TERNEUZEN, 18 FEBRUARI 1942.
RECHTSZAKEN.
VRBDEREOHTER TE MIDDELBURG.
t Huyts te Rotterdam; tot
gMe.eld "k oep De Nederlandsche dag-
Tr RW Mt te 's^ravenhage;
SfKr van de vakgroep De provinciate en
ners H. J. Kerkmeeater te Bussum;
SuS van de vakgroep De Nederland-
^^SgWadpere A. J. van Drjk te Amster-
m tot bestuurder van de vakgroep De
provinciate en periodieke pers J. van Nes te
U&ifltleider) resp. bestuurder van de vak
groep Hot Vert>ond van Nederlandscbe Jour-
naHsteu treden op P. J. van Megcheien, al-
semeen voorzitter en J. Learbucb, zakelij
faidor van dat Verbond, beiden te s-Graven-
i>K 1N8TALLATIE VAN DEN
NEDERLANDSCHEN KULTUURRAAD.
Antwoord van prof- dr. G. A. S. Snyder.
In antwoord op de rede van den Rijkscom-
missaris sprak hierna prof. dr. G. A. S. Sni
der, president van den Nederlandscben Kul
tuurraad, In het Nederlandsch
„Mjjnheer de Rykscommissaris,
U bebt den Nederlandschen Kultuurraad
het kultureele geweten van het Nederland-
seiie volk genoemd en daarmede zijn groncs-
olajr en zjjn taak aangewezen. Grondslag kan
steeds alechts het volk in zijn geheel zgn, de
Nederlandscbe natie, niet in staatschen zm,
maar In de oorspronkeljjke beteekems eener
gemeenschap door geljjkheid van ras Inner
•{Be en uiterljjk verbonden, en door een ge-
meenscfctappeljj'k beleven van haar geschiede-
nte tot een bewuste eenheid geworden.
Wtt deelen met het Duitsche volk onzen
aard en ons bloed. De geschiedenis van het
Duitsche volk is echter slecbts ten deele ook
de onze, en julst de laatste eeuwen hebben
geleld tot een toenemende venvijdering welke
haar grond in de zeer sterke historische be-
levenissen van onzen tadhtigjarigen oorlog,
onzen opstand tegen een overheersching, die
niet met onzen aacd strookte, vond, die dan
tot een vervreemding werd, welke de laatste
jaren bovendien nog door een angstpsychose
werd belast."
Hierop schetste spr. hoe juist deze ver
vreemding tot een bovenmatige waardeering
van het begrip „staat" leidde, ten gevolge
ya&rvan de beteekenis van het volk miskend
werd en de overtuiging, dat een volk een
eeawig wordend, zich vernieuwend wezen is,
dat gelrjk leder levend wezen naar zelfver-
werkeljjking streeft, verloren ging* Deze ont-
wHtkeling werd dan nog vertiaast door facto
red van uiterljjken aard als industrialiseering
en vlucht naar de groote steden, waardoor
bet probleem der ,,massa" ontstond.
„Daac ik overtuigd ben, dat al wat men
voor kultuur kan doen van een gezond volk
<Hent uit te gaan en in een gezond volk ook
dleciits zijn grondslag kan vinden, is het mij
een bjjzondere voldoenlng, dat u julst ook de
zorg voor de volkswaarden (Volkstumpflege)
als behoorend tot het gebied van den N.K.R.
hebt aangewezen.
W.jj zullen daaraan bjjzondere aandacht
wjjden en het als een onzer voornaamste
taken, bescfciouwen, het volksche bewustzijn
van den Nederlander weer aan te kweeken
an aan te sterken.
Daartoe zal het in de eerste plaats noodig
ztjn den Nederlander te bevrijden uit zijn
krampadhtige, op den Staat ingestelde be-
wustzijnsvernauwing en hem terug te leiden
tot de ruime binding aan zijn volk. Ook
daarom is het van belang, de verbondenheid
als volk, die tusschen het Duitsche en het
Neder landsche volk aan deze en gene zijde der
sta&tsgrenzen bestaat, weer tot bewustzijn
te brengen. Dat wil geenszlns zeggen, dat
wij een versmelting beoogen. Een dergelijke
oplossing van het probleem zou een groot
veriles beteekenen en het zou ook niet in den
jin van den Flihrer zijn, wanneer op die wjjze
de rijkdom der Germaansche verscheidenheid
Mchtvaardig werd prijsgegeven.
Gij zelf, mrjnheer de Rijkscommissaris, hebt
ons tmmers het woord van den Fiihrer ge-
bracht, dat luidde: „Niemand zal gelukkiger
zjjn dan ik, wanneer wij in de menigvuldig-
heid en verscheidenheid van de Germaansche
nitmte in Europa de oude Nederlandscbe kul
tuur tot een nieuwen en hoogen hloei zlen op-
groeien en ontluiken."
