I ilfWl
Liefde's Zegepraal
m
Binnenland
Overspe,nn®"
Inlevering van Metalen.
FEUILLETON
In verband met van den Secretaris-Gene-
raal van het Departement van Binnenland-
sche Zaken ontvangen nadere richtlijnen
brengt de Burgemeester van TERNEUZEN
bij deze het na volgende ter openbare kennis:
Onder de werkingssfeer der Verordening
no. 108/1941 worden geacht voorloopig niet
te vallen:
1. z.g.n. ,,Wellner", „Wemef", of „Gero",-
artikelen e.d., verzilverd, verehroomd, of ver-
nikkeld enz., welke voor een regelmatig tafel-
gebruik noodig zijn (hieronder vallen vorken,
lepels, messen, enz.).
2. verzilverde kleine artikelen (Duitsch:
versilberte Kleinwaren). Hieronder vallen
b.v. kleine kandelaars, -gebakscihalen, -sui-
kerstrooiers, -lepeldoozen, -bekers, voorts
alle kleinere artikelen, die regelmatig op de
eettafel gebruikt worden en vanzelfsprekend
de kleine gebruiksartikelen, als sigarenaan-
stekers, briefopeners, servetringen, lucifers-
doosjes, doch hieronder vallen niet (en moe-
ten dus wel ingeleverd worden)groote pre-
senteerbladen, grotoe vierarmige kandelaars
en dergelijke groote stukken.
Voorts behoeven niet ingeleverd te worden
die artikelen, waarvan het onder de verplich-
ting tot inlevering vallende metaal de helft
of minder weegt dan het geheele artikel, b.v.
borstels, tafelschuiers, electrische apparaten.
Men dient bij de inlevering na te gaan, of b.v.
gasstandaards in hoofdzaak van ijzer zijn,
daar zij dan vrij van inlevering zijn, enz.
Voor zoover noodig zij er op gewezen, dat
nimmer een beroep kan worden gedaan op
inliehtingen betreffende de inlevering van
metalen, welke zijn verstrekt anders dan door
het Bureau Inliehtingen van het Rijksbureau
voor Non-Ferro Metalen, of door de Burge-
meesters (de inleveringsbureaux).
Ingevolge art. 4 lid 1 onder 10 der Veror
dening zijn van inlevering vrijgesteld:
alle voorwerpen, welke bij voortduring ge
bruikt worden en welker onmiddellijke ver-
vanging onvoorwaardelijk noodig zou zijn,
voor zoover deze vervanging niet kan ge-
schieden door voorwerpen, welke niet inge
leverd behoeven te worden.
Aangezien de interpretatie dezer bepaling
inleveringsplichtigen in verschillende geval-
len aanleiding tot twijfel kan geven, of een
voorwerp ingeleverd moet worden of niet
kunnen dergelijke voorwerpen, waarover
twijfel bestaat, door de inleveringsplichtigen
op een lijst model Vtm worden vermeld. In
dit geval behoeven de betrokken voorwerpen
tot nader order niet te worden ingeleverd.
Deze lijst is kosteloos bij de inleverings
bureaux verkrijgbaar en moet binnen 8 dagen
na ontvangst, doch uiterlijk 9 Augustus 1941
ingevuld en door den inleveringsplichtige
onderteekend bij den Burgemeester worden
ingeleverd.
Temeuzen, 21 Juli 1941.
De Burgemeester van Terneuzen,
P. TELLEGEN.
vijandeljjke kampementen ten Westpn van
deze plaats.
Zaterdagmiddag hebben twee Britsche toe-
stellen een poging gedaan tot een aanval op
Tripolis. Onzi; luchtdoelartillerie kwam
weldra tusschenbeide en schoot een dezer
toestellen neer.
DE ZWARE DUITSCHE LUCHTAANVAL
OP DE ENGELSCHE OOSTK.UST.
