I ilfWl Liefde's Zegepraal m Binnenland Overspe,nn®" Inlevering van Metalen. FEUILLETON In verband met van den Secretaris-Gene- raal van het Departement van Binnenland- sche Zaken ontvangen nadere richtlijnen brengt de Burgemeester van TERNEUZEN bij deze het na volgende ter openbare kennis: Onder de werkingssfeer der Verordening no. 108/1941 worden geacht voorloopig niet te vallen: 1. z.g.n. ,,Wellner", „Wemef", of „Gero",- artikelen e.d., verzilverd, verehroomd, of ver- nikkeld enz., welke voor een regelmatig tafel- gebruik noodig zijn (hieronder vallen vorken, lepels, messen, enz.). 2. verzilverde kleine artikelen (Duitsch: versilberte Kleinwaren). Hieronder vallen b.v. kleine kandelaars, -gebakscihalen, -sui- kerstrooiers, -lepeldoozen, -bekers, voorts alle kleinere artikelen, die regelmatig op de eettafel gebruikt worden en vanzelfsprekend de kleine gebruiksartikelen, als sigarenaan- stekers, briefopeners, servetringen, lucifers- doosjes, doch hieronder vallen niet (en moe- ten dus wel ingeleverd worden)groote pre- senteerbladen, grotoe vierarmige kandelaars en dergelijke groote stukken. Voorts behoeven niet ingeleverd te worden die artikelen, waarvan het onder de verplich- ting tot inlevering vallende metaal de helft of minder weegt dan het geheele artikel, b.v. borstels, tafelschuiers, electrische apparaten. Men dient bij de inlevering na te gaan, of b.v. gasstandaards in hoofdzaak van ijzer zijn, daar zij dan vrij van inlevering zijn, enz. Voor zoover noodig zij er op gewezen, dat nimmer een beroep kan worden gedaan op inliehtingen betreffende de inlevering van metalen, welke zijn verstrekt anders dan door het Bureau Inliehtingen van het Rijksbureau voor Non-Ferro Metalen, of door de Burge- meesters (de inleveringsbureaux). Ingevolge art. 4 lid 1 onder 10 der Veror dening zijn van inlevering vrijgesteld: alle voorwerpen, welke bij voortduring ge bruikt worden en welker onmiddellijke ver- vanging onvoorwaardelijk noodig zou zijn, voor zoover deze vervanging niet kan ge- schieden door voorwerpen, welke niet inge leverd behoeven te worden. Aangezien de interpretatie dezer bepaling inleveringsplichtigen in verschillende geval- len aanleiding tot twijfel kan geven, of een voorwerp ingeleverd moet worden of niet kunnen dergelijke voorwerpen, waarover twijfel bestaat, door de inleveringsplichtigen op een lijst model Vtm worden vermeld. In dit geval behoeven de betrokken voorwerpen tot nader order niet te worden ingeleverd. Deze lijst is kosteloos bij de inleverings bureaux verkrijgbaar en moet binnen 8 dagen na ontvangst, doch uiterlijk 9 Augustus 1941 ingevuld en door den inleveringsplichtige onderteekend bij den Burgemeester worden ingeleverd. Temeuzen, 21 Juli 1941. De Burgemeester van Terneuzen, P. TELLEGEN. vijandeljjke kampementen ten Westpn van deze plaats. Zaterdagmiddag hebben twee Britsche toe- stellen een poging gedaan tot een aanval op Tripolis. Onzi; luchtdoelartillerie kwam weldra tusschenbeide en schoot een dezer toestellen neer. DE ZWARE DUITSCHE LUCHTAANVAL OP DE ENGELSCHE OOSTK.UST. Reuter meldt, dat de aanvallen van Don- derctagnacht door de Duitsche luchtmacht ondernomen op de Oostkust van Groot-Brit- tannie, de hevigste sedert geruimen tijd wa- ren. De bommenwerpers naderden in golven en lieten een groot aantal zware bommen val len. Verscheidene personen zijn doodelijk ge- wond. Vooral daar, waar schuilgelegenheden getroffen werden, terwijl de schade ,,zeer om- vangrijk" was. VERANDERINGEN IN DE ENGELSCHE REGEERING? S.P.T. meldt uit Londen: In verband met de eventueele verandering in de Engelsche regeering meent de Daily Telegraph te weten, dat Richard Law, de zoon van den oud-premier Bonar Law, mogelijk de plaats