M^wrm
Binneniand
HET MYSTER1E I
I AGHTER DEN MUUR
Nee m'n
Vervoer en nederlage van goederen.
FEUILLETON
DE LUOHTAANIVAL OP ROTTERDAM.
VOORKOMT HET BEDERF VAN
LEVENSMIDDELEN.
De wnd, Burgemeester van TERNEUZEN
brengt b.et volgende ontvangen sciirijven ter
openbare kennis:
Directie 's-Hertogenbosch.
No. 8(V6.
's-Bosch, 2 Februar 1942.
De Directeur der directe belas ingen, invoer-
rechten en accijnzen te 's-Hertogenboscb;
Gelet op artikel 1 van bet Besluit van den
wnd. Secretaris-Generaal van het Departe-
ment van Financien dd. 14 Mei 1941 tot toe-
passing van de wet van 31 December 1915,
Stbl. No. 533, boudende bepalingen betreffen-
de bet vervoer en de nederlage van goederen
(Ned. Staatscrt. van 3 Juni 1941 No. 105);
Heeft besloten:
In te trekken zijn bescbikking van 4 Juni
1941 No. 2394, alsmede de beschikking dd. t
Juni 1941 No. 45/118, van den Directeur in de
voormalige direc ie der directe belastingen,
invoerrechten en accijnzen te Breda;
Het onvrije gebied, bedoeld in artikel 1 van
het hiervoren genoemde besluit, voor zijn
directie tot -wederopzeggens in te perken
a. in de provincie Noord-Brabant
tot bet geheele gebied der burgerlijke ge
meenten Budel, Maarheeze, Leende, Valkens-
waard, Rielhoven, Wester hoven, Bergeijk,
Liujjksgestel, Eersel, Hoogeloon c.a. Bladel,
Reusel, Hooge en Lage Mierde, Diessen, Hil-
varenbeek, Goirle, Alphen en Riel, Baarle-
Nassau, Cbaam en Nieuw Ginneken, het ge-
deeite der burgerlijke gemeente Breda, dat
heeft behoord tot de voormalige gemeenten
Ginneken en Bavel en Princenbage, bet ge
heele gebied der burgerlijke gemeenten Rijs-
bergen, Zundert, Rucphen en Vorenseinde
Roosendaal en Nispen, Wouw, Huijbergen,
Putte, Ossendrecht, Woensdrecht en Bergen
op Zoom;
b. in de provincie Zeeland:
tot het geheele gebied ten Zuiden van den
Noordelijken oever van de Wester-Schelde,
bene.vens bet gedeelte van de gemeente Ril-
land-Bath, hetwelk is gelegen beoosten de
Wester-® chelde.
De Directeur,
(get.) ET JEMS.
Terneuzen, 9 Febmari 1942.
De wnd. Burgemeester van Temeuzen,
C. VEJRLINDE.
een zeer betrekkeljjke beteekenis kan worden
toegekend. Van militaire beteekenis wordt
geacht, hoe de autoriteiten te Batavia zich
de voortzetting van den ooclog voorstellen, in-
dien Singapore zicb moet overgeven. Het doel
der Japansche strategie is ongetwijfeld de
vernietiging der geallieerde strijdkrachten
van Ned. Indie tot Australie. Met de verove-
ring van Sumatra, Java en Timor zou dit doel
verwezenlijkt en bet front dec geallieerden
in twee deelen gesplitat zijn. Men veronder-
stelt dat Japan, indien bet zoover gekomen is,
den strijd tegen Britsch Indie en China zal
voortzetten, terwijl bet tegen Australie
slechts een verdedigingsoorlog te water en in
de lucht zal voeren.
„EEN NIEUW EUROPA, WAARIN
NEDERLAND ZAL SOHITTEREN A US EEN
PAREL ONDER DE VOLKEN."
De A.N.P.-correspon'dent meldt uit Maag-
denburg:
Commissar is Woudenbergs Duitscbe reis in
bet belang van de Nederlandsche arbeiders in
Duitschland heeft aan het slot eenige wijzi-
gingen onaergaan en zoo vertoefde het gezel-
schap de laatste dagen te Maagdenburg. Even-
als overal elders waarheen de reis voerde,
werden ook bier de inrichtingen van het Duit-
sche Arbeidsfront, de Nat.-Soc. Bedrijfsorga-
nisaties, de woningbouw en de kampen der
Nederlandsche arbeiders bezocht, eenige
malen afgewisseld door een ontvangst van
verschillende instanties. Het indrukweltkend-
sle programpunt vormde een groote bijeen-
komst in het huis van den Duitschen Arbeid,
waar de beer Woudenberg den Nederlandschen
vrouwelijken en mannelijken arbeiders toe-
sprak. De zaal, die o.a. met de Nederlandsche
kleuren vroolijk was versierd, was fot de nok
gevuld, toen de waarnemende Gau-Obmann
Bednarzik de gasten begroette en aan com-
miasaris Woudenberg het woord verleende.
