Feuilleton-vertellingen
Buitenland
NEDERLAND OOK HEDEN GROENTEN-
TUIN VAN EUROPA.
BRABANTSCHE BRIEVEN.
landbouw zijn baisis in eigen land behoeft te
verliezen.
Een eventueele toekomstige invoer van voe-
dergranen zal niet meer prijsdrukkend wer-
ken op de in eigen land verfbouwde granen.
De prijs, die voor de producten wordt Ibe-
taald, zal dan niet afhangen van vraag en
aanlbod, maar van de gemiddelde productie-
kosten met premie of korting voor de betere
of mindere dan gemiddelde kwaliteit. Met
deze beheersching van de prijizen moet samen-
gaan een regeling en ordening van het han-
delsapparaat en aanpassing van de productie,
in- en uitvoer.
Qm de consument te beschermen dienen de
wegen aan te worden gegeven, waarlangs de
producten heblben te gaan. Door saneering en
regeling van het distrilbutieapparaat, waar-
door teVens de bona fide handel wordt be-
schermd, is dit te bereiken.
De derde taak van de markt-regelende or-
ganen is de izorg. dat in tijden van schaarschte
iedere volksgenoot zijn rechbmatige portie
van het voorgelbrachte ontvangt, de rantsoe-
neering, in het bijizonder van de eerste levens-
behoeften. Sipr. keerde zich in dit verband
tegen den sluikhandel.
De dienst van de manktregeling heeft er
ook voor te zorgen, dat boer en tuinder het
hun toekoanende loon voor hun arbeid ont-
vangen. De dienst van den boerenstand zal er
o.a. voor heblben te zorgen, dat de band tus-
schen boer en erf wordt hersteld en bewaard
blijft.
Tot slot van zijn betoog trad dr. Posthuma
dieper in de taak en de mogelijkheden van
den productieslag in Nederland. In de eerste
plaats noemde hij de inrichting van de bedrij-
ven naar de behoefte van het eigen volk.
In het bouwjaar 1940'41 is reeds een eer
ste bescheiden stap in deze richting gezet. In
1941—'42 zal de oppervlakte bouwgrond met
100.000 ha worden uitgebreid tot ruim een
half millioen ha.
Geen- plekje mag ongebruikt blijven en een
venbetering van de waterhuishouding te'zamen
met een ruilverkaveling zal, waar dit noodig
is, productieivermeerdering mogelijk maken.
Voor dit werk is naar spr's meening de Ne
derlandsche arbeidsdienst de eerst aangewe-
zen instantie.
Wiaar de uitbreiding van den akkenbouw
hierop niet kan wachten is voor dit moment
het scheuren van grasland van urgent belang.
Ook het nijpende tekort aan krachtvoer
kan ten deele verholpen worden door meer
ruJW voeder.
Aan den oproep 'bij den aanvang van den
productieslag 1941 am meer aardappelen te
verbouwen heeft men goed voldaan. Volgend
jaar zal de teelt hiervan nog slechts weinig
uitbreiding behoeven. Uitbreiding van den
graanbouw is echter dringend noodzakelijk.
De vier voornaamste slagtwoorden voor den
productieslag 1941, welke ook voor het
komende jaar van kradht zullen zijn luiden:
Nergens braak land; beter gebruilk van het
grasland, ook in den winter; veevoeder van
eigen bodem en ten vierde meer graan, me^j
aardappelen. Als vijfde dringende oproep aan
de boeren komt nu hier bij: vedbouwt meer
koofeaad.
Voorts zijn er nog 6 belangrijke punten, die
men niet uit het oog mag verliezen, wil de
productieslag worden gewonnen. In de eerste
plaats het mestvraagstuk, ten tweede de be-
strijding vein sohadelijk gedierte, ten derde
de dienziektelbestrijding, ten vierde de zorg
voor prima zaai- en pootgoed, ten vijfde het
scheuren van grasland en den verbouw van
koolzaad. Als laatste belangrijk punt, dat
niet mag worden vergeten, noemde spr. de
visscherij.
Nederland voedt zichzelf, is een moeilijk te
vervullen wensoh, doch zal ondanks alle
zwarigheden en belemmeringen ernstig moe
ten worden nagestreefd. Wanneer in moeilijke
oogenblikken een van onze boeren mocht
twijfelen, laat hij zich dan de woorden eigen
maken, die admiraal De Ruyter eens moet
heblben gelbruikt tot de heeren staten en
welke luiden; „Indien de heeren staten wil-
len, dat ik in het belang van het volk met
deze slechte en sleoht uitgeruste schepen den
slag tegen den vijand zal winnen, ik zal hem
winnen."