(Deze verzekering onzer kultureele zelf-
standigheid, welke de leider der N.S.B. als
kostbaar geschenk van den FUhrer onlangs
heeft bekrachtigd, zullen wij ho,og schatten
en behouden. Maar deze zelfstandigheid mag
niet opnieuw tot een schelding tusschen onze
voikeren leiden."
„Verhooging der eigen kracht op grondslag
der volkswaarden schjjnt mij de taak van den
N.K.R. te zijn. Ik leg den nadruk op eigen
Jcmcht.
En juist brj de beslissing over de vraag
wat eigen, wat vreemd en wat verkeerd is,
moeten wij ons bewust blijven van onze door
u gestelde taak, het geweten van het volk te
vertegenwoordigen. Wat is geweten? 'Het
geweten Is eenvoudig het absolute, niet aan-
geleerde, maar aangeborene w e t e n zonder
meer, het weten, dat zich bij den enkeling op
good en kwaad, bij een volk op juist en ver
keerd richt. Het is een bijna instinctief
weten, dat waarschuwend of gebiedend ver-
hoedend, maar ook aanzettend zich doet ge-
voelen. Zoo dlent ook de taak van N.K.R. niet
alechts een het verkeerde verhinderende, maar
ook een het juiste bevorderende te zijn."
Vervolgens stelde spr. de vraag: wat is
juist, wat is verkeerd? en betoogde, dat het
niet mogelijk is ultsluifcend uit een beschou-
■wing van het verleden het wezen van het
Nederlandsche volk te kristalliseeren en dat
als maatstaf van juist of verkeerd te nemen.
Hlstorisch bezien, vertoont de Nederlandsche
kultuur tal van radikale wendingen. Aan-
schouw de kathedraal van Den Bosch, het
Amsterdamsche raadhuis van Van Campen
en de beurs van Berlage en men zlet een ver-
sdhdl zoo groot, dat men zich haast zou kun
nen afvragen of hier het wezen van een en
hetzelfde volk tot uitdrukking komt. Niette-
mln voelen wij dit als lets eigens.
„Maar In dit eigene weerspiegelt de geest
van den tijd, waarin het vorm kreeg en julst
dit bewjjst ons, hoe levend ons volk was, hoe
vol zijn antwoord op den roep des tjjds klonk.
Zoo blijkt dus, dat het Nederlandscbe volk
over een rijkdom van mogelijkheden en vor-
men van uitdrukking beschikt. Zeer ver
keerd zou het nu zijn, wanneer men vroegere
uitdrukkingsvormen, of zelfs een bepaalde,
tot de alleen mogelijke en adaequate wezens-
ultdrukking van ons volk verklaarde, zooals
dat in de laatste jaren al te vaak geschied
is en ook nu nog vaak gebeurt. Juist de
veelheid van v o r m e n leert ons, dat het
niet op den vorm, maar op het wezen aan-
komt."
„Wij zullen ons dus niet met een histori
sche beschouwing tevreden mogen stellen,
want deze, gericht op het verleden, kan ons
slechts een beperkt begrip van het Neder
landsche wezen geven."
Spr. betoogde vervolgens, dat wij van het
inzicht uit moeten gaan zelf voor alles lid
eener gemeenschap te zijn. Slechts dan kan
in onze stem ook die van ons volk klinken,
Slechts dan kunnen wij de richting waarin
het geheel zich beweegt, aanvoelen. „Rich-
ting" kan men echter slechts erkennen als
men voorwaarts blikt en een doel voor oogen
houdt. Wanneer wij de richting, welke ons
volk nemen zal, omdat het m o e t, kennen,
zoo zullen wij misschien moeizaam den weg
moeten zoeken, maar misschien zullen wij
hem niet, ook al zouden wij hem moeten
banen!
Het verleden heeft ons geleerd, dat de weg
van het Nederlandsche volk niet rechtlflnig
verloopt. En zooals leder onzer in zijn eigen
leven keerpunten heeft gekend, zoo staat ook
het Nederlandsche volk heden aan een keer-
punt en moet in het onbekende en ongewone
zrjn weg zoeken. Het was steeds onze trots,
dat ons volk zich eens een eigen weg in
de wereld gebaand heeft. Wie thans begrjjpt,
dat hier een nieuwe wereld ontstaat, die heeft
den plicht, den nieuwen weg te zoeken en te
helpen banen."
.Wanneer het uw bedoeling is, dat de Ne
derlandsche Kultuurraad het kultureele ge
weten van het Nederlandsche volk is, zoo kan
deze dit slechts zijn, wanneer hij positief
tegenover de beslissing van het heden staat.
Daardoor wordt ons onze richting aangewe
zen. Wij zien de gebeurtenissen niet als „ver-
anderde tljdsomstandigheden", maar gelooven
aan een hoogere leiding, die zich daarin ver-
werkelijkt. Aan dit Inzicht ontleenen wij den
moed ook de consequenties te aanvaarden en
de verplichting mede te werken, mede te han-
delen en te leiden.
