NIEUWS- EN
Met Duitschland
voor
een vrij Europa
Buitenland
DUITSCHLAND STRIJDT
VOOR EUROPA.
n.
ITALIAANSCH WEERMACHTSBERICHT.
<UL. pel pvioi J A) *J V O U
Voor Belgie en Amerika 2,20, overlge landen 2,65 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor bet buitenland alleen bjj vooruitbetallng.
Ultgeefster: N.V. Flrma P. J. VAN DE SANDE GIRO 38150 TELEFOON No. 2073.
Direeteur: I. van de Sande.
Grootere letters en clichd's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrggbaar Is. Inzending van advertentien liefst een dag voor de uitgave.
DIT BEAD VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND.
Hoofdredacteur: N. J. Harte, Temeuzen. f
•®«>sxsxs>«~s»®<s>«>«xsxe><sxs>«xsxsxsxs>«><
Dl lTSdlH WEERMAOHTBERIOHT.
Het opperbevel der weermacht maakt
bekend:
Ondanks felle koude- hebben Duitsche
en Italiaansche troepen in het Donetz-
bekken1 plaatselijke aanvalssucbessen
behaald.
Op verscheiden plaatsen van bet Oos-
telijk front werden Sovjet-aanvallen af-
geslagen.
Voor Leningrad mislukte een uitvals-
pcging, die met bebulp van pantser-
wagens en gevechtsvliegtuigen onder-
nomen werd. De beschieting van be-
langrijke militaire inrichtingen der stad
werd voortgezet.
De luchtmacht ondersteunde aan het
geheele Oostelijke front de gevechten
van het leger door aanvallen op vijande
lijke stellingen, troepenconcentraties en
spoorlrjnen. Ten Zuidoosten van het
Ladogameer werden bolsjewistische
luchtbases gebombardeerd. Op de West-
kust van het Onegameer plaatsten ge
vechtsvliegtuigen voltreffers van zwaar
kaliber op een fabriek.
In Het Kanaal ontstond een gevecht
tusschen Duitsche mijnenvegers eh ver
scheiden Britsche motortorpedobooten.
EJen vijandelijke boot werd tot zinken
gebracht, een andere zwaar beschadigd.
Onze vaartuigen leden verliezen noch
schade.
In Noord-Afrika duren de gevechten
voort. Voor de kust van Cyrenaica viel
een Duitsche duikboot een Britsch kon-
vooi met aanvoer voor Tobroek aan en
plaatste treffers op een torpedojager,
een tankboot en een vrachtschip. Wegens
zwaren afweer kon het zinken der sche-
pen niet worden waarpnomen. Nach-
telrjke aanvallen van Duitsche gevechts
vliegtuigen waren gericht op Britsche
vliegvelden op het eiland Malta. Er wer
den bomtreffers waargenomen op han
gars en barakken.
In den tijd van 29 November tot 5
December heeft de bolsjewistische lucht
macht 228 vliegtuigen verloren. Daar-
van werden er 136 in luchtgevechten en
67 door luehtdoelartillerie neergeschoten.
De rest werd op den beganen grond
vernield. In denzelfden tijd gingen aan
het Oostelijke front 21 eigen yliegtuigen
verier en.
was en die naar de verdere ontwikkeling
dezer gedachten voerde. Het is echter ook
begrijpelijk, dat vele van onze schrijvers, die
het historische gebeuren van hun tijd niet
verstonden of zich tegen de ontwikkeling der
feiten willen verzetten, op dit onbewust be-
treden pad niet de vastheid van stap haddan,
die voor een goed voorschrijden noodig zgn.
Ik denk aah Kelk over Jan Steen, Theun de
Vries over Rembrandt, Helman over de Over
wintering op Nova Zembla, en zoo vele andere
romans, waarin we aan de ware grootheid der
geboren ho'ofdpersonen vreemd blijven. Ge-
makkelijker schijnt dan de stof weer te lig-
gen voor een du Perron met zijn schandaal
in Holland. Er zal meer verbondenheid met
de gedachten van onzen tijd bij onze schrij
vers moeten zijn, wil de roman over de hoofd-
figuren der geschiedenis werkelijk de monu-
mentaliteit bezitten, die er van verlangd mag
worden.
