TERNEUZEN, 4 JUNI 1941.
opnieuw een afdeeling valschermjagers met
wie ze den strijd om den taelangrijken weg
voortzetten. Ook toen werden Britten gevan-
gen genomen. Schmeling kreeg den indruk,
dat de Tommies blij waren, dat het vechten
voor hen eindelijk uit was. Geen enkele pro-
beerde, ondanks de dikwijls moeilijke situatie
van de valschermjagers, te ontvluchten.
Op de vraag, hoe de Engelschen hadden
gevochten, zei Max Schmeling, dat de Tom
mies weliswaar zich taai hadden gehouden,
maar zich nooit tot het laatste schot ver-
dedigden. Meestal weken ze in het donker
om een nieuwe stelling te betrekken of ze
oaven zich aan de vermetel aanstormende
parachutisteh over. De correspondent spak
hem eindelijk over de reeds vermelde mis-
handeling van Duitsche krijgsgevangenen.
Schmeling toonde zich een ridderlijk sports
man: ,,wij willen niet alien over den kam
scheren, vele Tommies hebben zich ook naar
soldatenzede behoorlijk gedragen. Ik heb b.v.
met eigen oogen gezien, hoe een in onze han-
den gevallen Engelsche officier van gezond-
heid in een noodlazaret meehielp, en dit, het-
welk we in een vleugel van de gevangenis
hadden ingericht, was niet bepaald gerieflijk.
Voor het overige geeft hij grootendeels de
schuld aan ophitsing door de Kretenzers.
MISBRUIK VAN
DUITSCHE UNIFORMEN OP KRETA.
Britsche soldaten hebben, naar het D.N.B.
vemeemt, in verscheidene gevallen bij de ge
vechten op Kreta door misbruik van Duitsche
uniformen en onderscheidingsteekenen de
wetten van he volkenrecht ten zeerste ge-
schonden. Zoo rapporteert de leider van een
gevechtsafdeeling hoe in een sector op wes-
telijk Kreta toeging: „Op een voor ons lig-
gende hoogte zagen wij een man in de uni
form van een Duitschen valschermjager, die
met 'n hakenkruisvlag zwaaide. In de meening
dat deze hoogte reeds door Duitsche soldaten
bezet was, stormden wij tegen den berg op.
Plotseling werden wij door een moorddadig
vuur ontvangen, dat den meesten kameraden
het leven kostte. Met een spottenden lach
kwam toen een groep Britsche soldaten te
voorschijn, onder wie ook de man met de
Duitsche uniform, die hij blijkbaar een Duit
schen krijgsgevangene had ontnomen. Ik kor.
mijn leven slechts redden door te doen alsof
ik dood was em zoolang te blijven liggen tot-
dat de Britten waren af getrokken."
In een laagte bij het vliegveld Maleme op
Kreta hebben (Duitsche soldaten de lijken van
15 Duitsche valschermjagers gevonden. De
lijken waren naakt en vertoonden de sporen
van de ergste verminkingen en martelingen.
Op de met bloed bevlekte lichamen zag men
emstige door zweepslagen veroorzaakte won-
den. Hals en hoofd waren bedekt met schot-
wonden. Klaarblijkelijk hebben de moorde-
r.aars hun weerlooze slachtoffers na onmen-
schelijke martelingen door talrijke schoten
gedood. Deze afschuwelijke vondst bewijst,
dat de bevolking van Kreta alle bepalingen
van het volkenrecht genegeerd heeft.
ENGELSCH KONVOOI VAN KRETA TE
GIBRALTAR AANGEKOMEN.
Naar het D.N.B. uit Algeciras meldt is te
Gibraltar een konvooi van Kreta aangekomen
met Britsche troepen aan boord. Het werd
beschermd door torpedobooten. Van een
vliegkampschip en een linieschip werd een
groot aamtal gewonden en een aantal dooden
aan land gebracht.
Op het Italiaansche eiland Rhodus in den
Dodekanesos zijn 200 matrozen van den tot
zinken gebrachten Britschen torpedobootjager
Hereward aan land gezet. De Hereward
werd op 29 Met door Italiaansche luchtstrijd-
krachten tot zinken gebracht, toen Britsche
vlootstrijdkrachten de landingsactie van Ita
liaansche troepen in Oostelijk Kreta door aan-
vallen op transportvliegtuigen probeerden te
verhinderen.
DE BOMMEN OP DUBLIN.
Naar men in politieke kringen te Berlijn
vemeemt, aldus meldt het A.N.P., zou naar
aamleiding van de bommen, die enkele dagen
geleden op Dublin gevallen zijn, een Iersche
protestnota naar Berlijn onderweg zijn. Er is
hier in ieder geval nog geen demarche onder-
nomen, naar men in de Wilhelmstrasse mee-
deelde.