Een Duitsehe visie op deze zaak.
iDe persdienst van het Ned. Agr. Front
schrgft
De buitengewone omstandigheden, waaron-
der wij leven, aldus lezen wij o.m. in de
.Deutsche Zeitung in den Niederlanden", de
noodizakelijkheid voor Europa uit eigen mid-
delen de volksvoeding te verzekeren, heeft
hier en daar de vraag doen opkomen of het
voor ons land wel te verantwoorden is, wan
neer het, inplaats van zich met alle kracht
op een zoo groot mogelijke opbrengst van de
meest noodzakelijke levensmiddelen als aard
appelen en granen toe te leggen, een stuk van
den bodem te gebruiken voor den verbouw
van groenten, zaden, fruit, ja zelfs van bloem-
bollen en bloemen.
Ons land was tot op heden altijd de groen-
tentuin van Europa. Zal het dit blijven De
tuinlbouw in Nederland dateert niet uit de
laatste jaren. Reeds in de 14e en 15e eeuw,
toen de provincies Noord- en Zuid-Holland de
kern vonmden van de Nederlandsche industrie
en de dichtst bevolkte deelen van Europa
waren, bestond een uitgebreiden en intensie-
ven tuinlbouw.
En zoo is het in het dicht bevolkte Neder
land. waar de boer bovenal graag zelfstan-
dig is, waar hij liever onafhanlkelij-k werkt als
tuinder op zijn eigen bedrijfje van 1 of 2 ha
dan als boerenkneeht op een hofstede van
50 ha, en waar hrj. van geslacht op geslacht
de uiterst moeilijken abbeid van de groenten-
teelt heeft leeren kennen, tot op den huidigen
dag toe gebleveti.
Nederland zorgt voor zichzelf met groen
ten, vruchten en bloemen; het voert uit en
kan een groot deel van Europa van de toch
ook noodzakelijke groenten voorzien.
Eenige cijfers.
In 1938 bijvoorbeeld had ons land een uit
voer aan roode kool van 14.000.000 kg, witte
kool 15.000.000 kg, uien 108.000.000 kg, augur-
ken 31.000.000 kg, tomaten 45.000.000 kg, sla
19.000.000 kg. bloemkool 17.000.000 kg, appels
17.000.000 kg, druiven 10.000.000 kg, enz. ene
Hienbij komt nog 52.000.000 kg bloembollen,
struiken en boo men, bloemen en bloeimzaden.
Alleen aan groenten en vruchten werd in de
jaren 1929 tot 1939 voor 70 tot 100 millioen
gulden per jaar omgezet.
Hieruit blijikt overduidelijk het groote be
lang van den tuicrbouw in ons land en voor
de landen, die uit Nederland groenten en fruit
ontvangen.
Het zrjn Rleine bedrijven, die deze gewel-
dige massa groenten en fruit voortbrengen
betlrijfjes van een tot 3 ha, waarop de
eigenaar en zijn familie, vaak zelfs zonder
personeel en zonder machines een opbrengfet
per are kweekt als nergens in de wereld.
(Hierdoor bedraagt de p.acht van de tuin-
gronden. welks kwaliteit in werkelijkheid niet
veel beter is als een van bouwland, 300 per
ha, terwijl gelrjkwaardig bouwland 90 of
100 per ha kost
Deze bedragen zijn in vergelijking met an-
dere landen hoog. Maar welke oplbrengsten
dan ook in W-est-Friesland, in Zuid-Holland
en andere tuinbouwgebieden in ons land aan
aardappelen, kool, druiven en aardibeien be-
haald worden, is voor een oningewijde haast
onbegrijpelijk.
En toch blijft onder de tegenwoordige om
standigheden de vraag: Zou het voor de
Europeesche volkerengemeenschap niet van
meer beteekenis zijn, als de bodem, die nu
als tuingrond gelbruikt wordt. ingeschakeld
werd tot tarweland, bestaan.
De Deutsche Zeitung" meent van niet, om-
dat niet alleen ons land, doch "een groot deel
van West- en Midden Duitschland zijn groen
ten, bloemen en vruchten zou moeten ont-
beren.
Borvendien zou, wanneer alle tuindersgrond
met tarwe bezaaid werd,- zoo toont de „D.Z."
met cijfers aan, de opbrengst hiervan slechts
5 toedoen aan het huidige aantal tonnen
tarwe, dat geoogst wordt.
En delze 150.000 ton tarwe wegen ook ons
inziens niet op tegen de ettelijke kilo's koste-
lijke groenten e.d., die nu van dezen bodem
komen.
Zoo is de vraag, in den aanvang gesteld,
dus geen vraag meer, maar een wedt!
ONTSLAGVERGUNNLNG VOOR
PERSONEEL IN AKKERBOUW- EN
VEEHOUDERIJBEDRIJVEN.
Krachtens het bepaalde in het eerste uit-
voeringsbesluit van den secretaris-generaal
van het departement van sociale zaken be-
treffende de verorddning van den rijkscom-
missaris inzake het beperken van werk, is de
directeur-generaal van den arbeid bevoegd
uitzonderingen vast te stellen op den regel,
dat het aan leiders van ondernemingen ver-
boden is werknemers te ontslaan, tenzij art.
