TERNEUZEN, 18 FEBRUARI 1942. RECHTSZAKEN. VRBDEREOHTER TE MIDDELBURG. t Huyts te Rotterdam; tot gMe.eld "k oep De Nederlandsche dag- Tr RW Mt te 's^ravenhage; SfKr van de vakgroep De provinciate en ners H. J. Kerkmeeater te Bussum; SuS van de vakgroep De Nederland- ^^SgWadpere A. J. van Drjk te Amster- m tot bestuurder van de vakgroep De provinciate en periodieke pers J. van Nes te U&ifltleider) resp. bestuurder van de vak groep Hot Vert>ond van Nederlandscbe Jour- naHsteu treden op P. J. van Megcheien, al- semeen voorzitter en J. Learbucb, zakelij faidor van dat Verbond, beiden te s-Graven- i>K 1N8TALLATIE VAN DEN NEDERLANDSCHEN KULTUURRAAD. Antwoord van prof- dr. G. A. S. Snyder. In antwoord op de rede van den Rijkscom- missaris sprak hierna prof. dr. G. A. S. Sni der, president van den Nederlandscben Kul tuurraad, In het Nederlandsch „Mjjnheer de Rykscommissaris, U bebt den Nederlandschen Kultuurraad het kultureele geweten van het Nederland- seiie volk genoemd en daarmede zijn groncs- olajr en zjjn taak aangewezen. Grondslag kan steeds alechts het volk in zijn geheel zgn, de Nederlandscbe natie, niet in staatschen zm, maar In de oorspronkeljjke beteekems eener gemeenschap door geljjkheid van ras Inner •{Be en uiterljjk verbonden, en door een ge- meenscfctappeljj'k beleven van haar geschiede- nte tot een bewuste eenheid geworden. Wtt deelen met het Duitsche volk onzen aard en ons bloed. De geschiedenis van het Duitsche volk is echter slecbts ten deele ook de onze, en julst de laatste eeuwen hebben geleld tot een toenemende venvijdering welke haar grond in de zeer sterke historische be- levenissen van onzen tadhtigjarigen oorlog, onzen opstand tegen een overheersching, die niet met onzen aacd strookte, vond, die dan tot een vervreemding werd, welke de laatste jaren bovendien nog door een angstpsychose werd belast." Hierop schetste spr. hoe juist deze ver vreemding tot een bovenmatige waardeering van het begrip „staat" leidde, ten gevolge ya&rvan de beteekenis van het volk miskend werd en de overtuiging, dat een volk een eeawig wordend, zich vernieuwend wezen is, dat gelrjk leder levend wezen naar zelfver- werkeljjking streeft, verloren ging* Deze ont- wHtkeling werd dan nog vertiaast door facto red van uiterljjken aard als industrialiseering en vlucht naar de groote steden, waardoor bet probleem der ,,massa" ontstond. „Daac ik overtuigd ben, dat al wat men voor kultuur kan doen van een gezond volk <Hent uit te gaan en in een gezond volk ook dleciits zijn grondslag kan vinden, is het mij een bjjzondere voldoenlng, dat u julst ook de zorg voor de volkswaarden (Volkstumpflege) als behoorend tot het gebied van den N.K.R. hebt aangewezen. W.jj zullen daaraan bjjzondere aandacht wjjden en het als een onzer voornaamste taken, bescfciouwen, het volksche bewustzijn van den Nederlander weer aan te kweeken an aan te sterken. Daartoe zal het in de eerste plaats noodig ztjn den Nederlander te bevrijden uit zijn krampadhtige, op den Staat ingestelde be- wustzijnsvernauwing en hem terug te leiden tot de ruime binding aan zijn volk. Ook daarom is het van belang, de verbondenheid als volk, die tusschen het Duitsche en het Neder landsche volk aan deze en gene zijde der sta&tsgrenzen bestaat, weer tot bewustzijn te brengen. Dat wil geenszlns zeggen, dat wij een versmelting beoogen. Een dergelijke oplossing van het probleem zou een groot veriles beteekenen en het zou ook niet in den jin van den Flihrer zijn, wanneer op die wjjze de rijkdom der Germaansche verscheidenheid Mchtvaardig werd prijsgegeven. Gij zelf, mrjnheer de Rijkscommissaris, hebt ons tmmers het woord van den Fiihrer ge- bracht, dat luidde: „Niemand zal gelukkiger zjjn dan ik, wanneer wij in de menigvuldig- heid en verscheidenheid van de Germaansche nitmte in Europa de oude Nederlandscbe kul tuur tot een nieuwen en hoogen hloei zlen op- groeien en ontluiken." (Deze verzekering onzer kultureele zelf- standigheid, welke de leider der N.S.B. als kostbaar geschenk van den FUhrer onlangs heeft bekrachtigd, zullen wij ho,og schatten en behouden. Maar deze zelfstandigheid mag niet opnieuw tot een schelding tusschen onze voikeren leiden." „Verhooging der eigen kracht op grondslag der volkswaarden schjjnt mij de taak van den N.K.R. te zijn. Ik leg den nadruk op eigen Jcmcht. En juist brj de beslissing over de vraag wat eigen, wat vreemd en wat verkeerd is, moeten wij ons bewust blijven van onze door u gestelde taak, het geweten van het volk te vertegenwoordigen. Wat is geweten? 