U zult heden geen concrete plannen van
mij verwachJLen. Wij zullen steeds dat doen,
wat ons dienstig schijnt tot het hoogere doel
en in overeenstemming met de richting van
het geheel. Daardoor hoopt de N.K.R. het
best het Nederlandsche volk en dat niet
alleen! te dienen. Dat u den N.K.R. hebt
ingesteld om de belangen van de Nederland
sche kultuur te behartigen, is ons een bewijs,
dat ook gij overtuigd zijt, dat voor het nieuwe
Europa een zelfstandige Nederlandsche kul
tuur een waardevol en onontbeerlijk dank-
baar zal zijn."
In deze overtuiging vatten wij onze taak
op, vertrouwend, dat het Nederlandsche volk,
wanneer het eenmaal zijn weg gebaand, zijn
plaats in de nieuwe gemeenschap veroverd
heeft, den FUhrer, die ons alien de nieuwe
wegen wijst en thans het lot van Europa in
zijn sterke handen houdt, en u, mijnheer de
Rijkscommissaris, als den voltrekker van zijn
wil, dankbaar zal zijn.
Toespraak tot Ned. Kultuurkrlng.
Hiema begroette prof. Snijder de Gene-
raalkommissarlssen en de Secretarissen-gene-
raal en richtte hij meer in het bijzonder het
woord tot de leden van den elnd 1940 door
hem opgerichten Nederlandschen Kultuur
krlng.
Dames en heeren,
Het is al meer dan een jaar geleden, sinds
wij voor het eerst bijeenkwamen en er is In
dat jaar veel gebeurd. Van den beginnen af
aan hebben wij gestreefd naar samenweirklng
met de bezettende overheid, omdat wij inza-
gen, dat dit de weg was voor ons volk, op
grond van ons verleden, onzen ingeboren aard
en met het oog op onze toekSmst, die wij
niet anders dan in een groot Europeesch ver-
band kunnen zien. De grondslag van deze
samenwerking als gelijkgereehtigde partners
ligt in ons zelfbewustzijn als Nederlanders en
de erkenning daarvan door de Duitschers, die
in het nieuwe Europa de leiding zullen heb
ben.
Wij kunnen deze leiding te gereeder aan
vaarden, omdat ons niet eens, maar herhaal-
delijk, onze kultureele zelfstandigheid, dat wil
zeggen, ons bestaan als zelfstandig volk, is
toegezegd.
Wat kon noodzakelgker zijn, dan een or-
gaan te scheppen, dat het Nederlandsche
kultuurleven vertegenwoordigt, tevens het
vertrouwen van het hoogste gezag In ons land
bezit. Zoo Is de Nederlandsche Kultuurraad
ontstaan: het kultureele geweten van het
Nederlandsche volk. Dat wil dus zeggen, dat
de Kultuurraad in de eerste plaats een Neder
landsche instelling is, die, als^een geweten,
een waarschuwende stem kan doen hooren,
wanneer Nederlandsche kultuurbelangen be-
dreigd worden, van welke zijde ook. Maar het
geweten verhindert niet slechts. Belangrijker
is, dat het aandrijft tot handelen ten goede.
De taak van den Kultuurraad is derhalve
raadgevend in alle opzichten. Maar ander-
zrjds zijn maatregelen getroffen, dat de raad
van den Kultuurraad inderdaad ook gehoord
worden en niet lichtvaardig terzijde worde
gelegd.
De stem van het Nederlandsche volk wordt
vertegenwoordigd door de leden van den Kul
tuurraad, die den president terzijde staan. Ik
weet wel, dat enkelen, die zich zelf als de
coryphaeen van de Nederlandsche kultuur be-
schouwen ei^ door velen ook zoo beschouwd
worden, ontbreken. Maar de Kultuurraad is
naar andere gezichtspunten en op andere wijze
dan door het evenredig kiesrecht samenge-
steld; de criteria, die gegolden hebben zijn
die van de toekomst, niet die van gisteren.
Ik weet ook, dat enkelen, die ik hier gaarne
gezien had, zich uit persoonlijke overwegin-
gen onttrokken hebben aan 'n gemeenschaps-
taak, waarvan wij het algemeen belang zeer
wel inzien.
Des te meer waardeer ik het, mijne heeren
leden van den Kultuurraad, dat gjj niet ge-
aarzeld hebt uw taak in het belang van ons
volk en onze kultuur op u te nemen. Ik dank
u voor uw bereidwilligheid en verantwoorde-
lijkheidsbesef.
Op den duur zal het noodig zijn, het aantal
leden van dit college uit te breiden, want al
hebben wij niet voor elk onderdeel onzer taak
een specialist noodig, op versehillende belang-
rijke gebieden zal nog moeten blijken, wiens
stem het meest verdient gehomd te worden.
Wrj alien, mrjne heeren leden van den Kul
tuurraad, moeten open staan voor de verlan-
gens en wensehen, die in ons volk leven. Edn
punt wil ik hier in het bijzonder naar voren
brengen. Gij, medewerkers van den Neder
landschen Kultuurkrlng, die destijds den
moed uwer overtuiging bezeten hebt, neemt
©en bijzonderc plaats in. Het is mij een be-
hoefte u de verzekering te geven, dat u in het
bijzonder steeds een open oor voor uw ge-
dachten en wensehen in den Nederlandschen
Kultuurraad zult vinden.