1639p van het burgerlijk wetboek op hen van
toepassing is.
Gebruik makende van deze bevoegdheid.
heeft de directeur-generaal van den arbeid,
de leiders van akkerbouwbedrijven
en veehouderijbedrijven, die niet gecombi-
neerd zijn met bedrijven van anderen aard,
vergunning verleend om mannelijke arbeiders,
die korter dan gedurende acht maanden
per kalenderjaar bij hen in dienstbetrekking
zijn, te ontslaan, onder voorwaarde, dat in
het bedrrjf een genoegzaam aantal manne
lijke arbeiders van 14 jaar en ouder werk-
zaam is en blijft aangehouden.
De personeelsbezetting zal als genoegzaam
worden aangemerkt indien -zij aan de hier-
onder nader uiteen te zetten vereischten be-
antwoordt. In uitsluitend akkerbouwbedrij
ven zal de leider van het bedrrjf niet mede-
gerekend als vaste kern gedurende het
geheele jaar een aantal werkkrachten met
volledige dagtaak van ten minste een per 12
ha, bedrijfsoppervlakte in het bedrijf aanwezig
moeten zijn en daarenboven gedurende de
maanden Maart, April, Mei, Juni, Juli, Augus
tus, September en October een zoodanig aan
tal, dat het aantal werkkrachten, de vaste
kern inbegrepen, ten minste een per 8 ha be
drijfsoppervlakte bedraagt. Voor akkerbouw
bedrijven, gelegen in den Wieringermeerpol-
der, en in de veenkolonien is echter als vaste
kern een aantal van een werkkracht per 15 ha
en tijdens de vermelde acht maanden een
werkkracht per 10 ha als een voldoende be-
zetting aan te merken.
In veehouderijbedrijven, alsmede in gecom-
bineerde akkerbouw en veehouderijbedrijven
zal de leider van het bedrijf niet medege-
rekend als vaste kern gedurende het ge
heele jaar een aantal werkkrachten met vol
ledige dagtaak van ten minste een per 10 ha
oppervlakte in het bedrijf aanwezig moeten
zijn.
Als bedrijfsoppervlakte komt hiervoor in
aanmerking de oppervlakte van den grond.
verminderd met 10 ha voor die gevallen.
waarin de leider van het bedrijf regelmatig
daarin persoonlijk mede arbeidt.
Voorts heeft de directeur-generaal bepaald,
dat, bij de berekening van de personeelsbezet
ting een arbeider van 2,1 jaar of ouder voor
een werkkracht, van 20 jaar of ouder voor 0.9,
van 19 jaar of ouder voor 0.8, van 18 jaar
of ouder voor 0.7, van 17 jaar voor 0,6, van
16 jaar voor 0,5 van 15 jaar voor 0,4, van 14
jaar voor 0,3 werkkracht zal worden gesteld.
Ten slotte zij er de aandacht op gevestigd,
dat voor ontslag van personeel, dat lahger
dan acht maanden in dienst is, of voor ont
slag van personeel in gevallen, waarin de
hiervoren omschreven personeelbezetting niet
aanwezig is, een bijzondere vergunning dient
te worden gevraagd bij het districtshoofd der
arbeidsinspectie.
zijn uit Bangkok te melden. In de eerste
plaats acht men het in het belang van den
nationalen voorspoed onder de nieuwe con
stitute noodzakelijk den aanwas van de be-
volking te bespoedigen. Men wil daarom de
geboortebeperking bestrijden. Voorts heeft
het ministerie van binnenlandsche zaken be
paald, dat maatregelen tegen luchtaanvallen
moeten worden genomen. Men verwacht, dat
de bevolking spoedig zal worden aange-
maand schuilkelders in te richten.
Tegelijkertijd met het bericht van de aan-
komst te Singapore van een Britsch konvooi
van 31 schepen, wordt uit 'Saigon bekend ge-
maakt, dat daar 48 schepen aankwamen met
Japansche troepenversterkingen. Uit Neder-
landsch-Indie wordt gemeld, dat brigadier-
generaal H. B. Clagett, de commandant van
het luchtwapen van de Philippijnen, op Java
een conference heeft gehad met Australische
en Nederlandsche militaire autoriteiten. Het
doel van zijn reis was om de mogelijkheden
voor de levering van oorlogsmateriaal van de
Philippijnen naar Nederlandseh-Indie te be-
studeeren. Nederlandsch-Indie hoopt zoo
spoedig mogelijk 600 kleine wagens uit de
Vereenigde Staten te ontvangen, zoogenaam-
de Blitz-buggies. Clagett zeide, dat, ofschoon I
er een overeenkomst bestaat, dat de Ver
eenigde Staten Nederlandsch-Indie in geval
van oorlog zullen helpen, daarnaast toch geen
geheime overeenkomst bestaat.