'Het geweten Is eenvoudig het absolute, niet aan- geleerde, maar aangeborene w e t e n zonder meer, het weten, dat zich bij den enkeling op good en kwaad, bij een volk op juist en ver keerd richt. Het is een bijna instinctief weten, dat waarschuwend of gebiedend ver- hoedend, maar ook aanzettend zich doet ge- voelen. Zoo dlent ook de taak van N.K.R. niet alechts een het verkeerde verhinderende, maar ook een het juiste bevorderende te zijn." Vervolgens stelde spr. de vraag: wat is juist, wat is verkeerd? en betoogde, dat het niet mogelijk is ultsluifcend uit een beschou- ■wing van het verleden het wezen van het Nederlandsche volk te kristalliseeren en dat als maatstaf van juist of verkeerd te nemen. Hlstorisch bezien, vertoont de Nederlandsche kultuur tal van radikale wendingen. Aan- schouw de kathedraal van Den Bosch, het Amsterdamsche raadhuis van Van Campen en de beurs van Berlage en men zlet een ver- sdhdl zoo groot, dat men zich haast zou kun nen afvragen of hier het wezen van een en hetzelfde volk tot uitdrukking komt. Niette- mln voelen wij dit als lets eigens. „Maar In dit eigene weerspiegelt de geest van den tijd, waarin het vorm kreeg en julst dit bewjjst ons, hoe levend ons volk was, hoe vol zijn antwoord op den roep des tjjds klonk. Zoo blijkt dus, dat het Nederlandscbe volk over een rijkdom van mogelijkheden en vor- men van uitdrukking beschikt. Zeer ver keerd zou het nu zijn, wanneer men vroegere uitdrukkingsvormen, of zelfs een bepaalde, tot de alleen mogelijke en adaequate wezens- ultdrukking van ons volk verklaarde, zooals dat in de laatste jaren al te vaak geschied is en ook nu nog vaak gebeurt. Juist de veelheid van v o r m e n leert ons, dat het niet op den vorm, maar op het wezen aan- komt." „Wij zullen ons dus niet met een histori sche beschouwing tevreden mogen stellen, want deze, gericht op het verleden, kan ons slechts een beperkt begrip van het Neder landsche wezen geven." Spr. betoogde vervolgens, dat wij van het inzicht uit moeten gaan zelf voor alles lid eener gemeenschap te zijn. Slechts dan kan in onze stem ook die van ons volk klinken, Slechts dan kunnen wij de richting waarin het geheel zich beweegt, aanvoelen. „Rich- ting" kan men echter slechts erkennen als men voorwaarts blikt en een doel voor oogen houdt. Wanneer wij de richting, welke ons volk nemen zal, omdat het m o e t, kennen, zoo zullen wij misschien moeizaam den weg moeten zoeken, maar misschien zullen wij hem niet, ook al zouden wij hem moeten banen! Het verleden heeft ons geleerd, dat de weg van het Nederlandsche volk niet rechtlflnig verloopt. En zooals leder onzer in zijn eigen leven keerpunten heeft gekend, zoo staat ook het Nederlandsche volk heden aan een keer- punt en moet in het onbekende en ongewone zrjn weg zoeken. Het was steeds onze trots, dat ons volk zich eens een eigen weg in de wereld gebaand heeft. Wie thans begrjjpt, dat hier een nieuwe wereld ontstaat, die heeft den plicht, den nieuwen weg te zoeken en te helpen banen." .Wanneer het uw bedoeling is, dat de Ne derlandsche Kultuurraad het kultureele ge weten van het Nederlandsche volk is, zoo kan deze dit slechts zijn, wanneer hij positief tegenover de beslissing van het heden staat. Daardoor wordt ons onze richting aangewe zen. Wij zien de gebeurtenissen niet als „ver- anderde tljdsomstandigheden", maar gelooven aan een hoogere leiding, die zich daarin ver- werkelijkt. Aan dit Inzicht ontleenen wij den moed ook de consequenties te aanvaarden en de verplichting mede te werken, mede te han- delen en te leiden. U zult heden geen concrete plannen van mij verwachJLen. Wij zullen