fer Neuzensche Courant
Strijden Overwinning
Rogp'H"
Binnenland
Maandag 22 December 1941 No. 10.309
TWEEDE BLAD
WAAROM MET DUITSCHLAND
VOOR-VRIJ NEDERLAND?
FEUILLETON
Dr. Burmesters
VAN
Denkt iemand in ernst dat Engeland wint?
Welaan, dat denken staat hem vrij. Maar
hoopt men ook'' op een Engelsche overwinj
ning
Zoo ja, waarom dan? Toch zeker niet om-
dat Nederland dan weder vrij zou worden.
Maar kom, laten wij nu eens aannemen,
dat men het bovenstaande werkelijk hoopt en
denkt wij kunnen het haast niet gelooven
vfrat verstaat men dan onder vrijheid
Toch niet die veelbezongen democratiscHe
vrijheid van v66r den oorlog. Die vrijheid,
die een derde deel der werkers tot stempelen
vemederde. Die vrijheid, die elken joden-
bengel vrij spel gai onze historische waar-
den te bespotten en te vertrappen.
Die vrijheid, die elken plutocraat in zijn
misdadigen overvloed liet zwelgen en den
arme liet verhongerenin alle vrijheid. Of
misschien diie vrijheid, die elken versch ge-
importeerden jood na een jaar geduldig
wachten, dezelfde rechten verleende als het
eeuwenoud, met deni Nederlandschen grond
vastgegroeid, boerengeslacht. Ja, als men die
vrijheid bedoelt, dan valt er niet te praten.
Inderdaad, indien Engeiand wint, dan kan
men van die vrijheid verzekerd zijn, hoe-
welmisschien nog niet eens ook. Maar
Engeiand wint niet.
Ach, de vrijheid die wiji bedoelen is zoo
geheel anders. Het is devrijheid voor onS
Nederlanders om Nederlander te zijn, naar
eigen aard en wezen. Onze wieg stond nu
eenmaal niet in het woestijnzand. Wij bedoe
len de vrijheidvan den eenvoudigen werker
om dat werk te eischem waamaar zijn han-
den staan. Te werken in het zweet zjjns aan-
schijns en het loon er voor te vorderen. Het
is de vrijheid voor den boer om den grond,
die niet alleen het zweet maar ook het leven1
uit hem haalt, als de zijne te beschouwen. De
vrijheid die de Nederlandsche zeeman had en
weer moet hebben, om de wereldzee met het
oranjeblanjebleu te tooien.
Dit en niet anders dan dit, zal onze vrij
heid zijn. Een vrijheid die ons Nederlanders
het recht ,zal geven onder de volkeren der
aarde met opgeheven hoofd orizen eigen weg
te gaan.
Deze vrjjheid was het, die Mussert onS
Volk sinds jaar en dag voor oogen heeft ge-
houden. Deze vrijheid is het ook, die Hitler1
in eigen land reeds bevochten heeft en waarJ
voor nu de Duitsche soldaat op wacht staat
bij Europa's poorten. E«n niet alleen de Duit-1
sche soldaat, maar ook reeds vele duiizenden
van den Dietschen stam, die in het groote
Germaansche verband voor een vrij Neder
land strijden.
De Duitscher wint. Hem kan de vrijheid
niet meer ontgaan. Maar ons wel, indien wij
niet in de overwinning deelen door eigen aan-
gewende kracht. Slechts ware kameraad-
schap deelt gelijik op.
Daarom en daarom alleen, met Duitschland
voor vrij Nederland.
VERBENVOUDMHNG VAN HET
EINDEXAMENPROGRAMMA VOOR
GYMNASIUM EN H.B.S.
In de Staatscourant van 17 dezer is opge-
nomen een besluit van den secretaris-generaal
van opvoeding,. wetenschap en cultuurbe-
scherming, waarbij het programma voor het
eindexamen voor openbare en bijzondere
gymnasia, alsmede het programma voor
openbare en bijzondere hoogereburgerscholen
met vijfjarigen en vierjarigen cursus als volgt
wordt gewijzigd.
Gymnasia.
Het programma voor het eindexamen der
gymnasia en het daarmede geljjfcgesteld exa-
men vermeldt in artikel 12 der Hooger-onder-
wijswet, zal in 1942 niet omvatten de vol-
gende onderwerpen:
I. Voor de A-leerlingen
Voor de geschiedenis: een uitvoe-
rig overzicht van de vaderlandsche geschiede
nis is van 17961830 en van de algemeene
geschiedenis van 17891848; van deze tijd-
vakken zullen alleen de hoofdzaken worden
gevraagd.