Uit Serawak op Borneo wordt de samen-
stelling van een militaire formatie zooge-
naamde Serawak-rangers gemeld. Comman
dant is majoor Pegler. De hoofdstad Kuching
en de stad Miri zijn tot militaire verdedigings-
zones verklaard. Talrijke kinderen en vrou-
.wen uit Borneo zijn in Singapore aange-
komen, waardoor in weerwil van het georga-
niseerde vertrek der Japanners gebrek aan
kwartiermogelijkheden ontstaan is. Naar men
zegt heeft een gedwongen evacuatie van de
Oostelijke districten van Borneo plaats. De
weggevoerden reizen voor het grootste deel
naar Australie door.
VEREENIGING VOOR FACULTATIEVE
LIJ K VERBR ANDING.
De vereenigdng voor facultatieve lijkver-
branding te 's Gravenhage heeft op Zaterdag
16 dezer aldaar haar jaarlijkscfae algemeene
vergadering geQjouden.
Ter vervanging van den heer Abrahams,
die venzocht had niet voor een herkiezing in
aanmerking te komen, werd als lid van het
hoofdbestuur gekozen de heer M. J. de Moor
te Amsterdam.
Met bijna algemeene stemmen werd beslo-
ten tot het doen bouwen van een tweede cre
matorium der vereeniging te Zwolle.
Mr. Dr. J. H. CARP PRESIDENT VAN
HET VREDESGEREGHTSHOF.
De persdienst van de N.S.B. meldt, dat mr.
dr. J. H. Carp, die de vorige week is benoemd
tot raadsheer in het gereahtsliof te 's-Graven-
hage, en tevens tot lid van het vredegerechts-
hof, bij een besluit van den .secretaris-gene
raal van justitie van 18 Augustus is benoemd
tot president van het vredegeredhtshof.
wegrukt, de wereld in kennis te stellen van
de onmenschelijke methoden van Engeland,
die zonder eenige rechtvaardiging tegen ons
gebruikt worden. Het geweten der wereld zal
daarover een oordeel vellen".
ROOSEVELT OVERLEGT MET
MINISTERS.
President Roosevelt heeft met Stimson,
minister van oorlog, en Knox, minister van
marine, een vertrouwelijke bespreking ge-
voerd, welke een uur duurde, zoo meldt de
New York Times uit Washington, In aan-
sluiting hierop werd ook de minister van bui-
tenlandsche zaken voor een bespreking in het
Witte Huis ontboden.
Manuel Quezon, de president der Philip
pijnen, heeft in een radioboodschap aan Wal
lace, den vice-president der Vereenigde Sta
ten, naar Domei uit Manilla meldt, verklaard,
dat de Philippijnen zich bij de Vereenigde
Staten zullen aansluiten voor het geval
Amerika den oorlog verklaart. Hij zinspeelde
op de mogelijkheid van versterking van de
Philippijnen door het leveren van vliegtuigen,
kanonnen en ander oorlogsmaterieel door de
Vereenigde Staten.
Naar de Jomioeri Sjimboen meedeelt, zal
het te iSjanghai gestationneerde Amerikaan-
sche marine-corps Maandag met 1000 man
worden verminderd. De blijvende 500 man
zullen kort daarop de stad verlaten. De hier
door vrijgekomen 1500 man zullen naar Ma
nilla worden getransporteerd ter versterking
van het Amerikaansche garnizoen op de
Philippijnen.
Ulvenhout.
Amico,
Na den overdadi-
gen regen van de
leste week, begosten
Zaterdags de lochten
weer te kleeren. 'n
Zilver zonneke gong
zwakskes gloren aan
den kleurloozen
hemel; werendig, zoo
nou en dan streepten
weer schaduws den
blaauwen steenweg,
die, gansch proper
gespoeld, er nou uit-
zag of ie veur den
komenden Zondag 'n
JAPANSGH-CHINEESCHE SAMEN-
WERKING GEWENSCHT.
DE VERHOOGING VAN DE OI DERDOMS-
EN INVALIDITEITSRENTEN.
Het besluit van de secretarissen-generaal
van sociale zaken en financien, waarbij de
invaliditeits- en ouderdomsrenten zijn ver-
hoogd, is op 16 Augustus j.l. verschenen.
Aangezien het betrekking heeft op meer
dan 260.000 loopende renten en er voor al
deze gevallen een ambtelijk onderzoek noodig
is. kan niet aan alle rechthebbenden onmid-
dellijk de volledige bijslag worden gegeven,
waarop zij ingevolge dit besluit van Juli 1941
af recht hebben.