De historische roman houdt in het algemeen
evenals de andere genoemde genres ook ver-
band »met de beide laatst'e voorbeeldem,welke
door de stellers van de prijsvraag worden ge-
geven, n.l. een roman over de arbeidspresta-
ties van ons volk", of „uit het leven van of
over de geschiedenis van Nederlandsche pio-
niers in de wereld". De eerste groep is voor
de Nederlandsche schrijvers nog haast ge-
heel terra incognita". Men denkeplechts aan
de romans, welke er te schrijven zijn oyer
onze groote industilieen, scheepswerven,
vliegtuigbouw, kino en wat dies meer zij. En
ook de Nederlandsche pioniers zijn er in de
wereld vele te vinden, zoowel in het heden als
in het verleden.
In het algemeen kan men zeggen, zoo be-
sloot Dr. v. Ham, dat prijsvragen als deze
een uitstekende stimulans zullen blijken om'
datgene wat tot dusver reeds vaag werd
gedaan uit den drang van den tijd,. tot beter
mees bewust leven te wekken. Men mag niet
ontkennen, dat er een gevaar bestaat van
programimatischen arbeid, doch eenerzrjds zal
het gevolg van deze stimulans zijn, dat zij.
die het geheel van onze samenleving in dit
tijdsbestek hebben leeren overzien en b§grij-
pen zonder dat zij daarom tot een of an
dere politieke groepeering behoeven te be-
hooren! beter werk zullen leveren. Men
hgrinnere zich jlechts hoe Potgieter door zijn
bewuste streven: ,,Beseffende wat wij een-
maal geweest zijn, ons aangorden..." in de
19e eeuw grooten invloed heeft uitgeoefend
op zijn tijdgenooten en o.a. de belangstelling
van mevr. Bosboom-Toussaint op groote
vaderlandsche onderwerpen richtte.
WAAROM MET DUITSCHLAND VOOR
NIEU W -EUROPA
HET BO UK IS DE SPIEGEL VAN
EEN VOLK.
Ben ander voorbeeld voor deze prijsvraag is
de roman ,,die als basis heeft de verbonden
heid van den mensch met den grond waarop
hi) leeft", de zgn. streekroman dus. Voor dit
genre bestaat reeds langen tijd veel belang
stelling en men kan wel zeggen, dat zich
op dit gebied een generatie van jonge schrij
vers laat zien, wier werk aansluit aan dat
van Amtoon Coolen en A. M. de Jong. Het zijn
o.a. Evert Zandsitra, Ger Griever, Rijn Brou-
wer, Dignate Rotoertz.
Men heeft verder als voorbeeld genoemd
een roman „over het leven op de Nederland
sche wateren of op zee". Dat de roman-van-
het-water ten onzent geliefd is, bleek wel uit
.Hollands Glorie" van Jan de Hartog en van
Schendel's „Fregatschip Johanna Maria" en
zijn Waterman". Tot de jonge schrijvers, die
deze traditie handhaven kan men behalve Jan
de Hartog nog rekenen A. den Hertog, J. K.
van Eerbeek, P. Verhoog en Willem de Geus.
Overigens is het opvallend. dat dit genre zoo-
lang verwaarloosd is. In de 17e eeuw hadden
wij tenminste nog een scbat van reisjourna-
len, met zulk een ijver en in zoo goed ver-
zorgde uitgaven door de Linschoten vereeni-
ging weer in den handel gebracht, maar in
later jaren toen wij als mogendheid op het
internationale schouwtooneel aan beteekenis
verloren, verminderde de behoefte om te ge-
tuigen van onze grootheid als zeevarende
mogendheid. Zoo treft men bijv. in de ge
heele negentiende eeuw slechts 6dn schrijver-
van-de-zee van formaat aan: A. Weremeus
Buning.
De historische roman.
Een genre, dat ongetwijfeld succes kan heb
ben in deze prijsvraag is de roman „over een
groote figuur of een groot moment uit onze
geschiedenis", d.w.z. de moderae historische
roman. In het algemeen kan men zeggen,
dat het dit genre reeds sedert de romantiek
nooit aan belangstelling ontbroken heeft. Het
kreeg echter opnieuw een groote vlucht, toen
het mode werd in Duitschland na den we
reldocrlog. Men kan de moderne historische
romans onderscheiden in twee soorten: die,
welke een bekende groote historische figuur
als middelpunt hebben (J. P. Coen, Rem
brandt, e.a.) en die, welke een tijdsbeeld wil
len geven (Jo v. AmmersKtiller en Ina
Boudier Bakker).