Op de vraag van buitenlandsche journalis-
ten, of van Duitsche zijde een onderzoek naar
deze kwestie wordt ingesteld werd geant-
woord, dat dit eerst kan geschieden, als
Duitschland over den -gang van zaken is in-
gelicht.
LIVERPOOL EN CARDIFF HET MIKPUNT
VAN LUCHTAANVALLEN.
(Het D.NjB. meldt uit Berljjn:
Zaterdagnacht heeft het Duitsche lucht-
wapen verschillende aanvallen ondernomen
op militaire inrichtingen in havensteden aan
de Ehgelsche Westkust. Liverpool en Bristol
alsmede Cardiff waren het doel van de suc-
cesrijke bomaanvallen. Verscheidene branden
konden door de vliegtuigbemanningen worden
waargenomen. Bovendien werden bij een
anderen aanval de werven van Cowes op suc-
sesrijke wijze met bommen bestookt, waar-
door verscheidene branden ontstonden.
Naar Stefani uit iRome meldt, hebben Ita
liaansche bommenwerpers Zaterdagnacht de
havenwerken van La IValetta op Malta be
stookt. De aanval heeft belangrijke resul-
ten opgeleverd. Elr werden branden waarge
nomen en de opslagplaatsen op de kaden
werden door de bommen zwaar gehavend.
Ook aan het Afrikaansche front werden
Vrijdag vijandelijke troepenconcentraties aan-
gevallen en werden den vijand talrijke ver-
liezen toegebracht. Het zwaartepunt van de
aanvallen lag aan de kust in het gebied van
Boeg-Boeg.
HET SUCCES
VAN DEN HANDELSOORLOG TEGEN
ENGELAND.
Het opperbevel van de Duitsche weermacht
maakte Dinsdag bekend:
Marine en luchtwapen hebben ook in de
maand Mei den handelsoorlog tegen Groot-
Brittannie met goed succes voortgezet. De
vijand verloor in deize maand in totaal 746.000
ton koopvaardijscheepsruimte. Hiervam werden
479.000 ton door het duikbootwapen, 215.000
door het luchtwapen en de rest door tooven-
waterstrijdkrachten van de marine tot zinken
gebracht. Hierin zijn niet begrepen de ver-
liezen welke de vijand heeft geleden door het
varen op de mijnen.
Het luchtwapen heeft Dinsdag overdag en
des nachts bij aanvallen op krachtige be-
schermde convooien voor de Britsche Oost-
kust vijf koopvaardijschepen ernstig bescha-
digd. Gevechtsvliegtuigen hebben in den
At'lantischen Oceaan, ten Westen van de
Faror-eilanden bomtreffers geplaatst op een
groot koopvaardijschip. Overdag werden
bovendien de havenwerken aan de monding
van de Tyne en van de Humber gebombar-
deerd.
In Noord-Afrika geringe bedrijvigheid van
artillerie voor Tobroek.
De vijand heeft overdag met enkele vlieg-
tuigen, beschermd door het laag hangende
wolkendek, bommen geworpen op Sleeswijk-
Holstein. De projectielen richtten slechs on-
belangrijke schade aan. Jachtvliegtuigen
schoten daarbij twee Britsche gevechtstoestel-
len neer.
Des nachts liet de vijand op verscheidene
plaatsen van West- en Noord-Duitschland
brand- en brisantbommen vallen. Enkele
afzonderlijke vliegtuigen drongen door tot
Berlijn. De aanvallen eischten geringe ver-
liezen aan dooden en gewonden en veroor-
zaakten schade aan gebouwen in woonwijken.
Er ontstond geen schade aan militaire mrich-
tingen of aan inrichtingen, welke van belang
zijn voor de oorlogvoering.. Nachtjagers en
luchtdoelartillerie schoten drie van de aan-
vallende Britsche vliegtuigen omlaag.
Tijdens de gevechten' op Kreta heeft zich
een compagnie bergjagers onder bevel van
eerste-luitenant Walter bijzonder onderschei-
den. De compagnie drong tot ver in den rug
van den vijand door, bezette een brug, welke
voor ontploffing in gereedheid was gebracht
en beschermde deze brug voor de hierop aan-
sluitende achtervolgingsgevechten.
AMERIKAANSCHE DESKUNDIGEN OVER
DE TACTIEK DER ZWEEFVLUCHT-
TRANSPORTEN.