Aan alle rechthebbenden, van wie reeds nu
kan worden vastgesteld, dat zij voor bijslag in
aanmerking komen, wordt daarom, met wel-
willende medewerking der postkantoren, op
de kwitantie, welke in September a.s. betaal-
baar is, voorloopig een bijslag van 25 pet. ge
geven. Eenzelfde bijslag wordt gegeven oyer
de bedragen der kwitanties van Juli en Aug.
In totaal ontvangt iedere rechthebbende in
September dus een bijslag van 75 procent.
Mocht aanspraak op een hoogeren bijslag be
staan, dan gaat deze eveneens Juli 1941 in.
Men wordt dringend verzocht geduld te willen
hebben en zich niet met verzoeken om be
spoediging tot de rijksverzekeringsbank en
tot de raden van arbeid te wenden. Al het
mogelijke zal worden gedaan om de noodzake
lijke werkzaamheden, die uit den aard tijd-
roovend zijn, zoo vlug mogelijk te doen ver-
loopen.
Op de renten, toegekend na 1 Juli, zal
eveneens zoo spoedig mogelijk de verschul-
digde bijslag worden betaald.
Personen, die in het genot zijn van een
rente, toegekend ingevolge een door hen
krachtens art. 10 of art. 24 der Ouderdoms-
wet 1919 gesloten verzekering, en zij, die een
vrije invaliditeits- of een vrije ouderdoms-
rente krachtens art. 93 of art. 94 der Invali-
diteitswet genieten, hebben geen recht op een
bijslag.
DE SPANNING IN HET ZUIDEN VAN
DEN PACXFIC.
De correspondent der N. R. Crt. te Berlijn
telefoneerde Woensdagmiddag:
Onder den titel ,,oorlogsvoorbereidingen in
Nederlandsch-IndiS" publiceert de Deutsche
Allg. Ztg. een bericht van haar bijzonderen
verslaggever te Bangkok, waarin deze mel
ding maakt van maatregelen, welke in het
Verre Oosten, ook in Nedelandsch-Indie, wer-
den getroffen.
Twee belangrijke regeeringsverklaringen
De Oost-Aziatische autarkie.
Na een verblijf van drie maanden in Japan
is Honda, de Japansche ambassadeur te Nan-
kiifg, te Sjanghai aangekomen. In een onder-
houd met de pers zeide hij, dat de ontwikke-
ling van den wereldtoestand een Japansch-
Chineesche samenwerking dringend noodig
maakt. Hij zeide, naar D.N.B. meldt, voor-
nemens te zijn na aankomst te Nanking een
Chineesch-Japansche commissie te benoemen
om dit doel te bereiken.
Ogoera, de Japanscheminister van finan
cien heeft voor het eerst sedert zijn benoe-
ming voor de vereeniging van Japansche
bankiers en financiers een rede gehouden.
Sprekende over de blokkade van de Japan
sche saldi door de Vereenigde Staten en
Engeland zei hij, dat industrie en economisch
leven van Japan hierdoor nauwelijks worden
getroffen, daar met het oog op de mogelijk
heid van dezen maatregel omvangrijke voor-
bereidingen waren getroffen. De tegen Japan
gevoerde economische oorlog heeft ertoe ge-
leid de Oost-Aziatische autarkie te verwezen-
lijken. Ogoera riep zijn toehoorders op het
aanwezige kapitaal zoo te gebruiken, dat
steeds rekening wordt gehouden met de drin-
gendste eischen van de nationale economie.
De banken en financieele ondernemingen die-
i tot overeenstemming te komen om de
oorlogsindustrie zoo veel mogelijk te finan-
cieren.
Ten einde verspilling van benzine te voor-
komen heeft de regeering tot een drastische
beperking besloten.
S.P.T. meldt uit Camberra:
Het Australische huis van afgevaardigdep
is wederom in geheime zitting in tegenwoor-
digheid van Menzies bijeengekomen. Aange-
nomen wordt, dat de intemationale toestand
speciaal die in het Verre Oosten, onderwerp
der bespreking heeft uitgemaakt.
DE A.S. CONFERENTIE TE MOSKOU.
Uit Moskou verneemt United Press:
Stalin heeft den ambassadeurs van Enge
land en de Ver. Staten laten weten, dat hij
spoedig een samenkomst der drie-mogend-
hedenconferentie te Moskou wenscht.
Roosevelt heeft tijdens de persconferentie,
volgens United Press gezegd, dat er nog geen
besluit is genomen, of de Ver. Staten al dan
niet een delegatie naar Moskou zullen zenden.
NOORD-AFRIK AAN SOME ECONOlMISCHE
CONFERENTIE GEOPEND.
Het D.N.B. meldt uit Vichy:
Onder voorzitterschap van den algemeen
gevolmachtigde der Fransche regeering in
Noord-Afrika, generaal Weygand, is te Al
giers een groote Noord-Afrikaansche econo
mische conferentie begonnen. Op deze confe-
rentie zal het vraagstuk betreffende het op-
voeren van de ravitailleering van Frankrijk
door de bezittingen in Noord-Afrika bespro-
ken worden, teneinde de voedselpositie in het
bezette en onbezette gebied te verbeteren.