Voor de stelkunde: de graphische
voorstelling van gebroken functies, de on-
eigenlijke machten en de reststelling.
Voor de meetkunde: de afleiding der
formules voor oppervlakten en inhouden van
den bol. en zijn deelen.
II. Voor de B-leerlingen
•Voor de stelkunde: de samengestelde
interestrekening.
Voor de natuurkunde: de mechanics
en de geluidsleer, voor zoover deze niet bij de
andere hoofdstukken der natuurkunde ter
spfake komen en de geometrische optica.
Voor de scheikunde uit de anorga-
Roman van HANS HERTHAMME2R
(Nadruk verboden)
44
Voor Hansje werd een slaapplaats op den
divan gereed gemaakt, maar eerst nadat hem
de noodige verrassingeti in uitzicht w'aren
gesteld, liet hij er zich toe bewegen zijn
oogen te sluiten.
„U kimt den jongen gerust hier laten," als
wij naar de Linkstraat gaan. Mjjn trouwe
gedienstige Thera zal wel op hem passen. Zij
heeft mijn zoontje vroeger onder haar hoede
gehad en ze zal ook met Hansje wel spoedig
diktke vrienden worden'!.
Drie uur later lieten de beide vrouwen zich
bij dr. Welkenlaub aandienen. Een oude jonge-
juffrouw, die een antieke lorgnet op haar om
vangrijken neus balanceerde, bracht de beide
dames naar de wachtkame"r, waar eenige
patienteh orheen ronde tafel zaten en luste
loos in beduimelde tijdschriften bladerden.
,,Wij zjjn door dr. Welkenlaub hier oeitbo-
den", lichtte mevrouw (Helling toe. ,,Deze
dame zou zich komen voorstellen als as-
sistente".
De vrouw wierp een ietwat wantrouwigen
blik op Marlene, bromde iets onverstaanbaars
nische scheikunde de metalen, voor zoover
deze niet bij de andere hoofdstukken der
scheiikunde ter sprake komen, en voorts de
technische bereidingswijze van lichte meta
len, ijzer, ammoniak, soda, zwavelzuur, water-
gas, lichtgas. aardolieproducten, zeep en
suiker
Voor de n a t u u r 1 ij k e h i s t.o r i e de
morphologic der plant, de gewervelde dieren
en de protozoeh. Kennis van het menschelijk
lichaam wordt wel gevraagd.
De bovengenoemde onderwerpen, waarover
niet zal worden gevraagd, vervallen voor den
cursus 194111942 uit het algemeen leer plan
van de zesde klasse der openbare gymnasia.
Hoogere burgerscholen.
Het programma voor de eindexamens der
openbare hoogere burgerscholen en der inge
volge artikel 45tredecies der Middelbaar-
onderwjjswet aangewezen bijzondere hoogere
burgerscholen zal in 1942 niet omvatten
de volgende onderwerpen:
1. Voor de hoogerebtfrgersehool A:
Voor de handelswetenschappen:
a. Bedrijfshuishoudkunde en boekhouden:
enkel boekhouden. Balansen en verlies- en
winstrekeningen van levens- en schadeverze-
keringsmaatsohappijen en van transportonder-
nemingen. Zellstandige administratie van
pensioen- en ondersteuningsfondsen. Filiaal-
boekhouding. Kameraalstijl.
b. Organisatie en techniek van den handel
en handelsrekenen: arbitrage. Winstverdee-
ling. Termijnhandel.
c. Recht van het maatschappelijk verkeer:
kennis van de Merkenwet en de Handelshaam-
wet. Belastingwetgeving.
En de statistiek: aarde- en prijsleer.
'Historisch overzicht van de voornaamste
sociaal-oeconomische stelsels en hervormings-
plannen.
Voor de aardrijkskunde: de begin-
selen der natuurkundige aardrijkskunde, be-
halve voor zoover de kennis daarvan nood-
zakelijk is bij de behandeling van Nederland.
Nederlandsch-Indie, Suriname en Curacao. Be
handeling van het sociaal-oeconomische leven,
zooals het zich openbaart in voortbrenging,
verdeeling en verbruik der voornaamste goe-
deren. Enkele onderwerpen uit de volken-
kunde van de overzeesche gewesten.