United Press meldt uit New-York:
Het resultaat van de veldtocht tegen Kreta
wordt door vele Amerikaansche deskundigen
belangrijker geacht dan de afloop van de zee-
gevechten in den Noordelijken Atlantischen
Oceaan, waar de Hood en de Bismarck
ondergingen. In goed ingelichte kringen ge-
looft men dat de operaties tegen Kreta mo-
gelijk een verregaande wijziging in de stra-
tegische plannen op luchtvaartgebied van de
militaire autoriteiten der Vereenigde Staten
tengevolge zullen hebben. Zeker zal men zich
nu intensiever bezig houden met het bestu-
deeren van de tactiek der zweefvlucht-
transporten, die op Kreta voor de eerste
maal in de geschiedenis vrijwel zonder steun
van de vloot zijn uitgevoerd om in een ver-
sterkt eiland binnen te dringen. De Duitschers
hebben daarmede een prestatie zonder voor-
beeld geleverd. Bovendien hebben zij een
meesterlijke samenwerking tusschen alle dee-
len der luchtmacht vertoond. De grootste
strategische handicap voor Engeland in de
gevechten om Kreta was de insluiting door
steunpunten van de mogendheden der spil,
waartegenover, na het verlies van de vlieg-
velden op Kreta, het naastbijzijnde Engelsche
luchtsteunpunt in Egypte gelegen was. Vele
deskundigen uiten de meening dat de slag om
Kreta een nieuw bewijs is voor de stelling, dat
zeestrijdkrachten in begrensde wateren mach-
teloos zijn, indien zij niet ondersteund worden
door luchtstrijdkrachten, die hun basis op het
land hebben.
AMERIKAANSCHE TROEPEN OP
GROENLAND?
De Britsche Nieuwsdienst meldt volgens
D.N.B., dat troepen uit de Vereenigde Staten
op Groenland zijn aangekomen. Naar het
heet willen ze er vliegvelden aanleggen.
BUITENLANDSCHE INGEZETENEN
TE WERK GESTELD.
Alle in Groot-Brittannie wonende buiten-
landers in den leeftijd van 16 tot 65 jaar,
zullen voor zoover zij niet zijn ge'interneerd,
zich in den loop van den maand Juni voor
arbeid in de Engelsche oorlogsindustrie of
in den landbouw ter beschikking moeten stel-
len, melden de Londensche bladen. Voor
vrouwen is de leeftijdsgrens gesteld op vijftig
jaar. Onder hen, die tot deze verplichting tot
aanmelding vallen, bevinden zich ook 6000
vluchtelingen uit Duitschland, Oostenrijk en
Italie. De vreemdelingen zullen voor zoover
mogelijk in nationale groepen, tegen dezelfde
loonen en onder dezelfde voorwaarden als
Engelsche arbeiders werken. Men stelt thans
pogingen in het werk om de buitenlanders
die op het eiland Man zijn ge'interneerd, vrij
te laten en in de Engelsche oorlogsindustrie
te werk te stellen. (iS.P.T.)
DE DOOD VAN GENERAAL FREYBERG
TEGENGESPROKEN.
Naar het D.N.B. uit Geneve meldt, wordt
het uit Engelsche bron afkomstige bericht,
dat de opperbevelhebber der Britsche troepen
op Kreta, de Nieuw-Zeelandsche luitenant-
generaal Freyberg, bij een vliegtuigongeval
om het leven zou zijn gekomen, thans door
Reuter officieel tegengesproken.
DE OORLOG TER ZEE.
'Het D.N.B. meldt uit Berlijn:
De duikboot, die volgens het weermachts-
bericht Zondag door Duitsche gevechtsvlieg
tuigen vemield is, medegerekend, heeft de
Britsche vloot gedurende de maand Mei vier
duikbooten verloren. Twee daarvan zijn in de
Engelsche wateren, een is bij Malta en een
bij Kreta door de Duitsche luchtmacht ver-
nietigd. De Britsche admiraliteit heeft nog
slechts het verlies van de duikboot Ask toe-
gegeven.
De Britsche admiraliteit maakt bekend, dat
de hulpkruiser Salokian (10.000 brt.) tot zin
ken gebracht is.
Het D.N.B. meldt nader:
Sedert het uitbreken van den oorlog heeft
de Britsche admiraliteit in 19 gevallen toege-
geven, dat een hulpkruiser verloren was ge-
gaam.
HET GARNIZOEN IN HABBANIAYH
VERSTERKT.
Het Britsche garnizoen in Habbaniyah zou
door groote transporten troepen en materiaal
uit Transjordanie aanzienlijk versterkt zijn.
Met vermijding van de over Roetbah gaande
wegen zouden deze transporten naar Habba
niyah vervoerd zijn.
Het D.N.B. meldt uit Teheran:
Volgens een door de bladen gepubliceerde
officieele mededeeling is de Iraksche minister-
president, Kailani met eenige zijner ministers
en verscheidene Iraksche officieren in Iran
aangekomen.
In een bericht van O.F.I. uit Beiroet wordt
gezegd, dat de toestand in Irak zich de laat
ste 48 uur heeft ontwikkeld in het voordeel
van de Kn-gelschen. Gemotoriseerde Britsche
afdeelingen zijn bij Ramadi over Eufraat
getrokken en staan reeds in de buitenwijken
van Bagdad, aldus dit bericht. Het was de
bedoeling geweest, dat-de minister van ceco-
nomaische zaken, Sjabbani, zich met de ver-
dediging van Bagdad zou belasten, doch in-
tusschen is er een commissie gevormd, welke
het stadsbestuur op zich heeft genomen en
voorbereidselen voor de overgave treft. Het
bericht meldt voorts, dat de premier, Kailani,
de hoofdstad in noordelijke richting heeft ver-
laten. Het denkbeeld van een nieuwe basis
van verzet in het gebied van Mosoel schijnt
men te hebben laten varen.