Naar verluidt, zijn reeds maatregelen ge
nomen om het grootste deel van den Noord-
Afrikaanschen graanoogst naar Frankrijk te
verschepen.
De Fransche zender te Dzjiboeti, die, na
eenige maanden om technische redenen ge-
zwegen te hebben, zijn uitzendingen heeft
hervat, heeft zich gekeerd tegen de Engel-
sche blokkade.
In de eerste uitzending zeide de omroeper
onder meer: Sedert een jaar zijn wij bloot-
gesteld aan een blokkade die op geen enkele
wijze gerechtvaardigd kan worden. Er is een
beangstigend gebrek aan levensmiddelen ont
staan en de honger eischt dagelijks meer
siachtoffers. Wij hebben derhalve besloten,
alvorens een algemeene hongersnood ons
goeie beurt" had ge-
kregen mee den luiwagen.
De koeienwei, die daar, naast den weg,
wekenlank gelegen had lijk 'nen stoppelakker
na den oogst, zoo geel, zoo dun, de koeienwei
stond weer vol nuuw gras. Ze r66k malsch
naar 't regenwater, dat hier en daar, op lage
plekken, nog te blinken stond tusschen t
versche gras. 'n Windvlieske beefde over de
voile Mark, die op lage plekken, over de wei
vloeide.
Ruim roosch 'nen pittigen Zuidooster deur
't voile geblaart, dat lekker droogwaaide.
Den boomSchors zat mee groenen beslag, zoo
had 't water er dagenlank teugen aan ge
stagen.
Den anderen dag, Zondag, in de vroegte,
zat den hemel dicht. 't Was donker in ons
kerkske. 't Klokkentouw hong te beieren van
den wind, die daarboven deur den toren
spookte. Ge hoorde den waai schuren langs
de hooge muren en beeren van den bouw; de
toppen der poppels veegden langs de boog- i
ramen, wier kleuren dof te schemeren ston-
den teugen den vroegen regenhemel.
De kerkbank was klam, de tegelpajen sloe-
gen nat uit. Maar de k5ersenvlamkes
op den altaar glorieerden fel in alien stroeven
duister, die hong in de kruisbogen, in diepe
hoeken, in 't hooge gewulft; die wemelde om
't keersenlicht.
Bij 't uitgaan van de kerk tuurden de kerk-
gangers naar den dag onder den boog van de
deuren. Maar 't was droog gebleven! Wel
viel onder den toren op 't kerkplein veul
werlwind, maar 'k zou gezeed hebben: de
lochten waren dunner! Ja! Ziedewel!
Daar rechts, boven de bosschen, daar dreef
'n zilveren zonneschijf deur den hemel. En
onder 't gaan naar huis, mee de twee klein-
mannen, zag ik nou en dan heel efkes onzen
langen schaduw over den properen steenweg.
,,Wat zoude'r van denken, opa?" vroeg
Dr6 HI.
Droog weer, jonk! Droog weer! Zdkers tot
den avond!"
„Wat dunkt jou, Eeker-" vroeg ik.
..Kweetnie, baas. - k Gaai straks naar ons-
thuis en van 'nen druppel regen za k nie
smelten, ee zee-t-ie gezellig-egoistisch.
't Kwam uit als ik gedocht had. De loch
ten wierden steeds dunner, den wind flierde
ze uit malkaar!
En eer 't tien uren was scheen de zon, al
was 't dan van achter 'nen dunnen tule, die
't zonnelicht temperde.
Trui was naar de late mis, den Eeker stond
z'n eigen op te poetsen om naar. z'n Moeder
te gaan, den Drd zat zijnen wekelijkschen
brief naar Amsterdam weg te schrijven.
Daarna gong ie 'n uur rijen. Bles stond ge-
't Was wel 'n bestig uurke nou, om wat
te gaan bosschen; 'nen buitenmensch hooit
in d'open locht! 'k Vatte mijnen stok, 'k gong
stappen.
m de blaauwe boschdreven wemelde t
teere zonnelicht binnen als deur gebrand
glas. Hier en daar hong 'n herfstvlamke te
branden in de dichte blarenkroonen. Over de
wegels lag 't dooie hout gespreid dat deuze
week, mee 't straffe weer was losgeslagen
uit 't geboomt. 't Was lekker hier. De natte
geuren van 't zatgedrenkte hout, van den
zachten blarenbojem en uit de voile greppels
dreven op 't windeke deur 't blaauwe bosch.
Eekers glipten langs den zachten schors,
lijk 'n lichte streep glee rap 'n wit konijn
over den donkeren boschbojem.