GIFTEN VOOR DE WINTERHUEP.
Van 2 t/m 7 Febr. zijn o.m. de volgende
gif en ontvangen:
N.V. Nieuwe Ned. Mij tot vervaardl-gen van
Spiqgelglas enz., Sas van Gent 3000N.V.
Holl. Kunstzijde Industrie, Breda 1009;
Lever Brothers and Unilever N.V., Rotterdam
f 225.000. Totaal ontvangen op hoofd- en
prov. kantoren 282.902,88.
KINDEREN TERUG LIT DUITSCaiLAND.
Met den trein, Welke om 11.17 u. te Goes
arriveert, zijn Dinsdatj weder een aantal kin-
deren eruggekomen, die door de'zorgen van
de Ned. Volksdienst zeis weken in Wuppertal
(Duitschland) zijn geweest. In totaal hebben
44 kinderen aan deze reis deelgenomen, .waar
van 22 uit Zeeuwsch-Vlaanderen en verder
kinderen uit Goes. Middelburg, enz. De kin
deren zagen er goed uit ,en waxen alien in ge-
wioht toegenomen (6dn zelfs 10 pond). De
kinderen uit Zeeuwsch-Vlaanderen stapten
hier over op de trein naar Hoedekenskerke en
de Duitsqhe leids ers zouden hen op hun ver-
deren tocht vergezelleri. De kinderen van
Schoiuwen-Duiveland waren reeds te Bergen
op Zoom uitgestapt om vandaar de reis naar
him ouderlrjke woningen te vervolgen.
(De Z.)
DE EXTRA-RANTSOENEN VOOR
A.S. MOEDERS.
Den laatsten tijd zijn eeniga veranderingen
aangebracht in de verstrekkingen aan aan-
staande en jonge moeders, v/aardoor op den
duur misschien eenig misverstand kan on -
staan. Vooral wanneer, zooals vaak gebeurt,
a.s. moeders te rade gaan bij haar die de blljde
gebeurtenis al eenigen tiid achter den rug heb
ben. Ter vermijding daarvan volgt hieronder
een overzicht van de extra-verstrekklngen
voor deze bijzondere categoric. Uit dit over
zicht kan men. tevens zien voor welke aanvra-
gen een attest moet worden overgelegd. zoo-
dat medicus of vroedvrouw hlervoor slechts
eenmaal behoeven te worden lastig gevallen.
Levensmiddeleu.
Ingevolge de nieuwe regeling dd. 17 Januari
j.l. kunnen a.s. en jonge moeders, gedurende
28 weken, n.l. 20 weken v66r den vermoede-
lijken datum, van bevalling en 6 weken daar-
na bonnen verkrijgen voor een extra hoeveel-
held van 3% liter melk per week, benevens,
naar keuze,
1000 gram havermout per week of
1000 gram gort per week of
1000 gram brood per week of
750 gram brood 125 gram boter per
week.
De ukreiking van deze extra-bonnen ge-
schiedt door den plaatselijken dlstributie-
dienst voor de geheele periode van 26 weken
tegelijk op aanvraag van belanghebbende. Bij
de aanvraag tooet een attest van een medicus
of vroedvrouw worden overgelegd.. De aan-
vraagster kan by de aanvraag opgeven hoe-
veel weken zij, met inachtneming van het
to' aal van 26 weken een van bovengenoemde
keuze-artlkelen wenscht te ontvangen.
Industrieele artikelen.
a. Toiletzeep: aan a.s. moeders, die op een
attest van een medicus of vroedvrouw extra-
rantsoembonnen voor melk, havermout erz.
hebben ontvangen, kan een bon „<5dn ran'soen
toiletzeep" worden verstrekt, wanneer de be
valling thuls zal plaats hebben.
b. 'Vaste brandstoffen: bij bevallingen kun
nen sedert 27 October vorig jaar, extra brand
stoffen worden verstrekt op ver'oon van de
distributiestamkaart van de(n) jonggeborene.
De extra-verstrekikinig kan ook plaats hebben
indien het kind levenloos ter w'ereld komt of
wel kort daarna overlijdt
Iniplaa^s van vaste brandstoffen kan ook
een extra-rantsoen gas of electriciteit worden
toegestaan, waarvoor door den distributle-
dlenst een verklaring wordt afgegeven.
c. Textiel: voor het baby-uitzet kan 'egen
overlegging van een schriftelijke verklaring
van esn ,geneeskundi|ge of vroedvrouw aan de
a.s. moeder een baby-textielkaart worden uit-
gereikt. Voor het benoodigde beddegoed voor
een wieg of kinderledikantje kunnen speciale
punten worden verstrekt. Voor bekleeding
van de wieg kunnen eveneens punten worden
afgegeven.
Indien de bevalling thuis plaats heeft, kun
nen ten behoeve van de moeder speciale pun-
ten voor beddegoed worden verstrekt.
