ABDUSmjP
Ter Neuzensche Courant
Stnjd en Overwinning
Binnenland
Buitenland
7 egfinHO EST,
VERKOUDHEID.
BRONCHITIS
Vr|tfag 9 Januari 1942
No. 10.316
TWEEDE BLAD
WERELDDEELEN OP DRIFT.
FEUILLETON
Dr. Burmesters
s hYerp/ds teste Hoestsitoop
VAN
Hoe de leuzen ook mogen klinken, waar-
onder volkeren oorlog voeren, het gaat,
sclirflft de N. R. Crt., om hun bestaan. De
overwinnlng is een machtig middel ter ver-
zekering van de voorwaarden, die bet voort
bestaan mogelijk maken. Maar de uitdruk-
king ,,Pyrrlius over-winning" is er om er ons
aan te herinneren, dat deze voorwaarden niet
in de overwinning zelve besloten liggen. De
overwinnlng, welke de geallieerden in den
vorigen wereldoorlog tenslotte behaald heb
ben, is evenmin voldoende geweest om de
voorwaarden voo'r bun voortbestaan te ver-
zekeren; rij bleven zich in den daaropvol-
genden vrede bedreigd gevoelen op een wijze,
welke de hervatting van den oorlog onver-
mijdelijk beeft gemaakt. En boewel het einde
van den strijd nog onafzienbaar ver is, wor
sen de voorteekenen steeds onbedrieglijker,
dat hij zal eindigen in een veranderd mereld-
beeid, dat veer het voortbestaan van de vol
keren, welke in den strjjd betrokken zijn, be-
langrrjker is dan de eenvoudige vraag naar
de overwinning.
Voor hen, die htm hoop nog altijd op een
Angelsaksische overwinning gevestigd hou
den, in de verwachting, dat deze op zichzelf
de voorwaarde van voortbestaan zou zijn, is
het in het bijzonder zaak op de teekenen van
het .uur te letten. Zij toch zullen zich moe-
ten vergewissen, dat de veranderinggn in het
wereldbeeld, waaraan zulk een overwinning
hen blootstelt, misschien nog ingrijpender zijn
dan die, welke door een Duitsche overwinning
zouden worden bedongen.
Een Duitscbe overwinning: dat beteekent
de bevestiging van een vereenigd Europa,
onder leiding van het Duitsche volk, waar-
mede andere Germaansche volkeren zich mis
schien in lotsgemeenschap zullen hebben ver
eenigd. Maar in welken vorm ook, de volke
ren van Europa zullen hun souvereiniteit
moeten prijsgeven voor een nieuwe staatkun-
dige orde, welker bestaansvoorwaarden voor
ieder volk afzonderlijk zich niet zoo maar
ineens laten aflezen.
•Een ding echter is overduidelijk: op zich-
zeif is de vereeniging van Europa voor al zijn
volkeren winst. Dat is het reeds uit een oog-
punt van oeconomische en technische ontwik-
keling. Zij is dat nog des te meer, wanneer
men er op let, dat in een wereld, naar den
totdusver gevolgden trant als een huishou
ding gezien, het zwaartepunt zich toch al en
onder invloed van de oorlogvoering in ver-
sneld tempo van Londen naar Washington
verplaatst en dat het behoud van de Europee-
sche welvaai't en van het aanzien van de
Europeesche cultuur slechts kan worden ver-
zekerd door de vorming van een krachtig
tegenwicht dat binnen een systeem van
levensruimten, als de Drie mogendheden het
zich denken, zeer wel te verwezenlijken valt.
De verschuiving van het zwaartepunt in de
wereldhuishouding volgens oud begrip betee
kent, dat reeds niet meer Engeland den oorlog
kan winnen, maar dat het op zijn best de
vruchten kan plukken van een Angelsaksische
overwinning onder Amerikaansche signatuur.
Dat beteekent tevens de onthinding van het
Britsehe Rjjk.
Deze ontbinding was in zekeren zin ai lang
gaande door de zelfstandig wording van de
dominions. Dat proces verandere echter tot
dusver nog niet aan het feit, dat al deze dee-
len toch op EIngeland georienteerd bleven.
Tot dat daar nu, voor het oog betrekkelijk
plotseling, een omslag in gekomen is en om
zoo te zeggen van zelf, zonder dat men pre-
cies kan zeggen, hoe het in zijn werk is ge-
gaan. Canada en Australie hun peiling op
Washington zjjn gaan nemen.