ITALIAANSCHE (DUIKBOOTEN
BEHOUDEN UIT DE ROODE ZEE
TERUGGEKEERD.
De oorlogscorrespondent van de Popolo di
Roma, die zelf aanboord van een duikboot
uit Massawa naar Italie is teruggekeerd,
meldt, dat alle Italiaansche duikbooten, die
destijds in de Roode Zee hebben geopereerd,
behouden in een Italiaansche haven zijn aan
gekomen.
Uit het bericht blijkt, dat deze groep Ita
liaansche duikbooten de voor de haven van
Massawa kruisende Engelsche vloot heeft
kunnen passeeren, op open zee kon komen
en na een maandenlange reis rondom Afrika
een Italiaansche haven heeft bereikt.
DE VERHOUDING DER KRACHTEN
TER ZEE.
Het A.N.P. meldt uit Berlijn:
In welingelichte politieke kringen alhier
worden uit de botsing van de Bismarck met
de Britsche vloot de volgende conclusies ge
trokken
De ondergang van het Duitsche linieschip
Bismarck is voor de Duitsche marine een
smartelijk verlies, dat het Duitsche volk diep
betreurt. Afgezien van smart en rouw ge-
denkt men evenwel met trots en voldoenirg
de prestaties, die met den naam van dit schip
verbonden zijn. Geen andere marine heeft
een schip bezeten, dat in zoo korten diensttijd
zoo grooten roem verwierf als de Bismarck.
De strijd tusschen dit schip en de Hood duur-
de volgens de Engelsche voorstelling van
zaken nog geen vijf minuten en was toen reeds
geeindigd met de vernietiging van het vlagge-
schip der grand fleet. In denzelfden slag
werd de Prince of Wales, een Britsch linie
schip, dat in alle opzichten gelijkwaardig was
aan de Bismarck, omdat het even nieuw, even
sterk en even snel was, beschadigd en ge-
dwongen den Steven te wenden.
Terwijl de Bismarck dit overweldigend
succes tegen twee der sterkste linieschepen
ter wereld binnen enkele minuten behaalde,
had de Britsche vloot voile vier dagen noodig
om het Duitsche linieschip tot zinken te
brengen. Aan de operaties tegen de Bis
marck namen volgens mededeeling van de
Britsche admiraliteit de linieschepen George
V, Prince of Wales, Renown, Rodney en Ra-
millies, de vliegkampschepen Ark Royal en
Victorious, de kruisers Norfolk, Suffolk,
Sheffield en Dorsetshire, benevens de torpe-
dobootjagers Maori, Zulu en Cossack deel. A1
deze schepen waren in actie bij het zoeken
naar het Duitsche linieschip. Desondanks
slaagde, ook alweer volgens de Britsche ad
miraliteit, deze overmacht van ten minste
250.000 brt. der modernste Britsche oorlogs-
schepen tegen slechts 35.000 brt. aan Duit
sche zijde er niet in op het Duitsche linie
schip een beslissenden treffer te plaatsen.
Daarentegen slaagde de Bismarck er tijdens
deze gevechten nog in een der Britsche tor-
pedobootjagers tot zinken te brengen en vijf
Britsche vliegtuigen omlaag te halen.
Den beslissenden treffer plaatste eerst een
der Britsche tropedovliegtuigen op de Bis
marck. Dit slaagde er in de roer- en schroef-
installatie te beschadigen. Als men dit relaas
van den vijand volgt, kan men getroost met
voldoening constateeren, dat in de geschie
denis van de zeeoorlogen nog nooit een schip
tegenover een grootere overmacht gestaan en
zich zoo lang gehandhaafd heeft als de Bis
marck.
Naar de Britsche berichtendienst meldt,
neemt men te Londen aan, dat slechts drie
van de 1341 opvarenden van den vernietigden
slagkruiser Hood, een officier en twee matro
zen. gered zijn. De kolos was gedurende den
strijd zoo plotseling in de lucht gevlogen, dat
de opvarenden, die niet onmiddellijk dood
waren, nauwelijk gelegenheid hadden om zich
te redden.
In Amerikaansche marinekringen, aldus het
D.N.B. heeft men volgens persberichten ver-
klaard, dat de Bismarck met het tot zinken
brengen van de Hood een verrichting ge
leverd heeft, die men eenvoudig onmogelijk
geacht had. Deze prestatie zal als een der
grootste in de geschiedenis der zeeslagen ge-
boekstaafd worden.