steeds dat doen, wat ons dienstig schijnt tot het hoogere doel en in overeenstemming met de richting van het geheel. Daardoor hoopt de N.K.R. het best het Nederlandsche volk en dat niet alleen! te dienen. Dat u den N.K.R. hebt ingesteld om de belangen van de Nederland sche kultuur te behartigen, is ons een bewijs, dat ook gij overtuigd zijt, dat voor het nieuwe Europa een zelfstandige Nederlandsche kul tuur een waardevol en onontbeerlijk dank- baar zal zijn." In deze overtuiging vatten wij onze taak op, vertrouwend, dat het Nederlandsche volk, wanneer het eenmaal zijn weg gebaand, zijn plaats in de nieuwe gemeenschap veroverd heeft, den FUhrer, die ons alien de nieuwe wegen wijst en thans het lot van Europa in zijn sterke handen houdt, en u, mijnheer de Rijkscommissaris, als den voltrekker van zijn wil, dankbaar zal zijn. Toespraak tot Ned. Kultuurkrlng. Hiema begroette prof. Snijder de Gene- raalkommissarlssen en de Secretarissen-gene- raal en richtte hij meer in het bijzonder het woord tot de leden van den elnd 1940 door hem opgerichten Nederlandschen Kultuur krlng. Dames en heeren, Het is al meer dan een jaar geleden, sinds wij voor het eerst bijeenkwamen en er is In dat jaar veel gebeurd. Van den beginnen af aan hebben wij gestreefd naar samenweirklng met de bezettende overheid, omdat wij inza- gen, dat dit de weg was voor ons volk, op grond van ons verleden, onzen ingeboren aard en met het oog op onze toekSmst, die wij niet anders dan in een groot Europeesch ver- band kunnen zien. De grondslag van deze samenwerking als gelijkgereehtigde partners ligt in ons zelfbewustzijn als Nederlanders en de erkenning daarvan door de Duitschers, die in het nieuwe Europa de leiding zullen heb ben. Wij kunnen deze leiding te gereeder aan vaarden, omdat ons niet eens, maar herhaal- delijk, onze kultureele zelfstandigheid, dat wil zeggen, ons bestaan als zelfstandig volk, is toegezegd. Wat kon noodzakelgker zijn, dan een or- gaan te scheppen, dat het Nederlandsche kultuurleven vertegenwoordigt, tevens het vertrouwen van het hoogste gezag In ons land bezit. Zoo Is de Nederlandsche Kultuurraad ontstaan: het kultureele geweten van het Nederlandsche volk. Dat wil dus zeggen, dat de Kultuurraad in de eerste plaats een Neder landsche instelling is, die, als^een geweten, een waarschuwende stem kan doen hooren, wanneer Nederlandsche kultuurbelangen be- dreigd worden, van welke zijde ook. Maar het geweten verhindert niet slechts. Belangrijker is, dat het aandrijft tot handelen ten goede. De taak van den Kultuurraad is derhalve raadgevend in alle opzichten. Maar ander- zrjds zijn maatregelen getroffen, dat de raad van den Kultuurraad inderdaad ook gehoord worden en niet lichtvaardig terzijde worde gelegd. De stem van het Nederlandsche volk wordt vertegenwoordigd door de leden van den Kul tuurraad, die den president terzijde staan. Ik weet wel, dat enkelen, die zich zelf als de coryphaeen van de Nederlandsche kultuur be- schouwen ei^ door velen ook zoo beschouwd worden, ontbreken. Maar de Kultuurraad is naar andere gezichtspunten en op andere wijze dan door het evenredig kiesrecht samenge- steld; de criteria, die gegolden hebben zijn die van de toekomst, niet die van gisteren. Ik weet ook, dat enkelen, die ik hier gaarne gezien had, zich uit persoonlijke overwegin- gen onttrokken hebben aan 'n gemeenschaps- taak, waarvan wij het algemeen belang zeer wel inzien. Des te meer waardeer ik het, mijne heeren leden van den Kultuurraad, dat gjj niet ge- aarzeld hebt uw taak in het belang van ons volk en onze kultuur op u te nemen. Ik dank u voor uw bereidwilligheid en verantwoorde- lijkheidsbesef. Op den duur zal het noodig zijn, het aantal leden van dit college uit te breiden, want al hebben wij niet voor elk onderdeel onzer taak een specialist noodig, op versehillende belang- rijke gebieden zal nog moeten blijken, wiens stem het meest verdient gehomd te worden. Wrj alien, mrjne heeren leden van den Kul tuurraad, moeten open staan voor de verlan- gens en wensehen, die in ons volk leven. Edn punt wil ik