Mien herinnert zich, hoe kort na de aan-
komst van Churchill te Washington Roose
velt een verklaring heeft uitgegeven, volgens
welke voor de wapenproductie van de Ver
eenigde Staten en Canada een gemeensehap-
peltjke commissie in wording was, welke alle
v-olmachten zou hebben om de oorlogsinspan-
ning van beide landen te vereenigen. Dat
was meer dan in dezen oorlog tusschen Enge-
land en Canada mogelijk was geweest. Voor
den^duur van den oorlog zullen er tusschen
de Vfereenigde Staten en Canada geen gren-
zen bestaan. En daama
Terwijl het bezoek van Churchill nog niet
ten einde is, komt daarbij nu nog het bericht
van een militair bondgenootschap, dat tus
schen de Vereenigde Staten en Australie op
komst z»u zijn. De Vereenigde Staten zouden
zich verplichten de bescherming van Australie
o-p zich te nemen en de Australische regee-
ring zou van haar kant accoord gaan met de
vestiging van Amerikaansche gamizoenen,
vloot- en luchtsteunpunten op het Australi-
sehe vasteland en op de eilanden. De vloot-
basds Port Darwin wordt onmiddellijk aan de
marine der Ve"reenigde Staten afgestaan.
Ja, op de Britsehe eilanden zelf zullen de
Amerikaansche troepen steunpunten innemen.
Wanneer men zich dit goed indenkt, beseft
men ook, wat men achter de vage mededee-
lingen omtrent hetgeen minister Eden te
Moskou verhandeld heeft, zoeken moet, die
,,nauwe politieke samenwerking", welke de
Times het pendant genoemd heeft van de
nauwe samenwerking, welke zich zoo snel
tusschen Engeland en de Vereenigde Staten
ontwikkeld heeft.
Elke gezonde toekomstige politiek, aldus de
Times, moet Engeland in staat stellen met
Europa eenerzijds en met de overzeesche lan
den anderzijds de nauwste betrekkingen van
vriendschap en practische samenwerking te
onderhouden.
Bemoeiing van Engeland met Europa: dat
is, waarop velen nog him hoop gevestigd hou-
den, ook wanneer zij Moskou niet ver genoeg
weg kunnen weten te liggen. Maar volgens
de Times is de beslissing reeds gevallen, dat
een pact met de Sovjet-Unie een bijvend be-
standdeel van de Engelsche politiek zal uit-
maken. „Leiding van deze beide landen in
aangelegenheden, welke Europa aangaan,
wordt door de groote democratieen verwacht
en volkomen goedgekeurd. Het is daarom
in de hoogste mate gewenscht, dat de latere
organisatie van Europa nog tijdens den oor
log door de Britsehe en Russische staatslieden
en natuurlijk niet door dezen alleen, emstig
zal worden overwogen en besproken". Daar
wordt nog aan toegevoegd, dat deze opbouw
van een nieuw Europa zoowel een miiitaire
als een oeconomische organisatie vereischt.
Nu kan men natuurlijk toch nog blijven
rneenen, dat Engeland het in dit verband voor
het zeggen zal hebben, maar dan moet men
zijn oogen toch wel heel stijf sluiten voor het
feit, dat het betrekken van de Sovjet-Unie in
de Europeesche zaken van Engelsche zjjde
zulk een verbazingwekkende concessie is,
dat men ook ten aanzien van de gevolgen
maar niet te veel van Engeland moet ver-
wachten. Dus wordt het altematiefeen door
de Sovjet-Unie geordend Europa.
Zeiden we in den aanvang te veel, toen we
schreven, dat een overwinning van de partij,
welke men gekozen heeft, nog niet voldoende
is voor de verzekering van de voorwaarden,
waaronder men zijn voortbestaan veilig acht
Achter een nederlaag van Duitschland staat
het land der Sovjets en niet ESngeland als
redder van Europa"!
Roman van HANS HIRTHAMMER
(Nadruk verboden) 50
-,,Ach, die jurk!" antwoordde Marlene. „Ik
heb er lang genoeg voor moeten sparen.
Alsof jij zoo zuinig bent! Reken maar eens
ujt wat jij iedere maand verrookt!"
Zij wist heel goed, dat dit maar een be-
trekketftk klein bedrag was. Hij rookte de
goedlkoopste sigaretten en beperkte zich daar
bij tot slechts enkele per dag.
Tenslotte lokte het eene woord het andere
uit, beiden voelden zich nu gekrenkt en de
woordeiawisseling groeide tot een heftig dis-
puut. Innerlijk boezemden hun onr'edelijke
woede en onbeheerschtheid hun angst in,
maar daar de een niet voor den ander wilde
ondeT doen, zweepten zij elkaar op, de weder-
zijdsche uitvallen werden steeds heftiger, tot
eindelijk Lorenz, in het nauw gedreven, het
woord er uit flapte, dat zijn levenskameraad
als een vuistslag moest treffen.