In een gebeel ge'mproviseerde rede bracbt
Woudenberg eerst de groeten over van het
vaderland, waar men steeds bij het bespreken
der arbeidersbelangen ook aan de kameraden
in Duitschland dacht. Het is al een oud. ver-
schijnsel, aldus spr., dat uit het volk, met
reeht een volk zonder ruimte, arbeidskracbten
naar Duitschland trekken. Vroeger ging dat
alles echter veel'gemakkelijker: men vond een
woning. liet bet gezin overkomen en ging op
in de Duitsche gemeenschap. Thans, nu veel
meer -Nederlanders bier werk vinden, tegelijk
met milioenen andere buitenlanders, s aat
men voor woningtekorten. Voor den- Neder-
lander met zijn hooge woningcultuur is het
kampleven niet gemakkelijk. Spr. gaf wen-
ken, om het elkaar wederzijds aangenaam te
maken. Hij verbeelde niet, dat men ook van
Een Nederlandsche speurdersgeschiedenis
door
FRANK VAN FALCKENOORT.
(Nadruk verboden) 7
Koks stond op en klapte bet dossier dicht.
„Ik heb het gezien", zei bij. „Ik denk, dat
ik'nog even naar het huis van bewaring ga,
want ik moet trachten zooveel mogelijk ge-
gevens over dien Keesman te weten te
komen."
In den gang kwam Koks een veldwachter
tegen. De speurder herkende onmiddellijk in
hem den man, die den gevangene begeleid
had. Hij hield hem aan en legitimeerde zicb.
„Ik wilde u graag een paar dingen vragen.
Waar kan dat gebeuren?"
De veldwachter wees een wachtkamertje
aan en daar spraken de beide mannen enkele
minuten met- elkander.
,,Vertelt U mij eens, wat U van dien Kees
man weet", begon Koks.
De veldwachter haalde mistroostig de schou
ders op. „Eir valt niet veel te zeggen. Ik
haalde hem vanmorgen om acht uur van de
Weteringschans. Het leek me nog al een
nette jongen, maar omdat je op iemands ge-
ziJ.it nooit kunt vertrouwen, deed ik hem de
handboeien aan."
Duitsche zjjde wel eens had misgetast, b.v.
door een verxeeide voorlicnting omtrent de
arbeidsvoorwaarden. Nu hebben wij evenwel
een arbeidscontract, waarvan'wij eischen, dat
het ook wordt nageleefd. Het N.V.V. en het
D.A.F. zitten daar achterheen. Na uurlijk zijn
er wel eens gevallen van force majeure, bij
vervoer en massa b.v. doch aan het contract
zal altijd moeten worden voldaan. Wie werkt
en zijn plicht doet, kan ook eischen stellen,
zoo heeft dr. Ley gezegd, en dat geld ook
voor de Nederlandsche arbeiders.
Spr. deed vervolgens mededeeling van de
reeds bekende overeenkomsten tusschen
N.V.V. en D. A. F., en verklaarde nogmaals:
wij willen niet, dat de Nederlanders als Ger-
maansche menschen in een mindere positie
komen, zij zijn geen slaven of gedeporteerden.
Thans beleven wij het waarachtige socialisme
van de daad.
Dit socialisme beteekent echter, niet alleen j
eischen, doch ook geven: geven aan de ge
meenschap, en meer dan men on vangt. Hier-
bij dacht spr. aan degenen, die thans aan het
Oostelijk front het hoogste geven, wat een
mensch geven kan: zijn leven. Dat zijn de
beste socialisten, (lie wij kennen.
Spr. wekte zijn hoorders op tot werkelijk- j
heidszin. Wij hebben wel degelijk met den
oorlog te maken, zoo zeide hij, wij staan er
midden in. Daarbij word beslist ook over het
lot van het Nederlandsche volk en den Neder
landschen arbeider. Daarom voelt 'ge ook, dat
gij hier een plicht vervult. Spr. herinnerde
aan de radiorede van een vroegeren Neder
landschen minister-president, die zijn hoorders
toevoegde: gaat nu rustig slapen. Dat was
een groot psycholoog. De Nederlander wil
graag met rust worden gelaten. Maar wij
moe'en nu hard werken en produceeren, om
den oorlog te winnen.