Voor een positie-japon worden In het alge
meen geen speciale punten verstrekt. Alleen
indien de a.s. moeder op haar textielkaart
geen voldoende aan'al punten meer beschik-
baar heeft kunnen haar het ontbrekende aan
tal punten worden afgegeven.
A.s. moeders kunnen voorts 3 4 maanden
v66r de bevalling een specia-le vergunning en
speciale punten verkrijgen voor een positie-
wintermantel, een positie-zomermantel en
bustehouders.
De vervoersmoeilijkheden der afgeloopen
periode heeft een geringe stagna'ie in de af-
levering van kindermeel en havermout ver-
oorzaakt Geleldelrik zal deze echter weer
normaal worden.
Wat de aflevering van wol op punten be-
treft, lean niet worden gegarandeerd, dat deze
in iedere zaak, doch wel dat deze hier en daar
verkrijgbaar Is.
POSTGIRONUMMERS VAN DE
WINTERHULF NEDERLAND:
Winterhulp Nederland, Den Haag no. 5553.
Als bank der Winterhulp Nederland
is aangewezen de Kasvereeniging
N.V.. Amsterdam, no. 877.
Stort op 5553 of 877.
Ge brengt geluk in veler leven.
Ill
Zitting van Maandag 16 Febr. 1942.
Deze tweede zitting van den Vrederechter
te Middelburg, Mr. v. d. Grrjp, wordt gevuld
door een aantal mishandelings- en beleedl-
gingszaken.
O.m. werden behandeld:
De verdachte in deze zaak, M. J. Janse,
oud 24 jaar, melkbezorgster te Breskens, ont-
kent pertinent de woorden: Stik, vuile land-
verrader, vuile N.S.B.-er, op 31 October 1941
te hebben toegevoegd aan een te )3reskens
wonende visseher en evenmin heeft ze gezegd
op den daarop volgenden dag tegen denzelf-
den persoon: Daar gaan de landverraders.
Volgens den schipper had ze echter op 31 Oc
tober, toen hq haar een aanmerking maakte
over de plassen water, die op zijn stoep en
in de gang van zijn woning lagen, deze woor
den hem toegevoegd en op 1 November, toen
hjj met zijn zoon voorbij ging, zou ze weer
hebben geroepen.
De zoon bevestigt de verklaring van zijn
vader, doch er zijn ook twee getuigen, die
verklaarden van de bedoelde woorden op 31
October niets te hebben gehoord. Ze hadden
beiden wel duidelijk gehoord, dat de schipper
in gesprek was met verdachte over een plas
water, doch het meisje zou echter gezegd heb
ben: Vent, ga naar de kade, ik heb niets met
je te maken.
De moeder was toen naar buiten gekomen
en zou zelfs nog door den schipper zijn ge-
slagen, waar ook een proces-verbaal over
was opgemaakt, welke zaak ook door dei.
Vrederechter zal worden behandeld.
Wat de op 1 Nov. geultte woorden betreft,
zegt verdachte, den schipper en zijn zoon dien
morgen in het geheel niet te hebben gezien,
dus ook niets te hebben kunnen zeggen.
Een der getuigen is niet verschenen en oir
alsnog dlen getuige te kunnen hooren wordt
de zaak aangehcuden tot een volgende zit
ting.
Deze zaak kan zoowel als het begin als
het vervolg van de vorige zaak worden be
schouwd.
Ter kennls van den burgemeester van .Bres
kens was gebracht, dat de wed. De Rubber
in den middag van 31 October was mishan-
deld door haar buurjongen. Bij onderzoek
werd de vrouw huilende in ha'ar woning aan-
getroffen, waarbij bleek, dat enkele tanden
door haar bovenllp waren geslagen en zij aan
haar been blauwe plekken had. Haar dochter
vertelde, dat zij dien middag voor de woning
een woordenwisseling had gehad met de gar-
nalenvisscher v. d. H., waarbij ook scheld-
woorden waren gevallen. De moeder was toen
naar buiten gekomen en terwijl ze voor haar
doohter was gaan staan, om haar voor mis-
handeling te bewaren, had de zoon van den
sctiipper, J. van den Heuvel, oud 19 jaar, de
vrouw met den vuist een slag in het gezicht
gegeven en tegen het been geschopt. Nog een
getuige had de mishandeling, waaraan een
woordenwisseling was vooraf gegaan, gezien.
Nadat de moeder wat tot bedaren was ge
komen, kon zij het verbaal van haar dochter
bevestigen.
Verdachte geeft als zijn lezing te kennen,
dat er inderdaad een woordenwisseling was
ontstaan over water, dat op hun stoep lag,
doch de dochter zou toen hem o.m. voor land-
verrader enz. hebben uitgescholden. Geslagen
heeft hij niet, doch hoe de vrouw aan de vcr-
wondingen kwam, weet hij niet. Waarschjjn-
Ijjk zal het gekomen zijn, doordat, toen hij de
slag, die ze hem met een bezem wilde toe-
brengen, heeft afgeweerd, de steel tegen haar
gezicht kwam.