Veugeltjes hoord-n-ik niemeer. Ze zijn
deus trj in den rui, 'k zag hier en daar 'n
pluimveerke drijven op 'nen zwarten, boorde-
vollen greppel. Gunderwijd, 'n open groene
plek, stonden rechte sparren te spiegelen om
'nen plas.
't Boschwasveranderd! De kleu
ren den bojem, ja de geuren, alles was
anders dan 't heel den heeten zomer was ge-
W€6St
Daar zompten peerdehoeven mee zachten
dreun deur de natte stilte. Den ruiter was
nog wijd weg. Maar den doffen echo van den
peerdedraf vulde 't heele bosch. Daar wierd
straf gerejen, in ieder geval! Hah, daar
wijd weg, daar zag ik den ruiter gagn. Hij
zwaaideDan moest 't den Dre zijn!
Efkes kwam de zon ten voile deur. Nou zag
ik den glanzenden Bles, lijk 'nen schicht langs
de boomen. Hij w&s 't, ja! En plazierig
sloeg ik m'nen stok teugen deh zachten eek
van 'nen eik, dat sapspetterkes in m'n ge-
zicht sprongen.
'k Liep wljer. Kuierde deur den s ne gen
dag, zonder gedachten ennevaneigens.
kwam ik uit bij Hanneke.
Ze waren in den hof, Frank, Hanneke en
den kleinen Vic. Hanneke was aan t tuinie-
ren, den Frank zat veur't boschhuis de krant
te lezen, den kleinen Vic lag te slapen in den
wagel. Ze hadden me nie gehoord, Hanneke
stond te rijven.
Ik kost nie anders, dan efkes deus tafc-
reeltje lachend bespieen, hier tusschen Je
beuken vandaan, in 't eikstruweel. Als nou
den Vic z'n groote stem hier galmen kost, -
't was pas compleet!
'Nen hoogen fluittoon klonk ier uit den
huis. Wat klonk dat schoon in't bosch. Han
neke keek lachend om naar den Frank, die
toen braaf z'n krant weglee en naar binnen
gong. „Zuinig, hoor" riep Hanneke 'rn na.
Frank glimlachte. Ik begreep wel: hij gong
'nen steuvigen bak zetten. EnneHanneke
kost dat ook wel nagaan.
Weer dreef 't gezomp van peerdehoeven
aan. Ik zag hoe ook Hanneke ophield mee
rijven, scherp luisterde. Ah! De dochter van
kunstschilder den VicEn 'nen ruiter
deur de bosschen is zekers gin schoon ge-
zichtDan keek ze naar de locht. Naar
't zonneke en'k zag toen werendig heel
efkes den Vic! Ja, die zijnen kop draaide
sjuust zoo, als ie den buiten opnam. Z'n
oogen tuurden op dezelfde manier. Maar er
waren nog honderd dingskes, die 'k nie be-
schrijven kan, doch krek den Vic gaven lijk
ie in m'n gedachten leeft. Wat was ze
schoon, deus jonge Moederke, dat onder alles
mee 'n schuin oogske den wagel in de kieren
hield. Heur beenen waren bloot. 't Zwarte
haar golfde in welige strengen om 't blanke
kopke, terwijl 'nen zwaren knot rustte op den
statigen, blanken nek, trots, fier, schdon! 'Nen
lichthlaauwen linnen schort sloot strak om
den lenigen leest, 'n wefke om op te eten.
Daar kwam den blonden Frank verom. In
z'n smettelooze overhemd, den kop locht ge-
bruind.
,,Zuinig geweest, jongen?" lachte Hanneke,
m bij voorbaat vergevend!
„Wijf!" toen pakte-n-ie haar vast als...
als... wel als 't m6t, streek alle lokken uit
't edel kopke, hij moest dat weer 'ns goed
zien! En sjuust zou ie 'r gaan kussen, als
den kleinen Vic tusschenbeie kwam, mee z'n
geweldige stem. En 't was 'n wonder van
sierlijke snblheid zoo rap Hanneke heur ar-
men vol had mee 't jongske, terwijl den
Frank even stond te kijken of ie 'n dubbeltje
verloren had! Ja, ik kdn die vaderlijke
stropkes. van vroeger! Die wefkes zijn alle-
maal eender. Afijn, wij ook......!
Toen riep ik: ,,mergen samen! Ik ruuk
den koffie!"
„Ja, je trdft 't Drd!" lachte den Frank
en mee 6en hazenrap oogske zag ie naar z'n
Hanneke, want den onervaren Frank besefte
nog nie, dat z'n wefke al van den beginne af
geweten had, dat ie veul te royaal in de
koffiebus zou tekeer gaan!
Plazierig kwam ie op me af, mee 'nen steu
vigen klavier. Dan was Hanneke bij ons,
mee 't Vic-ske, dat mee z'n steuvige knuiste-
kes Moeders schort probeerde te rinneweeren.