De Nederlandsche mensch, die nu nog
mocht hopen of verlangen, dat Duitschland
den oorlog verliest, pleegt zelfmoord. Wij
moeten meebouwen aan een nieuw, socialis-
tisch Europa, waarin de Nederlanders als Ger-
manen een gelijkgerechtigde plaats zullen in-
nemen. En ik ga verder, aldus spr., een plaats
waarin Nederland als een parel zal schitteren
onder de volken van Europa.
De rede werd herhaaldelijk door krachtig
applaus onderbroken. Gouwverbindingsman
Schiks dankte spr., waama het Wilhelmus en
het Horst-Wessel-lied werden gezongen.
Vervolgens werden de opgetogen aanwezi-
gen vergast op een uitgezocht vari6te-pro-
gramma door het kleine tooneel van Kraft
durch Freude.
Onder de aanwezigen merkten wij op de
heeren Bodenbach, Reichstellenleiter, en
Kretschmar, Kreisamtsleiter van den staf van
den Rijkscommissaris voor de bezet'e Neder
landsche gebieden, en in gezelschap van com-
missaris Woudenberg de hoofdafdeelingslei-
ders van het N.V.V. de heeren Goedhuys, Van
Kampen en Vermeulen.
WASCHREHANDELING DOOR DE
INDUSTRIE.
In dezen tijd tracht de huisvrouw uit de
zeepbonnen het grootste rendement te halen.
Zooveel mogelijk gaan de groote stukken bui-
tenshuis om gewasschen, gestreken en geste-
ven te worden.
De vraag die vele vrouwen zich momen' eel
echter stellen is, of het nog wel langer ver-
antwoord is de wasch aan de b^drijven toe te
vertrouwen. Het in behandeling gegeven goed
zou erg aan slijta-ge onderhevig zijn en on-
willekeurig volgt dan een verwijzing naar het
snel slinkende aantal textielpunten.
Het A.N.P. heeff eens gemformem-d of deze
klacht gegrond is bij den heer A. J. M. Roos,
alg. seeretaris en directeur van het bureau
van de vakgroep witwasscherij der bedrijfs-
groep textielindustrie.
De heer Roos wees er op, dat de wasch-
industrie reeds jaren beschikt over een proef-
station, dat als eigen sticking is onderge-
bracht in het gebouw van den rijksvezeldienst
te Delft. Aldaar werden proeven genomen
met verschillende waschmiddelen en weefsels
van allerlei soort en samenstelling. Tnvloed
van concentratie, temperatuur en licht werd
bestudeerd en aan de hand van het zgn. asch-
gehalte werd de graad van slijtage bij ieder
proces onderzocht.
Het proefstation werkt samen met het rijks-
bureau voor chemische producten. Con ro-
leurs van dit bureau nemen steekproeven bij
wasscherijen en brengen van hun bevindingen
rapport uit aan 't station.
De heer Roos gaf de verzekering, dat bij
het thans gevolgde proces de slijtage niet
grooter is dan bij aanwending van vethouden-
de zeep. De toepassing van zeepvervangende
waschmi'ddelen behoef". dus geen reden voor
grootere slijtage te zijn.
Waarvoor de waschindustrie wel clementie
kan inroepen, is de lets verminderde service.
Doordat minder stijfsel beschikbaar is, kan
vaak slechts onvoldoende gesteven worden.
Verder hebben de bedrijven natuurlijk te kam
pen met de vervoersmoeilijkheden en soms ge-
brek aan voldoende kolen.
Het feit alleen redds, dat de waschindustrie
toestemming kreeg 20 kg waschgoed te behan-
delen op 1 zeepbon, bewijst dat bet gevolgde
procedd goed voldoet.
Ter geruststelling, aldus de heer Roos, kan
ik daaraan nog toevoegen, dat vporal wollen
zij den stoffen toch dikwijls nog me' vethou-
dende zeep gewasschen worden. Ds huisvrou-
wen kunnen het waschgoed dus met een ge-
rust hart meegeven aan de wasscherij en
daardoor aanmerkelijk op "net zeeprnntsoer,
besparen.
„Voor die enkele maanden?" vroeg Koks
eenigszins spottend.
,,Jawel", antwoordde de ande-r uitdagend.
,,Dat is niets geen bijzonders, want ik heb ze
wel voor bbn maand geboeid. Vooral als het
den eersten keer is, moet je oppassen. Het
bewijs daarvan is, meen ik, vanmorgen wel
geleverd. Het kan me m'n betrekking kosten."
Koks glimlachte kalmpjes voor zich heen.
„Kom, kom", suste hij, ,,zoo'n vaart zal het
niet loopen. Maar kreeg U tijdens de reis van
Amsterdam naar Haarlem ook de indruk, dat
hij pogingen wilde aanwvenden om te ont-
vluchten?"