zou kunnen innemen van den tegenwoordigen onder-staatssecretaris in het ministerie van buitenlandsche zaken, Butler. Verder spreekt men in politieke kriijgen alhier het vermoeden uitr dat het ministerie van voorlichting gereorganiseerd zal worden en dat aan het hoofd ervan een man zal ge- plaatst worden, die geen zitting heeft in de regeering. „AMER1KA CONTROLEERT DE TOEVOERWEGEN NAAR JAPAN". SP.T. meldt uit Tokio: De Japansche Times, die te Tokio verschijnt en vaak de spreekbuis van het Japansche ministerie van buitenlandsche zaken is, heeft scherp stelling genomen tegen het voornemen der Vereenigde Staten om de drie eilanden Midway, Johnston en Palmyra in den Stillen Oceaan als vloot- en luchtbasis in te richten. Geestelijken van de Russisch-Orthodoxe kerk, die de bolsjewisten in hun dier- lijkcn haat tegen al wat gedaehten aan God wekt, op beestachtige wijze af- slachtten. (Poly goon) „Het is duidelijk", schrijft het blad, „dat Amerika hierdoor een controle wil invoeren op de toevoerwegen naar Japan. Hierdoor worden ook de grenzen van de Vereenigde Staten zoowel ter zee als in de lucht naar het Westen doorgetrokken. Dit is niet be- doeld als een verdedigingslinie, doch zuiver als een aanvalsstelling. Het blad besluit zijn artikel met deze opmerking ,,de tijd, dat Japan afdoende maatregelen moet nemen om te voorkomen, dat het wordt ingesloten, is thans daar". EEN JAPANSCH PROTEST BIJ DE SO WJ ET-REGEERING Men verneemt, aldus United Press, dat Japan ten krachtigste heeft geprotesteerd bij de Sowjetunie wegens het leggen van mrjnen in de Siberische kustwateren, daar de Japan sche territoriale wateren hierdoor bedreigd en de Japansche scheepvaart in gevaar ge- komen is. WAT STAAT OP HET SPEL? Nadat de „overwinnaars" in den wereld- oorl/og getoond hadden door hun ,,overwin- ning" zoo verzwakt te zijn, dat zij niet bij rnachte wfeen, om Europa anders te ordenen dan onder een actiter dein Volkenbond maar schamel gecamoufleerde politieregiem, hebben zij, schrijft de N. R. Crt., eenige. jaren later, op de conferentie te Genua, deze onmacht nog eens bevestigd. Deze conferentie was bijeengeroepen om in Europa een normaal economisch leven te her- stellen. Niet alleen Duitschland, ook Sovjet- Rusland was tot deze conferentie uitgenoo- digd. Wanneer toentertijd Engeland (dat al- thans begrip voor de situatie toonde) en Franikrijk den moed, met andere woorden de kracht gehad hadden, om met voorstellen te komen, die, met erkenning van de Duitsche en Russische levensredhten, op een snel eco nomisch herstel van derzelver volkshuishou- dingen gericht waren, dan lijdt het welhaast geen twijfel, dat de geschiedenis van Europa sindsdien een heel wat minder tragischen loop zou hebben genomen, dah waarvan wij ge- tuige zijn geweest. Het is vooral Frankrijk geweest, dat, in het bewustzijn van zijn steeds afnemende volks- kracht, de hulpverleening heeft - tegengehou- den, die nochtans noodig was, om ook het wereldverkeer, door wederinsehakeling van de Duitsche en Russische volkshuishoudingen, weer gezond te zlen worden. Dat aldus de in wezen Engelsche conceptie van een op vrije mededinging berustende wereldhuishouding onderging, was niet omdat het Fransche volk te bekrompen van bliik was om de grootsch- heid van zulk een conceptie te vatten. Het was omdat het Fransche volk zich biologisch niet meer in staat gevoelde, om dit spel door macht te beheerschen, zooals Engeland nog altijd meent wel te kunnen. Bij een weder- opkomend Duitschland, een opkomend Rus- land, zou het, zelf onherroepelijk afglijdend, wellicht niet eens meer een begeerlijk hulp- volk voor Engeland zijn voor zijn politiek tot handhaving van een Europeesch evenwicht. De handhaving van Frankrijk's