsche Ar beidsfront is gelegd door de bepaling, dat de Gemachtigde bij het nemen van maatregelen van principieele beteekenis overleg moet ple- gen met den leider van het Nederlandsche Arbeidsfront. Ook in dit geVal blijft, geheel in overeenstemming met het leidersbeginsel, de uiteindelijke beslissing aan den Gemachtigde. De aard van diens taak brengt echter mede, dat tusschen den Gemachtigde en den leider van het Nederlandsche Arbeidsfront althans in beginsel overeenstemming moet bestaan, zonder welke deze taak als onvervulbaar moet worden beschouwd. Beider werk zal dan ook noodzakelijk uit dezelfde sociaiisitische levens- beschouwing moeten voortspruiten. Bij den krachtens de Verorening in te stel- len raad van bijstanid en commissies van des- kundigen is deze overeenstemming stellig eveneens gewenscht doch niet bepalend voor het vervullen van de taak van den Gemach tigde. In bepaalde gevaflen kan het advies van zakelijk deskundigen ook zonder princi pieele overeenstemming van nut zijn. Door het geiboden overleg met het Nederlandsche Ar beidsfront en den Nederlandsohen Landstand, in de personen van hun respectievelijke lei- ders, bij de benoeming van den Raad van Bij- stand en Commissie van Deskundigen wordt intusschen ook hier een zekere waarborg voor wederzijdsche overeenstemming geschapen. Anderzijds is hiermede op de beteekenis van deze lichamen in verband met de taak van den Gemachtigde de nadruk gelegd. Taak van den Gemachtigde. De werkelijke inhoud van de Grondwet van den arbeid, zoowel naar de letter als naar den geest de vulling van het gegeven kader met nadere maatregelen en de wijze, waarop de gegeven bepalingen worden gehanteerd zal in sterke mate door dezen Gemachtigde worden bepaald. Daar, waar de Gemachtigde voor den Ar beid tot taak heeft in te grijpen op alle pun- ten waarop persoonlijke of groepsbelangen met het maatschappelijke belang in tegen- spraak dreigen te komen, gaat zijn beteeke nis ver uit boven die van den Rijksbemidde- laar, in zooverre deze slechts ingrijpt als het conflict, dat in laatste instantie uit de econo mische en sociale structuur van de "kapitalis- tische maatschapuii zelve voortkomt, is ont- staan, terwijl de Gemachtigde voor den arbeid primair tot taak heeft aribeidsconflicten hun economische en sociale oorzaken te ontnemen. Op grond van zijn verordenende bevoegd- heid kan de Gemachtigde hiertoe o.a. richt lijnen geven voor den inhoud van Betriebs- reglementen en algemeene regelingen van loon- en arbeidsvoorwaarden bindend vast- stellen. Ook op dit punt zal zijn taak verder strekken; .dan die van het College van Rijks- bemiddefaars, daar deze taak moet worden gezien als het leggen van den grondslag voor socialistische arbeidsverhoudingen, in den zin van een evenwicht van belangen van de maat schappelijke kraehten, gebaseerd op de erken ning van den arbeid als de levende bron van de volkswelvaart en volgens hun waarde en beteekenis voor de volksgemeenschap. Bedrijfsreglement. Bedrijfs- resp. ondernemingsreglement (Betrieibsordnung), dat voor elke onderneming met meer dan 10 medewerkers verpicht is, zal in de eerste plaats den grondslag moeten vor- men voor de bedrijfsgemeenschap. Daar hier bij nadrukkelijk overleg met den socialen voorman van het Nederlandsche Arbeidsfront wordt vereischt, is de organisatie van den arbeid hierbij wetteliik ingeschakeld en heeft tevens de sociale voorman zijn wettelijke plaats in het Nederlandsche bedrijfsleven ge kregen. Hoewel betreffende vorm en inhoud van de Betrieibsordnung door den secretaris-generaal van het Deuartement