Reuter meldt, dat de aanvallen van Don-
derctagnacht door de Duitsche luchtmacht
ondernomen op de Oostkust van Groot-Brit-
tannie, de hevigste sedert geruimen tijd wa-
ren. De bommenwerpers naderden in golven
en lieten een groot aantal zware bommen val
len. Verscheidene personen zijn doodelijk ge-
wond. Vooral daar, waar schuilgelegenheden
getroffen werden, terwijl de schade ,,zeer om-
vangrijk" was.
VERANDERINGEN IN DE ENGELSCHE
REGEERING?
S.P.T. meldt uit Londen:
In verband met de eventueele verandering
in de Engelsche regeering meent de Daily
Telegraph te weten, dat Richard Law, de
zoon van den oud-premier Bonar Law,
mogelijk de plaats zou kunnen innemen van
den tegenwoordigen onder-staatssecretaris in
het ministerie van buitenlandsche zaken,
Butler.
Verder spreekt men in politieke kriijgen
alhier het vermoeden uitr dat het ministerie
van voorlichting gereorganiseerd zal worden
en dat aan het hoofd ervan een man zal ge-
plaatst worden, die geen zitting heeft in
de regeering.
„AMER1KA CONTROLEERT
DE TOEVOERWEGEN NAAR JAPAN".
SP.T. meldt uit Tokio:
De Japansche Times, die te Tokio verschijnt
en vaak de spreekbuis van het Japansche
ministerie van buitenlandsche zaken is, heeft
scherp stelling genomen tegen het voornemen
der Vereenigde Staten om de drie eilanden
Midway, Johnston en Palmyra in den Stillen
Oceaan als vloot- en luchtbasis in te richten.
Geestelijken van de Russisch-Orthodoxe
kerk, die de bolsjewisten in hun dier-
lijkcn haat tegen al wat gedaehten aan
God wekt, op beestachtige wijze af-
slachtten.
(Poly goon)
„Het is duidelijk", schrijft het blad, „dat
Amerika hierdoor een controle wil invoeren
op de toevoerwegen naar Japan. Hierdoor
worden ook de grenzen van de Vereenigde
Staten zoowel ter zee als in de lucht naar
het Westen doorgetrokken. Dit is niet be-
doeld als een verdedigingslinie, doch zuiver
als een aanvalsstelling. Het blad besluit zijn
artikel met deze opmerking ,,de tijd, dat
Japan afdoende maatregelen moet nemen
om te voorkomen, dat het wordt ingesloten,
is thans daar".
EEN JAPANSCH PROTEST BIJ DE
SO WJ ET-REGEERING
Men verneemt, aldus United Press, dat
Japan ten krachtigste heeft geprotesteerd bij
de Sowjetunie wegens het leggen van mrjnen
in de Siberische kustwateren, daar de Japan
sche territoriale wateren hierdoor bedreigd
en de Japansche scheepvaart in gevaar ge-
komen is.
WAT STAAT OP HET SPEL?
Nadat de „overwinnaars" in den wereld-
oorl/og getoond hadden door hun ,,overwin-
ning" zoo verzwakt te zijn, dat zij niet bij
rnachte wfeen, om Europa anders te ordenen
dan onder een actiter dein Volkenbond maar
schamel gecamoufleerde politieregiem, hebben
zij, schrijft de N. R. Crt., eenige. jaren later,
op de conferentie te Genua, deze onmacht
nog eens bevestigd.
Deze conferentie was bijeengeroepen om in
Europa een normaal economisch leven te her-
stellen. Niet alleen Duitschland, ook Sovjet-
Rusland was tot deze conferentie uitgenoo-
digd. Wanneer toentertijd Engeland (dat al-
thans begrip voor de situatie toonde) en
Franikrijk den moed, met andere woorden de
kracht gehad hadden, om met voorstellen te
komen, die, met erkenning van de Duitsche
en Russische levensredhten, op een snel eco
nomisch herstel van derzelver volkshuishou-
dingen gericht waren, dan lijdt het welhaast
geen twijfel, dat de geschiedenis van Europa
sindsdien een heel wat minder tragischen loop
zou hebben genomen, dah waarvan wij ge-
tuige zijn geweest.