hier in het bijzonder naar voren brengen. Gij, medewerkers van den Neder landschen Kultuurkrlng, die destijds den moed uwer overtuiging bezeten hebt, neemt ©en bijzonderc plaats in. Het is mij een be- hoefte u de verzekering te geven, dat u in het bijzonder steeds een open oor voor uw ge- dachten en wensehen in den Nederlandschen Kultuurraad zult vinden. GIFTEN VOOR DE WINTERHUEP. Van 2 t/m 7 Febr. zijn o.m. de volgende gif en ontvangen: N.V. Nieuwe Ned. Mij tot vervaardl-gen van Spiqgelglas enz., Sas van Gent 3000N.V. Holl. Kunstzijde Industrie, Breda 1009; Lever Brothers and Unilever N.V., Rotterdam f 225.000. Totaal ontvangen op hoofd- en prov. kantoren 282.902,88. KINDEREN TERUG LIT DUITSCaiLAND. Met den trein, Welke om 11.17 u. te Goes arriveert, zijn Dinsdatj weder een aantal kin- deren eruggekomen, die door de'zorgen van de Ned. Volksdienst zeis weken in Wuppertal (Duitschland) zijn geweest. In totaal hebben 44 kinderen aan deze reis deelgenomen, .waar van 22 uit Zeeuwsch-Vlaanderen en verder kinderen uit Goes. Middelburg, enz. De kin deren zagen er goed uit ,en waxen alien in ge- wioht toegenomen (6dn zelfs 10 pond). De kinderen uit Zeeuwsch-Vlaanderen stapten hier over op de trein naar Hoedekenskerke en de Duitsqhe leids ers zouden hen op hun ver- deren tocht vergezelleri. De kinderen van Schoiuwen-Duiveland waren reeds te Bergen op Zoom uitgestapt om vandaar de reis naar him ouderlrjke woningen te vervolgen. (De Z.) DE EXTRA-RANTSOENEN VOOR A.S. MOEDERS. Den laatsten tijd zijn eeniga veranderingen aangebracht in de verstrekkingen aan aan- staande en jonge moeders, v/aardoor op den duur misschien eenig misverstand kan on - staan. Vooral wanneer, zooals vaak gebeurt, a.s. moeders te rade gaan bij haar die de blljde gebeurtenis al eenigen tiid achter den rug heb ben. Ter vermijding daarvan volgt hieronder een overzicht van de extra-verstrekklngen voor deze bijzondere categoric. Uit dit over zicht kan men. tevens zien voor welke aanvra- gen een attest moet worden overgelegd. zoo- dat medicus of vroedvrouw hlervoor slechts eenmaal behoeven te worden lastig gevallen. Levensmiddeleu. Ingevolge de nieuwe regeling dd. 17 Januari j.l. kunnen a.s. en jonge moeders, gedurende 28 weken, n.l. 20 weken v66r den vermoede- lijken datum, van bevalling en 6 weken daar- na bonnen verkrijgen voor een extra hoeveel- held van 3% liter melk per week, benevens, naar keuze, 1000 gram havermout per week of 1000 gram gort per week of 1000 gram brood per week of 750 gram brood 125 gram boter per week. De ukreiking van deze extra-bonnen ge- schiedt door den plaatselijken dlstributie- dienst voor de geheele periode van 26 weken tegelijk op aanvraag van belanghebbende. Bij de aanvraag tooet een attest van een medicus of vroedvrouw worden overgelegd.. De aan- vraagster kan by de aanvraag opgeven hoe- veel weken zij, met inachtneming van het to' aal van 26 weken een van bovengenoemde keuze-artlkelen wenscht te ontvangen. Industrieele artikelen. a. Toiletzeep: aan a.s. moeders, die op een attest van een medicus of vroedvrouw extra- rantsoembonnen voor melk, havermout erz. hebben ontvangen, kan een bon „<5dn ran'soen toiletzeep" worden verstrekt, wanneer de be valling thuls zal plaats hebben. b. 'Vaste brandstoffen: bij bevallingen kun nen sedert 27 October vorig jaar, extra brand stoffen worden verstrekt op ver'oon van de distributiestamkaart van de(n) jonggeborene. De extra-verstrekikinig kan ook plaats hebben indien het kind levenloos ter w'ereld komt of wel kort daarna overlijdt Iniplaa^s van vaste brandstoffen kan ook een extra-rantsoen gas of electriciteit worden toegestaan, waarvoor door den distributle- dlenst een verklaring wordt afgegeven. c. Textiel: voor het baby-uitzet kan 'egen overlegging van een schriftelijke verklaring van esn ,geneeskundi|ge of vroedvrouw aan de a.s. moeder een baby-textielkaart worden uit- gereikt. Voor het benoodigde beddegoed voor een wieg of kinderledikantje kunnen speciale punten worden verstrekt. Voor bekleeding van de wieg kunnen eveneens punten worden