Voor de> geschiedenis: de vaderland
sche geschiedenis van 1789 tot 1813. De alge
meene geschiedenis van 1789 tot 1848. Bijzon
dere onderwerpen uit de oeconomische ge
schiedenis van Nederland en de voornaamste
Europeesche Staten tot 1648.
Voor de hoogereburgerschool B:
Voor de "re ik en en stelkunde: een-
voudige beginselen der differentiaal- en inte-
graalrekening.
ax- bx c
De functie y
px'-i qx f
Herhaling en uitbreiding van het getal-
begrip.
Voor de meetkunde: meetkundige be
handeling van de eenvoudigste eigenschappen
van parabool, ellips en hyperbool. De be-
schfijvende meetkunde.
Voor de mechanica: de plaatsbepaling
van het zwaartepunt. De verticale cirkelbe-
weging.
Voor de natuurkunde: licht en ge-
luid, voor zoover de kennis daarvan niet nood-
zakeljjk is in verband met warmte en electri-
citeit.
Voor de scheikunde: uitde anorga-
nische Scheikunde de metalen, voor zoover
deze niet bij andere hoofdstukken der schei
kunde ter sprake komen, en voorts de tech
nische bereidingswijze van lichte metalen,
ijzer, ammoniak, soda, zwavelzuur, watergas
lichtgas, aardolieproducten, - zeep en suiker.
Voor de natuurlijke historie: het genoemde
onder 3o. en 5o. van het eindexamenpro-
grarama.
Voor de staathuishoudkunde: be
ginselen der waarde- en prijsleer.
Voor de aardrijkskunde: de natuur-
kundige aardrijkskunde, behalve voor zoover
de kennis daarvan noodzakelijk is bij de be
handeling van Nederland, Ned.-Indie, Suri
name en Curacao. Hoofdstukken uit de alge
meene land- en volkenkunde.
De bovengenoemde onderwerpen, waarover
niet zal worden gevraagd, verVallen voor den
cursus 1941-1942 uit het algemeen "leerplan
voor do- vijfde klasse der openbare hoogere
burgerscholen A en B.
VERLAGING VAN DE TARIEVEN
IN HET POSTVERKEER MET
DUITSCHLAND. -
Tusschen de postbesturen van Duitschland
en Nederland is een bijzondere overeenkomst
kover de posttarieven in het wederzijdsche ver
keer aangegaan, welke op 1 Januari 1942
in werking treedt.
Deze overeenkomst staat niet op zich zelf
Daaraan zijn reeds andere overeenkomsten
voorafgegaaneenige andere zjjn in voorbe-
reiding. Duitschland staat op het standpupt,
dater tusschen de binnenlandsche tarieven
en de tarieven in het Europeesche verkeer
voortaan geen verschil meer moet bestaan
Het sluiten van al deze bijzondere verdragen
moet den grondslag vormen vo<jr een alge
meene Europeesche posfunie. Met deze post-
unie wordt het oude. ideaal van een eenheids-
porto in het Europeesche verkeer tot werke-
ljjkheid.
De nieuwe tarieven, die tegenover de oude
regelitng een aanzienlijke verlichting betee-
kenen, zijn als volgt vastgesteld:
Voor brieven naar Duitschland, het protec-
toraat Bohemen en Moravie en het Gouveme-
ment-generaal:
Tot 20 g 10 cents.
Boven 20 g tot 250 g 20 cents.
Boven 250 g tot 500 g 30 cents.
Boven 500 g tot 1000 g 50 cents.
Voor brieven van meer dan 1000 g tot 2000
g gelden voorloopig nog de tarieven van de
bestaande wereldpostunie.
Het thrief.voor briefkaarten in het verkeer
met Duitschland en de bovengenoemde gebie-
den wordt 7% tot 5 cents, van de briefkaar
ten met betaald antwoord van 15 tot 10 cents
verlaagd.
Wegens deze" tariefsverlagingen voor brie
ven en briefkaarten wordt het thans geldende
speciale tarief voor dezelfde poststukken in
het grensverkeer met Duitschland (d.w.z. in
het verkeer tusschen de grensplaatsen, die
niet meer dan 30 km van elkaar verwijderd
-Tiggen) opgeheven.