Het is vooral Frankrijk geweest, dat, in het
bewustzijn van zijn steeds afnemende volks-
kracht, de hulpverleening heeft - tegengehou-
den, die nochtans noodig was, om ook het
wereldverkeer, door wederinsehakeling van de
Duitsche en Russische volkshuishoudingen,
weer gezond te zlen worden. Dat aldus de in
wezen Engelsche conceptie van een op vrije
mededinging berustende wereldhuishouding
onderging, was niet omdat het Fransche volk
te bekrompen van bliik was om de grootsch-
heid van zulk een conceptie te vatten. Het
was omdat het Fransche volk zich biologisch
niet meer in staat gevoelde, om dit spel door
macht te beheerschen, zooals Engeland nog
altijd meent wel te kunnen. Bij een weder-
opkomend Duitschland, een opkomend Rus-
land, zou het, zelf onherroepelijk afglijdend,
wellicht niet eens meer een begeerlijk hulp-
volk voor Engeland zijn voor zijn politiek tot
handhaving van een Europeesch evenwicht.
De handhaving van Frankrijk's positie was
ervan afhankelijk, dat Engeland op zijn steun
op het vasteland aangewezen bleef.
Zoo wortelde dan de Fransche politiek in
deze periode in geenr ander besef, dan hetgeen
Duitschland in het nationaal-socialisme niet
alleen als bezit verworven, maar als motor
in dienst gesteld heeft; het besef, dat,
welke politiek een land ook voert, zij steunt
op de door de volkskracht te verwezenlijken
macht. Zoo gering was deze kracht van het
Fransche volk geworden, dat het zich niet
eens meer vermanen kon om een positieve
rol te spelen, het kon, in het negatieve, er
nog slechts op uit zijn om te verhinderen, dat
elders de volkskracht tot ontwikkeling kwam.
Maar daardoor heeft het niet alleen ande-
ren volkem schade en onrecht aangedaan; het
heeft niet alleen het herstel van een gezond
wereldverkeer onmogelijk gemaakt. Het heeft
ook de Engelsche conceptie eener op vrije
mededinging berustende wereldhuishouding
van haar luister beroofd en er van overgela-
ten, wat zij in werkelijkheid is: een uitdruk-
king van Engelsche aanspraken op de we-
reldmacht, niet in overeenstemming met de
aanwezige volkskracht. Het Engelsche volk
is geen Atlas, in staat om de wereld te tor-
sen; of eigenlijk is het wel, in zooverre, dat
de last van de wereldheerschappij het een
straf geworden is, een straf vooral, sedert
de poging om haar op een kunstmatige we-
reldreehtsorde, aldus op andere schouders, te
laten steunen, in het bestel van den Volken
bond, van den aanvang af was mislukt.
Aangezien de Engelsche volkskracht niet
toereikend (meer) is om zjjn aanspraken op
de wereldheerschappij te schragen, werd de
conceptie van een op vrije mededinging be
rustende wereldhuishouding een abstractie.
Een abstractie werd het denkbeeld van een
wereldrechtsorde, waarin deze wereldhuis
houding zou zijn geregeld en de Volkenbond
dientengevolge gezichtsbedrog.
Te verwezenlijken zouden zij slechts zijn
geweest, wanneer Engeland den moed gehad
had en dus ook bij machte was geweest om
Duitschland en Rusland, onafhankelijk van
wie ook, als gelijkgerechtigde mededingers
te herstellen. Het heeft het, tezamen met
Frankrijk, misschien willen probeeren. De
mislukking van de conferentie van Genua
heeft alleen bewezen, dat het niet om het
begrip en de concepties gaat, maar in laatste
instantie altijd weer om de volkskracht ter
verwezenlijking en van het volk.