afgegeven. Indien de bevalling thuis plaats heeft, kun nen ten behoeve van de moeder speciale pun- ten voor beddegoed worden verstrekt. Voor een positie-japon worden In het alge meen geen speciale punten verstrekt. Alleen indien de a.s. moeder op haar textielkaart geen voldoende aan'al punten meer beschik- baar heeft kunnen haar het ontbrekende aan tal punten worden afgegeven. A.s. moeders kunnen voorts 3 4 maanden v66r de bevalling een specia-le vergunning en speciale punten verkrijgen voor een positie- wintermantel, een positie-zomermantel en bustehouders. De vervoersmoeilijkheden der afgeloopen periode heeft een geringe stagna'ie in de af- levering van kindermeel en havermout ver- oorzaakt Geleldelrik zal deze echter weer normaal worden. Wat de aflevering van wol op punten be- treft, lean niet worden gegarandeerd, dat deze in iedere zaak, doch wel dat deze hier en daar verkrijgbaar Is. POSTGIRONUMMERS VAN DE WINTERHULF NEDERLAND: Winterhulp Nederland, Den Haag no. 5553. Als bank der Winterhulp Nederland is aangewezen de Kasvereeniging N.V.. Amsterdam, no. 877. Stort op 5553 of 877. Ge brengt geluk in veler leven. Ill Zitting van Maandag 16 Febr. 1942. Deze tweede zitting van den Vrederechter te Middelburg, Mr. v. d. Grrjp, wordt gevuld door een aantal mishandelings- en beleedl- gingszaken. O.m. werden behandeld: De verdachte in deze zaak, M. J. Janse, oud 24 jaar, melkbezorgster te Breskens, ont- kent pertinent de woorden: Stik, vuile land- verrader, vuile N.S.B.-er, op 31 October 1941 te hebben toegevoegd aan een te )3reskens wonende visseher en evenmin heeft ze gezegd op den daarop volgenden dag tegen denzelf- den persoon: Daar gaan de landverraders. Volgens den schipper had ze echter op 31 Oc tober, toen hq haar een aanmerking maakte over de plassen water, die op zijn stoep en in de gang van zijn woning lagen, deze woor den hem toegevoegd en op 1 November, toen hjj met zijn zoon voorbij ging, zou ze weer hebben geroepen. De zoon bevestigt de verklaring van zijn vader, doch er zijn ook twee getuigen, die verklaarden van de bedoelde woorden op 31 October niets te hebben gehoord. Ze hadden beiden wel duidelijk gehoord, dat de schipper in gesprek was met verdachte over een plas water, doch het meisje zou echter gezegd heb ben: Vent, ga naar de kade, ik heb niets met je te maken. De moeder was toen naar buiten gekomen en zou zelfs nog door den schipper zijn ge- slagen, waar ook een proces-verbaal over was opgemaakt, welke zaak ook door dei. Vrederechter zal worden behandeld. Wat de op 1 Nov. geultte woorden betreft, zegt verdachte, den schipper en zijn zoon dien morgen in het geheel niet te hebben gezien, dus ook niets te hebben kunnen zeggen. Een der getuigen is niet verschenen en oir alsnog dlen getuige te kunnen hooren wordt de zaak aangehcuden tot een volgende zit ting. Deze zaak kan zoowel als het begin als het vervolg van de vorige zaak worden be schouwd. Ter kennls van den burgemeester van .Bres kens was gebracht, dat de wed. De Rubber in den middag van 31 October was mishan- deld door haar buurjongen. Bij onderzoek werd de vrouw huilende in ha'ar woning aan- getroffen, waarbij bleek, dat enkele tanden door haar bovenllp waren geslagen en zij aan haar been blauwe plekken had. Haar dochter vertelde, dat zij dien middag voor de woning een woordenwisseling had gehad met de gar- nalenvisscher v. d. H., waarbij ook scheld- woorden waren gevallen. De moeder was toen naar buiten gekomen en terwijl ze voor haar doohter was gaan staan, om haar voor mis- handeling te bewaren, had de zoon van den sctiipper, J. van den Heuvel, oud 19 jaar, de vrouw met den vuist een slag in het gezicht gegeven en tegen het been geschopt. Nog een getuige had de mishandeling, waaraan een woordenwisseling was vooraf gegaan, gezien. Nadat de moeder wat tot bedaren was ge komen, kon zij het verbaal van haar dochter bevestigen. Verdachte geeft als zijn lezing te kennen, dat er inderdaad een woordenwisseling was ontstaan over water, dat op hun stoep lag, doch de dochter zou toen hem o.m. voor land- verrader