positie was ervan afhankelijk, dat Engeland op zijn steun op het vasteland aangewezen bleef. Zoo wortelde dan de Fransche politiek in deze periode in geenr ander besef, dan hetgeen Duitschland in het nationaal-socialisme niet alleen als bezit verworven, maar als motor in dienst gesteld heeft; het besef, dat, welke politiek een land ook voert, zij steunt op de door de volkskracht te verwezenlijken macht. Zoo gering was deze kracht van het Fransche volk geworden, dat het zich niet eens meer vermanen kon om een positieve rol te spelen, het kon, in het negatieve, er nog slechts op uit zijn om te verhinderen, dat elders de volkskracht tot ontwikkeling kwam. Maar daardoor heeft het niet alleen ande- ren volkem schade en onrecht aangedaan; het heeft niet alleen het herstel van een gezond wereldverkeer onmogelijk gemaakt. Het heeft ook de Engelsche conceptie eener op vrije mededinging berustende wereldhuishouding van haar luister beroofd en er van overgela- ten, wat zij in werkelijkheid is: een uitdruk- king van Engelsche aanspraken op de we- reldmacht, niet in overeenstemming met de aanwezige volkskracht. Het Engelsche volk is geen Atlas, in staat om de wereld te tor- sen; of eigenlijk is het wel, in zooverre, dat de last van de wereldheerschappij het een straf geworden is, een straf vooral, sedert de poging om haar op een kunstmatige we- reldreehtsorde, aldus op andere schouders, te laten steunen, in het bestel van den Volken bond, van den aanvang af was mislukt. Aangezien de Engelsche volkskracht niet toereikend (meer) is om zjjn aanspraken op de wereldheerschappij te schragen, werd de conceptie van een op vrije mededinging be rustende wereldhuishouding een abstractie. Een abstractie werd het denkbeeld van een wereldrechtsorde, waarin deze wereldhuis houding zou zijn geregeld en de Volkenbond dientengevolge gezichtsbedrog. Te verwezenlijken zouden zij slechts zijn geweest, wanneer Engeland den moed gehad had en dus ook bij machte was geweest om Duitschland en Rusland, onafhankelijk van wie ook, als gelijkgerechtigde mededingers te herstellen. Het heeft het, tezamen met Frankrijk, misschien willen probeeren. De mislukking van de conferentie van Genua heeft alleen bewezen, dat het niet om het begrip en de concepties gaat, maar in laatste instantie altijd weer om de volkskracht ter verwezenlijking en van het volk. •Het ging ook niet om eenig begrip of eeni ge conceptie, toen Duitschland en Sovjet- Rusland elkaar te Rapallo vonden. Ook daar ging het om twee volkeren ook al is Rus land op zichzelf een volkerengaarde. Ook onder het bolsjewistische regiem was het geen ketterij meer om van het Groot-Russi- sche volk als primus inter pares te gewagen, zijn voorrang kwam de andere honderdvijftig aldus te erkennen. Het Duitsche volk had zooeven de revolu- tie in den zin van het, Russische bolsjewisme afgewezen. Eigenlijk bleef het er naar hun- keren in de Engelsche conceptie eener op vrije mededinging berustende wereldhuishou ding te worden opgenomen, een illusie, welke eerst door de machtsaanvaarding van het na tionaal-socialisme zou worden prijsgegeven. Rusland daarentegen voelde zich „omsingeld" en wat daar nu voor ideologischen draai aan werd gegeven, in feite kwam het er op neer, dat het zich in de bevestiging van zijn vol'ks- bestaan bedreigd gevoelde. Ook al hebben deze volkeren dus sedert Rapallo, gelijk reeds vele malen eerder, een kort gedeelte van den weg der geschiedenis samenwerikend afgelegd, in hun conceptie van wereldordening bleven zij uiteen gaan, ook toen Duitschland in 1933 de illusie om ten- slotte toch een gelijkgerechtigde plaats in de Engelsche conceptie te verwerven had verwis- seld voor de nationaal-socialistische concep tie. In