Duitscliland wint op alle fronten.
Buitenland
No. 10.423
MAANDAG 21 SEPTEMBER 1942
82e Jaargang
ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
EEN NIEUWE SOCIALE FIGUUR.
VOLK EN LIED.
DUITSCH WEERMACHTSBERICHT.
Nieuwe successen in den strijd om
Stalingrad.
19 Schepen tot zinken gebracht.
Groote convooislag in de
Noordelijke IJszee.
ITALIAANSCH WEERMACHTSBERICHT
OVER DRIE MAANDEN.
IN DE LAZARETTEN.
Verschijnt iederen
Maandag-, Woenidag- en Vrlfdagavond
Prijsverhooging advertentien toegestaan door het
Deoartement van Handel, Nijverheid en Scheepvaart
onder No. 16236 N. P. d.d. 24 Maart 1942 -
AbonnementsprijsBinnen Terneuzen f 1.42
per 3 maanden; buiten Terneuzen f 1.73 per 3
maanden. Bij vooruitbetaling f 6.60 per jaar.
UitgaeMer N.V. Firma P. J. VAN DE SANDE
Teletoon 2 073 - Giro 38150
DIRECTEUR:
I. VAN DE SANDE
TERNEUZENSCHE COURANT
ADVERTENTIEN Per mm 10 cent, minimum
per advertentie f 1.50 Rubriek kleine advertentien
1-5 regels 60 cent; iedere regel meer 12 cent;
maximum 8 regels Dienstaanbiedingen en dienst-
aanvragen 1-5 regels 52 cent, iedere regel meer
1 0 cent Met vermelding brieven of adres bureau
van dit blad 1 0 cent meer. Handelsadvertentien
bij regelabonnement tegen verminderd tarief, da£
op aanvraag verkrijgbaar is. Inzending van
advertentien uiterlijk IT) uur v. m. op den dag van
verschijning.
HOOFDREDACTEURN. J. HARTE
TERNEUZEN - TELEFOON 2298
Gelijk met de opriohting van het Neder-
landsche Arbeidsfront op 1 Mei 1942 heeft,
schrijft de UST. R. <Crt„ ook een nieuwe per-
soonlijke figuur zijn intrede gedaan in het
Nederlandsche sociale leven.
Op grond van het decreet van den Rijks-
commissaris voor het bezette Nederlandsche
gebied betreffende de opricbting van het
Nederlandsche Arbeidsfront, art. 9, 2de alinea
kunnen door den leider van het N.A.F. in de
bedrijven, resp. ondememingen, sociale voor-
mannen worden aangesteld. Bedoelde alinea
luidt
,,Voorzoover Het Nederlandsche Arbeids
front ter uitvoering van zijn taken in be-
paalde bedrijven uit het personeel gemach-
tigden (sociale voormannen) aanstelt,
wordt hun benoeming aan de leiding van
het bedrijf schriftelijk medegedeeld. De
sociale voorman van 'Het Nederlandsche
Arbeidsfront kan, behoudens een andere
wettelijke bepaling, door de leiding van
het bedrijf slechts met toestemming van
de bevoegde organen van Het Nederland
sche Arbeidsfront worden opgezegd, tenzij
de opzegging plaats heeft ingevolge stop-
zetting van het bedrijf dan wel uit hoofde
van een reden, welke ingevolge artikel
1639 p van het Burgerlpk Wetboek hec
recht geeft een dienstbetrekking zonder
inachtneming van een termijn op te
zeggen".
Op 20 Mel werd daarop in art. 3 van het
Huishoudelijk Reglement van het N.A.F. deze
gemachtigde in het bedrijf of de onderneming
(sociale voorman) nader aangeduid als den
der instanties ter verwezenlijking van de
doeleinden van fbet N.A.F., terwijf art. 5 be-
paalt, dat voor ieder bedrijf waarin meer dan
vijf werknemers werkzaam zijn een sociale
voorman wordt aangesteld.
Nu langzamerhand deze nieuwe figuur ook
in de praktijk zijn plaats gaat innemen en
bovendien mag worden verwactit, dat zij.t
positie binnenkort bij een nadere wettelijke
regeling van den arbeid opnieuw zal worden
versterkt, willen wij deze figuur nader be-
schouwen.
Bij een vergelijking met vroegere „vertrou-
wensmannen" en ,,arbeidersvertegenwoordi-
gers" valt onmiddelliik het principieele ver-
schil in het oog. De sociale vOorman is
hoewel het vertrouwen van zijn anede-arbei-
ders voorwaarde is voor het slagen van zijn
taak geen vertegenwoordiger van de werk
nemers uit zijn bedrijf of onderneming, doch
vertegenwoordiger van het N.A.F1. in zijn on
derneming. Hij is daarbij geen vrijgestelde,
doch medearbeider in de betreffende onder
neming op welke plaats dan ook.
Als vertegenwoordiger van het N.A.F. ver-
tegenwoordigt de sociale voorman geen
groepsbelangen en geen klassebelang. Hij
vertegenwoordigt het belang van den georga-
niseerden arbeid, zooals deze in het N.A.F.,
dat alle werkenden omvat, onverschillig of
zij hun plaats in het arbeidsproces als leiding
gevende, uitvoerende of zelfstandige werker
innemen, zijn principieelen en ideeelen grond-
slag heeft.