Het A.N.P. meldt uit Berlijn:
De Deutsche Allgemeine Zeitung schrijft
over de strategische gevolgen van de Duitsche
successen behaald op de Britsche vloot, dat
men in Duitschland weet, dat ook in het
Oostelijke deel van de Middellandsche Zee nog
Britsche vlootstrijdkrachten aanwezig zijn.
Evenizeer weet men, dat de Britsche homefleet
na het verlies van het grootste schip nog
over een heel aantal linieschepen beschikt.
Engeland heeft dus nog naar getal de
superioriteit ter zee, doch Duitschland is het,
die den oorlog door dappere initiatieven een
zoodanigen vorm gegeven heeft waardoor de
Britsche vloot ook volgens Britsche verkla-
ringen, niet meer in staat is om alle opgaven
ten uitvoer te brengen, die haar door de Duit
sche oorlogvoering in nauwe wateren en op
open zee worden opgedrongen.
De marinemedewerker van de Berliner
Borsenzeitung wijst op het succes van admi
raal Liittjens, dat deze eertijds met een
Duitsch eskader linieschepen heeft behaald en
schrijft, dat de samenstelling van het Engel
sche eskader van admiraal Holland toont, tot
welke diep ingrijpende afweermaatregelen de
Engelsche vloot door de oorlogvoering ter zee
van de Duitsche marine gedwongen is. Thans
echter moet de Britsche admiraliteit trachten
om voor de bescherming van de Engelsche
verbindingen over zee ergens andere krachten
te halen om het groote gat te stoppen, dat
door de vernietiging van de Hood is ontstaan.
DOCTORAAL EXAMEN
RECHTS WETENSCHAPPEN.
Aan de Rijks-Universiteit te Utrecht slaag
de voor het doctoraal examen Rechtsweten-
schappen de heer J. J. Dieleman te Zaamslag.
EEN EXTRA-EI OP BON 51.
De secretaris-generaal van het departement
van landbouw en visscherij maakt bekend,
dat gedurende het tijdvak van Woensdag 4
Juni tot en met Zondag 8 Juni de met „51"
genummerde bon van de ,,bonkaart algemeen"
recht geeft op het koopen van een ei.
DISTRIBUTIE VAN VASTE
BRANDSTOFFEN.
De Secretaris-Generaal van het Departe
ment van Handel, Nijverheid en Scheepvaart
maakt bekend, dat gedurende het tijdvak van
Zondag 1 Juni 1941 tot en met Maandag 30
Juni 1941 de met ,,02 K.F." gemerkte bon-
nen van de kaarten M en N, welke zijn uit-
gereikt aan verbruikers, die voor kookdoel-
einden op het uitsluitend gebruik van vaste
brandstoffen al dan niet in eombinatie met
petroleum zijn aangewezen, recht geven op
het koopen van een eenheid vaste brand
stoffen.
Gedurende bovengenoemd tijdvak geven de
met ,,generator-anthraciet vijfde periode" ge
merkte bonnen recht op het koopen van 1 hi
(max. 75 kg) anthracietnootjes V of 50 kg
turfcokes, terwijl de ,,met generatorturf vijf
de periode" gemerkte bonnen gedurende dit
tijdvak recht geven op het koopen van 50
stuks baggerturf.
Regeling voor den zomer.
De secretaris-generaal van het departement
van Handel en Scheepvaart maakt bekend,
dat bijzondere maatregelen worden getroffen
inzake de bevoorrading van de handelaren in
vaste brandstoffen.
In verband hiermede wordt bepaald, dat
■met ingang van vandaag geen vaste brand
stoffen meer mogen worden afgeleverd op de
bonnen en toewijzingen, welke aan verbrui
kers zijn verstrekt en welke dienden voor
verwarming voor het stookseizoen 19401941,
ook al zijn deze bonnen en toewijzingen bij
den leverancier voor den afloop van den gel-
digheidsduur ingeleverd. Dit zijn dus alle
bonnen van de A-kaarten, zoowel voor haar-
den en kachels, als voor centrale verwarming,
alle periodebonnen en alle toewijzingen, welke
vervallen v66r of op 30 Juni a.s.
De aflevering van vaste brandstoffen blijt't
toegestaan: le. op de bonnen 01 k.f. en 02 k.f.
van de kookkaarten en 2e. op de bonnen voor
generator-anthraciet en. generator-turf.