Voor drukwerk, offertes, monsters zonder
waarde, gemengde zendingen en pakjes naar
Duitschland worden voorloopig nog de Neder
landsche tarieven van de wereldpostunie ge-
bruikt. Voor couranten en tijdschriften, die
rechtstreeksch door de uitgevers of hun ver-
tegenwoordigers worden verzonden, voorts
voor boeken, brochures, muziek en landkaar-
ten, die afgezien van hetgeen op den omslag
en op de achutbladen is gedrukt, in het ge
heel geen aankondigingen en aanbiedingen
bevatten, gelden de binnenlandsche drukwerk-
tarieven, voor zoover deze lager zijn dan de
tarieven van de wereldpostunie.
Voor postverkeer van Duitschland naar
Nederland gelden de binnenlandsche Duitsche
tarieven.
Binneri afzienbaren tijd kunnen nieuwe
vereenvoudigingen verwacht worden.
en begaf zich daarna naar de spreekkamer.
Eenige minuten later verscheen dr. Wel
kenlaub in hoogst eigen persoon, een ware
colossus met vierkante sehouders, een vorm-
loozen, griezelig betiaarden schedel en een
zwaar lichaam, dat nog grooter scheen door
de achter hem aan fladderende, witte jas,
welke van voren, waarschijnlijk tengevolge
van een gebrek aan ruimte, geheel open
stond. Zijn grijze oogen dwaalden vluchtig
over de aanwezigen. „De dame, die <foor
juffrouw Witte is gestuurd?"
Magda stond op en wees op Marlene. „Ik
ben met mevrouw Burmester mee gekomen
omdat zij nog vreemd is in Berlijn."
,,Wilt u mij even volgen?"
Een der wachtende patienten bromde iets
van ,,nog niet aan de beurt zgn."
Dr. Welkenlaub keerde zich abrupt om
,,Als het u te lang duurt, kunt u gaaij,!"
De aldus aangesnauwde patient trok een
beteuterd gezicht, maar dacht er nochtans
niet over aan de onvriendelijke uitnoodiging
gevolg te geven.
Welkenlaub's stem klonk heesch en maakte
een zelfden verwaarloosden indruk als zjjn
uiterlijk. Hij liet zich in den stoel achter zjjn
schrijftafel vallen, waarbjj hjj met beide ar-
men een zonderlinge, fladderende beweging
maakte.
,,U wilt mjj dus hier het leven komen ver-
lidhten, zeer lofwaardig! Al eefder op dit
gebied gewerkt? Getuigschriften'?"
„Getuigschriften bezit mevrouw Burmester
niet. Het is haar eerste betrekking. Maar
als vrouw van een medicus is haar deze
wertkkring volkomen toevertrouwd. Heeft
juffrouw WiU u dat niet meegedeeld
ROOKEN WE PAPIER?
Men schrijft aan de N. R. Crt..:
Den Iaatsten tijd hoort men meermalen de
bewering verkondigen, als zou in de sigaren
voor een groot deel papier verwerkt zijn.
Deze opvatting is echer niet juist.
Zooals men Tyeet, bestaat een sigaar uit
drie deelen:
1. het binnengoed of binnenwerk, kleine
blaadjes taba!k van verschillende soorten.
2. het omblad, dat dit binnengoed bijeen
moet houden en dat tevens zorgt voor de
noodige stevigheid en voor het gewenschte
model.
3. het dunne dekblad, dat dient tot ver-
hooging van aroma en kleur en dat tevens
verhindert, dat op verkeerde plaatsen lueht
zou worden aangezogen.
Nu is het mogelijk, het binnengoed gedeel-
telijk uit Europeesche tabakssoorteh samen
te stellen. De kwaliteit' gaat hierdcor iets
achteruit, doch de sigaar blijft in elk geval
een zuiver tabaksproduct.
Met het omblad en het dekblad is het an
ders gesteld. Noodgedwongen is men er aan-
vankelijk toe overgegaan. het kostbare dek
blad ook als omblad te gebruiken, met het
gevolg, dat men nog sneller door den aan
wezigen voorraad dekblad heen raakte.
Er moest dus naar een oplossing worden
gezocht om het omblad door een ander mate-
riaal te vervangeh.
Een papieren omblad zou een gedeeltelijke
oplossing van het probleem geweest zijn, doch
de verwende sigarenrooker vindt het hoogst
onaangenaam, wanneer het zachte aroma van
.het product wordt overheerscht door den
priklkelenden geur van schroeiend papier.
E&i van de oplossingen was het vervaar-
digen van een kunstmatig omblad, dat voor
het grootste gedeelte uit werkelijke tabak
bestaat.