In een instructie van het N.A.F. voor den
soeialen voorman is dan ook met nadruk
vastgesteld, dat de behartiging van de be-
langen van den enkeling steeds zal moete
staan in het kader van het-algemeene belang.
dat het bedrijf en de onderneming ziet als Can
geheel en als de oeconomische eel van de
volksgemeenschap.
Uitgangspunt voor den soeialen voorman
bij zijn-taak in de onderneming is voor alios
de verwezenlijking van de gemeeuschapsge-
dachte, zooals deze op dit gebied in de be-
drijfsgemeenschap is belichaamd.
In dit licht gezien, is het duidelijk, dat de.
taak van den soeialen voorman mer is - te-
perkt tot het terrein van de directe arbeids-
voorwaarden. De vaststelling hiervan berust
wat betreft het N.A.F. uitsluitend bij de
Hoofdafdeeling iSociaal Economische Zaken
ri.et de onder haar ressorteerende bedrijfs-
groepen. Wel zal de sociale voorman moeten
toezien op de uitvoering Van de arbeidsvoor-
vaarden en er daarbij steeds, naar moeten
streven den soeialen vrede te verzekeren. Hij
zal daarbij vanzelf bij gebleken fouten te be-
voegder plaatse voorstellen tot verbetering
moeten doen.
Dttar boven uit zal de sociale voorman ech-
ter alle belangen van alien, die in de onder-1
neming werkzaam zijn, behartigen en er op
deze wijze toe bijdragen de onderneming aan
haar maatschappelijike taak te doen beant-
woorden, niet slechts als oeconomische, doch
tevens als sociale eenheid.
Hij zal daarbij door zijn bonding en gedrag
in alle opzichten een voorbeeld moeten zijn
voor zijn arbeidskameraden bij de vervulling
van hun taak in de gemeenschap.
'Uit de taak van den soeialen voorman
vl-oeit voort, dat hij deze zal moeten verrich-
ten in nauwe samenwerking met den leider
van de onderneming, al houdt deze taak tevens
in, dat hij, waar noodi0, ook tegenover dezen
gerechtvaardigde verlangens en critiek met
klem moet kunnen verdedigen en het begin-
sel van het algemeene belang, indien het van
deze zijde wordt miskend, naar voren moet
kunnen brengen.
Als vertegenwoordiger van het N.A.F. staat
hij bij een juiste opvatting van zijn taak sterk
en is zijn positie door het decreet van den
Rijkscommissaris nadrukkelijk bevestigd.
■Organisatorisch ontleent de sociale voor
man zijn gezag in rechte lijn aan den leider
van het N.A.F. via de provinciale en plaatse-
lijke frontleiders. Onder verantwoordelijk-
heid van den -Jaatselijken frontleider treedt
de sociale voorman in zijn onderneming tevens
op als vertegenwoordiger van de betreffende
Bedrijfsgroep.
Daar de sociale voorman in grootere onder-
nemingen niet het geheele gebied kan over-
zien en beheerschen, zal hij medewerkers ter
benoeming aan den plaatselijlcen frontleider
kunnen voordragen.
Deze medewerking is in twee richtingen
gedacht. In de eerste plaats zullen den soeia
len voorman in een onderneming, die verschil-
lende onderdeelen samenVat, welke elk een
eigen tecfanisdh karakter hebben, medewer
kers voor deze verschillende onderdeelen ter
zijde kunnen worden gesteld. Daarnaast zul
len, naar gelang van den omvang van de
onderneming, gerekend naar de personeels-
sterkte en rekening houdend met het karakter
van het bedrijf, medewerkers en medewerk-
sters voor verschillende taken worden aange
steld. Hierbij komen in aanmerking: -vrouwen,
mannelijke en vrouwelijke jeugd, veiligheid!
gezondheid, beroepsontwikkeling, schoonheid
van den arbeid, bedrijfssport en vreugde en
arbeid, welke alle in nauw verband staan met
de verschillende werkzaamheden zooals di.e in
net N.A.F. zijn samengevat.
Het spreekt van zelf, dat deze uitbouw van
jUnc^-^e van den soeialen voorman eerst
geleidelijk zal kunnen geschieden en dat ook
de aanstelling van de sociale voormannen in
alle daarvoor in aanmerking komende onder-
nennngen niet het werk is van eenige weken
of zelfs maanden en dat dit ook niet zal gaan
zonder dat velerlei moeilijkheden worden over-
wonnen.
De geheel nieuwe figuur, die met den soeia
len voorman in het bedrijfsleven en daarmede
ook in het sociale leven zijn intrede doet, zal
zijn plaats moeten vinden en in verband'met
onvermijdelijke weerstanden, ook veroveren.
Indien dit is geschied, dan zal hij op deze
plaats in belapgrijkemate kunnen bijdragen
tot de ontwikkeling van' het socialisme, zoo
als dit op het oogenblik, dlthans wat betreft
de grondslagen, steeds duidelijker vorm aan-
neemt.