Dicht hield ze 'r jongske bij me, maar hij
had veur mij gin oog. Hij had trouwens veur
niks oog, den baas moest ,,aan tafel"
„Hij is toch zoo gezond, Dre, zee Hanneke
gelukkig. „Gin wonder, meid, elken teug
asem hier in de bosschen, is 'nen paplepel ge-
zondheid veur 't jonk. 'k Ben content, dat
juilie hier egn! Want... eh... als dieen Bos-
tonschen Johnny vandaag of mergen, den
true vindt om den Vic over 't water te krij-
gen, dan mot ie hier 'nen kleinzeun vinden
lijk 'n beer. Ee?!"
„Dreheb jijZou je denken.-....,
datOch, neenhakkelde Hanneke
axhter malkaar; en meteen peile heur oogen
in me, datdat ik ook begoet te stotte-
ren. ,,Kek 's, Hanneke, ik... kik... 'k heb
den Vicden witten tooven5er lijk ik 'm
alto noem, alal zooveul wonderlijke din-
gen zienbereikenmee humvan
hum durf ik allesmaar ook &lles te ver-
wachten!"
Heur lipkes wierden wit. 't Jongske bleer-
de. Maar ze hoorde 't nie en tdch. ze stond
'm in d'armen zachtkes te wiegen. De zenuw-
kes naast heuren mond sprongen onder de
soepele, blanke huid. Heur oogen verglaas-
den. Dan: „dus jij„Dus ik, Hanneke.
als ik 'm vandaag of mergen over m'nen erf
zie stappen, dan
Toen sprongen twee knikkers van tranen
in heur oogen.
„Dan zal ik wel stapelgek zijn van plazier,
maar nie van schrik!"
Deur de tranen heen begost Hanneke te
glimlachen. Dan zee ze: ,,Dr6bedankt!
Frank zeiochneenIk ga eerst
m'nborelingske" voeden! (Als ze blij is,
praat ze altij 'n woordeke Brabantsch ziede
,,Vijf minuten, Dre!"
,,A1 is 't 'n kwartier, lot 'm maar schran-
sen, meske!"'
,,Dre", zee den Frank seerjeus: ,,geloof jij,
wat je daar zei aan m'n vrouw?"
TjaFrank! Den Vic, hij is jouw
schoonvader, maar ik\ken 'm langer dan gij,
misschient ook 'beter, den Vicallee, die
heeft maar eenen baas! Z'n hart! Z'n hart
stuurt 'm naar hier; dus
Frank trok 'ns aan z'n pijp, peisde, schud-
de dan lankzaam z'n hoofd.
En zee: „ditkanniet, Dre. En
tdch diepin heeft Hanneke jouw overtuiging.
Kom 'ns mee!"
Hij trok me naar de ramen van den Vic
zijnen atelier. Ik stond stijf. Daar stonden
verschillende dingen weer van vroeger! En
op de oude plots. Den ezel, de teekentafel, de
groote, ronde kolomkachelzelfs..,-...
zelfs lag 'n pijp gereed op 't groote teeken-
blad.
„Frankzee ik.
„Ja, Drd! Z66 sterk gelooft ze erin.
Iederen dag komt er weer wat nieuws en
maneer d&t op z'n goede plaats staat...!"
„Daar staat zelfs 'nen rol pampier...!'
-Die is gisteren aangekomen. Recht van
de fabriek. 't Is het merk van Vader, naar
ze zegt.
„Frank, ma... mag ikmag k daar ns
binnen?'"
„Hanna heeft den sleutel jong
Weer keek ik deur de ramen. En ik hoor
de hern zeggen„zelfs de werkster mag er
niet binnen. Hanna maakt alles iederen dag
schoon! ,JEn daar staat 't ouwe Mevrouwke
zaliger", zee ik zachtkes. Op de eigenste
plek
,,Ja, dat schilderij heb ik mee moeten sjou-
wen uit Zwolle."
Daar kw&m Hanneke. Gereed mee heur
moedertaak. Den beerendresseur sUep al-
weer. Bulkte van den freet.
Als ze me zag, veur de ramen van den
atelier, dan kreeg ze 'n 'nen vuurrooien bios
over 't blanke kopke.
Zwijgend stopte zij d'r Vic'ske weg. Spreid-
de zurgzaam 'nen tulen doek over den wagel.
gee dan: „koffieDre. Frank?"
'k Heb maar nergens meer over gesproken.
Dingen, waarvan den mensch vol is, daar
over zwijgt ie soms t liefste.
Maar ik heb ook nog 'n paar dingskes van
den Vic, die motten toch ook in den atelier,
'k Zal ze aan Hanneke geven. Vaneigens?
Vol.
Veul groeten van Trui, Dr6 HI, den Eeker
en als altij gin horke minder van oewen
t. a. v.
DRE.