Men ging uit van de gedachte: we maken
een vel papiei van tabaksafval, van kleine
tabaksdeeltjes, die te nietig zijn om bij de
sigarenfabricage te worden gebruikt. Oogen-
schijnlijk is die gedachtengang heel eenvou-
dig, maar de afval is venmengd met stof en
andere ongerechtigheden en dit alles moet er
eerst uit worden verwjjderd.
Er is nog meer: die tabaksdeeltjes moes-
ten worden vereenigd tot een stevig blad met
tabaks-aroma. Dat tabaksblad moest gloeien
als tabak, mocht niet scheef branden en moest
witte as#h en geen bijsmaak hebben.
Het ,,tabakspapier" moest voorts als papier
gemaakt worden, maar tevens mochten de
aromatische bestanddeelen door het gebruik
van water niet verloren, gaan.
Zoo is tenslotte het „papieren" omblad tot
stand gekomen.
Nu zal niemand willen beweren, dat we
geen surrogaat-omblad rooken. Maar is het
niet een beetje onbilljjk ja ondankbaar
om smalend te spreken van „papier rooken"
Ongetwijfeld is er verschil met vroeger.
Toen werd het omblad uit een soort tabak
vervaardigd. Nu bestaat het uit een mengsel
van Sumatra, Vorstenlanden, Besoekj, Ha-
vanna en wat' de pot verder schaft.
Maar men zal hierdoor veel langer een be-
hoorljjke sigaar kunnen blijven rooken. En
tevens zal de sigaren-industrie veel langer
,,'t Is mogeiijk! Ben 'k vergeten! -Vrouw
van een collega dus? Waarom blijft u dan
niet bjj uw man? Ruzie gehad? Misschien
wel gescheiden, waf? Nou, dat gaat me ook
niks an. Wanneer kunt u beginnen?"
"Direct!" antwoordde Marlene, wat klein-
tjes. De man maakte een verre van prettigen
indruk. Hij had iets van een nijdig dier.
,,Mooi. mooi, uitstekend! Begint u dan
maar dadelijk! Hebt u geen jas bij u En-
fin, dat doet er ook niet toe. Er moet er nog
ergens een hangen van uw voorgangster.
Otto!"
,,Maar dokter, neemt u me niet kwaljjk! Is
het dringend noodig, dat ik onmiddellijk be
gin ik ben absoluut niet voorbereid".
'Het angstzweet stond Marlene op het voor-
hoofd.
,,Onzin! Voorbereiding is niet noodig!
Otto, breng eens even die witte jas van. juf
frouw Seger»! Zij heeft dat ding toch hier
gelaten, niet of heb ik het mis?"
De beide dames constateerden tot haar
verbazing, dat ,,Otto" de oude jongejuffrouw
met de lorgnet was. Dat scheen hier een
zonderling huisihouden te zijn.
,,Die jas is nog niet gewasschen. Ik dacht,
dat juffrouw Segers hem vandaag of morgen
wel zou komen halen. Zjj is toen immers...'
,,Vertelt u toch niet zulke ellenlange ver-
halen, als er patienten zitten te wachten!
Kom op met die jas!"
Otto verdween kennelijk in haar wiek ge-
sehoten.
,,iEen buitengewoon charmante jongedame,
vindt u niet, juffrouw Bergman"?"
^Burmester!" verbeterde Marlene, terwjjl
aij een hulpeloozen blik op Magda wierp.
kunnen bljjven „draaien", zoodat tienduizen-
den arbeiders aan het werk kunnen blijven.
De sociale zjjde van deze zaak is duideljjk.
Ir. DAMME TREEDT AF ADS
DIRECTEUR-GENERAAD DER P.T.T.
Ir.' W. L. Z. van der Vegte
volgt hem op.
De Secretaris-Generaal van het Departe-
ment van (Binnenlandsche Zaken heett den
directeur-generaal der Nederlandsche poste-
rjjen Dr. ir. M. H. Damme, by het bereiken
van den deeftijdsgrens met ingang van 3i
December 1941 eervol ontsiag veneend en op
pensioen gesteld. In zijn plaats heeft de
Rijkscommassaris voor het bezette Nederland-
scne gebied op grond van par. 3 van zjjn ver-
ordemng no. 108-40 (vierde verordening be-
tretfende bijzondere bestuursrechtelyke maat-
regelen) den raadadviseur Ir. W. D. Z. van
der Vegte te Den Haag met ingang van 1
Januari 1942 tot directeux-generaal der
Nederlandsche posterjjen benoemd.