het realisme daarvan bleef er ruimte voor samenwerking met Engeland; tot diep in dezen oorlog heeft Hitler zijn beroep op de Engelsche regeerders herhaald. Er is ook een schemering van kans geweest, dat een duur- zame samenwerking met de Sovjetunie tot stand zou komen, waar de wereld-revolution- naire conceptie wel eens als ,,grauwe theo- rie" scheen te wijken voor een ook hier sterk nationaal teekenende practijk. Maar het een, zoo goed als het ander is denkbeeldig geble- ken. De nationaal-socialistische conceptie, de levenswil van het Duitsche volk, is aan weers- kanten in strijd gewikkeld, met een* Engeland, dat zijn wereldheerschappij tracht te hand- haven, met een gesovjetiseerd Rusland, dat naar de wereldmacht streeft. Wat op het spel staat is Europa. Niet het oude Europa, maar een nieuw. Niet het geo- grafische, maar een politiek Europa. Europa op weg naar zijn eenwording. Niet omdat iemand het wil, maar omdat het moet. Wlant de krachten, die Europa uit elkaar trekken, die de oude orde reddeloos doen ondergaan, zij nemen alle de belemmeringen weg voor de kracht, die vereenigt, de kracht van zelfbehoud. Hoe ook de wereld er na dezen oorlog zal uitzien, Europa moet aan den lijve zoo sterk het gevaar van zijn historischen samenhang ervaren, dat het dezen tijd slechts als politieke eenheid te boven komen kan. AMBULANCE VOOR HET VRIJWILLIGERS-LEGIOEN NEDERLAND. Gep. luitenant-generaal H. A. Seyffardt, oud-chef van den generalen staf, comman dant van het Nederl. vrijwilligerslegioen, ver- zoekt opname van het volgende communique: Tijdens de oorlogen in Abessinie en Finland hebben Nederlandsche ambulances omiddel- lijk hun medewerking verleend bij de verzor- ging van de gewonden. Ook thans worden door het Nederlandsche legioen voorbereidin- gen getroffen om een ambulance samen te stellen, teneinde aan het oostfront geneeskun- dige hulp en bijstand te kunnen geven. Het vrijwilligerslegioen Nederland doet der- halve een beroep op de medewerking van me- dici. verplegend personeel en hulpverpleeg- sters. Hun, die wensehen opgenomen te wor den in de Nederlandsche ambulance, wordt verzocht zich schriftelijk te melden bij het hoofdkwartier van het vrijwilligerslegioen Nederland, Koninginnegracht 22, Den Haag, onder vermelding: afdeeling ambulances. Nadere mededeelingen omtrent de defini- tieve samenstelling van de ambulance zullen in de pers worden bekend gemaakt. KINDEREN VERTREKKEN NAAR DUITSCHLAND. Als onderdeel van het Jugenderholungs- werk der NjS.V. zijn Vrijdag 675 kinderen uit Den Haag, Rotterdam en Limburg met een specialen trein naar Wurtemberg-Hohen- zollern vertrokiken. De Haagsche groep, naar schatting bestaande uit een400 kinderen, verzamelde zich tegen half twaalf voor het station H.S.M. Van hier ging het afdeelings- gewijze naar het tweede perron, waar de trein gereed stond. Op de wagons waren groote plakkaten aangebractit met het opschrift .Deutsche und niederlandische Kinder fahren zur Erholung nach Deutschland". 25 Roman van A. HRUSCHKA (Nadruk verboden) Zij praatten gezellig en Turba moest ver- tellen van zijn ouders en zijn jonge jaren. Voor Marianne scheen dit ontwerp zeer inte- ressant te zijn. Zij wandelden langzaam, zelfs heel traag, en toen ze eindelijk den toren bereikten, zei Marianne: Nu komt u toch voor een oogenblik binnen, doctor, om te hooren of er misschien op Kronstein nog nieuws is. Zij vonden Ilse aan de groote tafel. onder de kroonlichter met de pen in de hand; v6<5r en naast haar lagen een menigte beschreven velletjes papier. Toen Marianne en Turba binnentraden, sprong zij op en viel haar zuster om den hals. Weet je, vroeg zij, voor wien deze lange brief is bestemd? Wel? Voor Marc. Ik roep hem terug naar Kronstein. Zijn onsctiuld is bewezen en die van zijn vader ook! 