•Het ging ook niet om eenig begrip of eeni
ge conceptie, toen Duitschland en Sovjet-
Rusland elkaar te Rapallo vonden. Ook daar
ging het om twee volkeren ook al is Rus
land op zichzelf een volkerengaarde. Ook
onder het bolsjewistische regiem was het
geen ketterij meer om van het Groot-Russi-
sche volk als primus inter pares te gewagen,
zijn voorrang kwam de andere honderdvijftig
aldus te erkennen.
Het Duitsche volk had zooeven de revolu-
tie in den zin van het, Russische bolsjewisme
afgewezen. Eigenlijk bleef het er naar hun-
keren in de Engelsche conceptie eener op
vrije mededinging berustende wereldhuishou
ding te worden opgenomen, een illusie, welke
eerst door de machtsaanvaarding van het na
tionaal-socialisme zou worden prijsgegeven.
Rusland daarentegen voelde zich „omsingeld"
en wat daar nu voor ideologischen draai aan
werd gegeven, in feite kwam het er op neer,
dat het zich in de bevestiging van zijn vol'ks-
bestaan bedreigd gevoelde.
Ook al hebben deze volkeren dus sedert
Rapallo, gelijk reeds vele malen eerder, een
kort gedeelte van den weg der geschiedenis
samenwerikend afgelegd, in hun conceptie van
wereldordening bleven zij uiteen gaan, ook
toen Duitschland in 1933 de illusie om ten-
slotte toch een gelijkgerechtigde plaats in de
Engelsche conceptie te verwerven had verwis-
seld voor de nationaal-socialistische concep
tie. In het realisme daarvan bleef er ruimte
voor samenwerking met Engeland; tot diep
in dezen oorlog heeft Hitler zijn beroep op de
Engelsche regeerders herhaald. Er is ook een
schemering van kans geweest, dat een duur-
zame samenwerking met de Sovjetunie tot
stand zou komen, waar de wereld-revolution-
naire conceptie wel eens als ,,grauwe theo-
rie" scheen te wijken voor een ook hier sterk
nationaal teekenende practijk. Maar het een,
zoo goed als het ander is denkbeeldig geble-
ken. De nationaal-socialistische conceptie, de
levenswil van het Duitsche volk, is aan weers-
kanten in strijd gewikkeld, met een* Engeland,
dat zijn wereldheerschappij tracht te hand-
haven, met een gesovjetiseerd Rusland, dat
naar de wereldmacht streeft.
Wat op het spel staat is Europa. Niet het
oude Europa, maar een nieuw. Niet het geo-
grafische, maar een politiek Europa. Europa
op weg naar zijn eenwording. Niet omdat
iemand het wil, maar omdat het moet.
Wlant de krachten, die Europa uit elkaar
trekken, die de oude orde reddeloos doen
ondergaan, zij nemen alle de belemmeringen
weg voor de kracht, die vereenigt, de kracht
van zelfbehoud. Hoe ook de wereld er na dezen
oorlog zal uitzien, Europa moet aan den lijve
zoo sterk het gevaar van zijn historischen
samenhang ervaren, dat het dezen tijd slechts
als politieke eenheid te boven komen kan.
AMBULANCE VOOR
HET VRIJWILLIGERS-LEGIOEN
NEDERLAND.
Gep. luitenant-generaal H. A. Seyffardt,
oud-chef van den generalen staf, comman
dant van het Nederl. vrijwilligerslegioen, ver-
zoekt opname van het volgende communique:
Tijdens de oorlogen in Abessinie en Finland
hebben Nederlandsche ambulances omiddel-
lijk hun medewerking verleend bij de verzor-
ging van de gewonden. Ook thans worden
door het Nederlandsche legioen voorbereidin-
gen getroffen om een ambulance samen te
stellen, teneinde aan het oostfront geneeskun-
dige hulp en bijstand te kunnen geven.