Bij twee kort op elkaar volgende gelegen-
heden is, schrijft de N. R. Crt., het Neder
landsche volk den laatsten tijd geconfronteerd
met zijn volkslied. Een groote zangersschare
heeft op den Dam te Amsterdam in een klin-
kende manifes'tatie het publiek opgewekt om
mede drager te zijn van het Nederlandsche
lied en de inrichters van de aan het Neder
landsche Radiomuziekfeest verbonden ten-
toonstelling. Vier Eeuwen Nederlandsch
muziekleven hebben hemieuwde gelegenheid
geboden om de beteekenis van het lied in or.s
oude volksleven te beseffen.
Die beteekenis is niet gering geweest, De
heer D. J. Balfoort, waamemend directeur
van jjet Haagsche Gemeentemuseum, die het
historische deel van de tentoonstelling ver-
zorgde, heeft er in zijn 'inleiding op gewezen.
dat het volk der Nederlanden in de 16e en 17e
eeuw zanglustig was als geen ander. De „iiedt-
boecken" beleefden in korten tijd veertig tot
vijftig herdrukken en de Nederlander van die
dagen mocht, als hij dp visite. ging, vooral
niet verzuimen zijn liedboekje bij zich te
steken, opdat hij arm het gezellig verkeer zou
kunnen deelnemen.
Het is al meermalen, ook in vroeger jaren,
opgemerkt, dat die vreugde aan den zang bij
den Noord-Nederlander vrijwel geheel geweken
is. Bij plechtige of feestelijke gelegenheden
schijnt in ons volk geen spontaan lied meer op
te wellen en zoo de vreugde dan veelal in
brood-dronkenheid omgeslagen zich toch
door middel van de stembanden moet uiten,
zoekt men het al gauw in de meest onbehou-
wen dreunen, waarbij de gangbare ,,Schla-
ger"-wijzen nog het hoogst bereikbare niveau
vertegenwoordigen.
Aan pogingen tot verbetering aan hdop-
gevende teekenen ook van verbetering - heeft
het in den loop der jaren niet outbroken. De
kern van deze verbeteringspogingen bestond
daarin, dat men den menschen iets wilde lee-
ren wat zp reeds lang kenden. Vrijwel ieder
kent, door de school, of door toevallige kennis-
making, een keur van de allerbeste oude en
nieuwe Nederlandsche liederen, met eenige
der onvolpreezen liederen uit Valerius'
Gedenckclank als kigrn; het succes, sinds jaar
en dag met de uitgave van een bekenden zang-
bundel behaald, maakt het aanwezig zijn van
deze kennis alleen reeds heel aannemelijk.
Het probleem is dan ook niet daarin gelegen,
dat de Nederlandsche volksliederen verloren
zijn gegaan, maar wel de stemmen die ze wil-
len zingen, de' harten waaruit ze moeten op-
wellen. Van pogingen om de kennis van het
Nederlandsche li^I op te frisschen, in den
trant van het goed bedoelde community-
singing", kan men dan ook moeilijk blijvende
resultaten verwachten bij.een overigens wille-
keurig bijeengebrachte massa. Wel hebben die
resultaten zich vroeger reeds voorgedaan bij
die ^groepen uit de massa, die de beteekenis
van* het lied uit anderen hoofde reeds hadden
ingezien als element in de verbetering van
den levensstijl. Zulke resultaten zag men dan
steeds bij zulke groepeeringen ontstaan uit
motieven uit een drang waarbij het lied-
op-zich-zelf niet doel was, maar complement
eener behoefte. Indien de Vlamingen nog
steeds zanglustiger zijn dan de Noord-Neder-
landers en zelfs voor een over-productie aan
liederen in volkstpon" afzet bieden, ligt dit
wellicht niet alleen aan hun ,,gullen aard"
maar aan hun behoefte aan het lied in .een
bedreigde taal-sfeer zooals, niet toevallig
misschien, ok het geval is bij de ,,stugge
Friezen", die ondanks een bekend Latijnsch
gezegde eerder tot zingen geneigd zijn dan de
Hollander in zijn taal-hegemonie, en bij de
A-frikaanders. En indien de jeugdbeweging in
vele vormen reds langs een voedingsbodem
voor de cultuur van het Nederlandsche lied
heeft opgeleverd, valt het niet moeilijk dit te
zien als nevenevrschijnsel in een streven naar
gemeenschapsziifj die om gemeenschap van
uitihg vraagt. De ,,trekkers", met hun be
hoefte aan eendrachtig tempo en ordelijk
samenzijn bij 't kampvuur, geven hiervan een
kleine, schijnbaar meer materieel gerichte
illustratie, waarbij de imposante acbtergrond
van verhoogd levens- en natuurgevoel niet uit
bet oog mag worden verloren.
Wanneer wij in het voorgaande het volks
lied meer als middel hebben gesteld ddn als
doel, hebben wij daarmede geen volstrekte
afbreuk willen doen, doch slechts een relatief
aandeel willen toewijzen aan alle verbeterings
pogingen op zichf zeif, die het lied als doel wil
len blijven zien. Wij erkennen uiteraard ten
voile het nut van ieder streven, dat in con
crete den zang van het Nederlandsche lied
verheft door verbetering van uitspraak, van
muzfkaal en textueel begrip, door verme.erde-
ring en zuivering van het repertoire, ook
waar dit streven leiden mocht tot een zekere
philologische dogmatiek, die een lied slechts
erkent wanneer de maker reeds in de anony-
miteit der feeuwen is ondergegaan. Maar zelfs
in zulk streven, dat welhaast ,,Selbstzweck"
is geworden, constateeren wij met een. vol-
doening, die geen leedvermaak is, dat het zich
liefderijk ontfermt over canons, die allerminst
door den glans der eeuwen omstraald zijn,
maar waarmee het terugkeert tot het gemeen-
schapsgevoel, dat zijn eigenlijke oorsprong is.