enz. hebben uitgescholden. Geslagen heeft hij niet, doch hoe de vrouw aan de vcr- wondingen kwam, weet hij niet. Waarschjjn- Ijjk zal het gekomen zijn, doordat, toen hij de slag, die ze hem met een bezem wilde toe- brengen, heeft afgeweerd, de steel tegen haar gezicht kwam. De Offider eischt 14 dagen gevangenis- straf. Mr. Dieleman is raadsman. In overgangs- tijden als deze komen oude begrippen in de smeltikroes, zegt verdediger. Overal om ons been zien we haat oplaaien. Dit is een onbe- langrijke zaak; vroeger waren het goede buren, doch doordat verdachte lid is gewor den van de N.S.B. zijn er heel wat moeilijk- heden ontstaan. Tusschen die buren bestaan nu spanningen. Verdachte had als nationaal-socialist zich bin- nen de perken moeten houden. Formeel zal het hier telaste gelegde als bewezen moeten worden beschouwd. Pleiter voert echter ver sehillende verzaehtende omstandigheden aan en zou graag een vredelievende oplossing toe- juichen. Dat is in het belang van beide par- tijen. Vraagt ten slotte een geldboete. De Vrederechter houdt deze zaak ook on- bepaald aan, daar deze in verband staat met de vorige zaak tegen M. J. Janse. Op 15 October waren eenlge personen bezig met het verrlohten van werkzaamheden aan een Dultsch stellinggebouw te Nieuwe- sluls, gemeente Breskens. Tijdens het ver- richten van die werkzaamheden, zoo verkla- ren een tweetal getuigen zou op genoeglrjke wjjze zjjn gesproken over de politiek, doch gedurende het gesprek had P. J. Visser, oud 33 jaar, tlmmermansknecht te Breskens, zich op zeer beleedigende wjjze uitgelaten over de N.S.B., door te zeggen: Alle, die in Breskens tot de N.S.B. behooren, is schorum; terwijl hij op 20 October weer onder het werk o.m. zou hebben gezegd: De W.A. mannen zijn pa- rasieten van de Duitsche Weermacht, althans woorden van een dergelijke strekking. Eisch f 25 boete of 15 dagen hechtenis en uitspraak doende wil de Vrederechter dit- maal ook nog volstaan met een geldboete en veroordeelt verdachte conform den eisch. Een 24-jarlge echtgenoote te Zaamslag deed bij den burgemeester aldaar haar be- klag, dat zij als lid van de N.S.B- niet voor landverrader wenscht te worden uitgeschol den. In den avond van 10 Jul! 1941 en ook reeds eenlge malen daarvoor en daarna begon ver dachte, C. M. Stoffels, een ook daar wonende 18-jarige dienstbode, als z 'i getuige hoorde zingen: N.S.B., gij he1 t mjjn land ver- raden." Getuige zat dien avond achter haar woning, terwijl haar man voor het open raam zat te lezen. Deze zou ook de woorden hebben ge hoord, doch had slechts de stem herkend, niet de persoon gezien. De dienstbode ontkende ooit de woorden te hebben gezongen. Zeide nooit iemand te be- leedigen. Volgens haar heeft aangeefster meer last van kwade buien. De eisch luidt 14 dagen gevangenisstraf. De Vrederechter hoort de moeder van ver dachte ook nog, doch acht het telaste gelegde bewezen en veroordeelt het meisje tot 14 dagen gevangenisstraf. Tijdens een gesprek over den oorlog. ge- voerd in een caf6 te Koewacht, zou R. E. M. van Poecke, een 23-jarige vlasbewerker al daar, aan De B. hebben gevraagd, of hjj wel wist, wie Nederland verraden had. In het bjjzjjn van versehillende personen zou hjj heb ben gezegd: o.m. dat veel N.S.B.-ers te Delft, waar hjj als soldaat had gediend, vanuit de vensters op de Hollandsche soldaten hadden geschoten, zelfs met mitrailleurs. De aange- sproken persoon weerlegde dat, doch afgezien daarvan voelde hij zich als lid van de N.S.B. emstig gegriefd en beleedlgd. Een aantal cafdbezoekers hadden wel ge zien, dat de beide personen stonden te praten, doch volgens hen heel vriendschappeljjk en lachten ze ook. Hadden echter niet gehoord, dat verdachte de bedoelde woorden had ge zegd. Slechts de cafShouder hoorde zeggen, dat er op de Hollandsche soldaten was ge schoten, maar niet dat dat gebeurd was door de N.SJB.