Het vrijwilligerslegioen Nederland doet der-
halve een beroep op de medewerking van me-
dici. verplegend personeel en hulpverpleeg-
sters. Hun, die wensehen opgenomen te wor
den in de Nederlandsche ambulance, wordt
verzocht zich schriftelijk te melden bij het
hoofdkwartier van het vrijwilligerslegioen
Nederland, Koninginnegracht 22, Den Haag,
onder vermelding: afdeeling ambulances.
Nadere mededeelingen omtrent de defini-
tieve samenstelling van de ambulance zullen
in de pers worden bekend gemaakt.
KINDEREN VERTREKKEN NAAR
DUITSCHLAND.
Als onderdeel van het Jugenderholungs-
werk der NjS.V. zijn Vrijdag 675 kinderen
uit Den Haag, Rotterdam en Limburg met
een specialen trein naar Wurtemberg-Hohen-
zollern vertrokiken. De Haagsche groep, naar
schatting bestaande uit een400 kinderen,
verzamelde zich tegen half twaalf voor het
station H.S.M. Van hier ging het afdeelings-
gewijze naar het tweede perron, waar de trein
gereed stond. Op de wagons waren groote
plakkaten aangebractit met het opschrift
.Deutsche und niederlandische Kinder fahren
zur Erholung nach Deutschland".
25
Roman van A. HRUSCHKA
(Nadruk verboden)
Zij praatten gezellig en Turba moest ver-
tellen van zijn ouders en zijn jonge jaren.
Voor Marianne scheen dit ontwerp zeer inte-
ressant te zijn.
Zij wandelden langzaam, zelfs heel traag,
en toen ze eindelijk den toren bereikten, zei
Marianne:
Nu komt u toch voor een oogenblik
binnen, doctor, om te hooren of er misschien
op Kronstein nog nieuws is.
Zij vonden Ilse aan de groote tafel. onder
de kroonlichter met de pen in de hand; v6<5r
en naast haar lagen een menigte beschreven
velletjes papier.
Toen Marianne en Turba binnentraden,
sprong zij op en viel haar zuster om den hals.
Weet je, vroeg zij, voor wien deze lange
brief is bestemd?
Wel?
Voor Marc. Ik roep hem terug naar
Kronstein. Zijn onsctiuld is bewezen en die
van zijn vader ook!
'En Ilse gaf breedvoerig verslag van haar
onderhoud met graaf Klemens.
Je begrijpt dat ik Marc dit alles onmid-
dellijk moest schrijven. Ik ben er juist mee
klaar. en als je maar een oogenblik wilt wach-
ten, doctor, dat ik de velletjes genummerd
heb, kunt u den brief meenemen en hem
doorzenden aan zijn adres.
Inderdaad nieuws van groote beteekenis,
zei Turba nadenkend en voor Marc moet het
een groote verlichting zijn. Want ik geloof,
dat de overtuiging van zijn vaders schuld het
zwaarst op hem heeft gedrukt... Jammer
echter, dat de mededeelingen van graaf Kle
mens ons niet de minste vingerwijzing aan-
gaande den echten dader geven. Ik vrees, dat
uw vader zal weieren, daar rekening mee te
houden.
Dat ben ik met u eens. Maar voor ons
zijn ze beslissend. Misschien zullen de inlieh
tingen die Marc nu moet geven, eenig licht
in de misdaad brengen. Alleen om zijn vader
te sparen heeft Marc tot nu toe hardnekkig
gezwegen over de gebeurtenissen van dien
nacht. Nu hij van deze bezorgdheid is ver-
lost, zal hij niet aarzelen, ronduit alles te
zeggen, wat ^ii weet.
Dat zullen wij tenminste hopen...
HOOFDSTUK XVII.
He, juffrouw Ruth! juffrouw Ruth!
't Is de forsche welluidende stem van Kurt
Holder.
Ruth, die heel allien een voetpad langs den
zoom van 't bosch volgt, kijkt snel om en ziet
den inspecteur, die dwars door een veld op
haar toe komt geijld en hijgend vddr haar
blijft staan.