..Waarom blijf je dan hier?" riep hij in zin-
looze woede. ,.Het zou een opluchting zijn als
je ging. 1k heb er genoeg van!"
Mariene stond een oogenblik star van ont-
zetting. Een doodelijke bieekheid overtoog
VrrAMINE ALS „RAOE" EN ALS
NOODZAKELI.JIflHEID.
Schrijvende over ziekten, die in oorlogstijd
dreigen, o.a. ten gevolge van het tekort aan
vitamine C, maakt Dr. Banning, hoofdinspec-
teur van de Volksgezondheid in het ,,Tijd-
schrift voor ziekenverpteging" enkele- behar-
tigenswaardige opmerkingen over onze voe-
ding, welke wij hier laten volgen:
-„In het voorjaar, zomer en herfst kan de
voeding zoodanig zijn, dat een ieder, ook de
minder-welgestelde, voldoende vitaminen krijgt
toegevoerd. Moeilijk, vooral wat vitaminen C
betreft,- zijn de maanden Januari tot April.
Toch is ook dan, bij een juiste keuze en een
juiste bereiding der voeding, de kans op on-
gelukken niet zoo heel groot. Wij zien, vol
gens mij veelal ten onrechte, tegenwoordig
een ware vitamine-rage onder het publiek op-
treden. In hoeverre deze rage wordt gesti-
muleerd door vitamine-bereidende industries,
vermag ik niet te zeggen, maar toch wil ik
hier met klem wijzen op het belang van
vitaminetoevoer door onze natuurlijke voe-
dingsmiddelen.
Het gaat er om het meeste profit te hal-en
uit de gedisitribueerde voedingsmiddelen. In
groote trekken geschetst, kan men het doe-1,
dat bij de regeering voorstaat, n.L het zoo
goed mogelijk behouden van een behoorlijken
gezondheidstoestand van het Nederlandsche
voik bevorderen door:
le. Een goede voedselkeuze, in overeen-
komst met het inkomen. Men koope de voe
dingsmiddelen van het seizoen; zoogenaamde
primeurs zijn bijna voor iedereen onbetaal-
baar. Versche groente geniet de voorkeur
boven conserven.
2e. Een goede bereidingswijze. Aardappe-
len in de schil gekookt bevatten meer vita-
mine C dan geschilde. Bovendien geeft het
een besparing van p.m. 20 pet. Kort koken
en met heel weinig water opzetten van aard-
appelen en groente "laat ook minder vitamine
C verloren gaan. Groentenat bevat nog be-
lafigrijke voedingsstoffen. Men gebruike dus
het groentenat en gooie het niet weg.
Opgewarmde kliekjes hebben veel van. hun
oorspronkelijk C-gehalte verloren. Koop dus
zoodanig in, dat er niet of bijna niet ,,ge-
kliekt" beho^ft te worden.
3e. Bruinbrood is be ter dan wittebrood.
Taptemelk is in tegenstelling tot veler mee-
ning een voedsel, dat nog waardevolle stotffen
bevat.
4e. Gebruik van tijd tot tijd een rauwen
maaltijd.
5e. Goede eiwitbronnen zijn niet alleen
vleesch, visch, kaas, eieren, voile melk, maar
ook taptemelk, aardappelen, peulvruchten,
enz.
6e. Het oog wil ook wat, een smakelrjk
opdienen der spijzen heeft zeker invloed op
de spijsvertering.
7e. Een goed humeur is belangrijk: de
huisvaders mogen niet mopperen over ..die
nare aardappelen in de schil" of over ,,dat
rauwe hapje"; zrj mogen bedenken, dat de
huisvrouw al genoeg moeite moet doen om
vader en de kinderen zooveel mogelijk te
laten profiteeren van de gedistribueerde voe
dingsmiddelen.
haar gezicht en bijna was in deze laatste
mimiut nog alles goed geworden. Had haar
smart zich in tranen geopen-baard, dan zou
Dorenz op het zelfde oogenblik tot rede zijn
gekomen.
Het was echter een geheel nieuw gevoel,
da-t haar plotseling beheerschte, een roes, een
onweerstaanbare drang om zich te laten
getden, haar trots en haar kracht te toonen.
.,Goed, dat ik het weet!" zei ze. ,.Het is
goed, dat je me eindelijk eens rondurt de waar-
heid zegt. Ik zal je niet langer lastig vallen."
Beiden ging het hun op dit oogenblik door
het hoofd, waarom zij elkaar op zoo'n dwaze
manier treiterden. Beiden beseften ze ten
voile, dat een enkel woord voldoende zou zrjn
om hen weer tot elkaar te brengen. Elk voor
zich verlangde naar dit woord, maar geen
hunner sprak het.
,,Goed, goed!" zei Lorenz, kwasi gedeci-
deerd, „ga maar! Maar de jongen blijft bij mij.
daar zijn we het, .hoop ik, over eens!"