Anderzijds moet men er zich rekenschap
van geVen, dat de aanwijzing van het volks
lied als middel tot gemeenschappelijke uiting
van de gevoelens, welke in een volk leven,
slechts toelaatbaar is wanneer de zuiverheid
van dit middel evenredig is aan de zuiverheid
van het gevoel. In zooverre zal de toetsing
der teksten, waarop de meer philologisch ge-
oefende richting zich reeds lang toelegt, even-
zeer behulpzaam moeten zijn als elk maat-
schappelijk en politiek streven dat er in den
letterlijken zin op gericht is ,,het instrument
der volksconscientie" te bespelen.
Prof. dr. T. Goedewaagen heeft dezer dagen,
bij de opening van de Muziekfeest-tentoonstel-
ling, erop gewezen, dat er in de Nederland
sche muziek edn grondthema is aan te wijzen,
den grondgedachte, die door den Nederland-
schen jnuziekschepper en muziekminnende
moet worden erkend. In het volkslied, dat hij
in zijn gedachtengang voorzeker niet van de
muziek in het algemeen heeft uitgesloten, is
dit grondthema eveneens aanwezig en het te
ontdekken is evenzeer een zaak voor den cri-
tischen philoloog als voor den bewusten Neder
lander. Aldus zullen zij beiden het volk de
gelegenheid bieden, zijn gevoelens op passende
wijze te uiten, die een door het geschikte mid-
del te bieden, de ander door zich ontvankelijk
te stellen voor de gelegenheid die om dit mid-
del vraagt.
Het opperbevel van de Duitsche weermacnt
maakte Vrydag bekend:
Aan de Terek vemietigden Duitsche pant-
serformaties, door jachtkruisers gesteund,
door een omsingelenden aanval het gros van
twee vijandelijke bataljons en maakten 41
stukken geschut buit.
In den strijd om Stalingrad werden in ver-
bitterde gevechten in nauwe samenwerking
van leger en luchtmacht nieuwe successen
behaald.
Hemieuwde aanvallen van den vijand op het
bruggehoofd van Woronezj werden met bloe-
dige verliezen afgeslagen. Sedert 15 Septem
ber werden in dit gebied 91 bolsjewistische
tanks vemietigd.
Nachtaanvallen van de luchtmacht waren
gericht op vliegvelden in het achterwaartsche
gebied van den vijand.
T^n Zuid-Oosten van het Ilmen-meer en ten
Zuiden van het Ladogameer- stortten her-
haalde plaatseltjke aanvallen van vrij sterke
vijandelijke strijdkrachten met vele verliezen
inen. De bolsjewistische luchtmacht verloor
op 16 en 17 September 146 vliegtuigen. Zes
eigen vliegtuigen worden vermist.
Aanvallen overdag en 's nachts van Duit
sche gevechtsvliegtuigen waren gericht op
voor den oorlog belangrijke installaties in
Zuid- en Oost-Ehgeland.
In het Kanaal werd een Britsch patrouille-
vaartuig door bomtreffers tot zinken ge-
bracht. Artillerie van de marine sohoot twee
Britsche vliegtuigen neer.
In aansluiting op het weermachtsbericht
Vrijdag vemeemt het D.N.B. van roilitaire
zijde, dat de Duitsche troepen er onder hevige
gevechten in straten en huizen in geslaagd
zijn, verder in de stad Stalingrad binnen te
dringen. De Duitsche vleugels steunen aan
weerszijden van de stad op de Wolga en nade-
ren van beide zijden. Zij omsluiten de stad
met een ijzeren ring, die den bolsjewisten geen
bewegingsvrijheid laat.
Dat de Sovjet-troepen niettemin steeds weer
traohten in woedende tegenaanvallen er met
zware verliezen het opdringen van de Duit
sche troepen te stuiten, bewijst opnieuw, dat
het Sovjet-commando voor geen offers terug-
schrikt om uit overwegingen van prestige de
naderende beslissing voor korten tijd uit te
stellen.
Al melden de beknopte Duitsche weer-
machtsberichten ook niet dagelijks successen
te Stalingrad, de aanval wordt toch met
systematische nauwkeurigheid voortgezet,
waarbij de Duitsche troepen hun kraahten
sparen.
Stalingrad ligt in een lengte veui ongeveer
20 kilometer voornamelijk langs den weste-
lijken oever van de Wolga, de stad is twee tot
drie kilometer breed. Elk huis is voor de
verdediging ingericht. Stations, watertorens,
electrische centrales, montage-werkplaatsen,
en ketelhuizen van fabrieken zijn tot een groot
verdedigingsstelsel gemaakt, waarin de Duit
sche stoottroepen met steun van artillerie
moeten binnendringen. De eene straat na de
andere moet gezuiverd worden. Bo-vendien
heeft de regen, die de laatste dagen gevallen
is, ongunstige gevechtsvoorwaarden voor den
aanvaller geschapen. Nog woedt de strijd in
dit bolsjewistische zenuwencentrum, doch
reeds beginnen de militaire en oeconomische
gevolgen zich langzaam af te teekenen.