De Offider eischt 14 dagen gevangenis-
straf.
Mr. Dieleman is raadsman. In overgangs-
tijden als deze komen oude begrippen in de
smeltikroes, zegt verdediger. Overal om ons
been zien we haat oplaaien. Dit is een onbe-
langrijke zaak; vroeger waren het goede
buren, doch doordat verdachte lid is gewor
den van de N.S.B. zijn er heel wat moeilijk-
heden ontstaan.
Tusschen die buren bestaan nu spanningen.
Verdachte had als nationaal-socialist zich bin-
nen de perken moeten houden. Formeel zal
het hier telaste gelegde als bewezen moeten
worden beschouwd. Pleiter voert echter ver
sehillende verzaehtende omstandigheden aan
en zou graag een vredelievende oplossing toe-
juichen. Dat is in het belang van beide par-
tijen. Vraagt ten slotte een geldboete.
De Vrederechter houdt deze zaak ook on-
bepaald aan, daar deze in verband staat met
de vorige zaak tegen M. J. Janse.
Op 15 October waren eenlge personen
bezig met het verrlohten van werkzaamheden
aan een Dultsch stellinggebouw te Nieuwe-
sluls, gemeente Breskens. Tijdens het ver-
richten van die werkzaamheden, zoo verkla-
ren een tweetal getuigen zou op genoeglrjke
wjjze zjjn gesproken over de politiek, doch
gedurende het gesprek had P. J. Visser, oud
33 jaar, tlmmermansknecht te Breskens, zich
op zeer beleedigende wjjze uitgelaten over de
N.S.B., door te zeggen: Alle, die in Breskens
tot de N.S.B. behooren, is schorum; terwijl
hij op 20 October weer onder het werk o.m.
zou hebben gezegd: De W.A. mannen zijn pa-
rasieten van de Duitsche Weermacht, althans
woorden van een dergelijke strekking.
Eisch f 25 boete of 15 dagen hechtenis en
uitspraak doende wil de Vrederechter dit-
maal ook nog volstaan met een geldboete en
veroordeelt verdachte conform den eisch.
Een 24-jarlge echtgenoote te Zaamslag
deed bij den burgemeester aldaar haar be-
klag, dat zij als lid van de N.S.B- niet voor
landverrader wenscht te worden uitgeschol
den.
In den avond van 10 Jul! 1941 en ook reeds
eenlge malen daarvoor en daarna begon ver
dachte, C. M. Stoffels, een ook daar wonende
18-jarige dienstbode, als z 'i getuige hoorde
zingen: N.S.B., gij he1 t mjjn land ver-
raden."
Getuige zat dien avond achter haar woning,
terwijl haar man voor het open raam zat te
lezen. Deze zou ook de woorden hebben ge
hoord, doch had slechts de stem herkend, niet
de persoon gezien.
De dienstbode ontkende ooit de woorden te
hebben gezongen. Zeide nooit iemand te be-
leedigen. Volgens haar heeft aangeefster
meer last van kwade buien.
De eisch luidt 14 dagen gevangenisstraf.
De Vrederechter hoort de moeder van ver
dachte ook nog, doch acht het telaste gelegde
bewezen en veroordeelt het meisje tot 14 dagen
gevangenisstraf.
Tijdens een gesprek over den oorlog. ge-
voerd in een caf6 te Koewacht, zou R. E. M.
van Poecke, een 23-jarige vlasbewerker al
daar, aan De B. hebben gevraagd, of hjj wel
wist, wie Nederland verraden had. In het
bjjzjjn van versehillende personen zou hjj heb
ben gezegd: o.m. dat veel N.S.B.-ers te Delft,
waar hjj als soldaat had gediend, vanuit de
vensters op de Hollandsche soldaten hadden
geschoten, zelfs met mitrailleurs. De aange-
sproken persoon weerlegde dat, doch afgezien
daarvan voelde hij zich als lid van de N.S.B.
emstig gegriefd en beleedlgd.
Een aantal cafdbezoekers hadden wel ge
zien, dat de beide personen stonden te praten,
doch volgens hen heel vriendschappeljjk en
lachten ze ook. Hadden echter niet gehoord,
dat verdachte de bedoelde woorden had ge
zegd. Slechts de cafShouder hoorde zeggen,
dat er op de Hollandsche soldaten was ge
schoten, maar niet dat dat gebeurd was door
de N.SJB.-ers.
Verdachte geeft toe over den oorlog en de
N.S.B. te hebben gesproken met aangever,
doch ontkende ten stelligste de beweerde
woorden te hebben gezegd. Ze hadden zelfs
elkaar hartelijk begroet en begrjjpt niet. hoe
De B. er aan komt.
De zaak wordt voor nader onderzoek aan-
gehouden.
POLITIERECiRTER TE MIDDELBURG.
Zitting van 17 Februari 1942.
Verboden nederlage.