-ers. Verdachte geeft toe over den oorlog en de N.S.B. te hebben gesproken met aangever, doch ontkende ten stelligste de beweerde woorden te hebben gezegd. Ze hadden zelfs elkaar hartelijk begroet en begrjjpt niet. hoe De B. er aan komt. De zaak wordt voor nader onderzoek aan- gehouden. POLITIERECiRTER TE MIDDELBURG. Zitting van 17 Februari 1942. Verboden nederlage. De volgende zaken werden o.m. beliandeld: Een kommies der invoerrechten en accrjn- zen was ter oore gekomen, dat een bakker te Biervliet zich bezig zou houden met een ongeoorloofde handel in saccharine en noet- stof. De saocf.iarine en zoe'tstof werd waar- schjjnljjk frauduleus uitgevoerd naar BelgiS. Naar aanleiding hiervan stelde de kommies, met nog enkele andere kommiezen een onder zoek in op 7 Dec. 1941 bij verdachte J. B. Wijffels, oud 51 j,, bakker te Biervliet. De kommiezen deden huiszoeking bjj verd. en troffen daar aan ongeveer 19 kg zoetstcxf in poedervorm, kristalvorm en in tabletten en circa 25 kg saccharine. Verd. verklaarde, dat hjj de saccharine twee jaar igeleden gekocht had van .een onbekende persoon en dat hjj daeht dat hij die in huis mocht hebben. Ver der wenschte verd. niets te verklaren. Verd. zegt, dat hjj de partij voce- een koopje had gekocht en dat hjj ze al twee jaar- in zijn be zit had. De Officier zegt, dat de felten vast ;taan en dat uit de wijze waarop de saccha rine was verborgen, vast staat, dat het de bedoeling was om er mede te knoeien. Eisch 250 boete of 50 dagen hechtenis, met verbeurdverkiaring. Mr. Kuipers vraagt een mildere straf, zoo mogeljjk zonder verbeurd verkiaring. Uitspraak f 200 boete of 50 dagen hechtenis, met verbeurdverkiaring. O. E. E. Rammeloo, oud 34 j., winkeHer te Philippine, had op 9 Mei 1941 in een bjj hem in gebruik zjjnd pand aanwezig 150 doo- zen Boui-Flx, 2 doozen Twe-)3o, 24 doozen Ge-Be, 2 doozen karnemelk, 10 liter voile melk en 1 kist taptemelk, zijnde dit een grootere hoeveelheid dan redeliiker wijze ge- acht kon woe-den noodig te zijn voor zijn hui- seljjk gebruik of voor de uitoefening van zijn bedrijf, in verband met den normalen omvang van dat bedrijf en zijn normaal binnenlandsch deblet. Verd. werd in de gelegenheld gesteld de goederen buiten Zeeland te brengen. waar van hjj gebruik maakte. Eisch en uitspraak 150 boete of 50 dagen hechtenis. Kommiezen der invoerrechten en accjjn- zen deden op 9 Mei 1941 huiszoeking bjj A. Th. de Caluw6, oud 31 j., bakker en winke- lier te Philippine, in verband met de verbo- den nederlage wet. Zij troffen in de woning van verd. 300 pakjes puddlngpoeder aan. Daar verd. deze niet naar een plaats buiten Zeeland wilde voeren en de hoeveelheid groo ter was dan noodig, voor zjjn hulseljjk ge bruik en de omvang van zjjn bedrijf, werden de goederen in beslaggenomen. Eisch f 50 boete of 25 dagen hechtenis met verbeurdverkL, uitspraak /40 boete of 20 dagen hechtenis met verbeurdverkl. Fraudtdeoze staadbandeL Bjj deze kwestie is een drietal verdacbten betrokken. Alle drie moeten zjj terecht staan wegens overtredlng der verboden nederlage wet. Eerste verdachte was A. J. Smallegange, oud 27 j., groentenhandelaar te Temeuaen. De partijen zaad, voornameljjk uienzaad, die bjj hen werden aangetroffen, waren veelal op zich zelf niet zoo buitengewoon groot, doch de toestanfl was n.l. zoo, dat het ingesiagea zaad na 66n of twee dagen telkens weer was verdwenen en dus nimmer een groote voor- raad kon worden aangetroffen. Een onder zoek is toen ingesteld naar den normalen om- zet en hoeveel zaad er den laatsten tjjd wel werd ingeslagen. Hierbjj kon worden vastge- steld, dat over een tijdvak van drie maanden voor pl.m. f 100.000 aan zaden werd verhan- deld, terwijl de normale jaarlijksche omzet van Sm. Jr. wel beneden de 10.000 bljjft en de jongste Sm. pas In 194J voor zich zelf zaken is gaan doen. De kwantums uienzaad gingen de behoeften van geheel Z.