Het is de eerste soort, die vele romans die
een belangrijke historische figuur als held
kozen, die de vernieuwing van de soort heb
ben gebracht. Het is de behoefte van onzen
tijd naar krachtige figuren, het besef van de
beteekenis van het leidersbeginsel, dat deze
voonkeur begrijpelijk maakt.
Het is met den historischen roman net ge-
gaan als met den streekroman. Zonder met de
richting waarin de cntwikkeling van het Euro-
peesche denken zich bewoog te sympathisee
ren. gingen onze schrijvers den weg op, die
van de geestelijke vernieuwing een bewjjs
Ieder jaar in den Pinkstertijd smeekt de
Christenwereld..Zendt Uw Geest uit en Gij
zult het aanschijn der aarde vernieuwen".
Nog nooit- is een vernieuwing der aarde
zoo noodig gevoeld als de laatste vijftig jaar
waar de wereld in een poel van ellende gestort
was door het kapitalisme. De meest krank-
zinnige tegenstellingen waren mogelrjk. Als
rhen zijn krant opensloeg, kon men op de eene
pagina lezen, dat een heele oogst moedwillig
werd vernietigd, omdat er een te veel was,
terwijl op de andere pagina te lezen stond,
dat millioenen menschen van honger om-
kwaimen.
In eenzelfde stad, in dezelfde straat zwelg-
den menschen in overvloed, terwijl vlak daar-
naast volksgenooten gebrek hadden aan het
allernoodzakelijkste. Wij alien wisten, dat die
toestanden onmogelijk overeen te brengen
waren met de bedoelingen, die _God met Zijn
schepping had gehad. Wij alien voelden. dat
de diepe oorzaak van al deze ellende gelegen
was in het egoisme en den onderlingen haat
en nijd van het menschdom. Wij alien wensch-
ten vurig, dat God toch eindelrjk eens tus
schenbeide mocht komen, om een einde te
maJken aan dezen wanhopigen toestand.
En als dan het Pinksterfeest weer aanbrak.
smeekten wij God opnieuw, dat Hij Zijn Geest
zou zenden, om het aanschijn der aarde te
vernieuwen. Uit ons zelf konden wij dit niet.
Er moest zoo ontzaglijk veel opgeruimd wor
den, wat in den weg stond.
God heeft ons gebed yerhoord. Hij heeft een
opruiming gehouden onder al het oude en
vermolmde. Hij heeft ons den weg gebaand,
waarop wij voort moeten schrijden naar een
nieuwe, betere toekomst.
Wat zullen wij doen? Nu hebben wij de
kans, om een geheel nieuwe maats'chappij op
te richten, waar geen plaats meer is voor
kapitalisme; waar liefde en rechtvaardigheid
zullen heerschen; waar haat en nijd worden
uitgebannen en aan het egoisme den dood
steek wordt gegeven. Wij hebben er God om
gesmeekt en gebeden. Nu geeft Hij ons de
kans. Wat docn wij er mee?
De Leider van alle Germanen heeft het
grootsche idee opgevat van een geheel nieuw
Europa, waar orde en welvaart zullen heer
schen. Zeker, er moest eerst ontzettend veel
opgeruimd worden; oude instellimgen die het
nieuwe tegen hielden moesten verdwijnen.
Dit alles kostte bloed en offers, veel bloed
zware offers. Maar wij hebben er God zelf
om gesmeekt. Het nieuwe wordt altfld gebo
ren onder smarten en pijn. Ook wij hebben
ons deel gekregen in deze weeen. Maar wij
mogen nooit onze oogen afwenden van het
jong geborene, ook al zjjn onze oogen door
tranen verstikt.
Duitschland heeft onnoemelijke offers ge
bracht voor de nieuwe idee. Daarom heeft
Duitschland het recht, om voor te gaan in
deze vernieuwing. Daarom mag Duitschland
"eischen, dat wij volgen.
En ieder, die God gesmeekt heeft, om Zijn
Geest te zenden, die het aanschijn der aarde
zaj vernieuwen, heeft maar 6dn ding te doen:
met Duitscheland voor Nieuw Europa!
Th. A. J. de L.
„MET DUITSCHLAND VOOR EEN NIEUW
EUROPA". - 1
Aldus de leuze, die thans, schrijft de H.