Dr. Ir. M. H. Damme heeft gedurende bijna
17 jaar het Staatsbedrjjf der P.T.T. op emi-
nente wijze geleid.
Onder zijn bestuur onderging het enorme
appavaat een grondige hervorming, waarbij
hij zich vooral ten doel stelde, P.T.T. meer
dan voorheen dienstbaar te maken aan de be-
hoeften en verlangens van het publiek.
Daa'rmee ging vanzelfsprekend samen eeri
nauwe aansiuiting bjj den vooruitgang der
techniek.
Het was onder Dr, Damme's. bewind, dat
Ir. Koopmans gelegenheid kreeg de radiover-
binding met Ned.-Indie, ook voor geregeld
teieionisch verikeer, lot -stand te brengen.
Nederland ging hier de geheele wereld vddr.
Toen de K.D.M.haar vleugels wijder ging
uitslaan en Ned. Oost-Indie in haar sfeer be-
trok, stimuleerde Dr. Damme deze ontwikke-
ling op de krachtigste wijze, o.a. door een
garantie op het postvervoer.
De automatiseering der telefoou genoot
evenzeer. zjjn aandacht en dit wilde als ge-
Voonlijk zeggen, dat het werk met groote
voortvarendiheid werd aangepakt. Ook de in-
wendige structuur van het Staatsbedrjjf on
derging in den loop dezer 17 jareti belang-
rijke wijzigingen, welke zjjn functioneering
zeer ten goede kwaimen.
De Technische Hoogeschool erkende zijn
verdiensten door hem een eere-doctoraat te
verleenen.
PONTIANAK OP WEST-BORNEO
GEBOMBARDEERD.
Nederlandsch-Indie beleefde Vrijdagmiddag
-de eerste oorlogshandelingen van de Japan-
ners. Water- en landvliegtuigen vielen de
aan de Westkust van Borneo gelegen stad
Pontianak aan, welke de residentie is van
den gouvemeur van het Westelijke deel van
het eiland. De aanval_duurde ongeveer 45
minuten. Het aantal dooden schijnt aanzien-
lijk te' zijn, aldus meldt de Deutsche Ztg. i. d.
Nied.
HET BOUWEN ZONDER VERGUNNING
STRAFBAAR.
In het Verordeningenblad van 18 dezer is
opgenomen een besluit van den secretaris-
generaal van waterstaat en van justitie be-
treffende het strafbaar stellen van het bou-
wen zonder goedkeuring van den algemeen
gemachtigde voor den wederopbouw.
Hierbij wordt bepaald, dat hjj, die een
bouwwerk, dat ingevolge punt 6 van het
besluit van den opperbevelhebber van land-
en zeemacht van 21 Mei 1940 betreffeude den
wederopbouw I (Staatsblad no. 550) niet mag
worden ondernomen of voortgezet zonder
goedkeuring van of vanwege den regeerings-
commissaris voor den wederopbouw (thans
genaamd algemeen gemachtigde voor den
wederopbouw), zonder zoodanige goedkeuring
ondemeemt of voortzet, wordt gestraft met
een van de straffen, genoemd in artikel 8, lid
1, van het besluit no. 4/1941 betreffende de
bouwnijverheid.
JAOHT 1 JANUARI GESLOTEN.
In de Staatscourant van 18 dezer is opge
nomen .een besluiit van den secretaris-gene
raal van Tandbouw en visscherjj, waarbij
wordt bepaald, dat met ingang van 1 Januari
1942 de jacht met geweer op alle wildsoorten
zal zijn gesloten.
DE NIEUWE
KAMERS VAN KOOPHANDEL.
Het Donderdag verschenen Verordeningen
blad bevat een besluit van den secretaris-
generaal van handel, nijverheid en scheep-
vaart inzake de samenstelling, inrichting - en
bevoegdheid van de Kamers van Koophandel
-en Fabrieken. Aan dit besluit wordt het
volgende ontleend:
joovjel d0°tnsi^9IldTiaS"1
doo, xek«-
De kamers van koophandel en fabrieken
maken deel uit van de zelfstandige organisa
tie ter ontwikkeling van het bedrijfsleven,
bedoeld in besluit no. 206/1940, zooals dit is
gewijzigd bij besluit no. 89/1941 en zijn opeij-
bare lichamen in den zin van artikel 152 van
de grondwet.