De verbruikers in de groepen B, C en D, die
een toewijzing voor zomerverbruik hebben
ontvangen, dienen zich, indien op deze toe
wijzingen op 1 Juni nog geen vaste brandstof
fen zijn afgeleverd, te wenden tot den plaat-
selijken distributiedienst, welke op deze toe
wijzingen een distributiezegel plakt en dit
zegel afstempelt. Hierna mag tegen inleve-
ring van deze van een zegel voorzierfe toe
wijzingen bij een handelaar alsnog de op deze
toewijzingen vermelde hoeveelheid vaste
brandstoffen worden betrokken, terwijl de
handelaren deze toewijzingen ook ter inwis-
seling tegen aanvullings- of tegen verzamel-
toewijzingen bij de distributiediensten kunnen
aanbieden en zich op deze wijze herbevoor-
raden. De handelaren zijn verplicht, de toe
wijzingen, welke de verbruikers uit deze groe
pen reeds thans bij hen hebben ingeleverd,
zonder dat de verbruikers hierop brandstof
fen hebben ontvangen, ter zegeling door den
distributeidienst aan de verbruikers terug te
geven.
De verbruikers in de groep E, die de hun
voor Mei toegewezen hoeveelheid op 1 Juni
nog niet hebben ontvangen, vallen niet onder
de bovenstaande regeling. Zij dienen zich tot
de brandstoffencommissie te wenden, met het
verzoek om met dit feit rekening te houden
bij de toewijzing voor de volgende periode.
De aandacht wordt er op gevestigd, dat de
mogelijkheid niet is uitgesloten, dat alsnog
gedurende het seizoen de aflevering van vaste
brandstoffen zal worden toegestaan op de
toewijzingen, die thans vervallen zijn ver-
klaard. Met nadruk wordt er derhalve de
aandacht van alle betrokkenen op gevestigd,
deze toewijzingen niet te vernietigen, of an-
derszins onbruikbaar te maken, doch deze
zorgvuldig te bewaren. Krachtens de bepa
lingen van de Vaste brandstoffendistributie-
beschikking 1940 IH is men hiertoe bovendien
wettelijk verplicht.
DE GELDIGHEIDSDUUR VAN DE
DISTRIBUTIEBONNEN.
Ten aanzien van de gewijzigde geldigheids-
duur van de distributiebonnen, vernemen wij,
dat de reden voor de verandering is gelegen
in het groote aantal bonnen waarmee speciaal
de huisvrouw, maar ook de handel op het
oogenblik te maken heeft. Er zijn er wel een
stuk of dertig verschillende. En nu is het
gebleken, dat de toegestane verlenging van
bonnen, die eigenlijk al verstreken zijn, meer
last dan gemak heeft. Men kan in het huis-
houden niet goed meer uit elkaar houden,
welke bonnen reeds, welke bonnen nog of
welke bonnen eigenlijk niet meer, maar inge-
volge de toegestane verlenging toch nog wel
geldig zijn en ook voor de winkeliers is dit
een uitzoekerij zonder einde. Daarom is be-
sloten met de verlenging op te houden. Het
maakte tenslotte geen verschil wat de te ver-
strekken hoeveelheid goederen betreft en het
voorkomt veel hoofdbrekens. (N. R. Crt.
VERWIJDERING VAN MOTORJAOHTEN
UIT HET KUSTGEBIED.
Op verzoek van het bureau voor water-
toerisme van den A.N.W.B. en de K.V.N.W.V.
heeft het Departement van Waterstaat be
paald, dat voor het verwijderen van motor-
jachten uit de voor pleziervaartuigen ver-
boden gebieden een dagvergunning afgegeven
kan worden voor het verbruiken uit eigen
voorraad van benzine tot een maximum van
5 liter per vaartuig, of van donkere olie.
Uitdrukkelijk wordt medegedeeld, dat deze
verbruiksvergunning slechts geldig is op den
dag en voor het traject, die op de vergunning
zijn aangegeven. Op de naleving hiervan zal
streng worden toegezien.
De dagvergunningen kunnen worden aan-
gevraagd bij de bevrachtingscommissarissen
in het betrokken district.
Het adres voor Zeeland is als volgt: Ter-
neuzen, Westkolkstraat 32, tel. 2046 en 2045.
VOORSCHRIFTEN VOOR DE
ONTVANGERS VAN POLDERS EN
WATERSC1HAPPEN.
In de vergadering van de Provinciale Sta
ten van Zeeland d.d. 22 Januari, werd aan-
genomen een wijziging en aanvulling van
artikel 33 van het Polderambtenarenregle-
ment Zeeland 1931 en op 28 April heeft de
secretaris-generaal van het departement van
waterstaat deze wijziging en aanvulling goed
gekeurd.
Thans hebben Ged. Staten als uitvloeisel
daarvan vastgesteld: Voorschriften ten aan
zien van de wijze, waarop de ontvanger-grif-
fier van den polder of het waterschap de
boekhouding heeft te voeren.
In het Provinciaal blad no. 18 is het be-
sluit van het college van 9 Mei j.l. tot vast-
stelling van deze Polderboekhoudvoorsehrif-
ten Zeeland 1941 opgenomen, terwijl aan de
besturen der polders en waterschappen een
afschrift is toegezonden.