„Neen, dat niet. Ik heb hem natuurlijk van
t-e voren gewaarsctiuwd, dat ik in zoo n geval
van de vuurwapens gebruik zou maken. Hij
zei toen heel rustig: U zult met mij geen last
hebben, veldwachter. In de trein heeft hij een
paar sigaretten gerookt en we hebben heel
gewoon over koetjes en kalfjes gesproken."
„Nog een vraag", zei Koks, nadat hij een
po'osje had nagedacht, „waarom vuurde U
niet, toen U bemerkte, dat de gevangene er
van door ging?"
„Wel, omdat de menschen in de vuurlijn
stond-en, waaronder die verkeersagent. Wan-
neer ik dus had geschoten, zou ik wellicht
den verkeerde geraakt hebben".
„Mooi, dan weet ik genoeg. Bedankt. En
houdt de luitjes voortaan bij de mouw vast.
Als je dit vanmcwgen gedaan had, dan zou
je mij nu een heeleboel werk bespaard heb
ben", besloot Koks droogjes. Besjoer".
Een poosje later was Koks in het Huis van
Bewaring, waar hij ook al niet veel wijzer
werd. Een der brigadiers lichtte hem zoo
volledig mogelijk in, maar alles was een be-
MOBILISATIE VOOR DEN
RAA'A'HiN OORLOG.
Oorlog aan de ratten!
Jarenlang tvordt deze gepropageerd.
Tot nu toe slaagden reeds enkele geweste-
lijke en plaatselijke acties, maar de strijd
werd niet aan een gesloten front gevoerd.
Velen verkeerden in de stellige meening, dat
de rat een vijand was, welke nimmer te over-
winnen, nog minder te vernietigen zou zijn.
„Als je 6en rat vangt, komen er tien op z'n
begrafenis", beweert een bekende zegswijze.
Maar de „rattenoorlogstechniek" is lang-
zamerhand ver gevorderd en nu is Let zoo,
dat vaststaat, dat heel de knagende horde
vernietigd kan worden.
Welk een groot volksbelang dit is, blijkt
alleen al uit het feit, dat iedere rat jaarlijks
voor 2,50 consumeert en voor hetzelfde be-
drag vernietigt.
Hoeveel honderdduizenden ratten Nederland
,,rijk" is, valt slechts bij benadering te schat-
ten, maar vast staat, dat de aangerichte
schade enorm is en in de millioenen loopt.
En vooral onder de huidige omstandigheden,
nu er niets, maar dan ook niets verloren mag
gaan, is Let dubbel zaak de ratten te bestrij-
den, ook al omdat ze een voortdurend gevaar
voor de volksgezondheid beteekenen.
In enkele streken van ons land heeft men
dit voor jaren al aangevoeld en werd er met
een systematische bestrijding begonnen. Wij
noemen o.m. de bestrijding in Zuid-Holland en
de actie in West-Friesland, welke dit jaar
gevolgd wordt door een georganiseerde be
strijding aan de Zaan.
Plaatselijke en gewestelijke comite's met
veel gemeenschapszin hebben hier prachtige
resultaten bereikt.
Enkele duizenden mannen zijn de laatste
jaren vrijwillig in touw geweest.
Nu zal de bestrijding in geheel Nederland
georganiseerd worden door den Plantenziek-
tenkundigen Dienst te Wageningen, welke
een uitgebreide studie zal maken van de ver
schillende soorten ratten, hun levenswijze en
voortplanting.
Doode exemplaren worden. in ontvangst ge-
norhen tegen betaling van 10 ct. per stuk.
De landelijke leiding is opgedragen
aan Dr. L. W. D. Caudri.
Wat de bestrijding der ratten betreft, in
ons land hebben we hoofdzakelijk met twee
soorten te maken, n.l. de grijze of huisrat en
de zwarte woelrat.
De eerste, die bij de huizerwen in het veld
leeft en 's winters geheel naar de huizen
trekt, is een alleseter, dierlijke en plantaar-
dige stoffen worden in iederen vorm gecon-
eumeerd.
De tweede, een groote muissoort, leeft bij
voorkeur van plantaardig voedsel en bljjft
gedurende de vorst in den grond, waar zij
leeft van haar hamstervoorraad.
Hieruit volgt, dat de huisrat gemakkelijker
te bestrijden is, door haar mindere kieskeu-
righeid.
De bestrijding moet, zooals opgemerkt, des-
kundig en op de juiste wijzc geschieden.