Er zijn kamers in het geheele grondgebied
van Nederland. Haar gebied valt in den
regel samen met dat van de provincien.
De secretaris-generaal van handel, nijver
heid en scheepvaart bepaalt het aantal, de
gebieden en de zetels van de kamers, gehoord
net toporgaan van het georganiseerde be
drijfsleven.
De secretaris-generaal kan voor gedeelten
van het gebied van een kamer plaatseljjke
kantoren van die kamer mstellen.
De kamers vormen afdeelingen voor de
industrie, het ambacht, den handel en het
verkeer ter behartiging van de bijzondere be-
iangen van deze takken van bedrjjf binnej}
haar gebied.
Bovendien kunnen zjj voor de overige tak
ken van bedrijf, waarin een hoofdgroep be
staat, in overleg met deze, afdeelingen vor
men.
Indien binnen het gebied van een kamer
gewestelijke of plaatseljjke afdeelingen van
bedrijfsorganisaties bestaan, worden deze met
de betrokken afdyeling van de kamer ver-
bonden.
Ten aanzien van het verrichten van werk-
zaamheden op vakgebied zjjn de in het vorige
lid bedoelde gewestelijke of plaa'seljjke afdee
lingen gebonden aan de aanwjjzingen van de
bedrjjfsorganisaties waarvan zjj deel uit-
maken.
De taak van de kamers.
De kamers behartigen zelfstandig de belan-
gen van alle ondernemingen in haar gebied
in het kader van het bedrijfsleven als geheel.
In het bjjzonder moeten de kamers de over-
heidsorganen ter zijde staan door het ver-
strekken van feiteljjke mededeelingen en het
uitbrengen van adviezen. Zjj kunnen deze
ook uit eigen beweging verstrekken.
Tot de taak van de kamers behoort verder
de bevordering van de algemeene belangen
van oeconomischen aard in haar gebied, welke
niet aan andere lichamen, instellingen of be-
paalde auto'riteiten ter behandeling zjjn of
worden voorbehouden. Hiertoe behoort in
het bijzonder:
1) het stichten en beheeren van instellin
gen ten dienste van het bedrijfsleven in haar
gebied1.
2) het voeren van algemeene propaganda
voor en het verstrekken van voorlichting
over het bedrijfsleven in haar gebied;
3) het verleenen van subsidies aan instel
lingen, welke een algemeen belang van het
bedrijfsleven in haar gebied bevorderen;
4) het vorderen van de rijks-, provinciale
en gemeente-ambtenaren van de voor haar
verslagen en verzameling van statistische ge-
gevens benoodigde opgaven.
Behalve tot 'het houden van het handels-
register ingevolge de Handelsregisterwet zijn
de kamers verplicht tot uitvoering van de
haar door de organen van het algemeen be
stuur gegeven opdrachten en zijn in het bjj
zonder bevoegd certificaten van oorsprong en
andere verklaringen ten dienste van het be--
drijfsleven af te geven, alsmede handteeke-
ningeni, welke in het handelsregister zijn in-
geschreven, te legaliseeren.
Voor zoover dit voor de verrichting van
haar in de vorige alinea bedoelde werkzaam-
heden noodig is, kan de secretaris-generaal
den kamers verordenende bevoegdheid geven.
Het bestuur.
Voorts bevat het besluit bepalingen om-
trent de benoeming van het bestuur. De
secretaris-generaal benoemt een voorzitter
van een kamer voor den tjjd van twCe jaren,
die jaarlijks voorzitters benoemt voor de ge-
vormde afdeelingen. De voorzitter van een
kamer wordt geadviseerd en bijgestaan door
een raad van bijstand, waarvan de secretaris-
generaal het aantal leden bepaalt en vast-
stelt hoeveel hunngr voor elk van de takken
van bedrijf moeten worden aangewezen. De
voorzitters van de hoofdgroepen en bedrijfs-
groepen, welker ondernemingen haar hoofd-
zetel in het gebied van de kamer hebben,
moeten in ieder geval tot leden .van den raad
van bijstand worden benoemd.
De voorzitter van een kamer benoemt den
algemeen secretaris, in overleg met den
secretaris-|feneraal.