Crt., allerwege naar voren wordt gebracht en
welker strekking, na al hetgeen in deze rich-
ting reeds werd gezegd en- geschreven .vel
duidelijk is. Nog pas heeft Rijksminister von
Ribbentrop in zijn groote rede te Berljjn de
bedoeling nogmaals bondig geformuleerd,
waar hij het nieuwe Europa schetste als een
nauwe aaneensluiting van de contmentaVe
landen en volken, met afwijking van den
Engelschen invloed, met het Duitsche Rijk als
de groote en sterke centrale maclit. Een
grondige herorienteering dus, in politiek,
economisch, sociaal en cultureel opzicht, van
het continent, waarbij de landsgrenzen niet
zoozeer, als voorheen, een afsluitende en be-
lemmerende, zelfs afwerende werking heb
ben dan wel een verbindende, onderlinge
samenhang en samenwerking sterk bevorde-
rende, waarbij de beteekenis, kracht en
levensvatbaarheid van de deelen zeer aan-
zienlijk worden verhoogd door de groote een-
heid en door de gezamenlijke kracht, waar-
door het Europeesche continent zich in de
toekomst zal kunnen handhaven tusschen en
tegenover de andere groote wereldmachten,
als het Amerikaansche en het groot-Aziati-
sche gebied. -
,De volkeren van Europa zijn dichter bij
elkaar gekomen", constateerde Rijksminister
von Ribbentrop, en hij vervolgde:
..Wanneer er hier en daar nog groepen zijn
die desondanks haar houding nog niet be-
paald hebben, dan heeft het bondgenootschap
van Errgeland met het bolsjewisme ook dezen
kringen de oogen geopend. Iedere Europeaan
weet, dat Engeland op het oogenblik niets
liever zou zien dan dat het oude Europa in een
bolsjewistische catastrophe ten onder ging
en dat het daarin zou verVallen, natuurlijk in
de hoop, die toch wel een utopie mag heeten,
dat het zelf op zijn' eilanden in staat zou
blijken, zich langen tijd te redden, ja, om
mettertijd het continent weer tegen het Oos-
ten te kunnen opzetten.
,,Maar Europa is "uit zijn passieve houding
ontwaakt en heeft een geheel ander besluit
genomen. Het heeft zich aaneengesloten en
wij beleven thans het treffende achouwspel,
dat de eene Europeesche natie na de andere
voor 't meerendeel de voormalige bondge-
nooten van Engeland, of landen, die Enge
land in den oorlog tegen Duitschland gedre-
ven en daarmede in het ongeluk gestort heeft
zich van Engeland afwendt en tot ons
komt om ons zijn zonen in den strijd tegen
den gemeenschappelijken bolsjewistischen
vijand aan te bieden.
..Europa is voor de eerste maal in zijn ge
schiedenis op den weg tot-aaneensluiting!"
Het nieuwe Europa marcheert!" stelde von
Ribbentrop vast, er op wijzende, dat zonen
van bijna alle Europeesche volken thans in
het Oosten strijden om het behoud van het
leven en de cultuur van ons werelddeel. Het
is deze strijd, waarop de leuze ,,Met Duitsch
land voor een nieuw Europa" doelt, maar
uiteraard niet allden op den strijd met de
wapenen van den oorlog, doch ook dien met
de wapenen uit het politieke, het economische
en het sociale arsenaal. En het nieuwe
Europa, waarop zoowel deze leuze als Rijks
minister von Ribbentrop in zijn rede doelde,
is het herorienteerde, grondig gereorganiseer-
de continent, dat onder Duitschland's leiding
en bescherming den volken van ons wereld
deel welvaart voor alien en in hun gezamen-
lijkheid een nieuwen opbloei in het vooruit-
zicht stelt.
Er is al eerder, paar aanleiding van dezelf
de belangrijkh rede, op gewezen, dat Duitsch
land reeds thans, nog gedurende den oorlog
de reorganisatie van Europa krachtig ter
hand genomen, in het sterke bewustzijn van
zijn kracht en veiiigheid.
Het Italiaansche weermachtsberieht luidt
als volgt:
De gevechten in de woestijn van Marmarica,
aan het front van Tobroek en in het gebied
ten Zuiden van Tobroek tusschen El Adem
^n Bir-el-Gobi duren voort; herhaaldelijk wer
den hier sterke aanvallen, die ondernomen
werden met versche strijdkrachten door de
troepen der As-mogendheden tot staan ge
bracht en afgeslagen. Bij deze acties hebben
ook afdeelingen jonge fascisten met voor-
.bee-ldig uithoudingsvermogen en dapperheid
gestreden. Aan het front van Solloem is de
toestand onveramderd.