'En Ilse gaf breedvoerig verslag van haar onderhoud met graaf Klemens. Je begrijpt dat ik Marc dit alles onmid- dellijk moest schrijven. Ik ben er juist mee klaar. en als je maar een oogenblik wilt wach- ten, doctor, dat ik de velletjes genummerd heb, kunt u den brief meenemen en hem doorzenden aan zijn adres. Inderdaad nieuws van groote beteekenis, zei Turba nadenkend en voor Marc moet het een groote verlichting zijn. Want ik geloof, dat de overtuiging van zijn vaders schuld het zwaarst op hem heeft gedrukt... Jammer echter, dat de mededeelingen van graaf Kle mens ons niet de minste vingerwijzing aan- gaande den echten dader geven. Ik vrees, dat uw vader zal weieren, daar rekening mee te houden. Dat ben ik met u eens. Maar voor ons zijn ze beslissend. Misschien zullen de inlieh tingen die Marc nu moet geven, eenig licht in de misdaad brengen. Alleen om zijn vader te sparen heeft Marc tot nu toe hardnekkig gezwegen over de gebeurtenissen van dien nacht. Nu hij van deze bezorgdheid is ver- lost, zal hij niet aarzelen, ronduit alles te zeggen, wat ^ii weet. Dat zullen wij tenminste hopen... HOOFDSTUK XVII. He, juffrouw Ruth! juffrouw Ruth! 't Is de forsche welluidende stem van Kurt Holder. Ruth, die heel allien een voetpad langs den zoom van 't bosch volgt, kijkt snel om en ziet den inspecteur, die dwars door een veld op haar toe komt geijld en hijgend vddr haar blijft staan. O, mijnheer Holder, u hebt me bijna doen schrikken. O, juffrouw Ruth, neem het mij niet kwalijk, bij mijn beroep wordt dat brullen een gewoonte, en ik was bang, dat u mij niet zoudt hooren... Geen gevaar, met zulk een stem! Mag ik u vragen, juffrouw Ruth, waar- heen op dezen eenzamen weg? Er zijn heel wat fraaiere wandelingen. Ik weet het zelf niet. Ik was zoo slecht gehumeurd, dat ik zoo maar ben weggeloo- pen van huis, zonder eenig doel of plan. O wee! slecht gehumeurd! Dan treft het goed, dat we elkaar ontmoeten, want ook mijn humeur laat vandaag veel te wen sehen over. Misschien zullen we elkaar een beetje kunnen opvroolijken... Mij goed... verondersteld, dat u tijd hebt. Maar tijd hebt u eigenlijk nooit. O, juffrouw Ruth, voor u wel! En gisteren nog schreef u, dat we u dezen middag niet mochten verwachten, want dat de tarwe-velden een duchtige inspectie noodig hadden, die in geen geval mocht wor den uitgesteld. Dat is waar' en ik bevond mij juist op weg erheen, maar u is slecht gehumeurd en zoo alleen en dat verandert natuurlijk de situatie. Een beetje hooger op, aan t eind van dezen weg, weet ik een schaduwrijk plekje, waar u heerlijk kunt uitrusten. Goed, breng mij er heen. Na verloop van eenige minuten hebben zij dat aangenaam plaatsje bereikt en met een zucht van verlichting en welbehagen laat de jonge dame zich neer op den met een dikke laag mos bedekten grond. Zal ik nu eindelijk te weten komen, juffrouw Ruth, wat u vandaag zoo kregelig maakt Alles, alles? Op de eerste plaats ben ik boos op Elfi, omdat ze dien akeligen kerel met zijn gele hondenoogen in omzen kring keeft geintroduceerd. Mijn collega van Kronstein heeft dus nog altijd geen genade in uw oogen gevonden Integendeel: hij maakt me iederen dag onpasselijk en ik begrijp waarlijk niet, wat Elfi en Mama aan hem vindem. Wel, von Heiden is zoo'n echte „homme du monde", zoo lief, zoo galant, zoo onder- houdend, zoo... GenoegIk wordt weer cnpasselijk. Be grijpt u dan niet, dat de kerel onze gezellig- heid ieder oogenblik stoort? Vroeger hadden we zulke prettige avondjes, met Dr. Turba en de meisjes Hartlieb. Wij praatten heerlijk 1 De voorste zeven wagons van den trein werden door de Haagsche jeugd ici beslag ge nomen en al spoedig gingen