O, mijnheer Holder, u hebt me bijna
doen schrikken.
O, juffrouw Ruth, neem het mij niet
kwalijk, bij mijn beroep wordt dat brullen een
gewoonte, en ik was bang, dat u mij niet
zoudt hooren...
Geen gevaar, met zulk een stem!
Mag ik u vragen, juffrouw Ruth, waar-
heen op dezen eenzamen weg? Er zijn heel
wat fraaiere wandelingen.
Ik weet het zelf niet. Ik was zoo slecht
gehumeurd, dat ik zoo maar ben weggeloo-
pen van huis, zonder eenig doel of plan.
O wee! slecht gehumeurd! Dan treft het
goed, dat we elkaar ontmoeten, want
ook mijn humeur laat vandaag veel te wen
sehen over. Misschien zullen we elkaar een
beetje kunnen opvroolijken...
Mij goed... verondersteld, dat u tijd
hebt. Maar tijd hebt u eigenlijk nooit.
O, juffrouw Ruth, voor u wel!
En gisteren nog schreef u, dat we u
dezen middag niet mochten verwachten, want
dat de tarwe-velden een duchtige inspectie
noodig hadden, die in geen geval mocht wor
den uitgesteld.
Dat is waar' en ik bevond mij juist op
weg erheen, maar u is slecht gehumeurd en
zoo alleen en dat verandert natuurlijk de
situatie. Een beetje hooger op, aan t eind
van dezen weg, weet ik een schaduwrijk
plekje, waar u heerlijk kunt uitrusten.
Goed, breng mij er heen.
Na verloop van eenige minuten hebben zij
dat aangenaam plaatsje bereikt en met een
zucht van verlichting en welbehagen laat de
jonge dame zich neer op den met een dikke
laag mos bedekten grond.
Zal ik nu eindelijk te weten komen,
juffrouw Ruth, wat u vandaag zoo kregelig
maakt
Alles, alles? Op de eerste plaats ben
ik boos op Elfi, omdat ze dien akeligen kerel
met zijn gele hondenoogen in omzen kring
keeft geintroduceerd.
Mijn collega van Kronstein heeft dus
nog altijd geen genade in uw oogen gevonden
Integendeel: hij maakt me iederen dag
onpasselijk en ik begrijp waarlijk niet, wat
Elfi en Mama aan hem vindem.
Wel, von Heiden is zoo'n echte „homme
du monde", zoo lief, zoo galant, zoo onder-
houdend, zoo...
GenoegIk wordt weer cnpasselijk. Be
grijpt u dan niet, dat de kerel onze gezellig-
heid ieder oogenblik stoort? Vroeger hadden
we zulke prettige avondjes, met Dr. Turba
en de meisjes Hartlieb. Wij praatten heerlijk
1
De voorste zeven wagons van den trein
werden door de Haagsche jeugd ici beslag ge
nomen en al spoedig gingen alle vensters
open en zwaaiden uit den trein honderden
hakenkruisvlaggetjes, die de kinderen even
tevoren hadden gekregen. Op het perron
stond de stafmuziek van den bevelhebber der
Ordnungspolizei in Den Haag, onder leiding
van Obesmusikmeister Haihn, die den tijd
kortten met het spelen van vroolijke mar-
schen. De trein bestond geheel uit eerste en
tweede klasse wagons. In den trein was voor
een uitstekende verzorging gezorgd. Er ging
een dokter mede en enkele verpleegsters en
een medicijnkast.
Opgetogen namen de kinderen ook afscheid
van hun ouders, alien waren blij in het voor-
uitzicht van een prachtige vacantie, maar
voor sommige ouders was het afscheid nemen
toch even moeilijk.
Tegen twaalf uur verscheen de Rijkscom-
missaris, Rijksminister dr. Seyss Inquart op
het perron, vergezeld van commissaris-gene-
raal Schmidt, dr. Schuon, den gevolmachtigde
van den Rijkscommissaris voor Zuid-Holland
en den heer Weber, leider der N.S.V.