Zij wist ook dezen aanval op haar moeder-
hart te verdragen. ,.Voor mijn part!" klonk
het moedig. ,,Ook daarmee kan ik mij ver
eenigen."
Terwijl zrj hem verzekerde, hoe goed zij het
nu brj mevrouw Helling zou hebben geen
ergernissen over Hansje's kapotte kousen,
geen slapelooze nachten meer, geen zorg. hoe
zij van hun armzalige inkomsten moest r*ond-
komen terwijl zij op deze wtjze zichzelf
moed trachtte in te spreken, vroeg zij zich in
hulpelooze verwarring af, wat dit nu alles
eigenlijk te beteekenen had. Was nu werke-
lijk alles afgeloopen? Zouden haar het kind
en de man, dien zij lief had nu werkelijk
worden ontnomen?
DE NIEUWE ORGANISATIE VAN
HANDEL EN AMBACHT.
Ee veiplicnte insehryving.
Men schrijft aan de N. R. Crt.:
De nieuwe zelfstandige organisatie ter ont-
wikkeling van het bedrijfsleven is in wording.
Deze zal, zooals reeds meermalen is bekend
•gemaakt, worden ingedeeld in zes hoofdgroe-
pen: industrie, ambacht, bandel, bankwezen,
verzekeringswezen en verkeer. Reeds is de
hoofdgroep Industrie met haar vak- en onder-
vakgroepen samengesteid. Ook op het terrein
der overige hoofdgroepen is de opbouw der
nieuwe organisatie ijverig ter hand genomen.
Ieder, die den handel of eenig ambacht uit-
oefent, is de plicht opgelegd zich te laten in-
sclrrijven. Deze aangifte is een voorbereiden-
de maatregel en moet geschieden bij een cen-
traal punt en gelijktijdig voor alle ondeme-
mingen. Een belangrijk gevolg van dit voor-
schrift is, dat ondememingen, welke onder
meer dan 4en groep moeten worden georga-
niseerd (b.v. groot- en kleinhandel of klein-
handel en ambacht), in den regel met eenmaal
inschrijven kunnen volstaan. Dat geeft een
niet onbeteekenende vereenvoudiging vodr het
bedrijfsleven, maar ook voor de organisatie-
commissie, welke de opdracht heeft de nieuwe
corporatie tot stand te brengen. De te ver-
werken stof komt meer overzdchtelgk bijeen
en stelt gemakkeljjker in staat tot het ver-
krjjgen van het inzicht, dat bij de toekomstige
indeeling dient te worden gevolgd.
Hoe deze indeeling zal uitvallen is thans
nog niet te zeggen. Wel is voor de inschrij-
vingen, waarbij de Kamers van Koopbandel
het intermediair en voorlichtend orgaan vorm-
den, voor de ondememingen een zekere rubri-
ceering gevolgd,n.l. bedrjjven met een omzet
minder dan 5000 van 5000 tot 25.000 en
van boven 25.000, maar deze drieledige on-
derscheiding stelt niet instaat vooruit te loo-
pen op de toekomstige organisatievorming.
De voorloopig ingewonnen informaties be-
doelen slechts het orienteeren omtrent de be-
staande toestanden te vergemakkelijken. De
eindvorm voor den opbouw van de hoofd
groepen Handel en Ambacht zal eerst later,
na gezette overweging en studie, kunnen wor
den bepaald.
Tot den handel worden gerekend: de groot-
handel, de koloniale producenten, de tusschen-
personen en de kleinhandel. De gekozen om-
schrijving is, gelijk belanghebbenden reeds
hebben kunnen constateeren, zeer ruim.
Daaruit valt af te leiden, dat men te doen
heeft met een regeling van ingrijpend karak-
ter. Er onder valt de geheele detailhandel,
hetzij deze wordt uitgeoefend in een winkel,
in een gesloten huis, op de markt of door
venten op straat. Met name dit laatste strekt
zich zeer ver uit. Elke venter van visch,
groenten, bloemen, petroleum, enz. is als on-
dememing in den handel onderworpen aan
den inschrijvingsplicht.
Deze plicht rust eveneens op den geheelen
groothandel in welken vorm ook uitgeoefend.
Import, export en grossierderij zijn van dezen
plicht in geen enkelen vorm uitgesloten.
Ook het begrip ambacht is in breede be-
teekenis genomen. Daartoe wordt niet alleen
geacht te behooren hetgeen men van ouds
ambacht pleegt te noemen, maar ook de in
modernen vorm uitgeoefende kleinnijverheids-
bedrijven vallen er onder. Het fabriekmatig
uitgeoefende bedrijf valt er echter buiten.