Voorts zijn jn het besluit bepalingen opge
nomen betreffende de geldmiddelen van en
het toezicht op de kamers. Dit toezicht wordt
geoefend door den secretaris-generaal, die
besluiten strijdig met een wettelijke bepaling
of het algemeen belang, kan schorsen of ver-
niietigen.
Dit besluit treedt met ifigang van 1 April
-1942 in werking. Tegelijkertijd treedt de wet
op de kamers van koophandel (staatsblad
1920, no. 152) buiten werking, evenal^ alle
bepalingen, welke met dit besluit Ih strijd zjjn.
Met ingang van 1 April T942 zjjn de be
staande kamers van koophandel en fabrieken
ontbonden.
De rechten van het'bij de ontbonden kamers
werkzame personeel, dat door de nieuw inge-
stelde kamers in een overeenkomstige positie
wordt overgenomen, blijven gehandhaafd,
voor zoover de secretaris-generaal niet bij'
wijze van uitzondering anders bepaalt.
Eeeeh
uw sa-
„Doet er ook niet toe!
lariseischen?"
,,Dat dat moet ik wel aan u over laten!"
,,Accoord! Maaltijden vrij en nou, laten
we voorloopig zeggen vijftig* mark per maand.
Goedl?"
Marlene knikte en begon onmiddellijk te
rekenen. Vijftig mark? Lieve hemel, vijf-bn-
twintig moest ze voor de kamer betalen. Zoo-
lang ze alleen was, zou het misschien wel
gaan, maar als Lorenz er ook nog van moest
leven...
Otto bracht de jas, hing haar -over de leu-
ping van een stoel en vertrok weer.
,,Zoo! Aan het werk! Roept u den volgenden
patient maar binnen!"
Magda nam haastig afscheid. ,,Op den hoek
van de Potsdammerstraat is een automatisch
restaurant. Daar zal ik op u wadhten! Sterkte
mevrouw Burmester!"
Marlene zou haar het liefst achtema zijn
geloopen, zoo onbehaaglijk voelde zjj zich in
haar nieuwen werkkring, maar zij kreeg geen
tijd om daar lang over na te denken. Met
den vasten wil door den zuren appel heen te
bijten, liep ze naar de deur van de wacht-
kamer. ,,Wie volgt?"
Twee mannen stonden tegelijk op en wilden
naar binnen dringen.
Hoort u bij elkaar?" vroeg Marlene.
„Ach, wat, ik ken dien meneer niet eens,
maar ik was er het eerst."
,,Dan moet u wachten tot u aan de beurt
bent!" zei Marlene tot den anderpn man. De
jas was haar te lang en bovendien vrjj vuil.
Zjj voelde zich zeldzaam ongelukkig.
,,Een brutaliteit", schreeuwde de tweede pa
tient. „Ik wacht al veel langer. Als hier be-
hoorlijk volgnummers werden gegeven, dan
zouden dergeljjke bedriegerijen niet voor-
komen."
,,iBedriegerijen? U wilt zeker wel een
beetje voorzichtiger zijn met uw uitdrukkin-
gen! Als ik zeg, dat ik hier eerder was dan
u..."
Op dit oogenblik kwam Welkenlaub aan-
stuiven. ,,Verdraaid nog an toe!" En reeds
had hjj den dichtstbjj staande bij den arm ge-
pakt, in de kamer getrokken ne de deur ach
ter hem dicht gesmeten. ,,Als u niet wai
ehergieker optreedt, juffrouw Bergmeister.
krijgen we nog moord en doodslag in de
wachtkamer!"
Zij gaf het op hem nog eens haar naam te
noemen, maar zij klemde haar lippen vastbe-
raden op elkaar. Vasthouden, Marlene!
,,Gaat u zitten!" snauwde Welkenlaub den
patient toe, die nu plotseling als een lam was
geworden. „Uw naam?"
,,Wilhelm Glasinowski!"
,,Fonds?"
„Districts-ziekenfonds
,,'De kaart, juffrouw Bergstein! Links op
het kleine scihrjjfbureau! Gaat u zitten en tee-
kent u even aan voor vandaag."
Marlene nanf plaats op de punt van den
stoel en slaakte een zucht van verlichting,
toen zjj de kaart in het uitgebreide systeem
had gevonden.
En het ging. Zjj leefde zich in in haar werk-
zaamheden, trachtte zich voor te stellen, dat
zij in de spreekkamer van haar man zat en
dat de medicus, die daar den patient onder-
zocht, Lorenz was.
(Wordt Vervolgd.)