De Rijkscommissaris liep langs den gehee-
len trein en gaf alien kinderen door het por-
tierraampje een hand.
Nadat dr. Seyss Inquart alle wagons langs
was geweest, begaf hij zich naar het hoofd
van den trein, waar zich inmidddels ook het
muziekkorps had opgesteld. Even daarna
klonk het fluitsein van de locomotief en zette
de trein zich in beweging. De muziek speelde
het bekende Duitsche lied „Musz ich denn,
musz ich denn zum Stadle hinaus".
iDe rijkscommissaris wuifde lachend de ver-
trekkende jeugd toe.
DE V BEHEERSCHT DE STRATEN.
Ook in pers en radio.
Bijna geheel Europa staat thans, meldt
D.N.B., in het teeken van een unieke propa-
ganda-actie, welke als een soort plebisciet de
verbondenheid van honderden millioenen men-
schen met den Duitschen strijd en de Duit
sche overwinning symboliseert. Deze verbon
denheid komt tot uiting in de- letter „V", de
beginletter van het woord victoria, als het
teeken voor de zekerheid der Duitsche over-
winning in den strijd voor Europa, doch ook
als teeken, dat slechts diengene toekomt,
wiens vanen nog nooit een terugtocht hebben
aanschouwd, doch steeds weer de overwin
ning. Dit teeken V beheerscht de straten in
onteibare steden op het Continent. Het
dringt zich in de pers onweerstaanbaar aan
den lezer op. Vliegtuigen schrijven in de lucht
het teeken V, de radio zendt het in den aether.
In Noorwegen staat het op aanplakzuilen
en op de muren der huizen, meestal met de
spreuk: De overwinning van Duitschland is
ook de overwinning van Noorwegen. In
Nederland en Belgie straalt dit teeken ''e
midden van het straatverkeer den voorbijgan-
gers van vluchtheuvels en trottoirs tegemoet.
In het gouvernement-generaal staat het op
boerderijen en hekken, in het protectoraat be
heerscht dit teeken de pers, evenals in andere
landen. In Parijs straalt het van den Eiffel-
toren tot ver in den omtrek. Daar wordt dit
teeken door verzamelaars voor het Roode
Kruis verkocht.
Overal dragen de menschen dit teeken in
het knoopsgat. Het is het teeken, dat thans
al degenen, die zich bewust zijn van de Duit
sche overwinning aan alle fronten, vereenigt.
DE INLEVERING VAN METALEN.
Nu de procedure, welke is voorzien in art.
12 van de beschikking van 27 Juni 1941 be
treffende de inlevering van metalen, om prac-
tische redenen eenigszins is gewijzigd, is het
rijksbureau vbor non-ferro metalen gebleken,
dat niet alle bedrijven (fabrikanten, hande-
laren enz.) nauwkeurig zijn ingelicht omtrent
de formaliteiten, welke moeten worden ver-
vuld in verband met de enqueteering van de
schade, welke door bedrijven, welke tot in
levering zijn. verplicht, wordt geleden als
gevolg van de inlevering van metalen voor
werpen op grond van de verordening no. 108
van 18 Juni 1941 en de uitvoeringsbeschik-
king van 27 Juni 1941. In verband hiermede
volgt hieronder een uiteenzetting daarvan.
Het bedrijf ontvangt bij den oproep van
den burgemeester (formulier model 1) tevens
een inventarislijst in tweevoud (formulier
model 6). Voor groate bedrijven kunnen
vervolgbladen op deze inventarislijst even-
eens in tweevoud bij den burgemeester wor
den aangevraagd.
Bedoelde inventarislijst moet voor de in-
en musiceerden naar hartelust. En nu Nu
maakt zich dat mispunt tot middelpunt van
t gezelschap, laat niemand aan het woord
komen en dwingt ons alien, aan zijn ver-
velende gezels-chapsspelen mee te doen.