Dat wordt beschouwd als industrie en daar
om zijn van de verplich'ting tot inschrijven
ontheven alle ondememingen en ondememers
die reeds bij een der tot de hoofdgroep
Industrie behoorende ondergroepen zijn ge
organiseerd.
Voorloopig worden tot het ambacht ook
gerekend de z.g. dienstverleeningsonder-
nemingen: glazenwasscherrjen, zuiverings-
bedrijven, schoorsteenvegersbedrijven, begra-
fenisondememingen e.d. Verkeers- of trans
portondernemingen (b.v. autobusondernemin-
gen, bode- en bezorgingsdiensten) vallen hier
buiten, omdat ze tot het verkeer behooren.
In den geest van de gegeven voorschriften
worden voorts als tusschenpersonen be
schouwd alien, die hun bemiddeling bij de
totstandkoming van handelstransacties ver-
leenen. Dat is dus weer zeer ruim gesteld,
zoodat b.v. ook makelaars in onroerende goe-
deren e.d. er onder vallen.
Wie zich aan zijn inschrijvingsplicht op
eenigerlei wijze onttrekt, loopt gevaar voor
een ernstige straf tot ten hoogste een jaar
of een geldboete van ten hoogste f 10.000.
Ook het niet naar waarheid invullen van een
formulier wordt als overtreding beschouwd.
NEDERL-INDISCHE DUIKBOOT
VERLOREN GEGAAN.
Het D.N.B. meldt uit Stockholm:
In een communique, dat in Batavia werd
uitgegeven, wordt medegedeeld, zoo meldt de
Associated Press, dat een Nederlandseh-
Indische duikboot verloren is gegaan. Deze
duikboot was ter bescbikking gesteld van den
opperbevelhebber der Britsehe vloot in de
wateren van Oost-Azie.
EENHEID IN DE RADIO WERELD.
Een gids, voor een oinroep.
In de laatste week van het jaar, dat thans
achter ons iigt, werden talrijke periodieken
voor de laatste maal gedrukt. Ook de oude
omroepbladen verschenen voor het laatst.
In hun plaats zag een nieuwe uitgave het
licht, de Luistergids, het blad van de Neder
landsche Omroep.
Lorenz verging het niet anders. Ook hij
had maar al te graag met een verlossend
woord aan deze dwaze scene een einde ge
maakt, maar hij was als verlamd door het
nieuwe en het ongewone. Hij zag alles als een
onzinnige caricatuur, zijn mannelijke ijdel-
heid had hem volkomen in haar maeht en hij
was dwaaS genoeg zichzelf voor te houden,
dat hier het noodl.ot de hand in het spel had,
een macht, waartegen hij zich niet kon en
mocht verzetten.
Mariene pakte hdar koffer. Hij had kunnen
zien, dat zij de helft vergat, dat zij deze ge
heele bedrijvigheid allerminst au serieux
nam, maar Lorenz lette daar niet-op. Hij
rookte onverschillig een sigaret en toonde
zich in alle opzichten de sterkere man, die
het ernstig meemde met zijn wooi'den en die
den moed had de consequenties daarvan te
aanvaarden.
Zij mocht gaan, als ze dacht, dat ze het
bij mevrouw Helling zooveel beter had. Hij
zou haar niet tegen houden. Ze moest maar
eens ervaren, wat het was op eigetn beenen
te staarr. Die dwaze stijfkoppigbeid zou zich
wel wreken. Over een paar dagen kwam ze
wel weer op hangende pootj-es terug, als haar
trots wat geluwd was en ze haar onrecht
had ingezien.
Tot de laatste minuut hoopte Mariene, dat
Lorenz het verzoenende woord zou spreken.
Een enkel woord je maar en dat heele malle
gedoe zou voorbij zijn -geweest.
Hij zweeg echter. Toen nam zij haar kof
fer op en ging, haar lippen vast opeen ge-
kiemd, naar de deur.
Lorenz drukte zijn sigaret in het aschbakje
uit. ,,Als je het een of ander vergeten mocht
De geboorte van dit nieuwe blad is een
symbool.
De oude omroepgidsen immers waren de
laatste overblijfselen van de tijd, die thans
achter ons ligt. Zrj moesten verdwijnen, zoo
als de verschillende omroepvereenigingen ver
dwijnen moesten, om plaats te maken voor
66n omroep, die los staat van partjjen en
stroomingen, doch er slechts is voor het volk
en door het volk.
Het is echter niet gemakkelijk, om zich
steeds zonder meer los te maken van het
oude. Er is immers een ontzaglijk stuk werk
verricht op het gebied van de radio-omroep.