Het opperbevel van de Duitsche Weermacht
deelde Zaterdag mede-
Duitsche duikbooten hebben in hevige ge
vechten in de Caraibische Zee, voor Afrika,
in de St. Laurencegolf en in de Noordelijke
IJszee 19 schepen met een gezamenfijken in-
houd van ,100.000 ton, alsmede een sleepboot
tot zinken gebracht. Drie andere schepen
werden getorpedeerd.
Het opperbevfel van de Duitsche Weermacht
deelde Zondag mede:
Aan de Terek hebhen Duitsche troepen den
vijand uit zijn versterkt# stellingen verdre-
ven. In het gebied van Stalingrad duren de
gevechten met onverminderde hevigheid voort.
Verlichtingsaanvallen van den vijand uit het
Noorden zijn mislukt. Bij Woronesj werden
vijandelijke aanvallen ten deele in gevechten
op korten afstand onder hooge bloedige ver
liezen afgeslagien.
In de Middellandsche Zee heeft een Duit
sche duikboot een schip van 1200 brt. en vier
vrachtzeilschepen tot zinken gebracht.
Afzonderliike Britsche vliegtuigen onder-
namen overdag ondoeltreffende storings-
vluchten boven het Duitsche rijksgebied. Een
vliegtuig werd neergehaald. Des nachts vlo-
gen Britsche hommenwerpers naar Zuid-West-
en Zuid-Duitschland. In eenige plaatspn, o.a.
in de stad Miinchen, berokkenden brisant- en
brandbommer^ schade, overwegend in woon-
wijken en aan openbare gebouwen. De burger-
bevolking leed verliezen. Twaalf der aanval-
lende bommenwerpers werden ten deele door
luchtdoelgesc-hut, ten deele door nachtjagers
neergeschoten.
Bij aanvallen op fabrieken aan de Britsche
Zuidoostkust bestookten Duitsche gevechts
vliegtuigen in den nacht van 19 op 20 Sept.
het industriefebied van Sunderland met bom-
men van zwaar kallbe!r.
Zooals - in een extra bericht is bekend ge
maakt. is in de Noordelijke IJszee een groote
konvooislag gewonnen.
Na de Vol komen verniefiging van een groot
konvooi in de Noordelijke IJszee in den tijd
van 2 tot 7 Juli1942 werd op 1'3 September
van Britsche zijde een nieuwe poging gedaan
om een groot convooi, dat door sterke vloot-
eenheden beschermd werd, over de Noordelijke
IJszee naar een Sowjethaven te brengen. De
zeer slechte weersomstahdigheden en het feit
dat de ijsgrens een sterk Noordelijke kOers
mogelijk maakte begunstigden dit plan.
Duitsche formaties gevechtsvliegtuigen en
duikbooten openden den aanval en vemietig
den in dagenlange moeilijke gevechten ook
dit uit 45 koopvaardijschepen bestaande kon
vooi. Onder amstandigheden, die den strijd
zeer bemoeilijkten, op groote afstanden, bij
slecht weer en krachtigen vijandelijken afweer
door luehtdoelgeschut en jach'tvliegtuigen
brachten onze gevechtsvliegtuigen van dit
konvooi in totaal 25 koopvaardijschepen met
een totalen inhoud van 177.000 brt. tot zin
ken. Acht andere schepen werden zoo zwaar
beschadigd, dat zij als verloren beschouwd
moeten worden. Bovendien vernietigde de
luchtmacht van de bewakingsvaartuigen een
torpedojager alsmede twee natrouillevaartui-
gen, terwijl een tweede torpedojager in brand
geraakte.
Onze duikbooten vemietigden in felle ach-
tervolging vijf koopvaardijschepen met een
gezamenlrjken inhoud van 29.000 brt. en plaat-
sten tomedotreffers op twee Britsche torpe-
dojagers. De heerschende weersomstandigheid
maakte het niet mogelijk te constateeren, of
de beide laatstgenoemde vaartuigen ver-
gingen.
Daarmede leed de vjjand een zijner zwaarste
nederlagen in konvooigevechten. Hij verloor
binnen zes dagen tijds 33 met oorlogsmate-
riaal van allerlei aard geladen koopvaardij
schepen, waaronder ook tankbooten met een
totalen inhoud van 270.000 brt. Daar komt
nog bij het verlies van zes oorlogsschepen,
Slechts zestien van het convooi, ten deele aan-
zienlijk beschadigd, konden ontkomen.
Voorts maakt het opperbevel van de weer
macht bekendDe van officieele Sovjetzijde
verspreide en door het Reuterbureau, overge-
nomen bewering, dat General-Oberst vort
Kleist gesneuveld is, is onwaar.
UKLAUBER.KARTEN DIENEN OOK DOOR
WINKKJJEKS IN ONTVANGST
GENOMEN TE WORDEN.