Hiervoor bestaat een scilla-preparaat, het
z.g. Pararat, dat met aas vermengd in pak-
jes moet worden uitgelegd. De ratten, die
hiervan eten, moeten dit ontierroepelijk met
den dood bekoopen.
De doode ratten versteenen, zoodat daar
van geen gevaar voor de volksgezondheid te
duchten is.
Werd de Pararat vroeger met brood ver
mengd, thans zijn er proeven genomen met
gemalen tuinboonen, welke uitstekend vol-
deden.
Het mengsel wordt verpakt in kranten-
papier, rolletjes van enkele centimeters lang
en daarna uitgelegd onder deskundige leiding.
Waarom juist krantenpapier Omdat de
inktlucht de „menschenlucht", welke bij de
ratten gerechtvaardigd wantrouwen verwekt,
overheerscht!
Op de organisatie, welke voor een efficiente
bestrijding noodig is, komen wij nog nader
terug. (L.S.P.D.)
NIET BESOHERMDE VOGELS.
Bij beschikking van den secretaris-generaal
van het departement van opvoediiig, v/eten-
schap en cultuurbescherming is bepaald, dat
gedurende het tijdvak van 1 Januari 1942 tot
en tmet 31 Maart 1942 niet zullen nehooren tot
de beschermde vogels ir\ den zin der vogelwet
1936:
a. In het geheele rijk: de schollevaar, de
blauwe reiger, de mantelmeerw, de zilver-
meeuv/, de ekster, de vlaamschc geai, de hout-
duif, de sperwer en de bonte kraai;
b. in de provincien Groningen, Friesland,
Noord-Holland, Zuid-PIoland en Zeeiand: de
kokmeeuw.
VERPLK'HTE JEUGDBIENST IN DE
NASJONAL SAMLING.
Het Noorsche departement voor arbeids-
diengt en sport heeft in overeenstemmin-g met
dat voor kerk en school bepaald, dat alle
Noorsche jongens en meisjes van 10 tot 18
jaar in de jeugdorganisatie van de Nasjonal
Samling jeugddienst moeten verrichten.
UTRECHTSOHE VOOEJAARSBEURS
UITGESTELD.
Naar de N. R. Crt. van mr. J. Milius, den
directeur van de Nederlandsche Jaarbeurs
vernam, heeft de raad van beheer in verband
met de huidige, zeer bijzondere omstandig
heden besloten, de voorjaarsbeurs 1942 uit te
stellen. In plaats van 1019 Maart zal de
beurs nu van 14 tot en met 23 April worden
gehouden.
De redenen, welke tot dit besluit hebben
geleid, kan men begrijpen. In de huidige
situatie is het den deelnemers niet mogelijk
hun goederen aan te voeren en ook bracht de
inrichting van de stands onoverkomelijke
moeilijkheden mee. Bovendien heeft men den
bouw van de verbindingshal tusschen het
derde jaarbeursgebouw en de machinehal
moeten s opzetten. Daar ook in verband met
deze werkzaamheden het derde gebouw en de
machinehal open lagen, kon men er niet op
rekenen, dat de bouw op tijd gereed zou zgn.
Slachtoffers begraven.
Onder groote belangstelling van officieele
en niet-officieele zijde werden de vorige week
na den Britschen vliegeraanval op het vredige
Rotterdam wederom de tientallen slachtoffers
onder de burgerbevolking op de onderscbei-
dene begraafplaa sen aldaar ter ruste gelegd.
Op de begraafplaats Oud-Charlois zijn Maan-
dag twee en Dinsdag een slachtoffer ter aarde
besteld. Er bestond aan den Linker Maas-
oever voor deze droeve gebeurtenis zeer veel
belangstelling van stadgenooten. De chef van
het politiebureau te Charlois was als ver-
tegenwoordiger van de stedelijke overheid aan-
wezig.
Op de R.K. begraafplaats en op de Alge-
meene Begraafplaa s Crooswijk worden sedert
Maandag telkens weer rouwstoeten ontvan
gen, welke hun droeven last naar de laatste
rustplaats brengen. Ook hier is de belang
stelling overweldigend. Om de geopende groe-
ven scharen zieh familieleden en bekenden en
ook hier is de overheid telkens vertegenwoor-
digd, om van haar deelneming in de tragische
gebeurtenis, welke zoovele Rotterdammers
smaFelijk heeft getroffen, te getuigeri.
Namens het college van secretarissen-gene-
raal van de departementen was de heer H.
Ceelen aanwezig en de heeren mr. H. M. v. d.