-Vlaanderen zeer verre te boven. Bjj een visitatie, verrlcht op 5 Januari jj. bjj A. J. Smallegange werd in het bjj hem in gebruik zijnd pakhuis buiten de hoeveelheid goederen, die redeljjkerwjjze 'geaoht konden worden noodig te zijn voor de normale uit oefening van het bedrijf, gevonden 4 zakken uienzaad, totaal 200 kg. S. daarover ge hoord, zeide op 3 Jan. 250 kg te hebben ont vangen uit Holland. Reeds 50 kg had hjj weer verkocht aan onbekenden, die geregeld zaad bjj heon weghalen. Of dat smokkelaars zjjn of dat het zaad naar Belgie wordt gesmokkeld, interesseerde hem niet. Zei verder nog, in. geen geval voornemens te zjjn er mede te stoppen. Hij gaf ook toe reeds een paar ma len in Dec. 1941 partijen uienzaad te hebben ontvangen, welke ook reeds aan onbekenden waren verkocht tegen contante totaling. Het bleek derhalve wel, dat verdachte fraude in de hand werkte. Verd. werd be- volen het zaad buiten Zeeland te doen bren gen, waaraan door hem werd voldaan. Op 7 Januari werd door 66n der kommiezen die ook op 5 Jan. bjj verdachte visitatie had verricht, geconstateerd, dat door een chauf feur van de A.T.O.-dienst uit diens auto een 14-tal zakken werden gelost en binnengedra- gen in de bergplaats van denzelfden verd. Hjj verrichtte toen weer huiszoeking en werden o.m. aangetroffen een 14-tal zakken met zaad. Aan de vrouw van verd. decide de kom mies mede, dat die hoeveelheid te groot was en dat de voorraad in beslag werd genomen. Er was 50 kg bietenzaad, 100 kg uienzaad, 100 kg koolzaad, 270 kg wortelenzaad en 35 kg selderlezaad. Toen verdachte nadien werd gehoord, ver klaarde hjj, dat het zaad veelal werd gekocht voor M. Vroegop, die den handel financierde, doch alles op naam van hem en zjjn vader, daar V. niet is erkend als zaadhandelaar. Van hetgeen zij voor V. verhandelden kregen zjj commissieloon. Getuige Staal zegt, dat verd. geen erkend zaadhandelaar is, Op een vraag van verdediger zegt getuige, dat hjj niet weet welke zaden het waren die aankwamen. Verder verklaart getuige, dat 't niet was uit te zoeken voor wie het eigenljjk was, daar de verdachten op elkaars naam be- stelden. Verd. zegt, dat hjj alnds April 1941 voor eigen rekening handelt. Verd. geeft toe, dat de omzet veel grooter is dan vroeger, maar de vraag is ook veel grooter. Verder zegt verd., dat hjj zaad uit Holland betrekt en dat hij ook wel eens zaad naar Holland verzend. De Officier zegt, dat het bewijs niet een voudig is, want de boel is zeer verward. Eisch f 500 boete of 50 dagen hechtenis met ver beurdverkiaring. De beide zaken tegen deze verd. ztjn op de zitting gevoegd. Mr. G. Tichelrrian, raadsman van verd., acfit het bewjjs niet geleverd en Is van oot'deel, dat vrijspraak zal moeten volgen. Bjj veroordeeling vraagt pleiter in geen geval de verbeurdverkiaring uit te spreken, want daar van zouden alleen de leveranciers de dupe worden. Uitspraak /200 boete of 25 dagen hechte nis met verbeurdverkiaring. Op 5 Januari was ook visitatie verrioht bjj den vader van den vorigen verdachte, nJ. J. Smallegange, zaadhandelaar te Terneuzen. Daar werd boven de geoorloofde hoeveelheid goederen aangetroffen 109 kg uienzaad. Deze gaf toe reeds lang boven den norma len inslag van uienzaad te zjjn. Verkocht het steeds h contaut aan onbekenden, zeer waar- schijnljjk om te smokkelen naar het buiten- land, met name Belgid. Hem werd gelegenlieid gegeven het zaad buiten Zeeland te doen brengen, waaraan hjj voldeed. Eisch 50 boete of 25 dagen hechtenis, uitspraak /50 boete of 20 dagen hechtenis. Tenslotte werd door de kommiezen op 9 Januari ook nog huiszoeking verricht bjj den verdachte M. Vroegop, handelaar in uien te Terneuzen. In een bergplaats lagen o.m. op- geslagen 5 zakken, totaal inhoudende 250 kg wortelenzaad, hetweik nog maar pas was ge bracht. Ook hij gaf toe, aan versehillende per sonen te verkoopen, misschien wel voor den smokkelhandei. Al het door hem gekochte zaad ging op naam van de Smadlegange's, die als tusschenpersoon voor h-em optraden. De hoevee'heid zaad werd in beslag genomen. Volgens de crisiswetten mag deze verd. heelemaal geen zaden in voorraad hebben. Eisch 250 boete of 50 dagen hechtenis. Mr. G. Tichelman, raadsman van verdachte, zegt, dat het bewijs niet Is geleverd. De hoe- hoeveelheid is volgens pleiter niet te groot en hij vraagt clementie. Uitspraak 150 boete of 2^*dagen hechte nis, met verbeurdverkiaring.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1942 | | pagina 3