De volgende zaken werden o.m. beliandeld:
Een kommies der invoerrechten en accrjn-
zen was ter oore gekomen, dat een bakker
te Biervliet zich bezig zou houden met een
ongeoorloofde handel in saccharine en noet-
stof. De saocf.iarine en zoe'tstof werd waar-
schjjnljjk frauduleus uitgevoerd naar BelgiS.
Naar aanleiding hiervan stelde de kommies,
met nog enkele andere kommiezen een onder
zoek in op 7 Dec. 1941 bij verdachte J. B.
Wijffels, oud 51 j,, bakker te Biervliet. De
kommiezen deden huiszoeking bjj verd. en
troffen daar aan ongeveer 19 kg zoetstcxf in
poedervorm, kristalvorm en in tabletten en
circa 25 kg saccharine. Verd. verklaarde, dat
hjj de saccharine twee jaar igeleden gekocht
had van .een onbekende persoon en dat hjj
daeht dat hij die in huis mocht hebben. Ver
der wenschte verd. niets te verklaren. Verd.
zegt, dat hjj de partij voce- een koopje had
gekocht en dat hjj ze al twee jaar- in zijn be
zit had. De Officier zegt, dat de felten vast
;taan en dat uit de wijze waarop de saccha
rine was verborgen, vast staat, dat het de
bedoeling was om er mede te knoeien.
Eisch 250 boete of 50 dagen hechtenis, met
verbeurdverkiaring. Mr. Kuipers vraagt een
mildere straf, zoo mogeljjk zonder verbeurd
verkiaring. Uitspraak f 200 boete of 50 dagen
hechtenis, met verbeurdverkiaring.
O. E. E. Rammeloo, oud 34 j., winkeHer
te Philippine, had op 9 Mei 1941 in een bjj
hem in gebruik zjjnd pand aanwezig 150 doo-
zen Boui-Flx, 2 doozen Twe-)3o, 24 doozen
Ge-Be, 2 doozen karnemelk, 10 liter voile
melk en 1 kist taptemelk, zijnde dit een
grootere hoeveelheid dan redeliiker wijze ge-
acht kon woe-den noodig te zijn voor zijn hui-
seljjk gebruik of voor de uitoefening van zijn
bedrijf, in verband met den normalen omvang
van dat bedrijf en zijn normaal binnenlandsch
deblet. Verd. werd in de gelegenheld gesteld
de goederen buiten Zeeland te brengen. waar
van hjj gebruik maakte.
Eisch en uitspraak 150 boete of 50 dagen
hechtenis.
Kommiezen der invoerrechten en accjjn-
zen deden op 9 Mei 1941 huiszoeking bjj A.
Th. de Caluw6, oud 31 j., bakker en winke-
lier te Philippine, in verband met de verbo-
den nederlage wet. Zij troffen in de woning
van verd. 300 pakjes puddlngpoeder aan.
Daar verd. deze niet naar een plaats buiten
Zeeland wilde voeren en de hoeveelheid groo
ter was dan noodig, voor zjjn hulseljjk ge
bruik en de omvang van zjjn bedrijf, werden
de goederen in beslaggenomen.
Eisch f 50 boete of 25 dagen hechtenis met
verbeurdverkL, uitspraak /40 boete of 20
dagen hechtenis met verbeurdverkl.
Fraudtdeoze staadbandeL
Bjj deze kwestie is een drietal verdacbten
betrokken. Alle drie moeten zjj terecht staan
wegens overtredlng der verboden nederlage
wet. Eerste verdachte was A. J. Smallegange,
oud 27 j., groentenhandelaar te Temeuaen.
De partijen zaad, voornameljjk uienzaad, die
bjj hen werden aangetroffen, waren veelal op
zich zelf niet zoo buitengewoon groot, doch
de toestanfl was n.l. zoo, dat het ingesiagea
zaad na 66n of twee dagen telkens weer was
verdwenen en dus nimmer een groote voor-
raad kon worden aangetroffen. Een onder
zoek is toen ingesteld naar den normalen om-
zet en hoeveel zaad er den laatsten tjjd wel
werd ingeslagen. Hierbjj kon worden vastge-
steld, dat over een tijdvak van drie maanden
voor pl.m. f 100.000 aan zaden werd verhan-
deld, terwijl de normale jaarlijksche omzet
van Sm. Jr. wel beneden de 10.000 bljjft en
de jongste Sm. pas In 194J voor zich zelf
zaken is gaan doen.
De kwantums uienzaad gingen de behoeften
van geheel Z.-Vlaanderen zeer verre te boven.