Zanden en H. M. Tempelaars vertegenwoor-
digden den burgemeester van Rotterdam. In-
specteurs van het Rotterdamsche politiecorps
kwamen van de deelneming van den gevol-
machtigd voor de stad Rotterdam dr. Vol-
ckers, getuigen. Tal van bloemstukken, dik
wijls gezonden door de autoriteiten, dekten de
graven en er hebben zich op de doodenakkers
ontroerende tooneelen afgespeeld. Ook Vrijdag
en Zaterdag werden weer slachtoffers ter
aarde besteld.
Het voorlichtingsbureau van den voedings-
raad schrijft:
Door het ondoehnatig bewaren van levens-
middelen kan veel van hetgeen waarde heeft,
verloren gaan. In dezen tijd, nu de grondstof-
fen schaarsch zijn, is het van het grootste be
lang, dat de levensmiddelen op de juiste wijze
worden bewaard.
Wanneer men de ve.rkrijgba.re levensmidde
len niet direct verbruikt of wanneer men door
het een of ander te sparen een klein voor-
raadje Leeft gevormd, dient men in het al-
gemeen de volgende tien regels in acht te
hemen
1. Gebruik geregeld de oudste levensmid
delen en bewaar de nieuwe gekochte waar.
2. iSchrijf op alle artikelen den datum van
aankoop.
3. Plaats de waren zooveel mogelijk soort
bij soort, goed gerangschikt en overzichtelijk.
4. Kies met overleg de bewaarplaats voor
de verschillende artikelen, b.v. de inmaak in
den kelder, bussen en verpakte levensmidde
len in een droge kast en gTUtterswaren op
zolder, tenzij men daar last heeft van muizen.
5. Zorg, dat de bewaarplaats droog, koel
en donker is en goed geventileerd kan wor
den. (De kelder en de provisiekast kunnen
aan deze eischen voldoen, wanneer zij doel-
matig worden geventileerd. Ongeschikte be-
waarplaatsen zijn in het algemeen de keuken,
een warme kamerkast, een kast tegen een
vochtigen muur).
6. Pas een doelmatige verpakking toe (b.v.
peulvruchten in sloopjes of papieren zakjes
met gaatjes).
7. Plaats geen sterk riekende waar bij
levensmiddelen, die gemakkelijk geur over-
nemen, b.v. koffiesurrogaat bij havermout.
8. Controleer de levensmiddelen regelma-
tig. Keur de waren door kijken, ruiken, proe
ven. Verwijder wat niet meer geschikt is voor
het gebruik. Gooi de levensmiddelen, welke in
smaak, kleur of geur zijn achteruit gegaan,
vestiging van hetgeen hij al in de conduit-
staat en van de bezoekbriefjes had gelezen.
Toen hij uit het muffe, mistroostige gebouw
weer in het voile zonlicht op de Wetering
schans stapte, stak hij het Kleine Gartman-
plantsoen over naar het Leidsche Plein. Bij
de Boer op het terras bestelde hij een kop
thee en keek z'n notifies na. Neen, in Am
sterdam was hij al niet veel verder gekomen.
Integendeel, de zaak werd steeds ingewikkel-
der. De jongen was geen recidivist, maar
iemand, die een misslag had begaan uit noo-d.
Hij krijgt een kleine straf, gaat rustig met
den veldwachter mee, maar smeert 'm in een
enkel onbewaakt oogenblik, met medewer-
king van een stelletje luitjes, die een chauf
feur hebben verdoofd, om vrij spel met z'n
wagen te kunnen spelen. In Aerdenhout ver-
dwijnt hij ergens door een muur of in de lucht
of Joost mag weten waar en is misschien in
een villa, die stevig beschermd is door dikke
muren en massief ijzeren hekken, terwijl zich
daarbinnen een clubje zware jongens ophou-
den, waaronder 6§n der beruchtsten, namelijk
de „Dolle". Of zcu hij op een verkeetrd spoor
zijn? 't Was voorLoopig nog een raadsel-
achtige geschiedenis.
Hij dronk z'n thee uit en besloot nog even
de zuster van den jongeman op te zoeken.
Veel zou het wel niet uithalen, maar je kon
toch nooit weten.
Hij nam een stationneerende taxi op het
Leidscheplein en liet zich naar <^en Nieuwe-
dijk rijden, waar het meisje in een der mode-
zaken werkzaam was. Daar life eg hij echter
van den personeelchef de mededeeling, dat. i
juffrouw Keesman juist haar vrijen middag
had. Maat- mijnheer kon haar wellicht thuis
treffen. Ze woonde in de Van der Duinstraat
104, den hoog voor.
Koks dankte den chef en reed dadelijk naar
het opgegeven adres toe. Het bleek te zijn
inN een eenvoudige, doch nette volksbuurt,
welke een goeden indruk maakte. Hij be-
taalde de taxi en belde ddnmaal aan. Even
later werd de deur opengetrokken.