alle vensters open en zwaaiden uit den trein honderden hakenkruisvlaggetjes, die de kinderen even tevoren hadden gekregen. Op het perron stond de stafmuziek van den bevelhebber der Ordnungspolizei in Den Haag, onder leiding van Obesmusikmeister Haihn, die den tijd kortten met het spelen van vroolijke mar- schen. De trein bestond geheel uit eerste en tweede klasse wagons. In den trein was voor een uitstekende verzorging gezorgd. Er ging een dokter mede en enkele verpleegsters en een medicijnkast. Opgetogen namen de kinderen ook afscheid van hun ouders, alien waren blij in het voor- uitzicht van een prachtige vacantie, maar voor sommige ouders was het afscheid nemen toch even moeilijk. Tegen twaalf uur verscheen de Rijkscom- missaris, Rijksminister dr. Seyss Inquart op het perron, vergezeld van commissaris-gene- raal Schmidt, dr. Schuon, den gevolmachtigde van den Rijkscommissaris voor Zuid-Holland en den heer Weber, leider der N.S.V. De Rijkscommissaris liep langs den gehee- len trein en gaf alien kinderen door het por- tierraampje een hand. Nadat dr. Seyss Inquart alle wagons langs was geweest, begaf hij zich naar het hoofd van den trein, waar zich inmidddels ook het muziekkorps had opgesteld. Even daarna klonk het fluitsein van de locomotief en zette de trein zich in beweging. De muziek speelde het bekende Duitsche lied „Musz ich denn, musz ich denn zum Stadle hinaus". iDe rijkscommissaris wuifde lachend de ver- trekkende jeugd toe. DE V BEHEERSCHT DE STRATEN. Ook in pers en radio. Bijna geheel Europa staat thans, meldt D.N.B., in het teeken van een unieke propa- ganda-actie, welke als een soort plebisciet de verbondenheid van honderden millioenen men- schen met den Duitschen strijd en de Duit sche overwinning symboliseert. Deze verbon denheid komt tot uiting in de- letter „V", de beginletter van het woord victoria, als het teeken voor de zekerheid der Duitsche over- winning in den strijd voor Europa, doch ook als teeken, dat slechts diengene toekomt, wiens vanen nog nooit een terugtocht hebben aanschouwd, doch steeds weer de overwin ning. Dit teeken V beheerscht de straten in onteibare steden op het Continent. Het dringt zich in de pers onweerstaanbaar aan den lezer op. Vliegtuigen schrijven in de lucht het teeken V, de radio zendt het in den aether. In Noorwegen staat het op aanplakzuilen en op de muren der huizen, meestal met de spreuk: De overwinning van Duitschland is ook de overwinning van Noorwegen. In Nederland en Belgie straalt dit teeken ''e midden van het straatverkeer den voorbijgan- gers van vluchtheuvels en trottoirs tegemoet. In het gouvernement-generaal staat het op boerderijen en hekken, in het protectoraat be heerscht dit teeken de pers, evenals in andere landen. In Parijs straalt het van den Eiffel- toren tot ver in den omtrek. Daar wordt dit teeken door verzamelaars voor het Roode Kruis verkocht. Overal dragen de menschen dit teeken in het knoopsgat. Het is het teeken, dat thans al degenen, die zich bewust zijn van de Duit sche overwinning aan alle fronten, vereenigt. DE INLEVERING VAN METALEN. Nu de procedure, welke is voorzien in art. 12 van de beschikking van 27 Juni 1941 be treffende de inlevering van metalen, om prac- tische redenen eenigszins is gewijzigd, is het rijksbureau vbor non-ferro metalen gebleken, dat niet alle bedrijven (fabrikanten, hande- laren enz.) nauwkeurig zijn ingelicht omtrent de formaliteiten, welke moeten worden ver- vuld in verband met de enqueteering van de schade, welke door bedrijven, welke tot in levering zijn. verplicht, wordt geleden als gevolg van de inlevering van metalen voor werpen op grond van de verordening no. 108 van 18 Juni 1941 en de uitvoeringsbeschik- king van 27 Juni 