Bjj een visitatie, verrlcht op 5 Januari jj.
bjj A. J. Smallegange werd in het bjj hem in
gebruik zijnd pakhuis buiten de hoeveelheid
goederen, die redeljjkerwjjze 'geaoht konden
worden noodig te zijn voor de normale uit
oefening van het bedrijf, gevonden 4 zakken
uienzaad, totaal 200 kg. S. daarover ge
hoord, zeide op 3 Jan. 250 kg te hebben ont
vangen uit Holland. Reeds 50 kg had hjj weer
verkocht aan onbekenden, die geregeld zaad
bjj heon weghalen. Of dat smokkelaars zjjn of
dat het zaad naar Belgie wordt gesmokkeld,
interesseerde hem niet. Zei verder nog, in.
geen geval voornemens te zjjn er mede te
stoppen. Hij gaf ook toe reeds een paar ma
len in Dec. 1941 partijen uienzaad te hebben
ontvangen, welke ook reeds aan onbekenden
waren verkocht tegen contante totaling.
Het bleek derhalve wel, dat verdachte
fraude in de hand werkte. Verd. werd be-
volen het zaad buiten Zeeland te doen bren
gen, waaraan door hem werd voldaan.
Op 7 Januari werd door 66n der kommiezen
die ook op 5 Jan. bjj verdachte visitatie had
verricht, geconstateerd, dat door een chauf
feur van de A.T.O.-dienst uit diens auto een
14-tal zakken werden gelost en binnengedra-
gen in de bergplaats van denzelfden verd. Hjj
verrichtte toen weer huiszoeking en werden
o.m. aangetroffen een 14-tal zakken met
zaad. Aan de vrouw van verd. decide de kom
mies mede, dat die hoeveelheid te groot was
en dat de voorraad in beslag werd genomen.
Er was 50 kg bietenzaad, 100 kg uienzaad, 100
kg koolzaad, 270 kg wortelenzaad en 35 kg
selderlezaad.
Toen verdachte nadien werd gehoord, ver
klaarde hjj, dat het zaad veelal werd gekocht
voor M. Vroegop, die den handel financierde,
doch alles op naam van hem en zjjn vader,
daar V. niet is erkend als zaadhandelaar.
Van hetgeen zij voor V. verhandelden kregen
zjj commissieloon.
Getuige Staal zegt, dat verd. geen erkend
zaadhandelaar is,
Op een vraag van verdediger zegt getuige,
dat hjj niet weet welke zaden het waren die
aankwamen. Verder verklaart getuige, dat 't
niet was uit te zoeken voor wie het eigenljjk
was, daar de verdachten op elkaars naam be-
stelden.
Verd. zegt, dat hjj alnds April 1941 voor
eigen rekening handelt. Verd. geeft toe, dat
de omzet veel grooter is dan vroeger, maar
de vraag is ook veel grooter. Verder zegt
verd., dat hjj zaad uit Holland betrekt en dat
hij ook wel eens zaad naar Holland verzend.
De Officier zegt, dat het bewijs niet een
voudig is, want de boel is zeer verward. Eisch
f 500 boete of 50 dagen hechtenis met ver
beurdverkiaring.
De beide zaken tegen deze verd. ztjn op de
zitting gevoegd.
Mr. G. Tichelrrian, raadsman van verd.,
acfit het bewjjs niet geleverd en Is van
oot'deel, dat vrijspraak zal moeten volgen. Bjj
veroordeeling vraagt pleiter in geen geval de
verbeurdverkiaring uit te spreken, want daar
van zouden alleen de leveranciers de dupe
worden.
Uitspraak /200 boete of 25 dagen hechte
nis met verbeurdverkiaring.
Op 5 Januari was ook visitatie verrioht bjj
den vader van den vorigen verdachte, nJ. J.
Smallegange, zaadhandelaar te Terneuzen.
Daar werd boven de geoorloofde hoeveelheid
goederen aangetroffen 109 kg uienzaad.
Deze gaf toe reeds lang boven den norma
len inslag van uienzaad te zjjn. Verkocht het
steeds h contaut aan onbekenden, zeer waar-
schijnljjk om te smokkelen naar het buiten-
land, met name Belgid.
Hem werd gelegenlieid gegeven het zaad
buiten Zeeland te doen brengen, waaraan hjj
voldeed.
Eisch 50 boete of 25 dagen hechtenis,
uitspraak /50 boete of 20 dagen hechtenis.
Tenslotte werd door de kommiezen op 9
Januari ook nog huiszoeking verricht bjj den
verdachte M. Vroegop, handelaar in uien te
Terneuzen. In een bergplaats lagen o.m. op-
geslagen 5 zakken, totaal inhoudende 250 kg
wortelenzaad, hetweik nog maar pas was ge
bracht. Ook hij gaf toe, aan versehillende per
sonen te verkoopen, misschien wel voor den
smokkelhandei. Al het door hem gekochte
zaad ging op naam van de Smadlegange's, die
als tusschenpersoon voor h-em optraden. De
hoevee'heid zaad werd in beslag genomen.
Volgens de crisiswetten mag deze verd.
heelemaal geen zaden in voorraad hebben.
Eisch 250 boete of 50 dagen hechtenis.
Mr. G. Tichelman, raadsman van verdachte,
zegt, dat het bewijs niet Is geleverd. De hoe-
hoeveelheid is volgens pleiter niet te groot en
hij vraagt clementie.
Uitspraak 150 boete of 2^*dagen hechte
nis, met verbeurdverkiaring.