„Woont hier juffrouw Keesman?" vroeg
Koks.
„0 ja, jawel. Dat is vdor. Jo! J66! D'r
is een meneer voor je!"
Koks hoorde een deur open- en dichtslaan.
Daar kwam ze de trap al af. Een knappe
jonge dame, gekleed in een eenvoudige huis-
japon met een stofjas er over heen, keek hem
met groote oogen aan.
De rechercheur nam z'n hoed af en groette.
Een oogopslag was voldoende om onmiddel
lijk te zien, dat zij de zuster van den betref-
fenden jongeman was. Ze leek bijna als twee
druppels water op hem.
,VU bent immers juffrouw Keesman, nlet-
waar? Zou ik U een oogenblik kunnen
spceken?"
Ze knikte toestemmend, maar weifelde om
den trap op te gaan.
„Het betreft Uw broer", verduidelrjkte hij
op gedempte toon.
Ze keek hem verschrikt aan. ,,Er is toch
niets met hem gebeurd? Is hij ziek?"
De speurder schudde het hoofd. Niets,
waarover U zich bezorgd behoeft te maken."
Ze beet op de lippen. „Gaat U maar voor",
sprak ze.
Koks liep de trap op en het meisje volgde
hem. Even later stond hij in een gezellig in-
gerichte zitkamer. Het meisje wees hem een
niet weg; zj) hebben nog- voedingswaarde
Verwerk ze in gerechten, waarin hun mindere
kwaliteit niet uitkomt en voorkomt zoodoen-
de, dat voedingsmiddelen van waarde ver
loren gaan.
9. Fas op voor muizen en ongedierte, deze
kunnen veel schade aanrichten. Ga muizen
tegen door een kat aan te sohaffen of zet
vallen neer. Maar pas op met het gebruik
van giftige stoffen met het oog op kinderen,
huisdieren en levensmiddelen.
10. Bedenk voor alles, dat de zuiverheid,
vochtigheid en temperatuur der lucht, even-
als de kwaliteit en de leeftijd van het product
grooten invloed op de duurzaamheid van de
levensmiddelen kunnen uitoefenen.
Ondanks de goede voorzorgen kan het ge
beuren, dat er in de verschillende levensmid
delen (vooral in grutterswaren) ongedierte
voorkomt. Zoo zjjn mrjten, dat zijn op spin-
nen gelijkende kleine, witte diertjes, ktander.
kleine zwart-bruine kevers en spinsels, welke
kluiten vormen in meel, bloem e.d. geen oa-
bekende verschijnselen. In het algemeen kan
men dit ongedierte bestrijden door de waar
op een bakblik uit te spreiden en zes d. twaalf
uur bij een temperatuur van plus minus 60 gr,
C. te verhitten, b.v. in den oven of op radia-
toren van een centrale verwarming. Het
vraagt wel brandstof, maar men maakt er
levensmiddelen, welke nu schaarsch of in het
geheel niet meer te krijgen zgn, weer bruik-
baar door. Soma kan m'en de spinsels en
klander uit de waren zeven, lukt dit niet, dan
zal men toch tot verhitting moeten over-
gaan.
DE NEDERLANDSCHE VLOOT ZWAAR
GETROFFEN IN DE JAVAZEB,
Het Japansche Keizerlijke hoofdkwartiei
maakt d.d. 6 Febf. bekend:
Vliegtuigen van de Japansche marine out-
dekten op 4 Febmari op 50 km ten Zuiden
van het eiland Kangean in de Javazee een
vijandelijke vlootformatie. De vliegtuigen
brach'en een Nederlandschen kmiser van het
type ,,Java" tot zinken, evenals een kruiser
van 6450 ton, den „De Ruyter".
Een andere Nederlandsche-kiuiser van het
type- ,,Java", alsmede een Amerikaansche
kruiser van het type ,,Marblehead" van 7060
ton werden zwaar beschadigd.
Voorts werd nog een schip van 5000 ton
tot zinken gebracht, dat, blrjkens nadere be-
richten, een Nederlandsch koopvaardijschip
was.
In dit gevecht werd de zeegaande vloot van
de Nederlandsche marine bijna geheel ver
nietigd.
Een Japansch vliegtuig ging verloren.
Deze strijd heeft van Japansche zijde deo
officieelen naam: .jZeeslag ter hoogte van
Java" gekregen.