Wanneer wij voor de indrukwekkende omroep-
gebouwen in Hilversum staan en bedenken,
dat dit alles uit het particuliere initiatief van
enkelen is ontstaan, dat dit alles zijn oor-
sprong vond in'een oude schuur, nog maar
enkele tientallen jaren geleden, toen een
kleine groep pioniers de Hilversumsche
Draadlooze Omroep stichtte, dan kuxmen wij
begrjjpen, dat het sommigen niet gemakke
lijk valt, zonder meer afstand te doen van het.
oude.
Wij kunnen echter niet blijven aarzelen op
den grens tusschen twee werelden. Een nieu
we tijd ligt voor ons, een nieuwe- tijd met
nieuwe waarden. Er mogen onder ons zijn,
die het oude betreuren, er is nog meer reden
om zich te verheugen. Stuk voor stuk vallen
de muren, die ons volk onderling verdeeld
hielden en wij zien hoe een nieuwe eenheid
wordt geboren. Het gaat niet altijd eenvou-
dig, het gaat niet zonder schokken. Eenheid
komt niet altijd even spontaan tot stand, maar
wordt, zooals in het geval met de verdwenen
omroepbladen, geboren uit nood. Wanneer
er geen papierschaarschte was geweest, zou
de nieuwe Luistergids yermoedelijk nog niet
verschenen zijn. Het is daarom, dat wij de
geboorte van dit nieuwe blad een symbool
noemden.
Wij zien hier weer, dat, wat uit nood ont-
staat, dikwijls veel goeds in zich bergt. Zoo
is het ook met de eenheid van ons volk. In
dagen van voorspoed wordt deze eenheid in
naam beleden, doch eerst in. dagen van nood
kan zij werkelijkheid worden. De nieuwe
Luistergids is geboren uit nood. Twee dagen
immers voor het ter perse gaan, moest de
naam nog worden vastgesteld en tijdens de
Kerstdagen ontwierp een teekenaar in den
haast een kop voor het blad. Het blad is
inderdaad een eersteling, met alle fouten van
een jonggeborene, maar ook met alle moge-
lijkheden voor een krachtigen groei.
Het blad zal, juist door de gedachte aan de
eenheid, waarvan het min of meer een sym
bool is, niet alleen aan de behoefte van ons
volk beantwoorden, doch ook nieuwe behoef-
ten scheppen. (V.P.B.)
OM SINGAPORE.
De beschouwing over het gemeenschappe-
lijk commando behoeft, schrijft de N. R. Crt.,
aan de hand van nadere berichten nog eenige
aanvulling. Het gebied, waarover het zich
uitstrekt, aangeduid als ,,Zuidwest-Pacific",
wordt in het officieele communique niet nauw-
keuriger omschreven. Reuter meent echter
te weten, dat het Malakka met Singapore,
Nederlandsch-Ipdie en de Philipprjnen omvat.
De Pacific-dominions Australie en Nieuw-
Zeeland zouden er dan, behalve wat hun aan-
deel in de directe verdediging van Malakka
betreft, buiten vallen en dit is in overeen-
stemming met de strategische situatie van
deze landen. Zij vormen als het ware een
tweede linie in het Zuidwesten van den Groo-
ten Oceaan, zoolang de Japansche hoofd-
actie beperkt blijft tot de Zuid-Chineesche
Zee en haar oeve'rgewestern De zelfstandig-
heid van Tsjiang Kai-sjek's commando is
eveneens begrijpelijk; hij moet den strjjd
tegen het Japansche achterland op zich ne
men, waar de bedreiging van zijn eigen toe-
voerlijnen iigt en daarom breidt het Washing-
tonsche communique het begrip van het
,,Chineesche oorlogstooneel" uit tot Indo
china en Siam, voorzoover deze gebieden
„door de geallieerde legers gebruikt zouden
worden". Zoover is het nog niet en voor-
eerst wordt het hoofdgebeuren uitgemaakt
door den Japanschen aanval op de eerste
linie en de verdediging daartegen. Dit maakt
de taak van het algemeene commando in den
Zuidwestelijken Pacific veel beperkter dan uit
deze algemeene kwalificatie op zich zelf zou
schijnen en tevens minder gecompliceerd. De
loop der gebeurtenissen immers heeft reeds
waarbjj slijm op de borst
vast zit, zal Abdijsiroop
de siym doen loskomen en
borst en keel verzachten,
terwijl de hoest verdwqnt.
Vanouds beproefd by hoest,
grlep, bronchitis, asthma.
A ICICfZDo
bij voorbaat een stekelige vraag opgelost, die
by uitstek een vraag voor een gemeenschap-
pelijk opperbevel zou zijn geweest: wat moet
eerder verdedigd worden, de Philippijnen of
Singapore? en sindsdien ging het v66r ailes
om het behoud van Singapore. D&ama was
het besuit te Washington al snel genomen to
meteen stond vast, dat dit opperbevel in Brit
sehe handen moest zijn.