Aangezien er nog steeds misverstand blijkt
te bestaan omtrent het al dan niet geldig zijn
van de bonnen der „Urlauberkarte" vestigt
het Departement van Landbouw en Visscherij
er nogmaals met nadruk de aandacht op, dat
de bonnen der „Urlauberkarte" met blauw-
groenen ondergrond en voorzien van een blau-
wen adelaar, hier te lande geldig zijn, zoodat
winkeliers derhalve verplicht zijn bij aanbie-
ding van deze bonnen de daarop verkrijgbaar
gestelde artikelen af te leveren.
LHlllTAAM AL OP CDNCENTRlATIES
VAN VOERTUIGEN.
Het Italiaansche legerbericht van Zondag
meldt
Formaties Italiaansche en Duitsche vlieg
tuigen, die in achtereenvolgende golven aan
het Egyptische front opereerden, hebben ook
gisteren met zichtbaar resultaat concentra-
ties vijandelijke voertuigen aangevallen. Een
Britsch vliegtuig werd door het luehtdoelge
schut van een onzer divisies neergehaald.
Een formatie van onze bommenwerperfe bracht
groote branden teweeg op feet vliegveld
Micabba (Malta).
Een vijandelijke aanval op Navarrino (Grie-
kenland) bracht geen schade teWeeg. In den
afgeloopen nacht hebben Engelsche vliegtui
gen eenige bommen laten vallen op de om-
geving van Catania en Licata zonder slacht-
offers te maken. Een vijandelijk vliegtuig
stortte brandend neer bij Cattolica - Ereclea
(provincie Agrigento op Sicilie). Een der in-
zittende- vliegers, een Nieuw-Zeelander, die
aan een valscherm uit het toestel was ge-
sp¥ongen, werd gevangen genomen.
DE BEDREIGING VAN PORT MORESBY.
Japanners op 50 km afstand.
Men verneemt uit het Japansche hoofd-
kwartier dat de Japanners die op Nieuw Gui
nea strijden, zich nog op slechts 50 km van
Port Moresby bevinden. Voordat de Japan
sche troepen voet konden zetten in het Noor
den der laatste belangrijke stad, die de En-
gelschen op- Nieuw-Guinea nog in handen
hebben, moesten zij de bergpa?sen veroveren,
die soms vierduizend meter hoog liggen en
die voor Port Moresby een natuurlijke ver
dediging vormen.
In een communique erkent generaal Mac
Arthur zelf de wanhopige situatie die voor
de Australische brigade onder bevel van gene
raal Sydney Rowell uit dezen toestand voort-
vloeit. Geisoleerde groepen dezer brigade
leveren hardnekkige gevechten te Effogi op
70 km afstand van Port Moresby.
De jongste landingen der Japanners vor
men niet alleen een bedreiging voor Port
Moresby, doch ook voor alle Australische
kustgteden en vooral voor Corktown en
Townsville, bases voor de Amerikaansche
vlooteenheden in den Stillen Oceaan.
FRANSCH COMMUNIQUE OVER
MADAGASCAR.
Te Vichy is over de situatie op Madagascar
Donderdag het volgende officieele communi-
i que gepubliceerd:
Hoewel de gouverneur-generaal van Mada
gascar door de opening ygn besprekingen met
het Britsche opperbevel heeft gepoogd een
eirtd tS maken aan het bloedvergieten, waren
de Engelsche eischen dermate onaanvaard-
baar, dat geen resultaat kon worden bereikt.
De gouvemeur-generaal heeft derhalve be-
sloten de verdediging van het eiland tot het
uiterste voort te zetten.
In denzelfden zin moet het publiek worden
gewaarschuwd voor alle beriehten uit buiten-
landsche bron, die over deze aangelegenheid
de ronde kunnen doen. De Engelschen heb
ben slechts 170 km landinwaarts kunnen op-
rukkeri en wel in 6y2 dag. Hoe groot ook de
wanverhouding tusschen strijdkrachten en
wapens aan beide kanten mag zijn, toch zijn
alle maatregelen genomen om den strijd voort
te zetten.
Over de gevechten op Madagascar is Vrij-
dagmiddag te Vichy het volgende officieele
communique gepubliceerd.
Vrijdag om zeven uur heeft de tegenstan-
der met aanzienlijke strijdkrachten een aan
val gedaan op de stad Ankazobe, op 120 km
van Tananarivo. Om 9 uur verschenen 20
Britsche schepen aan de Oostkust van het
eiland in de buurt van Tamatave. nadat zij
het havengebied hadden beschoten. Onze troe
pen boden tegenstand aan den Britschen op-
marsch in het binnenland.
In een lang artikel, gebaseerd op beriehten
van corr;espondenten uit Londen en Vichy,
betoogt de Neue Ztircher Ztg. naar S.P.T.
meldt, dat kan worden aangenomen, dat de
betrekkingen tusschen de Vereenigde Staten
en Frankrijk zich op het oogenblik niet in een
kritiek stadium bevinden, hoewel deze betrek
kingen er, sinds den Engelschen aanval op
Madagascar, niet beter op zijn geworden, daar
de Vereenigde Staten dien aanval openlijk
hebben goedgekeurd.