De Duitsche en Italiaansche luehtmacht
namen aan de operaties deel en vielen her-
haalde malen vijandelijke pantserwagens en
infanterietroepen- aan. Zij leverden boven-
dien talrijke luchtgevechten, in het verloop
waarvan 22 vijandelijke vliegtuigen brandend
neergeschoten werden, waarvan 14 door de
Italiaansche en 8 door de Duitsche lucht
macht. Verscheiden bemanningen van vijan
delijke vliegtuigen werden gevangen genomen.
Zes Italiaansche vliegtuigen worden vermiat.
Engelsche oorlogsschepen bombardeerden
onze stellingen ten Westen van Tobroek 3 van
onze jachtkruisers onder bevel van de vlieger-
officieren kagitein Massimiliano Erasi, luite-
nant Gugiielmo Ranieri en luitenant Alfredo
Pvilzetti troffeu tusschen Tobroek en Ras
Azzaz herhaalde malen twee vijandelijke krui-
sers, waaruit hooge via' nraen opschoten. Een
dezer kruisers kan als to't zinken gebracht
worden beschouwd.
Waaygenomen werd, dat tijdens den aan-
val op Bengnasi, waarvan meld:ng is gemaakt
in het weermachtbericht van 2 December,
door de Duitsch-Italiaansche luehtdoelartille
rie twee vijandelijke vliegtuiger zijn neerge
schoten, die in zee stortten.
De Britsche luchtmacht heeft in den afge-
loopen nacht opnieuw Napels in verscheiden
golven met brand- en brisantbommen be-
stookt. ET werden eenige gebouwen en ker-
ken getroffen. Onder de burgerbevolking
vielen twee dooden en 64n gewonde te be-
treuren.
DE AANSLAGEN TE PARIJS.
Het D.N.B. meldt uit Parijs:
In verband met de aanslagen der afgeloo-
pen dagen op leden van de Duitsche weer
macht in de Fransche hoofdstad heeft de
prefect van politie van Parijs, admiral Bard,
een oproep gericht tot de Fransche bevolking.
Zij wordt uitgenoodigd de politie behulpzaam
te zijn bij de opheldering der aanslagen. Ver-
scheidene personen zijn reeds gearresteerd.
De pers geeselt deze aanslagen -als misda-
dige handelingen, die uitgevoerd zijn door
individuen. die in loondienst van Londen en
Moskou staan. De vereeniging der Fran
sche pers, waarin alle beroepsgroepen van het
dagbladwezen zijn samengevat. publiceert gen
verklaring, waarin zrj de in Parijs gepleegde
daden van terrorisms scherp veroordeelt en
eveneens de bevolking verzoekt mede te wer-
ken aan de opsporing der schuldigen.
PLANNEN VOOR EEN AMERIKAANSCH
OFFENSIEF.
Het D.N.B. meldt uit Washington:
De Times Herald en de Chicago Tribune
publiceeren een vertrouwelijk rapport, geda-
teerd 11 September 1941, dat volgens deze
bladen op bevel van Roosevelt is opgesteld
door het gemeenschappelijk opperbevel van
leger en vloot van de Ver. Staten.
Dit rapport behelst een plan voor een expe-
ditiecorps van millioenen man om in Europa
te strijden ter vemietiging van Duitschland
en zgn bondgenooten. De genoemde bladen be-
weren, dat zij een der weinige exemplaren van
dit rapport hebben gezien. Het is een ontwerp
voor een totalen oorlog op tot nog toe >onge-
kende schaal op ten minste twee oceanen en
drie continenten, namelijk Europa, 'Afrika en
Azie. Als datum voor het begin van den strijd
van de Amerikaansche strijdkrachten te land
wordt 1 Juli 1943 genoemd.
Intusschen beoogt men steeds grootere deel
neming van de Ver. Staten. Als mogelrjke vij-
anden beschouwt het rapport Duitschland
Italie, de door deze landen bezette .gebieden,
Frankrijk, Spanje, Portugal, Japan en Mants
joekwo. Het rapport voorspelt, dat de Sovjet-
ur.ie voor Juli 1942 militair afgedaan heeft en
aoviseert tegen Japan sterke verdediging .in
Siberie met behulp van daar eventueel nog
aanwezigen Russischen tegenstand, benevens
ia:tensieve verdediging van Malakka, een eco-
nomischen Oorlog, voorts luchtaanvallen op
Japan en een Chineesch offensief.