van Sociale Zaken na dere bepalingen zullen worden vastgesteld, zal daarmede toch uniformiteit op grond van een „modelreglement" niet worden nage- streefd. Veeleer moet het reglement uit eigen initiatief voortkomen en de biizondere ver houdingen en het bijizondere karakter var de betreffende onderneming op den grondslag van een ibewusten wil tot socialistische a r- beidsgemeenschap, zooals deze binnen de ge geven verhoudingen mogelijk is, tot uitdruk king brengen. Kegeling loonen. Daarnaast kan de Gemachtigde voor den Arbeid, gehoord een commissie van deskun digen, ibindende regelingen van de loonen en andere arbeidsvoorwaarden voor een bepaal de onderneming of groep van ondernemingen vaststellen. Deze regelingen hebben in de eer ste plaats ten doel dg minimum-voorwaarden vast te leggen, welke de staat als algemeene garantie voor het belang van de werkers aan Daar er de laatste dagen herhaalde- lijk daden van sabotage in het bezette Nederlandsche gebied zijn gepleegd, zijn Zaterdag de volgende personen daar- voor als gijzelaars verantwoordelijk gesteld en gefusileerd. 1. Bannink, Dirk, geb. 22.11.1914 uit Deventer. 2. Gerritsen, Albert Jan, geb. 9.3.1890 uit Deventer. 3. Endeveld, Jan Cornelis, geb. 14.12. 1914 uit Apeldoorn. 4. Ewijk, Wilhelmus, geb. 28.4.1900 uit Deventer. 5. Van der Meulen, Daniel, geb. 4.2. 1896, uit Deventer. 6. Van Heijningen, Pieter Adrianus geb. 18.7.1903, uit Amsterdam. 7. Roebers, Johannes Hendrikus, geb. 7.9.1886 uit Deventer. 8. Van Veen, Jacobus, geb. 26.9.1900 uit Enschede. 9. Kors, Jacobus, geb. 21.5.1909, uit Amsterdam. 10. Ooijevaar, Evert, geb. 19.5.1897, uit Amsterdam. 11. Van der Kerkhoff, Jacobus, geb. 10.10.1898, uit Zwolle. 12. Haantjes, Jan, geb. 1.9.1886 uit Enschede. 13. Vrind, Heinrich Wilhelm, geb. 2.6.1913 uit Almelo. 14. IJmkers, Aaldert Jacob, geb. 31. 7.1896, uit Den Haag. 15. Van Dam, Hendrik, geb. 26.9. 1889, uit Wageningen. De hohere SS. en Polizeifiihrer Nord-West, Get. RAUTER, SS. Gruppenfiihrer en luitenant- generaal der politie. de nadere regeling van de arbeidsvoorwaarde binnen het kader van de ondernemingen bin dend ten grondslag legt. De bepaling, dat de Gemachtigde voor den Arbeid bevoegd is niet slechts minimum-loo- nen vast te stellen, doch tevens loonen en sa- larissen met bindende werking naar boven te begrenzen, staat in direct verband met den samenhang van het geheele economische en sociale leven, hetwelk niet door wanverhou- dingen op Ibepaalde punten mag worden ver- stoord. Ten opzichte van de richtlijnen, welke de Gemachtigde voor den Anbeid kan geven voor het reglement van het ,,Betrieb", onder- scheiden de algemeene regelingen zich door haar bindende kracht. Deze bindende regelingen komen voort uit een geheel anderen geest, dan wij in dit ver band tot dusverre heibben gekend. Immers de collectieve afceidsovereenkomsten, die aan de huidige bindende regelingen ten grondslag lagen, waren het product van onderhandelin- gen tusschen werkgevers en werknemers, ter wijl het College van Rijksbemiddelaars het ligt reeds in het woord bemiddelaars opgeslo- ten tot taak had een brug te slaan tusschen de eischen en verlangens van de werkgevers- groepen en werknemersgrospen. Nieuw karakter loonpolitiek. De loonpolitiek, welke een zoo belangrijke rol speelt in het sociale leven, krijgt een eigen en nieuw karakter. Het begrip onderhande- ling heeft een typisch liberalistisch-kapitalis- tischen inslag. 