De twee kmisers van het type ,Java"
de ,,Java" en de .Sumatra" zijn 6670 ton
groot. De ,,Java" is, schrijft het Hondelsblad,
in 1925 in dienst gesteld, de ..Sumatra" to
1926. Bij een maximum-snelheid van 31 knoop
hebben zij. een hoofdbewapening van 10 kanons
van 15 cm. Er be vinden zich twee vliegtuigen
aan boord. De normale bemanning bestaat
uit 525 koppen. V66r den oorlog werden twee
nieuwe kmisers van 8300 ton op stapel gezet,
die bedoeld waren als vervangers van de
,,Java" en de ..Sumatra".
De ,.De Ruyter" is pas in 1936 in dientrt
gesteld. Tijdens den bouw werden de plannen
nog gewijzigd en het schip kreeg toen b.v. 7
kanons van 15 cm in plaats van zes. Ook de
waterverplaatsing werd grooter. De ma
ximum-snelheid bedraagt 32 knoop. De nor
male bemanning omvat 435 koppen.
De Amerikaansche kmisers van het type.
,,Marblehead", die in de jaren 19201924 te
water zijn gelaten, hebben een waterverplaat
sing van 7050 ton en een hoofdbewapening
van tien kanons van 15 cm bij een maximum
snelheid van 33% knoop (volgens sommige
opgaven zelfs 35 knoop). Deze schepen, die
ook zes torpedolanceerbuizen hebben, hebben
een bemanning van 460 koppen. Er worden
twee of drie vliegtuigen meegevoerd.
DE ..SUMATRA" NIET GEZONKEN T
Het D.N.B. meldt uit Tokio:
Het Japansche blad Tokio Nltsji Nitsji be-
vat nog eenige bijzonderheden omtrent den
zwaren aanval van Japansche vliegtuigen op
de Nederlandsch-Indische vloot in de Javazee.
Het blad meldt hierover nog het volgende:
Bij het naderen van de Japansche -lucht-
macht probeerde de vrjandelijke vloot met een
snelheid van 30 knoopen te ontkomen. Zij, kon
haar lot echter niet meer on'ga,an. Een der
beide tot zinken gebrachte kruisers werd in
nog geen minuut tijds naar den bodem van de
zee gejaagd. De beschadigde kmisers Suma
tra en Marblebead zullen geraimen tijd noodig
hebben om gerepareerd te worden. Daar Soe-
rabaja, als eenige haven van Nederlandsch-
Indie die voor herstelwerkzaamheden voldoen
de is toegemst, door de Japansche luchtmacht
beheerscU wordt, zou alleen Port Darwin to
Australie daarvoor in aanmerklng komen.
(Uit bovenstaand bericht zou men, rnerkt
de N. R. Crt. op, kunnen opmaken, dat de
kruiser Sumatra dus niet tot zinken gebracht
maar emstig beschadigd is).
Het Japansche hoofdkwartier maakt be
kend. dat een Japansche duikboot tijdens ope-
raties in de Javazee op 5 Febmari een groo
ten vijandelijken torpedojager tot zinken heeft
gebracht.
Het hoofdkwartier maakt voorts bekend,
dat de Japansche vloot- en luchtmacht sinds
stoel, waarop hij ging zitten, terwijl ze zelf
hij de tafel plaats nam.
Koks haalde z'n pijp weer uit den zak.
„U staat me toe?" vroeg hij.
Ze knikte.
Toen hij er den brand in had, begon hij:
,,Kijk eens hier, juffrouw, ik ben van de poli-
tie. Maar terwijl hij naar de tusschendeur
keek komt U niet in ongelegenheid, wan
neer U een man in Uw kamer hebt? En kan
men ons niet beluisteren?"
„0 neen. Die deur voert naar m'n slaap-
kamer en de juffrouw van achteren bemoeit
zich niet met me."
„Nu dan, wat Uw broer betreft, ik weet
van z'n zaak alles af. Daar behoeft U dus
geen kleur voor te krijgen. Als ik het goed
heb, is Uw broer in het geheel niet slecht,
alleen een beetje zwak. 't Was een misstap.
Maar terzake. Hij is in het Huis van (Bewa
ring, nietwaar?"
„Jawel, mijnheer, maar hij kan elken dag
overgaan naar... eh... enne, hij is al veroor-
deeld en...".
„Dat weet ik", viel Koks in de rede. „Nu,
Uw broer is vanmorgen overgebracht naar
Haarlem".
„0, dus hij is al in de..."
,,Daris het'm juist", viel de Mug nogmaals,
ditmaal scherper, in de rede, terwijl z'n ste-
kende oogen haar geen cnderdeel van een
seeonde los lieten. „Daar is hij niet!"
Ze keek hem met wijdopen mond aan, niet
begrijpend. Koks doorboorde haar met z n
blik. De minste vertrekking van haar mond
ontging hem niet.
(Wordt vervolg^,)