De besprekingen tusschen Hull en Henry
Haye, over het zenden van Fransche arbeiders
naar Duitschland en de deportatie van Joden
zouden in objectieven geest en in een sfeer
van welwillendheid zijn gevoerd. Van Fran
sche zijde is men geenszins geneigd, aldus het
Zwrtsersche blad, de betrekkingen tot de
Vereenigde Staten af te breken. Geschiedt
dit, dan zal dit niet van Vichy uitgaan.
SAUOMONSEILANDEN, BRUG NAAR
AUSTRAUe.
Bougainville, New Georgia, Isabel, Toelagi.
In de namen der eilanden, die de Salomons-
groep vormen, ligt een stuk historie besloten.
'Historie van Spaansche, Fransche en Engel
sche ontdekkingsreizigers, die hier in den loop
der eeuwen voet aan wal zetten. Eerst de oor
log in den Stillen Oceaan echter gaf het ver-
geten „vlinderparadijs" bekendheid als brand-
punt van den strijd om Australie.
Honderden eilanden liggen in den eindelooze
wat,eren ten oosten van Nieuw Guinea ver-
spreid. De Admiraliteitseilanden, de Bis-
marck-archipel eh tenslotte als grootste groep
de Salomonseilanden. Hoog rijzen de zeven
•groote en ontelbare kleinere eilanden van
deze groep uit de tropenzee op. Bougainville
is het grootste eiland, dan volgen Choiseui,
New Georgia, Isabel, Malaita, Guadalcanal-
en San Christobal, terwijl tallooze eilandjes
alom verspreid liggen. Dichte wouden bedek-
ken de uitgedoofde vulkanen en slechts langs
de kusten wonen inboorlingen, levend van
landbouw en visclivangst. De blanken, mis-
sionarissen en kolonisten, zijn gering in aan-
tal, want sedert hun ontdekking is aan de
eilanden slechts geringe waarde gehecht.
In 1567 raakte de Spanjaard Mondana in
deze toenmaals nog onbekende wateren ver-
zeild. De door hem ontdekte eilanden noemde
hij ..Mendanas Islas de Salomon", maar on
danks dezen weidschen naam werden zij spoe-
dig vergeten. Gedurende twee eeuwen kwa-
men zij zelfs op geen enkele zeekaart voor,
totdat de Franschman Carteret er in de acht-
tiende eeuw de Fransche vlag plantte. Een
jaar later kwam zijn landgenoot Bougainville
en hij bracht als eerste de eilanden Bougain-
Dan is het Kerstmis en dan moeten duizen-
den Nederlandsche Oostfrontstrijders hun pak-
ketten met sigaren, tabak, sigaretten, pijp,
kam, tandenborstel, scheermesjes, boeken, tijd-
schriften, schrijfpapier en nog vele andere
nuttige gebruiksvoorwerpen en versnaperin-
gen ontvangen. U hebt gelijk, daar is heel
wat voor noodig, daar zijn vele moeilijkheden,
die overwonnen moeten worden, maarhet
is voor onze dappere strijders tegen de bolsje
wisten en die moeten en zullen hun pakketten
hebben. Landgenoot, u helpt toch mede?
Neen, wij begrijpen dat u ons aan de artikelen
niet kunt helpen, maar u hebt uw giroboek.
Pakt u dit boekje even en gireert een flink
bedrag op girorekening 432100, t.n. Verzor-
gingsfonds Vrijwilligerslegioen Nederland,
Koninginnegracht 22, te 's-Gravenhage.
In de lazaretten achter het front worden de
gewonden verpleegd, die in den strijd tegen
het bolsjewisme hun tol betaald hebben. Daar
wachten helder witte bedden, zachte vrouwen-
handen schikken de kussens, nooit moe wor-
dende doetoren vernieuwen de verbanden. In
de lazaretten achter bet front leert de soldaat,
wat het beteekent een thuisfront te hebben,
dat zich bewusiris van zijn plichten tegenover
den strijder. Ook de Nederlandsche Vrijwil-
ligers weten dat. Ook zij weten, dat bet
thuisfront ben niet vergeet. Nederland zond
een ambulance naar bet Oostfront. Aan de
is het lezer, om te zorgen dat deze Ambulance
haar taak naar behooren kan verrichten. Ook
Uw steun heeft deze Nederlandsche hulp-
expeditie noodig. Stort daarom vandaag nog
een bijdrage op girorekening 87600, Neder
landsche Ambulance, Koninginnegracht 22,
's-Gravenhage.
ville en Choiseui, genoemd naar den minister
van Lodewrjk XV, in kaart.
Weer Werden de eilanden echter vergeten.
Een Engelsche kaperkapitein, die enktele tien-
tallen jaren later kwam, meende zelfs een
nieuw vasteland ontdekt te hebben, dat
hij ter eere van zijn koning New Georgia
noemde.
Bijna de geheele negentiende eeuw onder-
namen blanken vergeefsche pogingen om zich
op de eilanden te vestigen. Schepen verdwe-
nen spoorloos, zendelingen vielen ten prooi
aan de inboorlingen,die zich nog met kanni-
balisme bezig hielden. Eerst na 1885 richtte
Duitschland factorijen op Bougainville en
eenige andere eilanden op en dat feit was
voor Engeland aanleiding alle eilanden be-
halve Bougainville en Boeka in het noorden
onder zijn heerschappij te brengen. Na den
eersten wereldoorlog werden ook. deze onder
Australisch mandaat gesteld.