Daaraan is een toelichting toegevoegd,
waaraan wij ontleenen, dat de ontvanger-
griffier de polderkas of. wanneer hij er meer
dan een onder zijn beheer heeft, elk dier kas-
sen afgescheiden van elkaar en van andere
kassen behoort te houden en dat Ged. Staten
de ervaring hebben, dat aan een strikte sehei-
ding niet altijd de noodige zorg besteed
wordt.
HET VERHUREN VAN VISCHWATER.
Het departement van landbouw en vissche
rij heeft aan de gemeentebesturen en de pol-
derbesturen een circulaire gericht, inzake het
verhuren van vischwater. In deze circulaire
staat o.m. het volgende vermeld: Zooals be
kend is de situatie in de zoetwatervisscherij,
tengevolge van de lage vischprijzen in de
vorige jaren en van de groote vischsterfte,
welke vooral in den winter 1939-'40 in vele
ondiepe wateren is voorgekomen. in het alge
meen uitermate ongunstig. Hoewel zoowel
de sport als het beroep belang hebben bij goed
vischwater, is het alleen de beroepsvisscher,
die op het water zijn arbeidsterrein vindt,
■daar zijn dagelijksch brood moet zoeken en
wat onder de huidige omstandigheden
zeker van belang is actief deelneemt aan
de voedselvoorziening van zijn medeburgers.
Voor den sportvisscher beteekent goed
vischwater een bron van genoegen en een
recreatieoord, dat aangename verpoozing
biedt. Beide categorien streven naar het ver-
werven van vischrechten.
Bij de eerstgenoemde categorie klemt daar
bij de vraag naar arbeid en brood, bij de
tweede de vraag naar genot na den arbeid.
De sportvisschers en hun organisaties
namen daarbij de financieel meest krachtige
positie in en hadden daardoor de gelegenheid
vischwater aan zich te trekken, waardoor
dan een of meer beroepsvisschers niet langer
gelegenheid hadden hun bedrijf te blijven uit-
oefenen, dan wel zich moesten beperken tot
een enkelen tak van visscherijbedrijf.
Het ligt in de bedoeling op dit terrein voor-
zieningen te treffen, teneinde te bereiken, dat
bij het verhuren van vischwater dit in de eer
ste plaats wordt toegewezen aan beroepsvis
schers of organisaties van beroepsvisschers
en slechts, wanneer geen beroepsvisschers als
gegadigde optreden, sportvisschers in aanmer-
king komen.
Om teleurstelling te voorkomen, die te
grooter zou zijn, indien aan de tot stand te
brengen regel met terugwerkende kracht zal
worden verleend, zou het aanbeveling verdle-
nen bij de uitgifte van vischwater reeds thans
deze richtlijnen te volgen, voorzoover al thans
de beroepsvisschers genegen zijn redelijke
huurprijzen te betalen, welke niet hooger
mogen zijn dan die, welke op 9 Mei 1940 gol
den.
VERVOER EN OPSLAG VAN GOEDEREN
NAAR EN IN HET ZUIDELIJKE
GRENSGEBIED.
De aandacht wordt erop gevestigd, dat met
inwerkingtreding van 10 Juni, het vervoer
van versc.hillende goederen naar en in bepaald
onvrij gebied langs de Belgische grens aan
beperkende bepalingen onderworpen is. Dit
heeft ten doel te verhinderen, dat goederen
worden aangevoerd, welke voor clandestienen
uitvoer zijn bestemd.
De betreffende bepalingen zullen voorloo-
pig gelden voor de volgende soorten van goe
deren, voor zoover de uitvoer verboden is of
onder het uitvoermonopolie vallen:
le. Alle soorten visch, schaaldieren, pluim-
vee en konijnen;
2e. Alle goederen, welke naar hun aard
bestemd zijn, al of niet be- of verwerkt, te
dienen - voor consumptie voor menschen of
dieren, met uitzondering van levende dieren.
Het verboden gebied zal tot nader order
omvatten: de geheele Wester-Schelde en de
in onderstaande opsomming genoemde ge-
meenten.
Het vervoer van deze goederen naar en in
het verboden gebied zal in het dlgemeen
moeten zijn gedekt door een vervoerbewijs,
dat door den afzender bij den ontvanger der
invoerrechten en accijnzen in de plaats van
afzending of bij afwezigheid van een derge-
lijken functionaris te verkrijgen is bij den als
onder-ontvanger optredenden postbeambte.
Voor het verrichten van verdere formaliteiten
wende men zich tot genoemden ontvanger.
Voor spoorwegvervoer en autotransport-
diensten gelden bijzondere bepalingen. De
directeur of de inspecteur der invoerrechten
en accijnzen kan voorts verscheidene uitzon-
deringen toestaan, bijvoorbeeld voor vervoer
binnen de grenzen eener gemeente, vervoer
voor huiselijk gebruik en de normale dagelijk-
sche behoefte, voor aflevering door, groot-
handelaren aan hun afnemers en voor voor-
ziening van filialen. De verordening van den
secretaris-generaal van het departement van
financien van 14 Mei j.l., waarin deze nieuwe
vervoervoorschriften geregeld zijn, is opge
nomen in de Nederlandsche Staatscourant
van 3 Juni.