Zonder Singapore is welke reeks ook van
Japansche successen in en rondom de Zuid-
Chineesche Zee onvolmaakt en dat bepaalt
evenzeer de Japansche inspanning om het te
verkrijgen als het belang van de tegenpartij
om het te behouden. Japan heeft door zrjn
landactie mooie posities aan de Westkust
van Malakka verkregen, maar alleen een
directe zeeverbinding maakt het mogelijk
deze ten voile te exploiteeren. Alleen duik-
booten en vliegtuigen kunnen Penang als
basis gebruiken en zoo de scheepvaart in den
Indischen Oceaan en door de Straat van Ma
lakka verstoren, maar men vergete daarbij
niet de moeilijkheid om zulk een basis door
de jungle heen van de Oostkust af of langs
de Siameesche landtong te ravitailleeren.
Van een doorgraven van de landengte van
Kra, reeds onder normale omstandigheden als
een buitengewoon moeilijk werk beschouwd,
kan natuurlijk, zoolang de vijandelijkheden
duren geen sprake zijn. Ook de centra van
de tinwinning liggen aan de Oostkust. Ten
slotte strekt zich de offensieve actie-radius
van Singapore tot ver in de Zuid-Chineesche
Zee uit.
Japan moet dus in ieder geval de vesting
hebben en de tegenpartij moet haar in ieder
geval behouden. Britsehe vliegvelden, uitge-
hakt temidden van de wildemis en de rubber-
plantages, liggen allerwegen over het schier-
eiland verspreid en zouden de Japanners nog
veel Zuidelijker komen, dan geraakt de ves
ting zelf onder het bereik van een intensieve
luch'tactie en wordt de defensie nog verder
verzwaard. Met Wavell's aanvaarding van
het opperbevel pchjjnt daarom, volgens een
bericht van United Press, de methode van
de Britsehe oorlogvoering op het schiereiland
in beginsel veranderd te zijn. Verdere ver-
sterkingen zullen nu worden aangevoerd en
de berichten uit Londen geven nadere bijzon-
derheden over deze versterkingen. Men kan
hieruit opmaken, dat Eden, die al voor het
ui'tbreken van het Aziatische conflict in Mos
kou verbleef, daar aanvankelijk geconfereerd
heeft over de mogelpkheid om een deel van
het Sovjet-Russische front met Britsehe troe
pen te bezetten. Na den 7en December be-
reikte Eden de mededeeling, dat de overbren-
ging van land-, lucht- en zeestrijdkrachten
naar Malakka en andere Oost-Azdatische
oorlogsterreinen dringend noodzakelijk was
geworden. Het plan van een Engelsch expe-
ditiekorps naar de Sovjet-Unie moest nu na
tuurlijk vervallen. Vast kwam toen ook te
staan, volgens een bericht, dat in de Frank
furter Zeitung wordt overgenomen, dat In
die het eerste en gewichtigste reservoir zal
vormen, uit hetwelk Britsehe versterkingen
voor het Aziatische oorlogsgebied zullen wor
den aangevoerd", waaruit men in verband
met het voorafgaande tevens zou kunnen af-
leiden, dat oorspronkelijk aan een expeditie-
korps was gedacbt, bestaande uit Britscb-
Indische troepen die wellicht dus in een van
de Zuidelijke sectoren van het Russische front
zouden zijn geplaatst.
Daar de Sovjet-Unie aldus weer meer op
zich zelf is aangewezen (afgezien van het
programma van Engelsche leveranties, dat
volgens de Londensche berichten zonder ver-
traging zou worden uitgevoerd) wordt het
begrijpelijk, dat men den laatsten tijd minder
hoort van de mogeljjkheid, dat het Kreml de
neutraliteit tegenover Japan reeds zou opge-
ven. Een oogenblik zou dit weersproken
kunnen schijnen door het feit, dat de Sovjet-
Unie toch tot de onderteekenaars behoort
van de pas te Washington gesloten overeen-
komst, waarbij een menigte regeeringen al
haar hulpmiddelen in dienst stellen van den
oorlog tegen de Drie van het Pact. Leest
men de afzonderlijke clausules echter goed.
dan ziet men, dat deze verplichting alleen van
kracht is tegenover de mogendheden, waar-
mee de onderteekenaars zich in staat van
oorlog bevinden. Niettemin vinden Japansche
kranten zooals de Hotsji Sjimboen nog eens
aanleiding tot de uitnoodiging aan Moskou
om het neutraliteitsverdrag met Japan heel
precies na te komen. Naar Japansche opvat-
ting zijn de teekenen van het tegendeel toch
nog te talrijk.