Springplank en barriere.
Tot voor kort stelden slechts geleerden be
lang in de eilanden met hun wisselvallige his
torie. Etnologen onderzochten het wonderlijke
profetisme, dat op de Melaneesche eilanden
bloeit. Af en toe weten profeten met voor-
spellingen omtrent het vertrek der blanken
de inboorlingen mee te sleepen; voorspellin-
gen, die eerst in den laatsten tijd op zeer on-
verwachte wijze werkelrjkheid zijn geworden.
Bovendien leven op de Salomonseilanden de
grootste vlinders ter wereld, die in bonte kleu-
renpracht de wouden bevolken en zoo groot
zijn, dat zij met vuurwapens gejaagd worden.
Na hej uitbreken van den oorlog in den
Stillen Oceaan kregen de Salomonseilanden
echter groote strategiscbe beteekenis. Als
een barriere sludten zij den feeweg tusschen
de Amerikaansche vlootbasis op de Hawaii-
eilanden en Australie af. Verder vormen zij
een springplank naar de eilandengroepen ten
oosten van het bijkans geisoleerde wereld-
deel.
Zoo landden in het begin van dit jaar Ja
pansche strijdkrachten op de Salomonseilan
den, die voor altijd door de wereld vergeten
sehenen. In de oerwouden van Guadalcanar
werden vliegvelden aangelegd en het kleine
Toelagi bleek geschikt te zijn als vlootbasis
voor operaties in de wateren rond Australie.
Zoo hinderlijk was de aanwezigheid der Ja
panners op deze eilanden, dat di1> punt door
het geallieerde opperbevel voor een eerste
tegenoffensief werd uitgekozen. Amerikaan
sche mariniers en parachutisten kregen we-
derom vasten voet op Guadalcanar en Toe
lagi en daarmede waren de eeuwenlang ver-
waarloosde eilanden het brandpunt van een
strijd geworden, die tenslotte <wer het lot van
het vijfde werelddeel zal heslrSsen. (V.P.B.)
BRITSCH-INDIE BASIS VOOR DEN
STRIJD TEGEN JAPAN.
Het D.N.B. meldt uit Geneve
1 De oorlogsraad voor den Stillen Oceaan
heeft Woensdag een buitengewoon lange bij-
eenkomst gehouden. Na afloop verklaarden
de leden van den raad, dat men algemeen was
overeengekomen, dat Britsch-Indie als basis
voor den strijd tegen Japan moet worden
gebruikt.
j Sir Reginald Maxwell heeft in de Woens-
dag te Delhi gehouden debatten meegedeeld,
zoo vemeemt het D.N.B. uit Bangkok, dat bij
de onlusten in Indie, volgens de voorloopige
j nog onvolledige beriehten, door optreden van
de politie 340 Indiers gedood en ruim 800 ge-
wond zijn. Hierip zijn nog niet begrepen de
verliezen in de provincie Bihar, ^het deel van
Indie, waar de onlusten het hevigst woeden.
Bovendien zijn door optreden van de militai-
ren 318 personen gedood en 153 gewond. De
verliezen van de politie zijn: 31 dooden en een
groot aantal gewonden, terwijl van de mili-
j tairen 11 gedood en zeven gewond werden.
j Voorts zijn er zeven civiele ambtenaren ge-
dood en 16 gewond. De cijfers bevatten nog
niet de verliezen onder het personeel der
spoorwegen, die zeer hoog moeten zijn. De
door Maxwell genoemde verliescijfers zijn aan-
zienlijk hooger dan die welke Churchill in zijn
redevoering over Indie op 10 September heeft
bekend gemaakt.
j ENGELSCHE VLIEGTUIGVERLLEZEN.
j Het D.N.B. meldt uit Berlijn:
De ook in September tot dusver door de
Britsche luchtmacht ondemomen vluchten
naar de bezette gebieden in het Westen hebben
geen positief resultaat voor den vijand opge
leverd. De aan de kust van het Kanaal ge-
stationneerde Duitsche jachteskaders ver-
dedigden met bijzonder succes het luchtruim
en schoten sinds het begin van de maand
September in totaal 93 Engelsche machines
omlaag. Daar er aan Duitsche zijde in het-
zelfde tijdvak slechts 22 vliegtuigen verloren
gin gen, wordt hiermede opnieuw de superio-
riteit van de Duitsche vliegers aangetoond.
Aan het Egyptische front werden sinds 1
September 109 vijandelijke vliegtuigen bij
slechts 20 eigen verliezen vernietigd.
Aan het front van de Noordelijke IJszee
schoten Duitsche jagers binnen drie dagen
tijds 43 vijandelijke vliegtuigen omlaag. bijna
uitsluitend de types Hurricane, Curtiss en
Cobra.
Te Boekarest wordt naar het D.N.B.
verneemt officieel medegedeeld:
In den nacht van 13 op 14 September heb
ben vijandelijke vliegtuigen- op Roemeensch
gebied bommen laten vallen zonder militaire
of industrieele objeoten te treffen. Onder de
plattelandsbevolking echter zijn 14 slacht-
offers te betreuren.