Dit rapport van het gem'eenschappOlijk
opperbevel is volgens de bladen opgesteld op
grond van een brief, dien Roosevelt 9 Juli j.l.
heeft gericht aan den minister van oorlog,
Stimson.
De onthullingen van de beide bladen van
reputatie over de militaire toekomstplannen
van de Amerikaansche regeering hebben te
Washington het grootste opzien gebaard en
in het Huis van Afgevaardigden geleid tot
den eisch, den chef van den generalen staf,
Marshall, te onderwerpen aan een verhoor.
Bij den aanvang van het debat over de
verleening van een crediet van 8.2 milliard
dollar voor bewapeningsdoeleinden stelde de
republikein Michener den eisch het debat te
schorsen tot men nieuwe gegevens over de
onthullingen in de pers bezit. De chef van
den generalen staf moet 'worden verhoord,
want het land heeft in een aangelegenheid
van zoo groot belang recht op volledige in-
lichtingen.
'De voorzitter van de begrootingscommissie,
Cannon, antwoordde, dat bij de geheime ver-
hooren niets heeft gewezen op het plan om
Amerikaansche troepen buiten het Westelijke
halfrond te doen strijden. Amerika stuurt
geen menschen doch uitsluitend het nood-
zakelijke oorlogstuig.
Roosevelt's perssecretaris Early heeft op
'de persconferentie van het WittU Huis ver-
klaard, dat de "regeering zeer zeker een on-
derzoek zal instellen naar de bronnen waar
uit de Chicago Tribune het door haar gepu-
bliceerde geheime plan heeft verkregen, dat
de Vereenigde Staten een expeditieleger zul
len opstellen. Hij decide mee, dat hij met
den president nog niet aver het artikel heeft
gesproken. Derhalve was hij niet in staat
het bestaan van dit geheime plan te erken-
nen of te loochenen. Hij voegde hieraan toe,
dat zoowel Roosevelt als de minister van oor
log, Stimson,. deze kwestie zbuden behan-
delen.
van deze publicatie is evenwel het feit, dat er
een groep Amerikanen bestaat, wien het zoo
zeer aan vaderlandsliefde en loyaliteit jegens
de regeering mankeert, dat zij dergelijke
documenten publiceeren.
In Duitsche politieke kringen, aldus het
D.N.B. uit Berlijn, wijst men ten aanzien van
hyt door eenige Amerikaansche bladen gepu-
bliceerd zgn. plan van Roosevelt om in 1943
met een reusachtig expeditieleger tegen#
Europa' op te trekken, op het groteske hier-
van, door naar voren te brengen, dat de
scheepsruimte van de geheele wereld niet
voldoende zou zgn voor het transport van vijf
millioen man en de daarmede verbonden ravi-
tailleering. Interessant en niet bijzonder
vleiend voor de bondgenooten van Amerika
acht men verder de aan dit plan ten grond-
slag liggende veronderstelling, dat eerst de
Sovjetunie en ook het Britsche Rijk zouden
zgn verslagen.
ENGELAND VERKLAART ZICH IN
OORLOG MET FINLAND, HONGARIJE
EN ROEMENIE.
Reuter heeft in den nacht van Vrij dag op
Zaterdag het volgende speciale bericht gepu-
bliceerd
Aan de Finsche, de Hongaarsche en de
Roemeensche regeeringen worden officieele
nota's '"gezonden, als gevolg waarvan de oor-
logstoestand tusschen deze regeeringen en
Groot-Brittannie zal bestaan.
De Hongaarsche minister-president en
minister van buitenlandsche zaken, von Bar-
dossy, heeft Vrijdagmiddag om 17 uur 10 in
het parlement medegedeeld, dat de Engelsche
regeering door bemiddeling van het Ameri
kaansche gezantsehap in Boedapest de Hon
gaarsche regeering een ultimatieve oorlogs-
verklaring heeft doen overhandigen.
In het Engelsche ultimatum wordt gezegd:
Engeland acht zich met Hongarge van 6
December om middernacht af in staat van
oorlog te bevinden, indien Hongarge tot mid
dernacht van den 5den December zijn troepen
niet van het Oostelijk front terugtrekt.
Hongarije wijst ultimatum af.