DE POLITIEK VAN VICHY.
De nadere Duitsch-Fransche samenwerking
heeft, schrijft de N. R. Crt., minder snel haar
-beslag gekregen dan op grond van de laatste
ontmoeting tusschen Goring en Petain veelal
verwacht werd. Een stellig teeken van stag-
natie op dit gehied kan men altijd zien in de
reacties van de Parijsche publicistiek, die uit
den aard van de zaak een nauw contact met
de bezettingsautoriteiten onderhoudt. Daar
bij komt dan gewoonlijk in de eerste plaats
au'toriteit toe aan de uitingen van Marcet
Deat, den man, die, gelijk men zich herinnert,
al voor September 1939 in oppositie was tegen
zijn regeering door zijn waarschuwingen tegen
verwikkeling in een oorlog. Deat heeft dezer
dagen het woord genomen voor de Parijsche
radio en den gezaghebbers in Vichy verwijten
gemaakt van een directheid als zeiden te-
voren. De bereidheid tot samenwerking, al
dus Deat, was al dien tijd sedert de bespre-
kingen te Montoire tusschen Hitler en Ptoain
hebben, zal ik het wel naar mevrouw' Helling
sturen".
Mariene voelde plotseling een pijnlijk wur-
gen in haar hals. Hansje, haar jongen. Zou
ze nog niet eenmaal naar zijn bedje gaan,
hem in haar arm en nemen? Hoe zou ze een
enkelen dag zonder het kind kunnen leven
Lorenz bleef zrwijgen.
Toen Mariene de deur achter zich had dicht
geslagen, liet ze haar tranen den vrijen loop.
Een half uur later ontwaakte Hansje en
het ging alles boven verwachting goed. Aan
vankelijk leek het hem slechts wat merk-
waardig, dat hrj door. Zijn vader werd begroet.
Mamma?" vroeg hij verwonderd en uaav
het leek eenigszins venwjjtend. „Wat is
er aan de hand?" scheen hij te willen vragen.-
Hierna echter vond hij het zeldzaam grappig,
dat zijn vader hem aankleedde. Moeder ging
het weliswaar wat handiger af. maar met
pappa was het beslist veel leuker. In de toe-
komst zou hij er op staan, dat deze nieuwig-
fieid gehandhaafd bleef.
Lorenz toweet zich van zijn ongewone taak
met een zekere onfroering, al was deze dan
niet bepaald echt. Zijn streven was er ken-
nelijk op gericht den jongen aan zich te bin-
den, in de hoop, dat deze de alleenheerschap-
pij van zijn vader zou erkenn-en, waardoor hij
rich dan zelf tegenover Mariene wat sterker
zou voelen.
Voorloopig scheen Hansje volkomen tot
medewerfting in deze bereid, zoodat van
Marlene's afwezigheid zelfs niet gerept werd.
De vriendelijke attenties, die pappa hem op
bijna verkwistende wijze bewees, de vele sui-
ker in zijn pap en ettelijke chocolaadjeS, Welke
anders bij hooge uitzondering werden uitge-
deeld, miste hun uitwerking niet en toen
Lorenz zich tenslotte nog gereed maakte om
zijn zoon op diens dagelijksche wandeliirg in
het Friedrichspark te vergezellen, was Hansje
geheel gewonnen.
De ongewoon warme herfstdag, Welke ein
delijk op een lamge periode van regeh was
gevolgd, had talloozen naar buiten gelokt.
Op de kronkelende grintpaden van het Uitge-
strekte pai'k verdrongen zich de wandelaais.
Ontelbare moeders duwden haar kinderwhgen
welgemoed onder het bruine loOver der Liooge
beukenboonien, oude heertjes knipperden, ge-
nietend als grijze katers, tegen het verblin-
dende hcht der laatste zonnestralen en op de
openbare speelplaatsen kribeide liet' van kin
deren. die zich met alle mogeljke soorten
speelgoed vermaakten.
Met schier plechtigen eriist en vol vader-
lijken trots drentelde Lorenz, zijn zocn aan
zijn rechterhand, langs de bloembedden en
taxusheggen, maar dit eenzame wandelen be-
gon den jongen al spoedig te vei-veien. Bij
een weg'kruising wrong hij zijn hand uit die
van zrjn vader om rich bij een grooten troep
kinderen te voegen, die op een grasveid door-
een krioelden. Lorenz zocht een plaa'tsje op
een van de banken in de onmiddellijks nabij-
heid van dit speelterrein en keek met wel-
gevallen naar de uitgelaten kinderscbaar. In
zijn handen hield hij Hansje's blikken emmei-
tje, dat de jongen in rijn haast om Weg te
komen, verge-ten was.
(Wordt vervolgd.)