1941. In verband hiermede volgt hieronder een uiteenzetting daarvan. Het bedrijf ontvangt bij den oproep van den burgemeester (formulier model 1) tevens een inventarislijst in tweevoud (formulier model 6). Voor groate bedrijven kunnen vervolgbladen op deze inventarislijst even- eens in tweevoud bij den burgemeester wor den aangevraagd. Bedoelde inventarislijst moet voor de in- en musiceerden naar hartelust. En nu Nu maakt zich dat mispunt tot middelpunt van t gezelschap, laat niemand aan het woord komen en dwingt ons alien, aan zijn ver- velende gezels-chapsspelen mee te doen. Zeer juist. 't Heeft mij ook al meer dan eens boos gemaakt... En daar blijft het niet bij: Wat een aan- gename verstrooi'ing was 't voor ons, toen we u op de velden en akkers gingen opzoeken en allerlei interessante uitleggingen .van u kregen... Interesseeren die dingen u werkelijk, juffrouw Ruth O, ja! 't Is alles zoo nieuwe en vreemd voor mij. Ik vind uw beroep mooi, edel, aan- trekkelijk... Met onverdroten verbittering ging zij voort Die kerel heeft natuurlijk geen gevoel voor die dingen. Ondanks zijn speciale stu- dien veracht hij zijn beroep en speelt den dandy. Akkers en velden vervelen hem en 't woord stal alleen reeds maakt hem onpas selijk. Daarom ook schrijft hij ons voor de uitstapjes te paard zoogenaamd nette wegen voor en speelt dan professor, 's Namiddags moet er tennis worden gespeeld, dat wil zeg gen: hij en Elfi spelen en ik mag toekijken: En wat u betreft, u vin-dt altijd nieuwe uit- vluchten om niet te komen en zoo ben ik allien, jammerlijk verlaiten... En dr. Turba en de dames Hartlieb? Die houden u toch gezelschap? O die!... Zij hebben allerlei geheimpjes onder elkaar, praten fluisterend en zijn weg als zij er kans toe zien. Joost mag weten wat die voorhebben. Misschien worden ze odk door von Heiden verjaagd.,. Wat ervan zij, mijnheer Holder, u zult moeten bekennen, dat ik alle redenen heb om slecht geluimd te zijn. O ja, 't is schande dat men u zoo ver- waarloost en op dat punt kan ik, helaas, ook mij zelf niet van alle schuld vrijpleiten. O, voor u is loflijke beroepsijver een vol- doende verontsc'huldiging. Mijn verwijt aan uw adres was dan ook maar scherts. Ik meen trouwens, te mogen aannemen, dat u brjvoor- beeld vandaag liever met ons was uitgere- den, dan... de tarwe-velden en de stallen aan een strenge inspectie te onderwerpen Waarom zou ik het niet eerlijk beken nen? De oorzaak van mijn slecht humeur ligt voornamelijk hierin, dat ik gisteren ge- noodzaakt was, uw invitatie te weigeren. Als onmiddellijk gevolg daarvan, voelde ook ik mij vandaag verschrikkelijk eenzaam en ver- laten... Ruth's gezichtje begon plotseling te stralen. Werkelijk? Dan is het dubbel heerlijk, dat we elkaar toevallig getroffen hebben. Nu zijn we beiden geholpen... Zouden we niet samen een of ander kunnen doen ik be- doel iets, dat binnen den kring uwer beroeps- bezigheden valt, zoodat ik mij geen egoisti- schen aanslag op uw kostbaren tijd behoef te verwijten Prachtiig idee! Wat hebben de anderen voor dezen namiddag op hun program staan Niets. Zooals ik reeds heb gezegd, speelt Elfi tennis met den kerel en Mama ligt op haar ruststoel. kijkt naar het mooie paar en koestert zich in het zonnetje. Ilse Hartlieb moest naar het dorp om een vrien- din te bezoeken, zij loopt er bijna iederen dag heen, omdat die vriendin ziek is. Haar zuster en Dr. Turba vergezellen haar tot het dorp en willen dan ergens heen gaan waar alles vol bloeiende meiklokjes moet staan... Goed, dan stel ik voor ons het volgende voor: En Kurt gaf een program vol aangename afwisseling, dat door Ruth met geestdrif- werd aangenomen. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1941 | | pagina 2