'Het houdt in een vraag- en aanbodverhouding, welke verhouding door be paalde machtsgroepeeringen wordt bepaald. Wie de sterkste was, had bij de loonpolitiek en bij de loonvorming de (beslissende stem. Dat wilde in de practijk in de meeste geval- len zeggen, dat de werkgeversorganisaties als de economisch sterkste groep veelal den door- slag gaven bij de loonvorming. In het kader van de nieuwe verordening betreffende de ordening van den arbeid kan uiteraard van dit onderhandelen geen sprake meer zijn. Arbeid is het meest waardevolle goed van de volksgemeenschap en kan der halve nimmer een Object zijn, dat men ver- handelt of waarover men onderhandelt. Bij de loonpolitiek en bij de loonvorming kan slechts den richtsnoer bepalend zijn en wel het be- trachten van sociale gerechtigheid, we lice samenvalt met het belang van de gemeen schap. De nieuwe loonregelingen, welke de Ge machtigde voor den Arbeid zal vaststellen zijn geen resultaten van onderhandelingen, maar geven uitdrukking van hetgeen binnen het raam der economische mogelijkheden, als so ciale gerechtigheid wordt gezien. In dit ver band mag ik wellicht erop wijzen, dat de nieuwe verordening ook niet apreekt van werkgevers of werknemers en ook dus uit dezen hoofde duidelijk blijkt, dat deze tegen stelling uit het verleden is uitgebannen met alle nevenverschijnselen van dien. In het algemeen zullen in de toekomst nu als gevolg van het opheffen van de werkne mers- en werkgeversorganisaties d-e partijen bij de C.A.O. zijn weggevallen. de algemeene grondslagen voor regeling van de loon- en ar beidsvoorwaarden door den Gemachtigde voor den Arbeid in samenwerking met de bedrijfs- groepen van het Nederlandsche Arbeidsfront worden gelegd. Bij het in werking treden van de Verorde ning betreffende de ordening van den arbeid treden verschi'llende wetten en verordemngen, die regelingen ten opzichte van bepaalde on- derdeelen van den arbeid en de arbeidsver houdingen inhielden, buiten werking. Eveneens houdt daarmede het college van Rijksbemiddelaars als zoodanig op te bestaan. Dat ook bij verdere uitwerking van deze ver ordening bepalingen, die daarmede in tegen- spraak komen, buiten werking worden ge steld, is in dit verband duidelijk. (Hiermede treedt een algemeene principieele regeling van de arlbeidsverhoudingen op de plaats van vroegere afzonderlijke regelingen die uit een geheel andere maatschappelijke constellatie zijn ontstaan. Sociale politiek op nieuwen grondslag. Met de Verordening betreffende de orde ning van den arbeid wordt in Nederland een grondwet van den arbeid van kracht, die de sociale politiek, voorzoover deze direct in ver band staat met den arbeid, een geheel nieu wen grondslag verleent. In de achter ons liggende periode, die ge- kemnerkt wordt door een eenzijdig en daarbij volkomen individualistisclii gericht economisch streven, bleef de sociale politiek hoe be- langrijk vele maatregelen ook op zich zelf waren noodzakelijk beperkt tot het ver- zaehten en tot dragelijke properties terug brengen van de uit het maatschappelijk bestel voortkomende spanningen, op het punt, waar op deze een ongestoord ibeloop van het econo mische streven, dat de spanningen te voor- schijn riep, dreigden te hinderen. De sociale politiek was als zoodanig een complement van den klassenstrijd 'en ontving haar stimulansen dan ook voor een niet Be ring deel van deze zijde. De nieuwe grondwet van den arbeid maakt een begin met de eenheid van economisch en sociaal streven, door beider doeleinden te brengen op een noemer: de welvaart van het gezamenlijke volk, welke door verwaarloo- zing van elk van deze beide evenzeer in ge- vaar wordt gebracht.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1942 | | pagina 1