De Hongaarsche regeering heeft deze onge-
rechtvaardigde verklaring van Engeland voor
kennisgeving aangemomen en is er van over-
fuigd, dat het geheele Hongaarsche volk ach-
ter zijn regeering staat.
De verklaring van den ministerpresident
werd door het Huis van afgevaardigden met
groote geestdrift begroet. Daarmede heeft
het wetgevende college van het Hongaarsche
volk de houding van de regeering van Hon
garije, die den Engelschen ultimatieven eisch
van de hand heeft gewezen, eenstemmig goed-
gekeurd.
Afwijzend antwoord van de
Roemeensche regeering.
|De Roemeensche regeering heeft aan den
zaakgelastigde van de Vereenigde Staten het
antwoord van Roemenie overhandigd op het
1 December ingediende Engelsche ultimatum.
De Roemeensche regeering wijst daarin den
eisch van de Britsche regeering, haar ge-
wechtshandelingen tegen het bolsjewisme te
staken en haar troepen tot den Dnjestr terug
te trekken van de hand. Men is voorloopig
niet voomemens de nota te publiceeren. Vol
gens inlichtingen uit officieele bron zijn .er
ook geen verklaringen over de notawisseling
te verwachten.
Ook oorlogsverklaringen van Canada.
Naar Associated Press uit Ottawa meldt,
zal Canada waarschijnlijk het voorbeeld van
Engeland volgen en eveneens een verklaring
afleggen, volgens weTke de oorlogstoestand
bestaat met Finland, Hongarge en Roemenie.
Duitsche bladen over de Britsche
ultimatums.
De Duitsche bladen wijden beschouwingen
aan de ultimatums, die door Engeland ge
richt zijn aan Finland, Hongarije en Roeme
nie. De Volkischer Beobachter schrijft o.m.:
Schaamteloozer kon het irinerlijke bondge
nootschap niet gedocumenteerd worden dan
door deze oorlogsverklaring, waarmede En
geland den medeplichtige in Moskou den
liefdedienst van een zimnelooze solidariteit
wil bewijzen. Terwijl .de volken van Europa
op het breede oorlogstooneel van het Oosten
met zegevierende wapens een veilige toekomst
smeden, wil Engeland het front der cultuur
en der civilisatie tegen de bolsjewistische
barbarij versplinteren.
Anders dan als een schande voor ieder ge-
civiliSeerd volk kan deze actie niet gewaar-
deerd worden en de drieste inmenging der
Britten in de nieuwe orde der Europeesche
toestanden is dienorvereenkomstig behandald.
De Deutsche Allg. Ztg. schrijft: Engeland
weet niets meer van recht, waardigheid en
eer.
Finlands houding.
Het Finsche blad Uusi Sucmi verklaart de
houding van Finland in den' oorlog tegen de
bolsjewieken en schrijft, dat een strategisch
gunstige positie noodzakelijk is voor de vei
iigheid des lands. De beweegredenen voor den
verdedigingsoorlog zijn sinds den winteroor-
log van 1939-46 niet "veranderd. Toen echter
heeft Groot-Brittannie een llndere houding
aan den dag gelegd.
Het D.N^B. meldt uit Washingto^:
Stimson, de minister van oorlog, heeft Vfij-
dag in de persconferentie de. echtheid van
het door de Chicago Trihpne gepubliceerde
document tOegegeven. Hij beweerde evenwel,
dat het hier een onvoltooide studie der wa-
penbehoeften voor de verdediging betrof.
welke door den generalen staf was uitge-
werkt. Het betrof hier achter, na^r Stimson
hieraan toevoegde, niet een door de regee
ring aanvaard program.
'De publicatie van het document zal wel-
licbt de verdediging bemoeilgken. Het ergste
HET AANBOD TOT HULP AAN TURKIJE.
De correspondent der N. R. Crt. te Berlrjn
telefoneerde Vrijdagochtend
Het bericht uit Washington, volgens het
welk president Roosevelt de Turksche regee
ring heeft beloofd, het voor de verdediging
meest dringend vereischte oorlogsm&teriaal
ten spoedigste te zullen leveren, heeft te Ber
lijn eenige verwondering gewekt. Temeer
daar volgens Engelsche berichten deze leve-
ringen in het kader van de leen- en paahtwet
zullen geschieden. Zakelijk gesproken neemt
men hier eohter deze beloften van den Ame-
rikaanschen president niet ernstig op en men