Zeer juist. 't Heeft mij ook al meer dan
eens boos gemaakt...
En daar blijft het niet bij: Wat een aan-
gename verstrooi'ing was 't voor ons, toen we
u op de velden en akkers gingen opzoeken
en allerlei interessante uitleggingen .van u
kregen...
Interesseeren die dingen u werkelijk,
juffrouw Ruth
O, ja! 't Is alles zoo nieuwe en vreemd
voor mij. Ik vind uw beroep mooi, edel, aan-
trekkelijk...
Met onverdroten verbittering ging zij
voort
Die kerel heeft natuurlijk geen gevoel
voor die dingen. Ondanks zijn speciale stu-
dien veracht hij zijn beroep en speelt den
dandy. Akkers en velden vervelen hem en
't woord stal alleen reeds maakt hem onpas
selijk. Daarom ook schrijft hij ons voor de
uitstapjes te paard zoogenaamd nette wegen
voor en speelt dan professor, 's Namiddags
moet er tennis worden gespeeld, dat wil zeg
gen: hij en Elfi spelen en ik mag toekijken:
En wat u betreft, u vin-dt altijd nieuwe uit-
vluchten om niet te komen en zoo ben ik
allien, jammerlijk verlaiten...
En dr. Turba en de dames Hartlieb?
Die houden u toch gezelschap?
O die!... Zij hebben allerlei geheimpjes
onder elkaar, praten fluisterend en zijn weg
als zij er kans toe zien. Joost mag weten
wat die voorhebben. Misschien worden ze odk
door von Heiden verjaagd.,. Wat ervan zij,
mijnheer Holder, u zult moeten bekennen,
dat ik alle redenen heb om slecht geluimd te
zijn.
O ja, 't is schande dat men u zoo ver-
waarloost en op dat punt kan ik, helaas, ook
mij zelf niet van alle schuld vrijpleiten.
O, voor u is loflijke beroepsijver een vol-
doende verontsc'huldiging. Mijn verwijt aan
uw adres was dan ook maar scherts. Ik meen
trouwens, te mogen aannemen, dat u brjvoor-
beeld vandaag liever met ons was uitgere-
den, dan... de tarwe-velden en de stallen aan
een strenge inspectie te onderwerpen
Waarom zou ik het niet eerlijk beken
nen? De oorzaak van mijn slecht humeur
ligt voornamelijk hierin, dat ik gisteren ge-
noodzaakt was, uw invitatie te weigeren. Als
onmiddellijk gevolg daarvan, voelde ook ik
mij vandaag verschrikkelijk eenzaam en ver-
laten...
Ruth's gezichtje begon plotseling te stralen.
Werkelijk? Dan is het dubbel heerlijk,
dat we elkaar toevallig getroffen hebben. Nu
zijn we beiden geholpen... Zouden we niet
samen een of ander kunnen doen ik be-
doel iets, dat binnen den kring uwer beroeps-
bezigheden valt, zoodat ik mij geen egoisti-
schen aanslag op uw kostbaren tijd behoef
te verwijten
Prachtiig idee! Wat hebben de anderen
voor dezen namiddag op hun program staan
Niets. Zooals ik reeds heb gezegd,
speelt Elfi tennis met den kerel en Mama
ligt op haar ruststoel. kijkt naar het mooie
paar en koestert zich in het zonnetje. Ilse
Hartlieb moest naar het dorp om een vrien-
din te bezoeken, zij loopt er bijna iederen dag
heen, omdat die vriendin ziek is. Haar zuster
en Dr. Turba vergezellen haar tot het dorp
en willen dan ergens heen gaan waar alles
vol bloeiende meiklokjes moet staan...
Goed, dan stel ik voor ons het volgende
voor:
En Kurt gaf een program vol aangename
afwisseling, dat door Ruth met geestdrif-
werd aangenomen.
(Wordt vervolgd.)