De gemeenten, waarop die bepalingen be-
trekking hebben zijn: Waardenburg, Alphen
en Riel, Ambij, Baarle Nassau, Beek (L.),
Bergen op Zoom, Bergeyk, Biervliet, Bladel,
Borgharen, Born, Breskens, Budel, Bunde,
Cadier en Keer, Cadzand, Chaam, Clinge,
Diessen, Echt, Eersel, Eysden, Geertruid
(iSint), Geleen, Geulle, Ginneken en Bavel,
Goirle, Graauw en Langendam, Grathem,
Grevenbicht, Groede, Gronsveld, Gulpen,
Heer, Hilwegenlbeek, Hoek, Hontenisse,
Hoofdplaat, Hooge en Lage Mierde, Hooge-
loon c.a., Hulst, Hunsel, Huybergen, Itteren,
Ittervoort, Jansteen (Sint), Koewacht, Leen-
de, Limbricht, Luyksgestel, Maarheeze, Maas-
bracht, Maastricht, Margraten, Meerssen,
Mesch, Mheer, Neeritter, Nieuwstadt, Nieuw-
vliet, Noorbeek, Obbioht, Ohe en Laak, Oost-
burg, Ossendrecht, Overslag, Philippine, Prin-
cenhage, Putte, Retranchement, Reusel, Riet-
hoven, Rilland Bath (beoosten de Wester-
Schelde), Roosendaal en Nispen, Roosteren,
Rucphen en iVorenseinde, Rijkcholt, Rijsber-
gen,.Sas van Gent, Schoondijke, Sittard, Sle-
naken, Sluis, Stein, Stevensweert, Stamproy,
Susteren, Terneuzen, Thorn, Ulestraten, Ur-
mond, Valkenswaard, Vogelwaarde, Water-
landkerkje, Weert, Woensdrecht, IJzendijke,
Zaamslag, Zuiddorpe, Zuidzande en Zundert.
EEN MILITAIRE PLECHTIGHEID
OP HET RELLAMYPARK.
Zaterdagmiddag vond, meldt de Pr. Z. Crt.,
op het Bellamypark voor de te Vlissingen ge-
legerde eenheden van de Duitsche weermacht
de herdenking plaats van den 25 jaar geleden
geleverden zeeslag in het Skagerak. Tijdens
deze plechtigheid, die o.m. werd bijgewoond
door den gevolmachtigde van den rijks-
commissaris in Zeeland, den heer W. Miim-
zer, en waarvoor groote publieke belangstel-
ling bestond, werd ook een aantal recruten
beeedigd. Tegen vier uur waren afdeelingen
van alle marine-eenheden op het Bellamy-
park aangetreden en hadden front gemaakt
voor de oorlogsvlag, waarbij een eerewacht
stond opgesteld. Naast de vlag stonden twee
officieren met getrokken degen. De marine-
commandant, kapitein ter zee Mollman betrad
hierop het met groen versierde podium en in-
specteende de troepen, terwijl de muziek en
kele marschen ten gehoore bracht. Het feest
werd daarop ingeleid met het lied: „0,
Deutschland hoch in Ehre". Vervolgens
hield kapitein Mollmamn een uitvoerige rede
waarin hij wees op de beteekenis van dezen
dag voor de Duitsche marine, die zich 25
jaar geleden met een jonge vloot voor de
eerste maal in een open zeeslag met de Eln-
gelsche vloot wikkelde en deze zware verlie-
zen toebracht. In het verloop van zijn rede
gedacht spreker voorts de verrichtingen van
de Nederlandsche zeehelden De Ruyter, Ban-
kert en Evertsen in de oorlogen tegen Enge
land.
Na deze rede werden de recruten beeedigd.
Hierbij traden zes soldaten tot bij de vlag en
terwijl zij met een hand het vlaggedoek vast-
hielden en alien de rechterhand ophieven,
legden zij den eed af, waarbij zij trouw zwoe-
ren aan den Fiihrer en zich bereid verklaar-
den te alien tijde dezen eed met hun leven in
te zetten. Na deze beeediging zongen de re
cruten een toepasselijk lied. Vervolgecp; bracht
de commandant een .,Sieg Heil" op den Fiih
rer uit, waarmee de soldaten instemden. Ter
wijl de eerewacht het geweer presenteerde,
bracht de muziek vervolgens nog enkele
nationale llederen ten gehoore die meegezon-
gen werden. Hierna marcheerden de troepen
met de muziek af langs den Nieuwendijlc en
Walstraat naar de Badhuisstraat. Voor het
gebouw van de hafemkommandantur sloeg
de commandant tenslotte nogmaals het voor-
bijtrekken der troepen gade.